BREIMACHINES NA HET STARTSCHOT GISPEN „Laat het welvaartspeil niet bedreigen door onvoldoende investeringen" voelt ti zicfi met leRker Drie maanden gevangenis geëist wegens letsel door schuld VOORZITTER KAMER VAN KOOPHANDEL: Op en om het Binnenhof 11 Verhuizer behield gevonden bankbiljetten (f 87.000) Hij meende dat ze niet meer geldig waren Vooruitzicht hollenexport niet uitermate gunstig Dode en gewonde op kustvaarder Haarlemmer raakte bekneld tussen schuivende lading Prof. Leendertz 50 jaar geleden als predikant bevestigd Inbrekers namen brandkast met 11.000 mee Jongens opgesloten in pijler van viaduct Ex-gemeenteontvanger van Oude Niedorp voor het hof HAARLEMSE RECHTBANK Auto tegen lichtmast: vijf gewonden VRIJDAG 9 JANUARI 1959 „Men kan stellen, dat de export in de komende twintig jaar ruwweg zal moeten worden verdubbeld. De conclusie is hieruit te trekken, dat de Nederlandse industrie, zowel als onze buitenlandse handel en het Internationale dienstenverkeer zich zeer belangrijk zullen moeten uitbreiden, willen z\j aan de gestelde verwachtingen kunnen voldoen. Welvaartsvergroting, die verhoging van consumptie met zich meebrengt, zal de stimulans moeten vormen voor onze economische activiteit. Als onderncmei meen ik te moeten waarschuwen voor het gevaar, dat het toekomstige welvaartspeil bedreigd zou worden door onvoldoende investeringen en besparingen. Ik vraag mjj af, maar dit doe ik geheel voor eigen rekening, of de monetaire politiek van de regering wel voldoende armslag laat voor de overwegend zelf financierende ondernemingen. Ik acht de situatie na de oorlog te dezen opzichte onbevredigend en daardoor remmend werken op de ontwikkeling der ondernemingen, een ontwikkeling, die dringend ver eist is, zowel in de diepte, als in de breedte", aldus de voorzitter van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Haarlem en omstreken, de heer B. F. Enschedé, tijdens de nieuwjaarsrede, die hij gisteravond in de ridderzaal van het Haarlemse stadhuis uitsprak in tegenwoordigheid van de Commissaris der Koningin in de provincie Noordholland, dr. M. J. Prinsen, burgemeesters van vele gemeenten in het district van de Kamer en vertegenwoordigers van handel en nijverheid. Aan het begin van zijn rede bracht de heer Enschedé dank aan de Commissaris der Koningin voor de grote steun en be langstelling, die hij door zijn aanwezig heid voor het werk van de Kamer van Koophandel toont. Ook dankte spreker de burgemeester var. Haarlem, die weder om gastvrijheid wilde verlenen in de rid derzaal van het Haarlemse stadhuis. Vervolgens schetste de heer Enschedé in forse lijnen de internationale politieke en economische toestand, waarbij hij enige facetten nader belichtte. Hij kwam tot de slotsom, dat de politieke situatie zo al niet bevredigend, toch niet zó verontrus tend is, dat het economische leven in zijn groei en ontwikkeling direct wordt belem merd. De thans gepubliceerde doelstellin gen van het nieuwe Russische zevenjaren plan, waarbij de industriële produktie met 80 percent moet worden opgevoerd, is een uitdaging gericht aan de Amerikaanse economie, aldus de heer Enschedé, die het belangwekkend noemde, dat Rusland was afgestapt van het verlenen van volledige prioriteit aan de zware industrie en zijn industriële opbouw in vele opzichten heeft aangepast aan de Amerikaanse structuur. „Hetgeen Rusland in de afgelopen jaren heeft bereikt stemt tot voorzichtigheid. Wij moeten de economische uitdaging van Rusland voor de naaste toekomst niet te zeer kleineren". Wat Europa betreft wees de heer Enschedé op de dramatische ont wikkelingen in Frankrijk. Gezien de erva ringen met de Europese Economische Ge meenschap in het afgelopen jaar, meende spreker, dat optimisme nauwelijks ge rechtvaardigd scheen te zijn. Eenmaal overtuigd van de absolute noodzaak van een verenigd Europa, dient men de con sequenties van een gemeenschappelijke markt en vrijhandelszone te aanvaarden. De heer Enschedé zei dat het te wensen zou zijn, als in die naaste toekomst de zelf werkzaamheid van de ondernemer zal wor den aangewakkerd. Wat de welvaartsver- Advertentie De officier van Justitie bij de rechtbank te Amsterdam heeft tegen een 67-jarige verhuizer uit Amsterdam wegens diefstal van 87 biljetten van 1000 gulden drie maanden voorwaardelijke gevangenisstraf geëist. Op 21 mei moest hij de inboedel uit een huis aan het Oosterpark in Amsterdam weghalen. Daarbij bevond zich een schrijf bureau, waaruit, toen het werd gekanteld een pakje viel. De verhuizer nam het op en zag dat het een bundeltje bankbiljetten was. Plet leken hem waardeloze biljetten uit de bezettingstijd. Hij stak het pakje in de zak van zijn werkjasje en dacht er ver der niet meer aan. Later liet hij een bil jet aan zijn 33-jarige zoon zien, aan wie hij vertelde dat hij het gevonden had. Ook zijn zoon was er van overtuigd met ver lopen bankbiljetten te doen te hebben. Toch informeerde hij bij een kennis op een bank naar de geldigheid van het biljet. Dit bleek inderdaad nog geldig te zijn. Hij ging er mee naar een postkantoor om het te laten wisselen. Op het postkantoor ontdekte men echter dat het biljet voorkwam op een lijstje van vermiste waardepapieren. De eigenaar van het geld had op een lijst aantekening gehouden van de num mers der biljetten. Na zijn overlijden had de notaris de lijst aan de politie verstrekt en deze had de nummers verder verspreid. Reeds zes maanden deed men ijverige na sporingen naar het vermiste geld, dat ten goede zou moeten komen aan de erfgena men. De zoon van de verhuizer werd op het postkantoor aangehouden, waarna het geld bij de vader in beslag genomen werd. De rechtbank deed onmiddellijk uit spraak en veroordeelde de verhuizer tot een jaar voorwaardelijke gevangenisstraf met een proeftijd van drie jaar, rekening houdend met zijn gunstig verleden en zijn leeftijd. hoging door produktiviteitsvermeerdering betreft, behoeft Nederland niet ongerust te zijn, aldus de spreker, omdat in ons land de welvaart in de laatste kwarteeuw met 25 percent is opgevoerd. Verleden jaar had de burgemeester van Haarlem spreker in zijn slotwoord sportief uitge daagd één overbodige ambtenaar aan te wijzen. „Het zal u verheugen", aldus de heer Enschedé, „dat ik die niet heb kun nen vinden". Toch meende hij in het al gemeen een waarschuwing te moeten la ten horen tegen het uitzetten van het amb telijk apparaat. Tot slot behandelde de heer Enschedé nog enige economische aspecten, waarbij hij aanhaakte bij een door de secretaris van de Sociaal Economische Raad, drs. H. L. Jansen, op het congres van het Genoot schap voor Reclame gehouden rede, die een vijftal doelstellingen ten aanzien van de economie in ons land naar voren had gebracht, zoals het zo volledig mogelijk gebruik maken van alle produktiefactoren. met name het handhaven van een grote en stabiele .werkgelegenheid; het handha ven van evenwicht in de betalingsbalans; het handhaven van een investeringspeil dat de levensstandaard geleidelijk ver hoogt; het streven naar een aanvaardba re verdeling van het nationaal inkomen en het bevorderen van een stabiel prijsni veau. Op elk der doelstellingen ging de heer Enschedé wat dieper in. Met betrekking tot de middenstandspro- blematiek, merkte de voorzitter van de Kamer op, dat er moeilijkheden kunnen ontstaan bij de bouw van panden voor mid- denstandsbedrijven in nieuwe woonwij ken. Hoeveelheid, plaats en grootte kun nen, evenals de prijs, slechts vastgesteld worden na diepgaande studie. Aan het slot van zijn rede sprak de heer Enschedé zijn beste wensen voor 1959 uit. De burgemeester van Haarlem, mr. O. P. F. M. Cremers, heeft een korte toe spraak gehouden, waarin hij zich onder meer i-ichtte tot de Commissaris der Ko ningin in "de provincie Noordholland; uit zijn komst blijkt wel zijn grote belangstel ling voor handel en industrie. De tegen woordigheid van zovele leiders van bedrij ven juichte spreker toe, waardoor een nog steviger contact tussen bedrijfsleven en overheid te verwachten is. Nauwe samen werking is nodig en daarbij herinnerde de burgemeester onder meer aan een con gres van bouwkundigen; meegedeeld is toen dat als er in Amerika plannen gemaakt worden er tegelijkertijd gezorgd wordt voor geld. Dan kunnen de plannen terstond uitgewerkt worden. Hetgeen de heer Enschedé gezegd heeft over de bouw van winkels in nieuwe woonwijken heeft de B. F. Enschedé aandacht van het Haarlemse gemeentebe stuur en met het verzoek tot samenwer king zal rekening worden gehouden. Het bestuur van de Kamer van Koophan del voor Haarlem en omliggende gemeen ten zal evenals het vorig jaar bestaan uit de heren B. F. Enschedé, voorzitter, Th. S. J. Hooij en J. J. Jurrissen, ondervoor zitters. Deze heren zijn gekozen in een'ver gadering welke aan de bijeenkomst in het Stadhuis vooraf ging. De vooruitzichten voor de bollenverkoop in 1959 zijn over het algemeen iets min der gunstig dan vorig jaar als gevolg van de vermoedelijke moeilijke en latere broei van de bloembollen voor de winter. Voorts zal de export benadeeld kunnen worden door de toegespitste kwestie van de uit voer der bolbloemen, alsmede door de steeds toenemende concurrentie in de win termaanden met andere bloemen uit Zuid- Europa. Aldus het jaarverslag van de Kamer van Koophandel en Fabrieken in Haarlem en omstreken. Geconstateerd wordt dat de verkoopprijzen van bollen vorig jaar in het buitenland iets lager la gen dan in 1957. Wat betreft de bloementeelt in 1958 wordt aangenomen dat de omzet van de veilingen meer dan twintig miljoen gulden bedroeg. De export ontwikkelde zich gun stig. In het algemeen kan worden gesteld dat de resultaten van de bloemenkwekerij tamelijk gunstig waren, doch dat de be drijfsresultaten zich in de laatste jaren wel in dalende lijn bewegen. Korte speelfilm van Max de Haas De staatssecretaris van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen heeft aan de cineast-Max de Haas een rijkssubsidie ver leend voor de vervaardiging van een korte speelfilm met documentaire inslag. De film zal heten ..Dagen van mijn jaren". Advertentie KNITTAX KUIPERS - KL. HOUTSTRAAT 112 TEL. 11142 - HAARLEM Twee Nederlandse zeelieden zijn tijdens het zware weer op de Noordzee het slacht offer geworden van het verschuiven van de deklading op de Groningse kustvaarder „Vedette". Een van de slachtoffers, de 19-jarige P. Ekhart uit Roden overleed aan de gevol gen van het ongeluk De 22-jarige J. Laad- stra uit Haarlem liep vrij ernstige kneu zingen op. De „Vedette", die 500 ton meet, was op weg van Antwerpen naar Huil, toen een zware storm opstak. De twee zeelieden trachtten de schuivende lading vast te maken toen het ongeluk gebeurde. De kapitein van het schip vroeg via de radio in Huil medische bijstand. De gewon de matroos is daar opgenomen in een zie kenhuis. Zaterdag zal het vijftig jaar geleden zijn dat prof. dr. W. Leendertz uit Santpoort, oud-hoogleraar in de wijsbegeerte van de godsdienst en ethiek aan de gemeentelijke universiteit en in de christelijke geloofs- en zedenleer aan het doopsgezind semina rium te Amsterdam, werd bevestigd als predikant bij de Algemene Doopsgezinde Sociëteit. Prof. Leendertz werd 16 december 1883 te Veenwoude uit een doopsgezind predi kantengeslacht geboren. Hij studeerde te Amsterdam en Groningen, werd in 1908 proponent en op 10 januari van het daarop volgend jaar te Nes op Ameland in het ambt bevestigd. In 1913 promoveerde hij aan de universiteit te Groningen op een dis sertatie over Sören Kierkegaard. In 1922 legde hij het predikambt neer en vervulde hij verscheidene functies op wetenschap pelijk gebied. In 1933 werd hij lector aan het doopsgezind seminarium. In juli 1944 volgde zijn benoeming tot hoogleraar aan dit seminarium en in 1946 werd hij be noemd tot hoogleraar aan de gemeente lijke universiteit te Amsterdam. Dit bleef hij tot aan zijn emiritaat in 1954. Onlangs vierde prof. Leendertz zijn vijfenzeventig ste verjaardag. Van zijn hand verschenen enkele werken alsmede talrijke artikelen in tijdschriften en periodieken. Prof. Leendertz zal op de herdenkingsdag afwe zig zijn. De officier van Justitie bij de rechtbank te 's Gravenhage heeft een gevangenis straf van een jaar en negen maanden ge vorderd tegen een 24-jarige loswerkman, een jaar en zes maanden tegen een 44-jari- ge koopman en een jaar tegen een 21-jari- ge bahketbakker, allen uit Leiden, die op 19 oktober in een pas geopend modemaga zijn in Leiden inbraken en de brandkast hadden meegenomen. Thuis bij de koop man scheurden ze de kast open. Er bleek ongeveer 11.000 in te zitten. Een 34-jari- ge spinner uit Leiden, die van de inbraak afwist en die had geholpen toen de brand kast werd opengescheurd, kreeg voor de moeite 1000 van de buit. Hij was echter zo bang dat hij het geld op straat had weg gegooid. De officier van Justitie vorderde tegen de spinner een boete van 100 en een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden. De rechtbank zal op 22 ja nuari-uitspraak doen. Advertentie Sinds op 23 december j.l. de uitvaardi ging geschiedde van het besluit tot ontbin ding van de Tweede Kamer en in verband daarmee de data, zowel voor de kandidaat stelling als voor de stemming kwamen vast te staan, heeft de grote wedren een aan vang genomen. Een wedren, ongetwijfeld in meer dan een geval met hindernissen, om straks op 12 maart als eerste uit de strijd te komen. Dit wat de partijen be treft. Daarnaast ontbreekt het hier en daar binnen de partijen ook niet aan een horden-race. Sommige gegadigden voor het Kamerlidmaatschap lopèn daarbij zelfs kans reeds in een vroeg stadium in het zand te bijten. In die zin, dat zij, óf hele maal niet op een kandidatenlijst voor komen öf daarop slechts een in hun ogen al te lage plaats toegewezen krijgen. Zowel in de radio als via de televisie, en verder bovendien in plaatselijke partij- afdelingen, waar al een enkele voorman een verkiezingsredevoering heeft afge stoken, viel inmiddels waar te nemen, dat het startschot voorbij is. Prof. Romme, de algemene lijsttrekker van de K.V.P., heeft in de afgelopen week in een uitzen ding van de K.R.O. enige van zijn ziens wijzen kenbaar gemaakt na en naar aan leiding van wat dr. Drees, de pas afge treden minister-president, vóór dien aan de V.A.R.A.-luisteraars had uiteengezet. Inconstitutioneel Tot de door de heer Romme gemaakte opmerkingen behoorde ondermeer, dat hij, nadat de heer Drees ervan gewaagd had, dat de P.v.d.A., als zij straks in de oppo sitie zal zijn, die oppositie „strijdvaardig en constructief" zal voeren, de Tweede- Kamerfractie van de P.v.d.A. verweet zich op 15 december „vluchtwaardig en ob structief' te hebben gedragen. Het moet mij van het hart, dat ik dit toch wel een heel stoute, in de zin van stoutmoedige, bewering vind van de voorzitter van de K.V.P.-fractie in de Tweede Kamer. Zijn zoëven hier weergegeven critiek had be trekking op het feit, dat op 15 december mr. Burger en diens fractiegenoten zich fluks, voor de stemming over het wets ontwerp inzake verlenging van de tijde lijke verhoging van enige belastingen, dat geen enkele minister had willen verdedi gen daarom waren alle ministers opzet telijk weggebleven uit de vergaderzaal hadden verwijderd. Het onmiddellijk ge volg van de door prof. Romme gewraakte „vluchtwaardigheid" was geweest, dat de Kamer er aldus voor behoed is geworden een in wezen inconstitutionele daad te verrichten. Al eerder heb ik hier uiteen gezet dat en waarom behandeling van en beslissing over een Regeringsontwerp, hetwelk bepaald geen van de ministers op dat ogenblik voor zijn rekening wil nemen, volslagen in strijd is met het vereiste van het gemeen overleg. Thans behoef ik dus niet nog eens de redenen te vermelden, die aanleiding te over geven om ten aanzien van een der gelijk optreden de uitdrukking inconstitu tioneel te gebruiken. Daarentegen acht ik het wel plicht recht te zetten, wat door prof. Romme, blijkbaar na het afgaan van het startschot ook al een beetje in een wilde vaart geraakt, scheef is voorge steld. In feite toch was in het onderhavige geval het optreden van de fractie van de P. v. d. A. volkomen oorbaar geweest. Ja, hij en al degenen met hem, die het aan dorsten om het pad te gaan betreden dei- ondeugd, dat van inconstitutioneel willen handelen, moesten genoemde fractie alleen maar denkbaar zijn. Want door er tussen uit te trekken, wist zij te bevorderen, dat er geen inconstitutionele beslissing tot stand kwam! Trouwens, heel opvallend was wel op die befaamde 15de december, dat figuren, gelijk prof. Romme, prof. Oud enz. zich muisstil hebben gehouden en al dus wijselijk achterwege hebben gelaten ook maar een enkel woord in het midden te brengen ter verdediging van wat zij beoogden te bereiken. Dit zwijgen sprak boekdelen en was goud waard! De eed op de grondwet Ter vermijding van misverstand stel ik er overigens prijs op meteeen te verklaren, dat m.i. de aanvoerder van de K.V.P. geen ogenblik het snode voornemen gekoesterd heeft zijn bij de aanvaarding van zijn Ka merlidmaatschap afgelegde eed van ge trouwheid aan de grondwet te schenden. Iets kan immers „inconstitutioneel" zijn, zonder dat het tevens in strijd met de tekst van de grondwet is. En nu meen ik, dat bedoelde eed louter op trouw aan die tekst betrekking heeft, maar niet op trouw aan het ongeschreven staatsrecht. De bepaling, welke over die eed handelt, dateert uit een tijd, waarin men alleen op het geschreven constitutionele recht en niet bovendien op het ongeschreven staatsrecht acht sloeg. In het midden latende, of het hele artikel inzake de eed van trouw aan de grondwet wel zin heeft reeds meer dan zeventig jaar geleden trok niemand minder dan de grote deskundige op staatsrechtelijk ge bied, prof. Buys, dit in twijfel moet ik er aan toevoegen,--dat het bepaald een on ding zou zijn van de Kamerleden te ver gen, dat zij trouw aan het ongeschreven constitionele recht zouden zweren. Dat toch is dikwijls enigermate van wissel vallige aard en kan zich naar of door om standigheden wijzigen. Leerzaam is b.v. in dat opzicht de vraag, wanneer Kamerontbinding, volgens Neder lands staatsrecht, geoorloofd en wanneer die maatregel ongeoorloofd is. Tot dusverre gold hier te lande de regel, dat indien er tussen Regering en Kamer een onoplosbaar geschil bestaat en ook niet mogelijk blijkt, dat een ander kabinet zal optreden ter ver vanging van het in volstrekte onmin met de Kamer geraakte kabinet, ontbinding de enige, tevens volkomen oorbare oplossing is. Daarentegen doet nog altijd in ons land de leer opgeld, dat het niet aangaat de Kamer te ontbinden om op die manier vervroegde verkiezingen te bewerkstelligen. De normale levensduur van de Tweede Kamer is dooi de grondwet op vier jaar bepaald. Daarom wordt het beschouwd in strijd met deze regel te zijn, die vier jaar te gaan ver korten met behulp van Kamerontbinding. In 1933 heeft echter de overweging, dat door de Kamer te ontbinden, de verkiezing op een wat vroeger tijdstip zou plaats vin den en vervolgens de vorming van een nieuw kabinet eerder bereikt zou worden dan wanneer de Kamer in leven ware ge houden tot het vierjarig mandaat een einde zou nemen, mede gewicht in de schaal ge legd bij de beslissing om het ontbindings- recht wel toe te passen. Thans, vijfentwin tig jaar later, is dit eveneens het geval geweest. Zeker, zowel toen als nu stond op de voorgrond, dat men in een impasse was geraakt, dat een andere uitweg niet of ten hoogste uitermate moeilijk ware geweest. Vandaar, dat ook degenen, die eerbiediging van de regel inzake de vierjarige levens duur van de Tweede Karnen nog steeds ten zeerste gewenst achten, toch met de jongste ontbinding vrede kunnen hebben. Dit dan, vanwege de zeer uitzonderlijke moeilijk heden, die zich voordeden. Maar tegelijker, tijd hebben zij reden om zich af te vragen, of indien ook in de toekomst opnieuw het element van een mogelijk door ontbinding te boeken voordeel van vervroegde Kamer verkiezing een rol zou spelen, en vooral indien dat nog een paar keer zou gebeuren, mettertijd niet ontbinding met bepaaldelijk dat doel, als oorbaar zou gaan gelden, ter wijl het nu nog onoorbaar wordt be schouwd. „Wat eertijds inconstitutioneel was, kan later wel degelijk constitutioneel geacht worden, wanneer maar bij herhaling tot dat aanvankelijk inconstitutionele wordt overgegaan." Ziet daar een heel CULEMBORG Voorbijgangers waren ten zeerste ver baasd toen zij geschreeuw en klopsignalen hoorden uit een pijler van het spoorweg viaduct over het Zeebux-gerpad in Am sterdam. Er bleken vijf jongens van 10 tot 14 jaar in te zitten, die enkele uren tevoren door een openstaand luik in de pilaar naar binnen waren gegaan. Toen later een spoorwegarbeider het luik dichtdeed en het aan de buitenkant grendelde zaten de jongens opgesloten. Ze hebben twee uur moeten schreeuwen voordat ze werden bevrijd. Advertentie |V| CC.IN N V /r.iJi\r\o ui LIJII l%»CCHN tcecn hc®f(iriin, kiespijn, •.-x-st, fcnep, krijgbaar m etuis met 6 poeders maar ook in een han<Wycpl*iic UIS/S'O'MlEEK (met 6 MEENK'S POEDER^^elpcn! Er zijn Meenk's Poeders tegen hoofdrffïWkicspijn, hoest, griep, diarrhee. influenza. rh<^iatick, koortsigheid bij gevatte kou. pcriodieS pijnen enz. enz. Ver krijgbaar in etuis mc™6 poeders maar ook in een handige plastic HUISAPOTHEEK (met 6 verschillende etuis 6 poeders), zonder prijs verhoging Vraag uw drogist. Voor het gerechtshof te Amsterdam heeft terecht gestaan de inmiddels ontsla gen 39-jarige gemeenteontvanger van Oude-Niedorp, die door de rechtbank te Alkmaar wegens verduistering en vals heid in geschrifte tot een jaar gevangenis straf was veroordeeld, waarvan drie maanden voorwaardelijk. De verdachte, die zichzelf bij de politie had aangegeven, bekende in de periode van september 1956 tot mei 1958 totaal bij na achtduizend gulden uit de gemeentekas te hebben verduisterd. Voorts erkende hij als secretaris-penningmeester van een r. k. stichting in zijn dorp uit de kas van de vereniging in negen jaar eveneens bijna achtduizend gulden te hebben weggeno men. Valsheid in geschrifte had hij ge pleegd met de boekingen van woningbouw- premies, die de gemeente ter uitbetaling aan huizenbouwers van het rijk ontving. Hij stak deze premies niet in eigen zak, maar om de gaten in de boekhouding van de gemeentekas te vullen boekte hij som mige van deze bedragen in alsof ze reeds aan de bouwers waren uitbetaald, hoewel dit nog niet was gebeurd. Ooi-zaak van deze malversaties was vol gens de verdediger de betrekkelijk lage bezoldiging van de verdachte. Hij moest in het dorp zijn stand ophouden en had een eigen huis laten bouwen. Zijn strafblad was nog blanco. De procux-eur-generaal vorderde een jaar en drie maanden met aftrek van voor- arx-est, dat nu zeven en een halve maand geduurd heeft. Het hof zal op 22 januari uitspraak doen. Drie maanden gevangenisstraf en vijf jaar intrekking van het rijbewijs heeft de officier van Justitie bij de Haarlemse rechtbank, mr. G. W. F. van der Valk Bonman, donderdagmorgen wegens licha melijk letsel door schuld geëist tegen een 47-jarige Haarlemse koopman. Op 27 juli even na middernacht vloog hij op de Haarlemmerstraatweg bij Halfweg in zijn grote auto met een vaart van om streeks 100 kilometer uit de bocht en bot ste tegen een lichtmast. Hij en vier ande re inzittenden, eveneens Haarlemmers, werden allen meer of minder ernstig ge wond. waar en wijs woord, dat dezer dagen een wijs, ja een hooggeleerd man tot me sprak, toen ik naar' zijn mening over de jongste ontbinding informeerde. Met opzet heb ik in het voorgaande enige malen de nadx-uk laten vallen op hetgeen ten onzent op het stuk van eei-biediging van de normale levensduur van de Tweede Kamer ener zijds en van hantering van het ontbindings- recht anderzijds de nog steeds gangbai-e constitutionele opvatting is. In Engeland is het namelijk geheel an- dex-s gesteld. Daar is eveneens in het ge schreven recht een tei-mijn bepaald voor het mandaat van de Lagerhuisleden. Niet temin is het daar gebruikelijk, dat ont binding die termijn inkox-t. De wet in kwestie houdt echter in. dat het Lagerhuis vijf jaar zit, tenzij zo volgt er onmid dellijk op voordien tot ontbinding wox-dt ovex-gegaan. Met andere woorden, x-eeds in het geschi-even Engelse staatsrecht komt aldus tot uiting, dat ontbinding een heel gewoon middel kan zijn om het Lagerhuis korter dan vij" jaar te laten aanblijven. Bij ons dr u-entegen heeft de grondwet gever kennelijk beoogd de bevoegdheid van de Kroon om aan het leven van een Kamer een eind te maken voordat, wat de Tweede Kamer betreft, de vier jaar om zijn. tot iets uitzonderlijks te maken.- Beroep op de kiezers Nu eenmaal de Tweede Kamer ontbon den wordt, en wel met ingang van 19 maart, is zo aanstonds het woord aan de kiezers. Het kabinet-Beel heeft op hen een bei-oen gedaan. Niet, dit zij voox-op ge steld, om uit te maken of zij voortzetting verlangen van het kabinet-Beel. Daarover loopt de verkiezingsstrijd helemaal niet. Dit kabinet houdt er immers geen staat kundig beginsel als zodanig op na en wenst terstond na de 12de maart plaats te maken voor een ander kabinet. Even min bestaat er tussen het ministerie-Beel en de Kamer een geschil, waaromtrent de kiezers zich verzocht zien, uitspraak te doen. Intussen. Kamei-ontbinding is nu eenmaal een bex-oep op het kiezerskox-ps. Tot die maatregel is overgegaan om de kiesgerechtigde burgerij in staat te stellen kenbaar te maken, welk beleid zij voor de eerstkomende vier jaar gevolgd wenst te zien. Dat is alles. Laat ik meteen aanstip pen. dat dit „alles" natuurlijk heel veel is. En ook, dat er gelukkig reeds nu enige tekening schijnt te komen ln het beeld, dat zich de kiezers moeten kunnen vormen, wil er een redelijke kans bestaan, dat zij niet al te zeer genoopt zullen wor den in den blinde hun stem uit te brengen. Over dat beeld hoop ik een volgende keer een en ander uiteen te zetten. Thans kan ik al verzekeren, dat me daarbij zeker enige in de jongste tijd gedane uitingen over een mogelijk in de oppositie gaan van de P.v.d.A. goed van dienst zullen zijn. Dr. E. van Raalte De mannen ontmoetten elkaar die avond in een café in de omgeving van de Haar lemse Botermarkt. „Wie is er nog nuchter genoeg om naar Amsterdam te rijden", zou verdachte hebben gevraagd. Een leerling-liftmonteur ging achter het stuur. De koopman, waarschijnlijk niet tevreden over de zijns inziens te lage snelheid van de jonge bestuurder, nam bij de Amster damse pooi-t het stuur over. Hij had twee glazen bier gedronken, naar hij later ver klaarde. Een 27-jarige Amsterdamse le raar zag, zoals hij thans als getuige ver telde, even voor de bocht bij Halfweg een grote personenauto zijn wagen voorbij flitsen. Hij reed zelf ongeveer zestig en schatte de vaart van de passerende auto op tenminste honderd kilometei-. Even later zag getuige dat de wagen aan de lin kerkant van de weg tegen een lichtmast was gebotst. Alle vijf inzittenden waren gewond. De meesten konden ongeveer zes weken niet wei-ken, een der mannen was zelfs vier maanden uitgeschakeld; beide benen in het gips. „Ik x-eed tussen de 80 en 90 kilometer. Ik was helemaal niet dronken. Ik kon de wagen alleen niet meer naar rechts krij gen. Het moet een klapband zijn geweest" vex-klaarde de verdachte nu ter zitting. En met de president, mr. H. J. Ferwerda, wilde hij een weddenschap aangaan, dat hij in twee uur tijd twee emmers bier kon drinken en dan nog niet beschonken zou zijn. Maar toen hij de twijfel zag op de ge zichten van de magistx-atuur, voegde hij er aan toe: „Nou ja, niet van die grote emmers". President: „O, dat noemt u zeker een kleintje pils." Een 26-jarige Haarlemse onderhouds monteur legde hierna als getuige zulke voor de koopman verzachtende en met het proces-verbaal strijdige verklaringen af, dat de president hem er ernstig op wees, dat hij een grote kans maakte onmiddel lijk in het huis van bewaring te verdwij nen wegens meineed. De politie had hij verteld, dat hij er een voorgevoel van had, dat er tijdens de auto rit iets ernstigs zou gebeuren. Hij had zich met zijn benen- schrap gezet tegen de voor bank. Thans ter zitting zei hij onder meer dat hij de snelheid, waarmee verdachte reed, niet te hoog vond. De verbalisant, een 44-jarige opperwachtmeester der rijks politie in Halfweg, die op de publieke tri bune wachtte op de behandeling van een volgende zaak, waarin hij als getuige moest optreden, kwam op verzoek van de rechtbank de zaak even recht zetten. Prompt kwam de monteur op zijn even tevoren afgelegde verklax-ingen terug. De politieman merkte verder op, dat er van een „klapband" geen spi-ake was geweest. Nadat de overige inzittenden, de leex-ling- monteur, die eerst had gereden, een 32- jarige schuitenvoerder en een 36-jarige koopman, allen uit Haai-lem, als getuige wax-en gehoord, herinnerde mr. Ferwerda er aan, dat verdachte sinds 1929 veertien keer is veroordeeld, onder andere wegens diefstal, belediging, mishandeling en be schadiging van andermans eigendom. De officiex van Justitie achtte het een geluk, dat bij het ongeluk tijdens deze dollemansrit geen andere weggebruikers waren betx-okken. Hij laakte verdachte's houding van ontkennen en chicaneren en het feit dat verdachte geen begrip voor eigen fouten heeft. Hij beschuldigde hem er verder van getuigen te hebben omge praat. hetgeen de koopman, in zijn laatste woord bestreed. Uitspraak op 22 januari om half tien. Dodelijk ongeluk. De 55-jarige houwer F. Housen is in de Oranje-Nassaumijn 3 in Heerlen door een van een helling af komende slede zodanig aan het hoofd ge- x-aakt, dat hij korte tijd later overleed.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1959 | | pagina 7