BREIMACHINES
NA HET STARTSCHOT
GISPEN
„Laat het welvaartspeil niet bedreigen
door onvoldoende investeringen"
voelt ti zicfi
met leRker
Drie maanden gevangenis geëist
wegens letsel door schuld
VOORZITTER KAMER VAN KOOPHANDEL:
Op en om het
Binnenhof
11
Verhuizer behield gevonden
bankbiljetten (f 87.000)
Hij meende dat ze niet
meer geldig waren
Vooruitzicht hollenexport
niet uitermate gunstig
Dode en gewonde op
kustvaarder
Haarlemmer raakte
bekneld tussen schuivende
lading
Prof. Leendertz 50 jaar
geleden als predikant
bevestigd
Inbrekers namen brandkast
met 11.000 mee
Jongens opgesloten in
pijler van viaduct
Ex-gemeenteontvanger van
Oude Niedorp voor het hof
HAARLEMSE RECHTBANK
Auto tegen lichtmast:
vijf gewonden
VRIJDAG 9 JANUARI 1959
„Men kan stellen, dat de export in de komende twintig jaar ruwweg zal moeten
worden verdubbeld. De conclusie is hieruit te trekken, dat de Nederlandse industrie,
zowel als onze buitenlandse handel en het Internationale dienstenverkeer zich zeer
belangrijk zullen moeten uitbreiden, willen z\j aan de gestelde verwachtingen kunnen
voldoen. Welvaartsvergroting, die verhoging van consumptie met zich meebrengt, zal
de stimulans moeten vormen voor onze economische activiteit. Als onderncmei meen
ik te moeten waarschuwen voor het gevaar, dat het toekomstige welvaartspeil
bedreigd zou worden door onvoldoende investeringen en besparingen. Ik vraag mjj af,
maar dit doe ik geheel voor eigen rekening, of de monetaire politiek van de regering
wel voldoende armslag laat voor de overwegend zelf financierende ondernemingen.
Ik acht de situatie na de oorlog te dezen opzichte onbevredigend en daardoor remmend
werken op de ontwikkeling der ondernemingen, een ontwikkeling, die dringend ver
eist is, zowel in de diepte, als in de breedte", aldus de voorzitter van de Kamer
van Koophandel en Fabrieken voor Haarlem en omstreken, de heer B. F. Enschedé,
tijdens de nieuwjaarsrede, die hij gisteravond in de ridderzaal van het Haarlemse
stadhuis uitsprak in tegenwoordigheid van de Commissaris der Koningin in de
provincie Noordholland, dr. M. J. Prinsen, burgemeesters van vele gemeenten in
het district van de Kamer en vertegenwoordigers van handel en nijverheid.
Aan het begin van zijn rede bracht de
heer Enschedé dank aan de Commissaris
der Koningin voor de grote steun en be
langstelling, die hij door zijn aanwezig
heid voor het werk van de Kamer van
Koophandel toont. Ook dankte spreker
de burgemeester var. Haarlem, die weder
om gastvrijheid wilde verlenen in de rid
derzaal van het Haarlemse stadhuis.
Vervolgens schetste de heer Enschedé in
forse lijnen de internationale politieke en
economische toestand, waarbij hij enige
facetten nader belichtte. Hij kwam tot de
slotsom, dat de politieke situatie zo al
niet bevredigend, toch niet zó verontrus
tend is, dat het economische leven in zijn
groei en ontwikkeling direct wordt belem
merd. De thans gepubliceerde doelstellin
gen van het nieuwe Russische zevenjaren
plan, waarbij de industriële produktie met
80 percent moet worden opgevoerd, is een
uitdaging gericht aan de Amerikaanse
economie, aldus de heer Enschedé, die het
belangwekkend noemde, dat Rusland was
afgestapt van het verlenen van volledige
prioriteit aan de zware industrie en zijn
industriële opbouw in vele opzichten heeft
aangepast aan de Amerikaanse structuur.
„Hetgeen Rusland in de afgelopen jaren
heeft bereikt stemt tot voorzichtigheid.
Wij moeten de economische uitdaging van
Rusland voor de naaste toekomst niet te
zeer kleineren". Wat Europa betreft wees
de heer Enschedé op de dramatische ont
wikkelingen in Frankrijk. Gezien de erva
ringen met de Europese Economische Ge
meenschap in het afgelopen jaar, meende
spreker, dat optimisme nauwelijks ge
rechtvaardigd scheen te zijn. Eenmaal
overtuigd van de absolute noodzaak van
een verenigd Europa, dient men de con
sequenties van een gemeenschappelijke
markt en vrijhandelszone te aanvaarden.
De heer Enschedé zei dat het te wensen
zou zijn, als in die naaste toekomst de zelf
werkzaamheid van de ondernemer zal wor
den aangewakkerd. Wat de welvaartsver-
Advertentie
De officier van Justitie bij de rechtbank
te Amsterdam heeft tegen een 67-jarige
verhuizer uit Amsterdam wegens diefstal
van 87 biljetten van 1000 gulden drie
maanden voorwaardelijke gevangenisstraf
geëist.
Op 21 mei moest hij de inboedel uit een
huis aan het Oosterpark in Amsterdam
weghalen. Daarbij bevond zich een schrijf
bureau, waaruit, toen het werd gekanteld
een pakje viel. De verhuizer nam het op
en zag dat het een bundeltje bankbiljetten
was. Plet leken hem waardeloze biljetten
uit de bezettingstijd. Hij stak het pakje in
de zak van zijn werkjasje en dacht er ver
der niet meer aan. Later liet hij een bil
jet aan zijn 33-jarige zoon zien, aan wie
hij vertelde dat hij het gevonden had. Ook
zijn zoon was er van overtuigd met ver
lopen bankbiljetten te doen te hebben. Toch
informeerde hij bij een kennis op een bank
naar de geldigheid van het biljet. Dit bleek
inderdaad nog geldig te zijn. Hij ging er
mee naar een postkantoor om het te laten
wisselen. Op het postkantoor ontdekte men
echter dat het biljet voorkwam op een
lijstje van vermiste waardepapieren.
De eigenaar van het geld had op een
lijst aantekening gehouden van de num
mers der biljetten. Na zijn overlijden had
de notaris de lijst aan de politie verstrekt
en deze had de nummers verder verspreid.
Reeds zes maanden deed men ijverige na
sporingen naar het vermiste geld, dat ten
goede zou moeten komen aan de erfgena
men. De zoon van de verhuizer werd op
het postkantoor aangehouden, waarna het
geld bij de vader in beslag genomen werd.
De rechtbank deed onmiddellijk uit
spraak en veroordeelde de verhuizer tot
een jaar voorwaardelijke gevangenisstraf
met een proeftijd van drie jaar, rekening
houdend met zijn gunstig verleden en zijn
leeftijd.
hoging door produktiviteitsvermeerdering
betreft, behoeft Nederland niet ongerust
te zijn, aldus de spreker, omdat in ons
land de welvaart in de laatste kwarteeuw
met 25 percent is opgevoerd. Verleden
jaar had de burgemeester van Haarlem
spreker in zijn slotwoord sportief uitge
daagd één overbodige ambtenaar aan te
wijzen. „Het zal u verheugen", aldus de
heer Enschedé, „dat ik die niet heb kun
nen vinden". Toch meende hij in het al
gemeen een waarschuwing te moeten la
ten horen tegen het uitzetten van het amb
telijk apparaat.
Tot slot behandelde de heer Enschedé
nog enige economische aspecten, waarbij hij
aanhaakte bij een door de secretaris van
de Sociaal Economische Raad, drs. H. L.
Jansen, op het congres van het Genoot
schap voor Reclame gehouden rede, die
een vijftal doelstellingen ten aanzien van
de economie in ons land naar voren had
gebracht, zoals het zo volledig mogelijk
gebruik maken van alle produktiefactoren.
met name het handhaven van een grote
en stabiele .werkgelegenheid; het handha
ven van evenwicht in de betalingsbalans;
het handhaven van een investeringspeil
dat de levensstandaard geleidelijk ver
hoogt; het streven naar een aanvaardba
re verdeling van het nationaal inkomen en
het bevorderen van een stabiel prijsni
veau. Op elk der doelstellingen ging de
heer Enschedé wat dieper in.
Met betrekking tot de middenstandspro-
blematiek, merkte de voorzitter van de
Kamer op, dat er moeilijkheden kunnen
ontstaan bij de bouw van panden voor mid-
denstandsbedrijven in nieuwe woonwij
ken. Hoeveelheid, plaats en grootte kun
nen, evenals de prijs, slechts vastgesteld
worden na diepgaande studie.
Aan het slot van zijn rede sprak de heer
Enschedé zijn beste wensen voor 1959 uit.
De burgemeester van Haarlem, mr. O.
P. F. M. Cremers, heeft een korte toe
spraak gehouden, waarin hij zich onder
meer i-ichtte tot de Commissaris der Ko
ningin in "de provincie Noordholland; uit
zijn komst blijkt wel zijn grote belangstel
ling voor handel en industrie. De tegen
woordigheid van zovele leiders van bedrij
ven juichte spreker toe, waardoor een nog
steviger contact tussen bedrijfsleven en
overheid te verwachten is. Nauwe samen
werking is nodig en daarbij herinnerde de
burgemeester onder meer aan een con
gres van bouwkundigen; meegedeeld is toen
dat als er in Amerika plannen gemaakt
worden er tegelijkertijd gezorgd wordt
voor geld. Dan kunnen de plannen terstond
uitgewerkt worden. Hetgeen de heer
Enschedé gezegd heeft over de bouw van
winkels in nieuwe woonwijken heeft de
B. F. Enschedé
aandacht van het Haarlemse gemeentebe
stuur en met het verzoek tot samenwer
king zal rekening worden gehouden.
Het bestuur van de Kamer van Koophan
del voor Haarlem en omliggende gemeen
ten zal evenals het vorig jaar bestaan uit
de heren B. F. Enschedé, voorzitter, Th.
S. J. Hooij en J. J. Jurrissen, ondervoor
zitters. Deze heren zijn gekozen in een'ver
gadering welke aan de bijeenkomst in het
Stadhuis vooraf ging.
De vooruitzichten voor de bollenverkoop
in 1959 zijn over het algemeen iets min
der gunstig dan vorig jaar als gevolg van
de vermoedelijke moeilijke en latere broei
van de bloembollen voor de winter. Voorts
zal de export benadeeld kunnen worden
door de toegespitste kwestie van de uit
voer der bolbloemen, alsmede door de
steeds toenemende concurrentie in de win
termaanden met andere bloemen uit Zuid-
Europa. Aldus het jaarverslag van de
Kamer van Koophandel en Fabrieken in
Haarlem en omstreken. Geconstateerd
wordt dat de verkoopprijzen van bollen
vorig jaar in het buitenland iets lager la
gen dan in 1957.
Wat betreft de bloementeelt in 1958
wordt aangenomen dat de omzet van de
veilingen meer dan twintig miljoen gulden
bedroeg. De export ontwikkelde zich gun
stig. In het algemeen kan worden gesteld
dat de resultaten van de bloemenkwekerij
tamelijk gunstig waren, doch dat de be
drijfsresultaten zich in de laatste jaren wel
in dalende lijn bewegen.
Korte speelfilm van Max de Haas
De staatssecretaris van Onderwijs,
Kunsten en Wetenschappen heeft aan de
cineast-Max de Haas een rijkssubsidie ver
leend voor de vervaardiging van een korte
speelfilm met documentaire inslag. De film
zal heten ..Dagen van mijn jaren".
Advertentie
KNITTAX
KUIPERS - KL. HOUTSTRAAT 112
TEL. 11142 - HAARLEM
Twee Nederlandse zeelieden zijn tijdens
het zware weer op de Noordzee het slacht
offer geworden van het verschuiven van
de deklading op de Groningse kustvaarder
„Vedette".
Een van de slachtoffers, de 19-jarige P.
Ekhart uit Roden overleed aan de gevol
gen van het ongeluk De 22-jarige J. Laad-
stra uit Haarlem liep vrij ernstige kneu
zingen op.
De „Vedette", die 500 ton meet, was op
weg van Antwerpen naar Huil, toen een
zware storm opstak. De twee zeelieden
trachtten de schuivende lading vast te
maken toen het ongeluk gebeurde.
De kapitein van het schip vroeg via de
radio in Huil medische bijstand. De gewon
de matroos is daar opgenomen in een zie
kenhuis.
Zaterdag zal het vijftig jaar geleden zijn
dat prof. dr. W. Leendertz uit Santpoort,
oud-hoogleraar in de wijsbegeerte van de
godsdienst en ethiek aan de gemeentelijke
universiteit en in de christelijke geloofs-
en zedenleer aan het doopsgezind semina
rium te Amsterdam, werd bevestigd als
predikant bij de Algemene Doopsgezinde
Sociëteit.
Prof. Leendertz werd 16 december 1883
te Veenwoude uit een doopsgezind predi
kantengeslacht geboren. Hij studeerde te
Amsterdam en Groningen, werd in 1908
proponent en op 10 januari van het daarop
volgend jaar te Nes op Ameland in het
ambt bevestigd. In 1913 promoveerde hij
aan de universiteit te Groningen op een dis
sertatie over Sören Kierkegaard. In 1922
legde hij het predikambt neer en vervulde
hij verscheidene functies op wetenschap
pelijk gebied. In 1933 werd hij lector aan
het doopsgezind seminarium. In juli 1944
volgde zijn benoeming tot hoogleraar aan
dit seminarium en in 1946 werd hij be
noemd tot hoogleraar aan de gemeente
lijke universiteit te Amsterdam. Dit bleef
hij tot aan zijn emiritaat in 1954. Onlangs
vierde prof. Leendertz zijn vijfenzeventig
ste verjaardag. Van zijn hand verschenen
enkele werken alsmede talrijke artikelen
in tijdschriften en periodieken. Prof.
Leendertz zal op de herdenkingsdag afwe
zig zijn.
De officier van Justitie bij de rechtbank
te 's Gravenhage heeft een gevangenis
straf van een jaar en negen maanden ge
vorderd tegen een 24-jarige loswerkman,
een jaar en zes maanden tegen een 44-jari-
ge koopman en een jaar tegen een 21-jari-
ge bahketbakker, allen uit Leiden, die op
19 oktober in een pas geopend modemaga
zijn in Leiden inbraken en de brandkast
hadden meegenomen. Thuis bij de koop
man scheurden ze de kast open. Er bleek
ongeveer 11.000 in te zitten. Een 34-jari-
ge spinner uit Leiden, die van de inbraak
afwist en die had geholpen toen de brand
kast werd opengescheurd, kreeg voor de
moeite 1000 van de buit. Hij was echter
zo bang dat hij het geld op straat had weg
gegooid. De officier van Justitie vorderde
tegen de spinner een boete van 100 en
een voorwaardelijke gevangenisstraf van
zes maanden. De rechtbank zal op 22 ja
nuari-uitspraak doen.
Advertentie
Sinds op 23 december j.l. de uitvaardi
ging geschiedde van het besluit tot ontbin
ding van de Tweede Kamer en in verband
daarmee de data, zowel voor de kandidaat
stelling als voor de stemming kwamen vast
te staan, heeft de grote wedren een aan
vang genomen. Een wedren, ongetwijfeld
in meer dan een geval met hindernissen,
om straks op 12 maart als eerste uit de
strijd te komen. Dit wat de partijen be
treft. Daarnaast ontbreekt het hier en
daar binnen de partijen ook niet aan een
horden-race. Sommige gegadigden voor
het Kamerlidmaatschap lopèn daarbij zelfs
kans reeds in een vroeg stadium in het
zand te bijten. In die zin, dat zij, óf hele
maal niet op een kandidatenlijst voor
komen öf daarop slechts een in hun ogen
al te lage plaats toegewezen krijgen.
Zowel in de radio als via de televisie,
en verder bovendien in plaatselijke partij-
afdelingen, waar al een enkele voorman
een verkiezingsredevoering heeft afge
stoken, viel inmiddels waar te nemen, dat
het startschot voorbij is. Prof. Romme,
de algemene lijsttrekker van de K.V.P.,
heeft in de afgelopen week in een uitzen
ding van de K.R.O. enige van zijn ziens
wijzen kenbaar gemaakt na en naar aan
leiding van wat dr. Drees, de pas afge
treden minister-president, vóór dien aan de
V.A.R.A.-luisteraars had uiteengezet.
Inconstitutioneel
Tot de door de heer Romme gemaakte
opmerkingen behoorde ondermeer, dat hij,
nadat de heer Drees ervan gewaagd had,
dat de P.v.d.A., als zij straks in de oppo
sitie zal zijn, die oppositie „strijdvaardig
en constructief" zal voeren, de Tweede-
Kamerfractie van de P.v.d.A. verweet zich
op 15 december „vluchtwaardig en ob
structief' te hebben gedragen. Het moet
mij van het hart, dat ik dit toch wel een
heel stoute, in de zin van stoutmoedige,
bewering vind van de voorzitter van de
K.V.P.-fractie in de Tweede Kamer. Zijn
zoëven hier weergegeven critiek had be
trekking op het feit, dat op 15 december
mr. Burger en diens fractiegenoten zich
fluks, voor de stemming over het wets
ontwerp inzake verlenging van de tijde
lijke verhoging van enige belastingen, dat
geen enkele minister had willen verdedi
gen daarom waren alle ministers opzet
telijk weggebleven uit de vergaderzaal
hadden verwijderd. Het onmiddellijk ge
volg van de door prof. Romme gewraakte
„vluchtwaardigheid" was geweest, dat de
Kamer er aldus voor behoed is geworden
een in wezen inconstitutionele daad te
verrichten. Al eerder heb ik hier uiteen
gezet dat en waarom behandeling van en
beslissing over een Regeringsontwerp,
hetwelk bepaald geen van de ministers op
dat ogenblik voor zijn rekening wil nemen,
volslagen in strijd is met het vereiste van
het gemeen overleg.
Thans behoef ik dus niet nog eens de
redenen te vermelden, die aanleiding te
over geven om ten aanzien van een der
gelijk optreden de uitdrukking inconstitu
tioneel te gebruiken. Daarentegen acht ik
het wel plicht recht te zetten, wat door
prof. Romme, blijkbaar na het afgaan van
het startschot ook al een beetje in een
wilde vaart geraakt, scheef is voorge
steld. In feite toch was in het onderhavige
geval het optreden van de fractie van de
P. v. d. A. volkomen oorbaar geweest. Ja,
hij en al degenen met hem, die het aan
dorsten om het pad te gaan betreden dei-
ondeugd, dat van inconstitutioneel willen
handelen, moesten genoemde fractie alleen
maar denkbaar zijn. Want door er tussen
uit te trekken, wist zij te bevorderen, dat
er geen inconstitutionele beslissing tot
stand kwam! Trouwens, heel opvallend
was wel op die befaamde 15de december,
dat figuren, gelijk prof. Romme, prof. Oud
enz. zich muisstil hebben gehouden en al
dus wijselijk achterwege hebben gelaten
ook maar een enkel woord in het midden
te brengen ter verdediging van wat zij
beoogden te bereiken. Dit zwijgen sprak
boekdelen en was goud waard!
De eed op de grondwet
Ter vermijding van misverstand stel ik
er overigens prijs op meteeen te verklaren,
dat m.i. de aanvoerder van de K.V.P. geen
ogenblik het snode voornemen gekoesterd
heeft zijn bij de aanvaarding van zijn Ka
merlidmaatschap afgelegde eed van ge
trouwheid aan de grondwet te schenden.
Iets kan immers „inconstitutioneel" zijn,
zonder dat het tevens in strijd met de tekst
van de grondwet is. En nu meen ik, dat
bedoelde eed louter op trouw aan die tekst
betrekking heeft, maar niet op trouw aan
het ongeschreven staatsrecht. De bepaling,
welke over die eed handelt, dateert uit een
tijd, waarin men alleen op het geschreven
constitutionele recht en niet bovendien op
het ongeschreven staatsrecht acht sloeg.
In het midden latende, of het hele artikel
inzake de eed van trouw aan de grondwet
wel zin heeft reeds meer dan zeventig
jaar geleden trok niemand minder dan de
grote deskundige op staatsrechtelijk ge
bied, prof. Buys, dit in twijfel moet ik
er aan toevoegen,--dat het bepaald een on
ding zou zijn van de Kamerleden te ver
gen, dat zij trouw aan het ongeschreven
constitionele recht zouden zweren. Dat
toch is dikwijls enigermate van wissel
vallige aard en kan zich naar of door om
standigheden wijzigen.
Leerzaam is b.v. in dat opzicht de vraag,
wanneer Kamerontbinding, volgens Neder
lands staatsrecht, geoorloofd en wanneer
die maatregel ongeoorloofd is. Tot dusverre
gold hier te lande de regel, dat indien er
tussen Regering en Kamer een onoplosbaar
geschil bestaat en ook niet mogelijk blijkt,
dat een ander kabinet zal optreden ter ver
vanging van het in volstrekte onmin met
de Kamer geraakte kabinet, ontbinding de
enige, tevens volkomen oorbare oplossing is.
Daarentegen doet nog altijd in ons land de
leer opgeld, dat het niet aangaat de Kamer
te ontbinden om op die manier vervroegde
verkiezingen te bewerkstelligen. De normale
levensduur van de Tweede Kamer is dooi
de grondwet op vier jaar bepaald. Daarom
wordt het beschouwd in strijd met deze
regel te zijn, die vier jaar te gaan ver
korten met behulp van Kamerontbinding.
In 1933 heeft echter de overweging, dat
door de Kamer te ontbinden, de verkiezing
op een wat vroeger tijdstip zou plaats vin
den en vervolgens de vorming van een
nieuw kabinet eerder bereikt zou worden
dan wanneer de Kamer in leven ware ge
houden tot het vierjarig mandaat een einde
zou nemen, mede gewicht in de schaal ge
legd bij de beslissing om het ontbindings-
recht wel toe te passen. Thans, vijfentwin
tig jaar later, is dit eveneens het geval
geweest. Zeker, zowel toen als nu stond op
de voorgrond, dat men in een impasse was
geraakt, dat een andere uitweg niet of ten
hoogste uitermate moeilijk ware geweest.
Vandaar, dat ook degenen, die eerbiediging
van de regel inzake de vierjarige levens
duur van de Tweede Karnen nog steeds ten
zeerste gewenst achten, toch met de jongste
ontbinding vrede kunnen hebben. Dit dan,
vanwege de zeer uitzonderlijke moeilijk
heden, die zich voordeden. Maar tegelijker,
tijd hebben zij reden om zich af te vragen,
of indien ook in de toekomst opnieuw het
element van een mogelijk door ontbinding
te boeken voordeel van vervroegde Kamer
verkiezing een rol zou spelen, en vooral
indien dat nog een paar keer zou gebeuren,
mettertijd niet ontbinding met bepaaldelijk
dat doel, als oorbaar zou gaan gelden, ter
wijl het nu nog onoorbaar wordt be
schouwd. „Wat eertijds inconstitutioneel
was, kan later wel degelijk constitutioneel
geacht worden, wanneer maar bij herhaling
tot dat aanvankelijk inconstitutionele
wordt overgegaan." Ziet daar een heel
CULEMBORG
Voorbijgangers waren ten zeerste ver
baasd toen zij geschreeuw en klopsignalen
hoorden uit een pijler van het spoorweg
viaduct over het Zeebux-gerpad in Am
sterdam. Er bleken vijf jongens van 10 tot
14 jaar in te zitten, die enkele uren tevoren
door een openstaand luik in de pilaar naar
binnen waren gegaan. Toen later een
spoorwegarbeider het luik dichtdeed en
het aan de buitenkant grendelde zaten de
jongens opgesloten. Ze hebben twee uur
moeten schreeuwen voordat ze werden
bevrijd.
Advertentie
|V| CC.IN N
V /r.iJi\r\o
ui LIJII l%»CCHN
tcecn hc®f(iriin, kiespijn, •.-x-st, fcnep,
krijgbaar m etuis met 6 poeders maar ook in
een han<Wycpl*iic UIS/S'O'MlEEK (met 6
MEENK'S POEDER^^elpcn! Er zijn Meenk's
Poeders tegen hoofdrffïWkicspijn, hoest, griep,
diarrhee. influenza. rh<^iatick, koortsigheid bij
gevatte kou. pcriodieS pijnen enz. enz. Ver
krijgbaar in etuis mc™6 poeders maar ook in
een handige plastic HUISAPOTHEEK (met 6
verschillende etuis 6 poeders), zonder prijs
verhoging Vraag uw drogist.
Voor het gerechtshof te Amsterdam
heeft terecht gestaan de inmiddels ontsla
gen 39-jarige gemeenteontvanger van
Oude-Niedorp, die door de rechtbank te
Alkmaar wegens verduistering en vals
heid in geschrifte tot een jaar gevangenis
straf was veroordeeld, waarvan drie
maanden voorwaardelijk.
De verdachte, die zichzelf bij de politie
had aangegeven, bekende in de periode
van september 1956 tot mei 1958 totaal bij
na achtduizend gulden uit de gemeentekas
te hebben verduisterd. Voorts erkende hij
als secretaris-penningmeester van een r.
k. stichting in zijn dorp uit de kas van de
vereniging in negen jaar eveneens bijna
achtduizend gulden te hebben weggeno
men. Valsheid in geschrifte had hij ge
pleegd met de boekingen van woningbouw-
premies, die de gemeente ter uitbetaling
aan huizenbouwers van het rijk ontving.
Hij stak deze premies niet in eigen zak,
maar om de gaten in de boekhouding van
de gemeentekas te vullen boekte hij som
mige van deze bedragen in alsof ze reeds
aan de bouwers waren uitbetaald, hoewel
dit nog niet was gebeurd.
Ooi-zaak van deze malversaties was vol
gens de verdediger de betrekkelijk lage
bezoldiging van de verdachte. Hij moest
in het dorp zijn stand ophouden en had
een eigen huis laten bouwen. Zijn strafblad
was nog blanco.
De procux-eur-generaal vorderde een
jaar en drie maanden met aftrek van voor-
arx-est, dat nu zeven en een halve maand
geduurd heeft.
Het hof zal op 22 januari uitspraak doen.
Drie maanden gevangenisstraf en vijf
jaar intrekking van het rijbewijs heeft de
officier van Justitie bij de Haarlemse
rechtbank, mr. G. W. F. van der Valk
Bonman, donderdagmorgen wegens licha
melijk letsel door schuld geëist tegen een
47-jarige Haarlemse koopman.
Op 27 juli even na middernacht vloog hij
op de Haarlemmerstraatweg bij Halfweg
in zijn grote auto met een vaart van om
streeks 100 kilometer uit de bocht en bot
ste tegen een lichtmast. Hij en vier ande
re inzittenden, eveneens Haarlemmers,
werden allen meer of minder ernstig ge
wond.
waar en wijs woord, dat dezer dagen een
wijs, ja een hooggeleerd man tot me sprak,
toen ik naar' zijn mening over de jongste
ontbinding informeerde. Met opzet heb ik
in het voorgaande enige malen de nadx-uk
laten vallen op hetgeen ten onzent op het
stuk van eei-biediging van de normale
levensduur van de Tweede Kamer ener
zijds en van hantering van het ontbindings-
recht anderzijds de nog steeds gangbai-e
constitutionele opvatting is.
In Engeland is het namelijk geheel an-
dex-s gesteld. Daar is eveneens in het ge
schreven recht een tei-mijn bepaald voor
het mandaat van de Lagerhuisleden. Niet
temin is het daar gebruikelijk, dat ont
binding die termijn inkox-t. De wet in
kwestie houdt echter in. dat het Lagerhuis
vijf jaar zit, tenzij zo volgt er onmid
dellijk op voordien tot ontbinding wox-dt
ovex-gegaan. Met andere woorden, x-eeds in
het geschi-even Engelse staatsrecht komt
aldus tot uiting, dat ontbinding een heel
gewoon middel kan zijn om het Lagerhuis
korter dan vij" jaar te laten aanblijven.
Bij ons dr u-entegen heeft de grondwet
gever kennelijk beoogd de bevoegdheid
van de Kroon om aan het leven van een
Kamer een eind te maken voordat, wat de
Tweede Kamer betreft, de vier jaar om
zijn. tot iets uitzonderlijks te maken.-
Beroep op de kiezers
Nu eenmaal de Tweede Kamer ontbon
den wordt, en wel met ingang van
19 maart, is zo aanstonds het woord aan
de kiezers. Het kabinet-Beel heeft op hen
een bei-oen gedaan. Niet, dit zij voox-op ge
steld, om uit te maken of zij voortzetting
verlangen van het kabinet-Beel. Daarover
loopt de verkiezingsstrijd helemaal niet.
Dit kabinet houdt er immers geen staat
kundig beginsel als zodanig op na en
wenst terstond na de 12de maart plaats
te maken voor een ander kabinet. Even
min bestaat er tussen het ministerie-Beel
en de Kamer een geschil, waaromtrent de
kiezers zich verzocht zien, uitspraak te
doen. Intussen. Kamei-ontbinding is nu
eenmaal een bex-oep op het kiezerskox-ps.
Tot die maatregel is overgegaan om de
kiesgerechtigde burgerij in staat te stellen
kenbaar te maken, welk beleid zij voor de
eerstkomende vier jaar gevolgd wenst te
zien. Dat is alles. Laat ik meteen aanstip
pen. dat dit „alles" natuurlijk heel veel
is. En ook, dat er gelukkig reeds nu
enige tekening schijnt te komen ln het
beeld, dat zich de kiezers moeten kunnen
vormen, wil er een redelijke kans bestaan,
dat zij niet al te zeer genoopt zullen wor
den in den blinde hun stem uit te brengen.
Over dat beeld hoop ik een volgende keer
een en ander uiteen te zetten. Thans kan
ik al verzekeren, dat me daarbij zeker
enige in de jongste tijd gedane uitingen
over een mogelijk in de oppositie gaan van
de P.v.d.A. goed van dienst zullen zijn.
Dr. E. van Raalte
De mannen ontmoetten elkaar die avond
in een café in de omgeving van de Haar
lemse Botermarkt. „Wie is er nog nuchter
genoeg om naar Amsterdam te rijden",
zou verdachte hebben gevraagd. Een
leerling-liftmonteur ging achter het stuur.
De koopman, waarschijnlijk niet tevreden
over de zijns inziens te lage snelheid van
de jonge bestuurder, nam bij de Amster
damse pooi-t het stuur over. Hij had twee
glazen bier gedronken, naar hij later ver
klaarde. Een 27-jarige Amsterdamse le
raar zag, zoals hij thans als getuige ver
telde, even voor de bocht bij Halfweg een
grote personenauto zijn wagen voorbij
flitsen. Hij reed zelf ongeveer zestig en
schatte de vaart van de passerende auto
op tenminste honderd kilometei-. Even
later zag getuige dat de wagen aan de lin
kerkant van de weg tegen een lichtmast
was gebotst. Alle vijf inzittenden waren
gewond. De meesten konden ongeveer zes
weken niet wei-ken, een der mannen
was zelfs vier maanden uitgeschakeld;
beide benen in het gips.
„Ik x-eed tussen de 80 en 90 kilometer.
Ik was helemaal niet dronken. Ik kon de
wagen alleen niet meer naar rechts krij
gen. Het moet een klapband zijn geweest"
vex-klaarde de verdachte nu ter zitting. En
met de president, mr. H. J. Ferwerda,
wilde hij een weddenschap aangaan, dat
hij in twee uur tijd twee emmers bier kon
drinken en dan nog niet beschonken zou
zijn. Maar toen hij de twijfel zag op de ge
zichten van de magistx-atuur, voegde hij
er aan toe: „Nou ja, niet van die grote
emmers".
President: „O, dat noemt u zeker een
kleintje pils."
Een 26-jarige Haarlemse onderhouds
monteur legde hierna als getuige zulke
voor de koopman verzachtende en met het
proces-verbaal strijdige verklaringen af,
dat de president hem er ernstig op wees,
dat hij een grote kans maakte onmiddel
lijk in het huis van bewaring te verdwij
nen wegens meineed.
De politie had hij verteld, dat hij er een
voorgevoel van had, dat er tijdens de auto
rit iets ernstigs zou gebeuren. Hij had zich
met zijn benen- schrap gezet tegen de voor
bank. Thans ter zitting zei hij onder meer
dat hij de snelheid, waarmee verdachte
reed, niet te hoog vond. De verbalisant,
een 44-jarige opperwachtmeester der rijks
politie in Halfweg, die op de publieke tri
bune wachtte op de behandeling van een
volgende zaak, waarin hij als getuige
moest optreden, kwam op verzoek van de
rechtbank de zaak even recht zetten.
Prompt kwam de monteur op zijn even
tevoren afgelegde verklax-ingen terug. De
politieman merkte verder op, dat er van
een „klapband" geen spi-ake was geweest.
Nadat de overige inzittenden, de leex-ling-
monteur, die eerst had gereden, een 32-
jarige schuitenvoerder en een 36-jarige
koopman, allen uit Haai-lem, als getuige
wax-en gehoord, herinnerde mr. Ferwerda
er aan, dat verdachte sinds 1929 veertien
keer is veroordeeld, onder andere wegens
diefstal, belediging, mishandeling en be
schadiging van andermans eigendom.
De officiex van Justitie achtte het een
geluk, dat bij het ongeluk tijdens deze
dollemansrit geen andere weggebruikers
waren betx-okken. Hij laakte verdachte's
houding van ontkennen en chicaneren en
het feit dat verdachte geen begrip voor
eigen fouten heeft. Hij beschuldigde hem
er verder van getuigen te hebben omge
praat. hetgeen de koopman, in zijn laatste
woord bestreed.
Uitspraak op 22 januari om half tien.
Dodelijk ongeluk. De 55-jarige houwer
F. Housen is in de Oranje-Nassaumijn 3 in
Heerlen door een van een helling af
komende slede zodanig aan het hoofd ge-
x-aakt, dat hij korte tijd later overleed.