SINTERKLAAS KOMT NIET UIT SPANJE Fraaie kleurenfoto's op achttiende Focus-salon Lion d'Or Melinda" door Ensemble Peter van den Brakens werk in De Waag HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT Muziekschool Toonkunst nam vernieuwde zaal in gebruik Feestconcert ten bate van de Heemsteedse „stille armen" Burgerlijke Stand van Haarlem De enige echte Heidens of heilig? Zijn concurrenten Waarom maakt de grijze bisschop op een schimmel strooitochten over hoge dakenen waarom geven wij elkaar vrijers van taai-taaiharten van suiker of marsepein Suikergoed Pietermanknecht Sint Nicolaas houdt spreekuur Lezing scheidsrechters Najaarsvergadering van district Haarlem KNLTB MAANDAG 17 NOVEMBER 1958 O 99 99 Zaterdag en zondag heeft het zuidelijk toneel „Ensemble" in de Haarlemse Schouwburg het stuk Melinda(oorspron kelijk Teach- me how to cry" geheten) van Patricia Joudry vertoond. Dit drama telt yoor de pauze enige boeiende tafrelen. gaarna heeft de Canadese schrijfster blijk baar niet veel meer te zeggen gehad. Onze medewerker voor toneel in de IJmond schreef hierover naar aanleiding van een 'voorstelling in het Kehnemer Theater te Beverwijk in begin oktober het volgende: „Melinda" is het verhaal van een ont luikende liefde tussen twee scholieren, die de omstandigheden tegen zich vinden. Want Melinda is het kind van een onge huwde moeder. Over de kleine familie wordt in het kleine provincienest druk ge roddeld. En haar aanbidder, Will Hender son, heeft een hard ploeterende vertegen woordiger tot vader, die droomt zijn po sitie nog eens te kunnen verbeteren door middel van de relaties ,die hij met de stadsnotabelen hoopt aan te knopen. Hoe wel de verhouding tussen Melinda en Will volkomen platonisch gebleven is, wordt hun omgang in de enge kennissenkring toch druk besproken en ontstaat er een schandaal in een notedop, wanneer Will tijdens een vechtpartij de dokterszoon een gebroken neus bezorgt. Hiermee is de in trige wel zo ongeveer naverteld, want va der Henderson verlaat het stadje dan om met zijn gezin een (zoveelste) nieuwe standplaats te betrekken. Voor Melinda en Will blijft er weinig anders over dan af scheid nemen. Slechts de toezegging van een wederzijdse correspondentie sugge reert, dat de idylle voor dit jonge paar eenmaal zal worden bestendigd. „Melinda" is dus voornamelijk een sfeer schildering, welke soms zowaar aan „Gla zen speelgoed" en „De dood van een han delsreiziger" doet denken, omdat de illusie er zo'n grote rol in vervult. Doch waar het Williams en Miller gelukte telkens een climax op te bouwen uit reeds boeiende tafrelen. heeft Patricia Joudry meer de na druk gelegd op het milieu. Aan deze vorm geving werd de dramatische spanning op geofferd, omdat de schrijfster zich verloor in diverse scènes, waar de handeling tel kens voor werd onderbroken. Ook met de indeling van het stuk is zij niet erg ge lukkig geweest: tien tafrelen, waarvan de meeste vrij abrupt werden afgebroken. En het is voor een publiek altijd een moeilijke opgave zich geheel op het toneelgebeuren in te stellen, wanneer het doek herhaalde lijk op de meest onverwachte ogenblikken wordt gesloten. Elise Hoomans heeft met haar regie een dankbaar gebruik gemaakt van elke ge legenheid, die door de schrijfster werd ge boden, het publiek tot enige aandgcht te bewegen. Het was niet haar schuld dat de ze momenten zo weinig talrijk waren. Maar wij hadden er toch een bewogen derde ta- freel aan te danken, een mooie scène tus sen de enigszins triviale Henderson van Lucas Wensing en zijn naar een eigen home hunkerende echtgenote van Miep van den Berg. Een andere opleving be tekende de scène tussen Marion Gobau en Marijke Bakker als Polly en Melinda, in haar begeren naar de rol van Julia voor de schoolvoorstelling. Bovendien kregen Advertentie Voor Uw „verre" bloemengroet... FLEUROP Het genootschap „Kunst zij ons Doel" exposeert schilderijen en schetsen van Gibraltar tot de Noordkaap van Peter van den Braken in De Waag te Haarlem, die tot eind november duurt. Van den Braken is een enorm harde werker en kan daar bij blijkbaar goed tegen de koude. Dat moge op zichzelf nog geen verdienste zijn, het neemt toch wel in. Temeer als voelbaar is, dat Van den Brakens hele persoonlijk heid iets aantrekkelijk gezonds heeft. Ik meen dat dit wel aan zijn werk te zien is. Bovendien mocht ik hem jaren geleden nog al eens ontmoeten en hem hebben leren kennen als een plezierige prater en een goede kameraad. Over de schilder kunst hadden we het weinig. Mogelijk voelde hij dat de zijne mij niet zo goed lag. Zelfs heb ik me wel eens afgevraagd in hoeverre hij misschien zelf aan zijn werken twijfeide. Hij vertelde me name lijk trapezewerker geweest te zijn en uit zijn enthousiasme daarvoor was het ver langen naar een grote inzet van de mens voor zijn werk duidelijk voelbaai". Zo had hij het aan het schilderen nog nooit onder vonden. Begreep hij, dat hij wat betreft dat schilderen tegen zijn plafond zat? He- lette hem zijn zin tot avontuur een voor zijn schilderkunstige ontwikkeling nood zakelijke beschouwelijkheid? Het is zeker niet een tekort aan kunde en kennis van het vak, dat hem beletten zou over een bepaald punt heen te komen. Zijn hier getoonde schetsen zijn mij het aantrekkelijkst, maar steeds heb ik tegen over dit werk het gevoel dat het zoveel mooier had gekund indien Van den Bra ken zichzelve eens getoetst had aan andere, grote figuren. De verwerking van hetgeen hij zag gaat mij nog niet ver ge noeg. Hij ziet dat er in een bos van ver ticale stammen een zekere ritmiek te vin den is, maar tot een boeiend ritmisch ge heel komt hij voor mijn gevoel toch net niet. Hij vereenvoudigt besneeuwde ber gen, omdat daarmee iets van de monu mentaliteit van het landschap aan ons kan worden overgebracht, maar haalt die monumentaliteit toch net niet. Men denke slechts aan wat een Wiegers met derge- 'ijlce onderwerpen wist te doen! Alles komi me te haastig gedaan voor. Zijn drift doet. hem naar mijn gevoel eerder struike- '"n dan tot felgespannen zaken geraken. Zijn het kalmst vervaardigde werken 'rokken mij danook het meest. Zij vallen hier echter een beetje weg door al dat drukke en wat luidruchtige gedoe van het meeste hier. De kleur is niet bepaald ver warmend. zelfs niet als het een Spaans "nderwerp betreft. Bob Buys Marijke Bakker en Ton Kuyl een voor jonge acteurs zeldzame kans zich op het eerste plan te begeven, die met een on miskenbaar talent werd aangegrepen om deze schuchtere liefde zuiver en onbe vangen aan te geven. Rie Gilhuys was Melinda's moeder, een enigszins onwezen lijke en geëxalteerde figuur, die door de schrijfster te theatraal was gehouden om als een reëel karakter te worden aan vaard. In de kleinere rollen stonden Lies de Wind, Sonja Brill, Wieke Haitsma Mu iier, John Leddy en Marlène Gobau. Zaterdagavond heeft de muziekschool van de Maatschappij ter bevordering der Toonkunst aan de Nieuwe Gracht in Haar lem haar gerestaureerde grote zaal offi cieel in gebruik genomen. Namens het bestuur sprak de voorzit ter, de heer J. K. Tadema, de openingsre de uit, waarin hij onder andere de wet houder van kunstzaken, de heer D. J. A. Geluk, het raadslid de heer D. A. J. Spek, alsmede mr. J. W. v. d. Vlugt en mr. C. W. Thöne van het Haarlemse Muziekfonds verwelkomde. Spreker wees op de grote verbetering, die de zaal heeft ondergaan. De wanden zijn bedekt met board, dat in een lichte tint is gesausd; er zijn nieuwe spiegels voor de balletles en ook de ver lichting is gemoderniseerd. De zaal zal onder andere als kleine concertzaal ge bruikt worden. De heer Tadema kondigde tevens de inwijding aan van de nieuwe vleugel, die de school zich van de gemeen telijke subsidie heeft aangeschaft. Tenslot te verklaarde de voorzitter de zaal voor geopend. Hij gaf daarna het woord aan de direc teur der Muziekschool, de heer J. P. Vin cent. Deze hield een causerie over „Parijs omstreeks 1830" en vertelde vele bijzon derheden over het leven van Liszt, Chopin en Brahms, hun triomfen en tegenslagen, hun vriend- en vijandschappen en hun amoureuze avonturen. De dames Berthe Davelaar en Tiny Kai ser, alsmede de heer Leendert Huges ver zorgden de muzikale illustratie van deze interessante lezing over dit tijdperk der romantiek. Zo speelde mevrouw Kaiser composities van Liszt, onder andere een concertetude en de bewerking van een vioolstuk van de door hem bewonderde Paganini, mejuf frouw Davelaar werken van Chopin, een nocturne, een etude en een ballade, en de heer Huges twee rapsodieën van Brahms. De voorzitter dankte tenslotte de heer Vincent en de drie: executanten, wier pres taties door de aanwezigen blijkens het har telijke applaus op hoge prijs werden ge steld, voor hun medewerking aan deze avond en liet zijn woorden vergezeld gaan van geschenken en bloemen. Het Heemsteeds fanfarekorps „Eensge zind Excelsior" heeft ér'een mooie tradi tie van" gemaakt jaarlijks -een feestavond te organiseren, waarvan de baten geheel aan het comité voor Heemsteedse Stille Armen worden afgedragen. Dit jaar heeft deze zaterdag plaatsgehad in het sport parkrestaurant, dat met een groot aantal belangstellenden was gevuld. De heer L. ter Braake sprak als voor zitter-dirigent van „Eensgezind Excel sior" het gebruikelijke openingswoord, waarbij hij het doel van deze avond nog eens uiteenzette en daarbij niet verzuim de zijn dank te betuigen aan de vele in gezetenen die een groot aantal prijzen hebben afgestaan. Hierna huldigde hij de heer Van der Ham, die zich als de oud ste Heemsteedse muzikant mag beschou wen. Het was dit jaar een halve eeuw ge leden, dat hij zich als lid van een plaat selijke muziekvereniging heeft aangemeld. Hij bevindt zich nu reeds lange tijd in de gelederen van „Eensgezind Excelsior" als een bekwame muziekbeoefenaar. Spre ker stelde zijn enthousiasme dan ook aan vele jongere leden ten" voorbeeld. Onder applaus begeleid door een „touche" van het korps speldde de heer Ter Braake de jubilaris de medaille van verdienste op de borst, welk blijk van grote waardering met een kist sigaren werd aangevuld. Aan mevrouw Van der Ham werd een fraai bloemstuk overhandigd. De heer Van der Ham sprak een kort woord van dank voor deze onverwachte hulde, waarna hij zich tot de aanwezige jeugd richtte, met de op wekking toch vooral lid te worden van een goede muziekvereniging ter verrijking van het leven en om de noodzaak van or de en tucht te leren begrijpen en waar deren. Na dit enigszins officiële gedeelte was het de beurt aan „Eensgezind Excelsior" om met een opgewekte mars (de bekende „Alte Kameraden") het programma te openen. Dit korte concert onder leiding van dirigent L. ter Braake werd met aan dacht beluisterd. Niet minder succes be haalde het fleurig gekostumeerde ensem ble, dat als de boerenkapel „De Suikerbie ten" onder leiding van mejuffrouw L. C. ter Braake optrad. De populaire melo dieën bleken stimulerend genoeg om de toehoorders tot vrolijke samenzang te be wegen. Een andere goede beurt werd ge maakt door een der jongere leden, die een loflied op „Eensgezind Excelsior" kwam zingen, door hemzelf vervaardigd. Hij werd hiei'bij welluidend door enige van de jongste meisjesleden geassisteerd. De feestavond werd besloten met een ge animeerd bal onder leiding van de heer Theo Donkerlo. BEVALLEN: van een zoon: 13 nov.: M. Visser-Kieft; 14 nov.: J. P. S. Siderius-Tij- bout; J. van Baekel-Hogeveen; E. Stoete- Hooijen (2 zoons); E. Peters-Kuzee; M- C. van de Kamei--Min; P. Wiedeman-Boelee; W M. L. Erkelens-Snoeijenbos. BEVALLEN van een dochter: 14 no vember: A. van den Ham-Burggraaf; J. E. Woning-Landwerd; H. M. P. van Velzen- Bos; 15 november: C. W. M. Abeling- War- nars. ONDERTROUWD: 14 november: W. I.eijenaar en W. H. Wijker; ,15 november: P. A. Barnhoorn en C. M. T. Veen; L. van Bildex-beek en M G. J. Eliens. GEHUWD: 15 november: H. Elzinga en R M. Kwestroor; W. Smits en N. Koese. OVERLEDEN: 12 november: W. Span jaard-van Noi-de, 78 j., Oost Indiestx-aat. Iioe wonderlijk het ook klinkt: over het bestaan van St. Nicolaas is door zeer geleerde en beslist volwassen wannen evenveel onderling dispuut geweest als tussen vele kinderen die op een nood lottige dag vaststelden, dat Sinterklaas „net zulke schoenen als vader" droeg en dat Zwarte Piet praatte met de stem van grote zus of een andere bekende. „De waarheid over St. Nicolaas" zullen wij hieronder uitvoerig trachten vast te stel len. Maar twee meer en meer verbreide misvattingen dienen voorop te gaan. Het eerste misverstand is, dat Sinter klaas uit Spanje komt. Wanneer over iéts zekerheid bestaat, dan is het wel hiérover, dat St. Nicolaas in werkelijkheid niet in Spanje heeft gewoond en dat hij zelfs nooit in dat land is gewéést. De tweede misvat ting betreft de datum waarop zijn feest behoort te worden gevierd. Van een sim pele strooi-avond en een huiselijk samen zijn op de avond van 5 december van de vóóravond van het St. Nicolaasfeest, is in vele Nederlandse gezinnen die vijfde de cember tot de dag zélf van Sintex-klaas ge- woi'den. In toenemende mate vinden de kinderen niet meer pas op de ochtend van 6 december geschenken in hun schoen, maar zijn die cadeaus de dag tevoren al uitgereikt. Om nog maar te zwijgen van „vervroegde" Sinterklaasfeesten, die soms al in november beginnen. Veelal is tegen woordig op 6 december de feestelijkheid al weer lang en breed voorbij. Dat is fout. Want 6 december is de enig juiste dag om St. Nicolaas te vieren. De avond van 5 de cember zou niet meer dan een inleiding mogen zijn. De histoi-ische St. Nicolaas (want hij hééft bestaan!) werd in Patara, een stadje in Ly- cië, in Klein-Azië, geboren. Zijn vader heette Eufemius en schijnt een vermogend, vroom en liefdadig man te zijn geweest. Sinterklaas heeft dus zijn goedgeefsheid van niemand vreemd. Zijn moeder was een zuster van de aartsbisschop van Myra, eveneens in Klein-Azië gelegen. Onder geen omstandigheid mag men Sinterklaas verwarren met de Heilige Nicolaas. die in de negende eeuw paus was en die te Rome geboren werd en stierf. Wanneer Sinter- klaas-de-Kindervriend geboren werd, is volkomen onbekend. Zelfs over het jaar waarin hij stierf zijn de oudste bronnen het niet eens. Ze noemen zowel het jaar 328 als 343 of 352. Er zijn zelfs onderzoen.era geweest, die zijn leven in een veel latere eeuw plaatsten. Of hij inderdaad als bisschop het Conci lie van Nicaea in het jaar 325 bijwoonde, staat al evenmin vast. Toch mogen wij wel aannemen, dat hij als opvolger van zijn oom Nicolaas-de-Oude bisschop van M-yra is geweest: De traditie stelt zijn sterfdag op 6 december en dat is de datum gebleven van zijn herdenking. In het oosten was zijn cultus al in de zesde eeuw zeer verbx-eid. Het gevolg was, dat talloze legenden en wonderverhalen ontstonden, die wel nooit meer geheel van de historische feiten te onderscheiden zullen zijn. Heeft St. Nico laas inderdaad zijn ouders aan de pest ver loren? En verdeelde hij werkelijk zijn ge- erfde fortuin onder de armen? Het is best mogelijk. In elk geval zal zijn al in de vijfde eeuw gevestigde reputatie van gul heid niet helemaal op losse gronden steu nen. Kooplieden uit Bari brachten in 1087 het gebeente van St. Nicolaas naar Zuid-Italië over. Dat bewijst, hoe zijn roem in de elfde eeuw ook tot Europa doorgedrongen was. Toen het stoffelijk ovei-schot van St. Nico laas eenmaal in Bari rustte, verbreidde zich daar zijn faam met nieuwe wonderver halen spoedig ook over westelijk Europa. Op het ogenblik is dus eigenlijk niet Ma drid of een andere Spaanse gemeente de Rotjes swper stad van Sinterklaas, maar Bari, de leven dige havenstad in zuidoostelijk Italië: daar kan men zijn graf bezoeken in de naar St! Nicolaas genoemde en aan hem gewijde kex-k, dicht bij de zee. De plaats strookt uit stekend met de rol die St. Nicolaas als beschermheilige der zeelieden speelt en die teruggaat op allerlei wonderen die hij op zijn zeereizen zou hebben verricht. Er is wel beproefd, alle elementen van ons Sinterklaasfeest historisch in hel wer kelijke leven van de heilige man aan te wijzen. Tevergeefs. Legenden, hoe vroom en verkwikkend soms ook, zijn nu eenmaal geen wetenschappelijke realiteiten. De geleex-den (en er waren er heel wat die zich met St. Nicolaas en met Sinterklaas gebruiken bezighielden) zijn het over één ding vrijwel eens: er steekt in het Sinter klaasfeest meer heidense overlevering dan historische werkelijkheid. Het is overbekend, dat talloze gebruiken uit de germaanse tijd sinds de komst van het christendom „gekerstend" zijn en een nieuwe, christelijke inhoud kregen. Wij behoeven slechts aan de kei-stboom te herinneren. Ook de figuur van St. Nicolaas werd in vele Europese landen omhangen met allerlei verhalen en gebruiken die hier al lang vóór zijn werkelijke leven in Klein- Azië bekend moeten zijn geweest. Dit feit verklaart, dat Sinterklaas in vele streken allerminst op een bisschop gelijkt. Oudtijds verscheen hij hier en daar zelfs als een ridder in volle wapenrusting! Tn Oost- Friesland is hij weliswaar een grijsaard met witte baard, maar hij treedt er op in een pelsmantel. Zo ook in sommige delen van Beieren, waar bij „Pelznickel" (Nico- laas-met-de-pelsjas) wordt genoemd en ook een pelsmuts draagt. Hij lijkt dus meer op een winterman, een ijskoning Een feit is voorts, dat in de oudgermaan- se tijd een heidens winterfeest gevierd werd', dat van midden-november tot in januari duurde en waarop men zowel spijs offers aan Wodan (de god der vruchtbaar heid) bracht, als onderling geschenken uit wisselde en in huiselijke sfeer van het goede der aarde genoot. Allerlei christelijke feesten in dit tijdvak, van St. Maarten op 11 november, via het Kerstfeest tot Drie koningen op 6 januari namen elementen uit het heidense winterfeest op en gaven er een nieuwe inhoud aan. Dat hetzelfde gebeurde met de viering van het St. Nicolaasfeest werd natuurlijk begunstigd door de reputatie van bereisd heid en gulheid, die de kindervriend al uit Klein-Azië meebracht. Maar het was niet minder het gevolg van de nuchtere datum, die midden in het germaanse winterfeest viel. Zó wordt nu ook duidelijk, waarom er allerlei punten van overeenkomst zijn tus sen St. Maarten en St. Nicolaas enerzijds, tussen St. Nicolaas en de Kei-stman ander zijds. Ook de „concui-renten" van Sinter klaas hebben iets van de gebruiken uit de vóór-christelijke tijd opgedaan. Nu iets over enige kenmerkende dingen in de Sinterklaasviering zoals wij die ken nen. Over het bisschopsgewaad behoeven wij niet lang uit te weiden. Het is eigenlijk het enige werkelijk-historische element in het feest en in de eerbiedwaardige gestalte van St. Nicolaas. De schimmel past, mèt de witte baard en de ouderdom van zijn be- rijdei-, in het karakter van het winterland schap en van het heidense winterfeest. Ook Wodan god van de vi-uchtbaarheid en god van de wind (het éne dóór het andere, want het is de wind die het stuifmeel over brengt) reed reeds op een schimmel door de lucht. De tochten van St. Nicolaas te aangeblaft. Wie in de huwelijksnacht een geldstuk in zijn schoen legt, heeft later nooit geldgebrek. paard over de daken, hoe opvallend ook voor een bejaarde bisschop, zijn dus niet zo oorspronkelijk als het wel lijkt. Ook Wo dan gooide trouwens op zijn tochten door de lucht al gaven in de schoorsteen. Die schoorsteen gold in de germaanse tijd als de natuurlijke verbindingsweg tussen men sen en goden, tussen aarde en hemel. Door de schoorsteen had men bovenaardse din gen te verwachten. Over de schoen, die de kinderen bij de schoorsteen plegen te zetten, zou heel wat te vertellen zijn. Maar het belangwekkend ste is misschien toch wel, dat hier in de sinterklaasgebruiken iets mee gaat spelen dat afkomstig is uit Spanje, het land waai de échte St. Nicolaas vertoefde. In Spanje vierde men namelijk omstreeks de vijftien de en zestiende eeuw misschien zelfs al éérder een feest dat „sapate" werd ge noemd en waarop men elkaar in de kringen der aristocratie kostbare geschenken placht te geven. De grap was. dat die kostbaar heden verborgen werden in een schamel omhulsel, bijvoorbeeld een diamant in een citroen of een halssnoer in een oude schoen. Misschien is de naam van het feest een verbastering van het Spaanse woord voor schoen, dat „zapato" luidt, misschien heeft omgekeerd de naam van het feest tot het gebruik van schoenen als omhulsel der cadeaus geïnspireei-d. In elk geval zijn schoen en geschenk in onderling verband daarna tot ver buiten Spanje doorgedron gen. Madame De Sévigné. ster aan het hof van Lodewijk XIII van Frankrijk, schrijft over het gebruik in een brief van 13 decem ber 1679 Blijkbaar had zij het „sapate"- feest en het geschenk in de schoen toen kort tevoren leren kennen. In elk geval schijnt dit element van het Sinterklaas feest het enige waarvan een Spaanse her komst valt aan te wijzen. De gewoonte om wat stro „voor het paard" te doen in de schoen, die bij de schooi-steen wordt gezet, stamt intussen weer geheel uit het noorden. In Scandi navië, in Oldenburg en in andere delen van Duitsland kende en kent men hier en daar nóg het gebruik enige halmen van de laatste oogst of de laatste schoof op de akker te laten staan. De oorspi'ong van deze gewoonte is duidelijk: men heeft er de resten in te zien van een heidens offer aan de god der vruchtbaarheid. Het volksge loof kent nog allerlei varianten. Wie in Mecklenbui-g 's nachts drie strohalmen in zijn schoen legt, wordt, niet door honden Strooien is iets waaraan Wodan zich als „wilde i-uiter" tijdens zijn ritten door de ff i? a? CORk lucht al moet hebben te buiten gegaan, willen wij de oudgermaanse sagen geloven. Het strookte trouwens uitstekend met zijn kwaliteit van god der vruchtbaarheid. Tn het algemeen behoort heel de cultus van lekkernijen tot het terrein der heidense spijsoffers. Onze speculaas wordt onder de naam „St.-Claes-baksel" vermeld in Dordt- se stadsx-ekeningen uit de vijftiende eeuw. Ze werd toen in vele steden van gemeente wege aan de jeugd uitgedeeld. Marsepein heet in Italië land van amandelen „mazzapane" Letterlijk beduidt dat: staaf- brood. Ook ons met behulp van amandelen gemaakte letterbanket beantwoordt echter aan die omschrijving en het is onzeker, welke van beide lekkernijen met het in de vijftiende-eeuwse stadsrekeningen genoem de „amandelbrood" wordt bedoeld. Vrijers van taai—taai en harten van sui kergoed krijgen diepere zin als men weet, dat St. Nicolaas niet alleen schutspatroon der zeelieden was, maar ook „hylickmaker" (dat is: „huwelijksmaker" of patroon van een goed huwelijk). De roe of gard diende aanvankelijk geenszins om te tuchtigen. Ze was veeleer een heidens vruchtbaarheids symbool. Een bosje takken van berk of hazelaar hing men aan de deur van huis of stal als talisman voor het welzijn van de kudde. De meeste raadselen hangen wellicht om Zwarte Piet: deze schijnt te zijn voox-tge- komen uit een behoefte aan contrastwer king en uit de menselijke wens, dat welis waar het goede beloond, maar het kwade gestraft zal worden. In stx-eken waar Sin terklaas meer gelijkt op een goedige, ge schenken uitdelende Winterkoning-in-pels- jas, daar heeft zijn begeleider vaak de ge daante van een duivel, of anders van een spookachtig in het wit geklede heks, Berch- tel of Busebergt genaamd. Toen Spanje eenmaal, via de schoen, als land van de hei-komst van St. Nicolaas werd beschouwd, lag het voor de hand, zijn schrikaanjagende begeleider tot Moor te maken. In Spanje bevond zich immers nog tot in de dertiende eeuw een Moors rijk. Moren en ver- schrikking waren er voor de blanke be volking vrijwel identiek. Herhaaldelijk zijn, ook in Nederland, protesten gerezen tegen het Sinterklaas feest. Zo schreef zekere Walich Siewerts in 1604: ,,'t Is een sotte en onghefondeerde maniere van de kinderen haere schoenen met allerley snoeperie ende slickerdemick te vullen". Maar het feest van de gulheid, van heidense oorsprong of niet, heeft in ons land zó hecht wortel geschoten, dat het zich niet gemakkelijk zal laten uitroeien. En ook al heeft het met de historische St. Nicolaas niet veel meer dan de naam en het bisschopsgewaad gemeen, toch leeft het in de geest van het Nederlandse volk méér dan menig ondubbelzinnig feit uit de ge schiedenisboekjes. Op de achttiende internationale Focus- salon voor fotografische kunst, die zater dag in het Amsterdamse Arti et Arnici- tiatae voor het publiek geopend is, expo seert de Duitse fotograaf dr. Gerhard Graeb buiten mededinging een aantal fo to's die een speciale bewaking genieten. Het zijn kleuren-reprodukties van op pa pier geschildei-de Evangelistenprotretten, die eeuwen gelden door de monniken van het St. Catherineklooster aan de voet van de berg Sinaï vervaardigd zijn. Zeer on langs zijn deze zeldzame voorbeelden van middeleeuwse kloostex-kunst aldaar opge graven, na honderden jaren in een verge ten keldergewelf te hebben doorgebracht. Zij waren nog geheel intact en de kleuren hadden vrijwel niets van hun frisheid ver loren. Nu ze echter plotseling aan de bui tenlucht werden blootgesteld, dx-eigde het gevaar dat hun prachtige kleuren ineens zouden verbleken. Daarom moesten zij zo snel mogelijk gefotografeex-d worden. De kunstzinnige kloosterlingen moet het des tijds jaren gekost hebben om deze schilde rijen te maken. Dr. Graeb had vijf minu ten nodig om ze alle te reproduceren Enkele van deze fraaie x-epro's zijn nu dus te zien op de Focus-salon, die daax-mee op een wereldprimeur kan bogen. Dr. Graeb heeft namelijk uitdrukkelijk bedon gen, dat ze wel geëxposeex-d, maar niet ge fotografeerd mogen worden voordat zijn fotoboek over de Sinaï-opgravingen be ging volgend jaar van de pex-s komt. Vandaar dat er steeds een mannetje of een vrouwtje van het Focus-personeel in de buurt is om een oogje uit het zeil te houden. De kwaliteit van kleux-enfoto's-op-pa- pier is de laatste tijd aanmerkelijk geste gen. Tot voor enkele jaren konden deze, wat natuurlijkheid en brilliance der kleu ren betreft, niet in de schaduw staan bij de kleurendia's. Thans echter zijn er ook met het positiefprocédé volkomen natuur getrouwe en artistiek-verantwoorde resul taten bereiken. Dat blijkt ook op deze sa lon. waar ditkeer zelfs een halve wand van een der beide grote zalen voor kleurver- grotingen is ingeruimd. Sommige daar van zijn nog een rijkelijk bont en schreeu- wex-ig (en vreemd genoeg juist in het zeer flexible Dye Transfer-procédé); andere tx-effen door een rustiger gamma van lou ter gebroken kleuren of pasteltinten, met ten hoogste één felle toets rood of geel als hoofdaccent. De mooiste plaat is naar on ze smaak die, welke de Duitse fotograaf dr. Walter Boje maakte van een simpel stukje wad: louter tere nuances van grijs en beige in een welhaast ideaal kleuren- evenwicht. Ook de „experimentelen" zijn goed ver tegenwoordigd, onder meer met enkele interessante staaltjes van (pseudo)-sola- risatie; een proces, waarbij men door een nabelichting' van negatief of afdruk vóór de ontwikkeling vaak een bijzonder frap pante omkering der kleuren bewerkstelli gen kan. In de afdeling zwart-wit is ditkeer wei nig wei-eldschokkends te zien. Er zijn prachtige landschappen en genrestukjes (vooral van de Chinezen), waarin men de uitgekiende sfeer-uitbeelding en de zorg- vuldig-bestudeerde lichtval bewondert. Er is een wand met formidabele portretten en een aantal grappige macro's en tabletops. Bij de laatste zijn er enkelen, die nauwe lijks van Japanse tekeningen te onder scheiden zijn. Anderen zochten hun kx-acht in donkere kamerti-ucjes, om een irreëel of boeiend effect te bereiken, en vaak met succes. Daarvan getuigen een goede „dubbelko- pie" van een stilleven, enkele combinatie- drukken van een negatief en een diaposi tief (waarbij eén soort ï-eliëfeffect ont staat), maar over het algemeen kan deze „subjectieve" fotografie het oog toch niel erg bekoren. Felle., dynamische actiepia- ten en goede fotografische humor zijn he laas uiterst dun gezaaid. Een inzending van groot formaat is, letterlijk en figuux-- lijk, de serie px-achtige bromides van kerk interieurs van de Britse lichtbeeldkunste nares Hai-ker, die vox-ige maand ook op de Photokina in Keulen te zien geweest is. Bij die gelegenheid hebben wij al uitvoe rig de lof gezongen van deze grootmees teres der architectuurfotografie. De honderd geaccepteerde kleurendia's Tijdens het verblijf in Nederland bren gen Sint Nicolaas en Zwarte Piet ook enige bezoeken aan het Minerva Theater in Heemstede, waar zij kinderen zullen ont vangen. Deze bezoeken worden afgelegd op zaterdag 22 en woensdag 26 november, waarbij telkens twee jeugdmatinees zullen worden gegeven. Het programma bestaat uit een aantal tekenfilms van Walt Disney. In restaurant Brinkman ^an het Hout plein in Haarlem houdt de Haarlemse scheidsrechtersvereniging dinsdagavond een bijeenkomst waarop de bekende scheidsrechter J. H. Martens uit Zeist een lezing houdt met als onderwei'p: prac- tisch scheidsrechteren. De aanvang is be paald op acht uur. hebben wij helaas niet kunnen zien. Zij worden geprojecteerd op de donderdag avonden 20 en 27 november in de concert zaal van Bellevue aan de Marnixstraat met een uitvoerige toelichting van Focus- directeur Dick Boex. De salon zelf is tot 30 november geopend. H. Croesen Advertentie HOTEl CAFé RESTAURANT Iedere morgen een heerlük kopjekoffie Zaterdag hield het District Haarlem van de KNLTB in Brinkmann in Haarlem zijn najaai-svergadering. In zijn openings woord herdacht de voorzitter de heer T. Rogmans het overlijden van de districts leden N. Walther en J. v. d. Veer respec tievelijk leden van Groenendaal en Heem stede. De heer Rogmans dankte de ver enigingen die „Westrust" de helpende hand hadden toegestoken, maar men zal aan de vooravond van het dertigjarig be staan waarschijnlijk toch tot liquidatie van de vereniging moeten overgaan aan gezien er geen banen voor deze vereni ging disponibel zijn. De jeugd-commissie zal op de voor- jaarsvergadering met vast-omlijnde plan nen komen teneinde tot een betere en doel treffender ti-aining van de Haarlemse jeugd te komen. Besloten wei-d voorts om de Haarlemse tennisspelers, vooral de jeugd, nogmaals te doordringen van het grote belang van medische sportkeuring. De heer Rogmans werd bij acclamatie als vooi-zitter en plaatsvervangend bonds raadslid herkozen. In de door het aftre den en zich niet meer herkiesbaar stellen van de heren J. Fuchs en D. Loman ontsta ne vacatures werden bij acclamatie ge kozen de heren C. Schipper en H. de la Mar. In principe werd besloten om deel te ne men aan de Sportweek 1959 door middel van het organiseren van een tennis-exhibi- tie of tennis-toernooi. Het voortbestaan van het blad „Lawn- tennis" gaat de vergadering zeer aan het hart en men kwam zelfs met de suggestie om het abonnement voor ieder lid ver plicht te stellen. Uitvoerig werd er gesproken over school tennis, dat wil zeggen tennis in schooltijd tijdens de gymnastieklessen. Geldgebrek bij de Gemeente staat voorlo pig realisatie van dit plan in de weg. Als nieuwe verenigingen meldden zich bij de KNLTB „Alliance" en de „Kennemer-Jac. P. Thijsselyceum T.C."

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1958 | | pagina 5