Portugal inspireert toegepaste kunst
r
President De Gaulle wijdt de
Raad der Gemeenschap in
Burgemeester Willy Brandt op
wereldreis voor West-Berlijn
Van dag tot dag
J
<~Praatótoel
J
3
Reële dreiging
Ook hier tegenstelling over integratie
federalisten en anti-federalisten
tussen
Militaire oefeningen op
Cyprus beëindigd
Nog witter...
stralend wit...
Vorige week sneuvelden in
Algerije 653 rebellen
Algemene staking op Malta
Wat doet Washington als de Russen de controle
inderdaad aan de Oostduitsers overdragen
Op de'
1
Behaaglijk en veilig douchen
met PHILIPS
douchecelverwarming
Persstem over Britse
houding t.o.v. Indonesië
/'Hoe is het ontstaan?^
Dit woord: MONDIG
WOENSDAG 4 FEBRUARI 1959
Een teken van het gebrek aan realiteits
zin, waarmee de positie van Nederlands
Nieuw Guinea vaak wordt bekeken, was
dezer dagen het zowel in Nederland als in
Engeland gelanceerde bericht over een
op handen zijnde „invasie" van Indone
sische troepen in Nederlands Nieuw Gui
nea. Er werd zelfs in gewaagd van
scheepsbewegingen naar de vele eilandjes
langs de .kustlijn van dit omstreden ge
bied. Zo Indonesië dan al ooit scheeps-
ruimte zou kunnen onttrekken aan het
toch reeds zo ingekrompen archipelver-
keer, dan ware het toch zeer onwaarschijn
lijk, dat het tot openlijke agressie tegen
Nieuw Guinea zou overgaan.
Nu de Indonesische leiders zozeer onder
de druk van de publieke opinie staan, die
zij zelf hebben veroorzaakt, hebben zij
heus nog wel andere methodes in petto dan
zich in politiek en militair opzicht zozeer
bloot te geven als bij een „invasie". Men
heeft in de afgelopen jaren alle plannen
tot „bevrijding van West-Irian" bewust
een zaak van het volk laten blijven. En
de promotor daarvan, Mustopo, blijft vrij
uit over die „bevrijding" spreken, terwijl
men officieel naar buiten vasthoudt aan
een activiteit „zonder geweld". Evenals
men in Djakarta de anti-Nederlandse cam
pagne zoveel mogelijk de schijn van
„spontaan volksoptreden" heeft willen
geven, zal ook de „bevrijding" van
Nieuw Guinea in de aanvang geen officië
le Indonesische aangelegenheid kunnen
zijn. Vandaar de aantrekkelijke gedach
te aan „volksbrigades die men niet in de
hand houdt". De consequentie daarvan is
geenszins een militaire invasie, maar stel
selmatige infiltratie. Daarvoor heeft men
ook geen door de Engelsen geleverde Gan-
nets nodig: een verzameling desperado's
gerecruteerd uit de talrijke slecht aan de
nieuwe samenleving aangepaste oud-gue-
rillastrijders zou onder de heersende om
standigheden doeltreffender kunnen zijn.
Die enkele malen, dat Nieuw Guinea
met zijn duizenden kilometers lange kust
lijn al heeft blootgestaan aan kleine in
filtraties, zijn er een duidelijk voorproefje
van geweest, wat het zou betekenen voor
de Nederlandse troepen als er zo'n paar
duizend van die vrijwilligers ergens langs
die moeilijk te controleren kustlijn het oer
woud van Nieuw Guinea induiken.
Door berichten als deze over een „inva
sie" toont men wel bijzonder eenzijdig te
denken over de militaire bedreiging, die In
donesië voor Nederlands Nieuw Guinea
kan zijn. Evenmin als de Indonesiërs zich
in hun zelfstandigheidsoorlog ooit op een
presenteerblaadje aan het Nederlandse
geschut hebben aangeboden, zullen zij zich
blootstellen door een openlijke invasie
van Nieuw Guinea.
Bij infiltratie zullen zij enerzijds profi
teren van de politieke verwarring op in
ternationaal politiek terrein, welke er het
gevolg van kan zijn en ten tweede van
de geweldige bondgenoten welke zij ook te
gen het Nederlandse leger op eigen bo
dem hadden: de ruimte en de tijd. Op den
duur zullen Nederlandse extralichtingen
daar nauwelijks tegenop kunnen wegen.
Het is dan ook onverantwoordelijk ten
aanzien van Nieuw Guinea te suggereren
dat wij in dat opzicht niets anders te
duchten hebben dan een openlijke militai
re invasie. Want dat is stellig niet de eni
ge mogelijkheid.
Zoals de Kaninefaten Brinio op het
schild verhieven (getuige een van die
platen, die vele schoolgangen sieren
zo verheffen jonge Afrikanen en Azia
ten op een jeugdconferentie in Cairo
hun idool: Gamal Abdel Nasser. En
het ging hen zowel als de oude Kanine
faten om hetzelfde, namelijk tegen het
imperialisme.
NICOSIA (Reuter) Volgens een offi
ciële Britse verklaring zijn vorige week
zeshonderd Britse militairen naar Karpas
in Noordoost-Cyprus gezonden voor ma
noeuvres. De oefeningen zijn inmiddels
beëindigd en de troepen zijn teruggetrok
ken.
(Van onze correspondent in Parijs)
Met een groots en feestelijk vertoon van
driekleuren en republikeinse gardisten te
voet en te paard heeft het Franse staats
hoofd generaal Charles de Gaulle, giste
ren in het Elysée de Raad der Gemeen
schap ingewijd, waarin Frankrijk's vroe
gere imperium door de grondwet der vijf
de republiek werd opgelost.
Deze Gemeenschap, die, samen met de
republiek, onder het gezag van het staats
hoofd is geplaatst er. die tachtig miljoen
zielen omvat, wordt overkoepeld door ge
noemde raad, waarin de twaalf verbonden
Afrikaanse landen, vertegenwoordigd
door hun ministers-president, en Frank
rijk, in de personen van een achttal mi
nisters, onder wie premier Michel Debré
zijn verenigd. Zwart en wit waren giste
ren dus in evenwicht, maar de Afrikaan
se staatslieden in hun zondagse pakken of
het nationale kostuum, zagen er veel schil
derachtiger uit dan hun blanke collega's.
In zijn inwijdingstoespraak wekte gene
raal De Gaulle de twaalf Afrikaanse lan
den, die onder de vierde republiek groten
deels nog het statuut van kolonie bezaten,
op vooral niet te hard van stapel te lopen.
Wij hebben ons tot tolk gemaakt, aldus
Advertentie
De Gaulle, van een grootse idee door de
Afrikaanse volken hun recht op onafhan
kelijkheid toe te kennen, doch gij noch wij
zullen er bij zijn gebaat de onderlinge ban
den, die vrijwillig in stand zijn gehouden,
in gevaar te brengen door een wedkamp
in demagogie.
De Gaulle had met deze waarschuwing
kennelijk de rivaliteit op het oog, die al
tussen de Afrikaanse leden van de volken
gemeenschap is uitgebroken. De federalis
ten, die het Britse Gemenebest als model
hebben gekozen, staan scherp tegenover
de anti-federalisten, die, onder leiding van
de zwarte minister der Franse regering,
Houphouet-Boigny, de betrekkingen met
Parijs zeer nauw willen zien. Ze willen
van de hoge Raad der Gemeenschap een
uitvoerend orgaan maken in dienst van
hun gemeenschappelijke politiek, waaraan
dan evenwel ook Frankrijk zich zal moe
ten onderwerpen. In groter verband duikt
hier dus al opnieuw de tegenstelling pro
en contra de integratie op, waardoor ook
het Algerijnse probleem nog steeds wordt
beheerst.
Vandaag zou de uitvoerende raad op
nieuw vergaderen en na afloop zal men
zich uit het slotcommuniqué misschien een
voorlopige voorstelling kunnen maken van
de onderlinge krachtsverhouding der beide
kampen, een verhouding, waardoor
Frankrijk's toekomst in Afrika de eerst
volgende jaren zal worden bepaald.
(ÜPI) De twaalf Afrikaanse leden
van de gemeenschap zijn: Senegal, Da
homey, Opper Volta, de Franse Soedan,
Frans Congo, Gabon, Tsjaad, Ivoorkust,
Niger, Mauretania, de Centraal-Afrikaan-
se republiek en Madagascar. Krachtens
de nieuwe Franse grondwet zullen de Afri
kaanse landen nagenoeg onafhankelijk
zijn. Alleen de militaire, diplomatieke en
rechtskundige aangelegenheden zullen be
hartigd worden door de boven-nationale
organen: de executieve Raad en de Se
naat van de gemeenschap. De agenda van
de conferentie is geheim. Volgens een be
richt hebben enkele Afrikaanse leiders De
Gaulle gevraagd ervoor te zorgen dat de
Franse gouverneurs in Afrika zuiver di
plomatieke vertegenwoordigers zullen zijn
en dat deze zich niet zullen bemoeien met
plaatselijke aangelegenheden.
ALGIERS (Reuter en AFP) De Franse
militaire autoritieten hebben in Algiers
bekendgemaakt dat de vorige week in Al
gerije 653 rebellen zijn gesneuveld en 163
gevangen genomen. Aan Franse zijde vie
len 43 man. Premier Debré zal volgende
week een studie- en werkbezoek aan Al
gerije brengen. Hij zal worden vergezeld
door de minister voor het leger, Guillau-
mat, de staatssecretaris van zijn kabinet,
mejuffrouw Sid Cara, en de secretaris
generaal voor Algerijnse zaken, Ingrand.
Debré wil besprekingen voeren met Al
gerijnse' 1 'afgevaardigden- 'en - senators-..- Hij
zal voorts de openingsvergadering van de
opperste raad voor het economische plan in
Algiers toespreken. Hij wil de Europeanen
en de mohammedanen in Algerije ervan
overtuigen dat Frankrijk niet van plan is
Algerije op te geven en dat alleen Frank
rijk vrede, vrijheid en economische en so
ciale vooruitgang in Algerije tot stand kan
brengen.
VALETTA, (Reuter) Dom Mintoff, de
leider van de Labourpartij op Malta, heeft
zijn oproep tot een algemene staking van
een dag met succes bekroond gezien.
Dinsdag lag vrijwel overal op het eiland
hét werk stil bij wijze van rouwbetoging
omdat Groot-Brittannië een eind zal ma
ken aan het interne zelfbestuur. Twintig
percent van de ambtenaren bleef thuis, on
danks de waarschuwing, dat zij zich aan
disciplinaire strafmaatregelen blootstel
len. Ook de scholen waren gesloten. Het
havengebied lag verlaten. Slechts de
helft van de arbeiders ging op de scheeps
werf aan het werk, maar in andere indus
triewijken lag alles stil.
Honderd jaar lang stonden bij
de spoorwegovergangen de bordjes
„20 km". Ze werden weinig gerespec
teerd en gaan nu verdwijnen voor
met het verwijderen van de bordjes.
zover de overweg wordt aangeduid
door een rood knipperlicht. Foto: in de
buurt van Heerenveen is het personeel
van de Nederlandse Spoorwegen bezig
(Van onze correspondent in Bonn)
De 44-jarige burgemeester van West-
Berlijn, Willy Brandt, begint morgen aan
zijn „wereldreis voor Berlijn". Als een po
litieke reiziger voor zijn stad wil hij in de
gehele wereld begrip kweken voor de bi
zarre positie, waarin West-Berlijn ver
keert.
Vlak voor deze reis heeft Brandt nog met
aftreden gedreigd. Tot twee keer toe
slaagden vakbondsleiders en linkse socia
listen m de S-.P.D. erin, om een door Brandt,
voorgestelde benoeming af te wijzen. Het
ging hierbij om de post van Westberlijnse
senator voor Sociale Zaken, waarvoor
Brandt een zekere Albertz had voorge
steld, een man die zijn sporen op dit ter
rein in Hannover heeft verdiend. De linkse
socialisten, zoals Brandts oude tegenstan
der Neumann, wilden Albertz echter niet.
De vakbondsvertegenwoordigers namen
het Albertz kwalijk, dat hij eens op de
vraag, aan welke vakbond hij contributie
betaalde, had geantwoord: „Vraag dat maar
aan mijn vrouw, die regelt dergelijke za
ken
Brandt nam deze dubbele nederlaag hoog
op. „Ik ga niet als een soort „reisoom"
voor Berlijn erop uit, ik ben allereerst hiel
de burgemeester", zei hij. Onder deze om
standigheden en de tegenwerking in zijn
eigen partij, moet Brandt dus op reis. Het
is een kleine zwarte vlek op een fraai bla
zoen.
In het bijzonder in de Verenigde Staten
weet men het knappe gezicht, de bon-mots
en de openheid van de Westberlijnse bur
gemeester te waarderen. Men houdt daar
van een man, van wie kracht afstraalt
en optimisme. Het vorige jaar imponeerde
Brandt tijdens zijn eerste Amerikaanse
reis door in een paar weken tijd meer dan
twintig redevoeringen te houden, en dat in
voortreffelijk Engels.
Thans gaat het om-andere zaken dan al
leen maar het winnen van populariteit.
West-Berlijn verwacht dat het hoogtepunt
van het Russische offensief tegen Berlijn
nog moet komen, en dat de zenuwenoorlog
nog beginnen moet. Volgens een der West-
duitse bladen gaat het om de vraag wat
Washington zal doen, als in mei of later
een Oostduitse majoor Amerikaanse mi
litaire auto's aanhoudt en naar de papie
ren vraagt een controle die de afge
lopen veertien jaar alleen door Russen
mocht worden gedaan. Wat doen de Ame
rikanen dan? vraagt men zich te West-
Berlijn af.
Brandt zal deze vraag de komende
weken verscheidene malen op bedekte wij
ze te New York, te Chicago, Washington,
San Francisco en elders in de Verenigde
Staten, stellen, evenals in Tokio, Nieuw
Delhi, Rangoon en Karatsji, waar men
waarschijnlijk niet overal precies zal
begrijpen wat er in West-Berlijn aan de
hand is. En omdat vele Aziatische landen
in de UNO op een dag voor de kwestie-
Berlijn kunnen worden gesteld en dan hun
antwoord klaar moeten hebben, èn omdat
het lot van West-Berlijn het lot is van 2 1/4
miljoen mensen derhalve gaat Brandt,
handelsreiziger in Berlijnse zaken, morgen
op reis. De Westberlijnse toeristenbureaus
plegen te adverteren met de slagzin „Ber
lijn is wel een reis waard". Voor Brandt
geldt dit in de lettei-lijke betekenis van
het woord.
Een karakteristieke trek van
de gemiddelde Portugees is
zijn trots op de roemvolle ge
schiedenis van zijn land. Hij
heeft er alle reden toe: eeuwen
voordat wij ons op de wereld
zeeën waagden, op zoek naar
verre rijkdommen, hadden de
eerste Portugese ontdekkings
reizigers al de weg gevonden
naar onbekende gebieden.
Prins Hendrik de Zeevaarder,
geboren in 1394 als zoon van
koning Joao I, stimuleerde
krachtig de toen al lang be
staande onderzoekingsdrift.
Latere ontdekkers, onder an
dere Cabral, Vasco di Gama
en Magelhaens, maakten Por
tugal vóór Spanje tot leidende
koloniale mogendheid.
Ik moest u dit even in her
innering brengen om te kun
nen wijzen op een belangrijke
en geheel van de onze ver
schillende beïnvloeding der
Portugese cultuur. Veel van
wat in den vreemde opviel
aan bouwstijl, aan ldeding,
aan vorm en versiering van
gebruiksvoorwerpen werd
naar het moederland overge
bracht en gretig toegepast. Een
voorbeeld hiervan is de ty
pische Manueline-stijl, ge
noemd naar koning Manuel.
Het is de Portugese interpre
tatie van de gothiek. aange
vuld met aan de zee en de zee
vaart ontleende elementen en
oosterse motieven. Onze archi
tectuur daarentegen heeft zo
goed als niets van de over
heerste koloniale gebieden
overgenomen, waarbij natuur
lijk klimatologische omstan
digheden van invloed zijn ge
weest
De ontdekking van Portugal als toeristenland is vooral in
Amerika gevolgd door een uitvoerige bestudering van de mo
gelijkheden de volkskunst te gebruiken voor allerlei praktische
doeleinden. Op deze wijze hebben moderne ontdekkingsreizigers
een waardevolle vracht inspiratie uit het land meegebracht.
Nog sterker blijkt de be
ïnvloeding op het terrein van
de Portugese volkskunst, in
zeer ruime zin genomen. Mis
schien is de oorzaak hiervan
gedeeltelijk te zoeken in het
tragere levenstempo van de
Portugees: gedurende de latere
eeuwen van uiterst langzame
ontwikkeling hield hij vast
wat hij zich eigen had ge
maakt. Zo zijn in de ken
merkende liederen van Lissa
bon en Coimbra, de fado's, in
vloeden van de Moren en
Kongo- of Braziliaanse negers
aan te wijzen. De bekende te
gels, de azulejos, dragen
naast een Nederlands ook een
Moors stempel. Nederland
heeft veeleer de invloed on
dervonden van de omringende
westerse culturen en wij leven
driftiger, vooral door de kli
matologische gesteldheid.
Sinds enkele jaren heeft
Amerika ontdekt welk een
schat aan motieven de Portu
gese volkskunst en folklore
oplevert. De invasie van steeds
bredere stromen toeristen
heeft niet alleen de deviezen-
positie van het land versterkt
en de schoorsteenmantels van
Amerikaanse souvenirjagers
gevuld. Er is ook in meer se
rieuze kringen een vergrote
belangstelling te constateren
voor land en volk en daaruit
resulteert, dat moderne ont
dekkingsreizigers met een
waardevolle vracht aan inspi
ratie uit Portugal naar de
States zijn teruggekeerd.
In een toevallig gesprek met
William Pahlmann, een voor
aanstaand Amerikaans ont
werper van stoffen, hoorde ik
hiervan interessante bijzonder
heden. Hij heeft een lang
durige reis gemaakt door Por
tugal en daarbij niet alleen
verschillende musea bezocht
(onder andere het unieke Mu-
seo do Arte Popular in Lissa
bon), maar daarbij zijn onder
zoekingen ook voortgezet in
verafgelegen dorpen waar hij
toegang kreeg tot eenvoudige
boerenwoningen.
„Het land is zo vol charme
en kleur", zei hij. „dat het
zonde zou zijn deze niet over
te nemen voor verfraaiing van
onze Amerikaanse huizen. De
prachtigste dessins liggen
overal voor het grijpen. Neem
alleen al de trottoirs in ver
scheidene steden. Ze zijn vaak
één stuk gecompliceerd mo
zaïekwerk. Op een plein in
Oporto zag ik de tekenen van
de dierenriem prachtig ver
werkt in kleine steentjes.
Maak je landelijke feesten
mee, dan sta je versteld van
de kleurenrijkdom der kos
tuums. Een zwart-wit foto kan
bijvoorbeeld van een markt
nooit de juiste impressie ge
ven; je moet zo'n taf reel in
kleuren zien de fraaie man
den en korven uit verscheidene
streken, het fleurige fruit en
de kostelijke variatie van
bloemen".
Mr. Pahlmann was dus
enthousiast, dat was al gauw
genoeg duidelijk. „Maar kunt
u nu praktisch ook wat met
uw indrukken doen?", vroeg
ik hem.
Hij knikte beslist. „Ik héb
er al heel wat mee gedaan".
Zijn jongensachtig gezicht
kreeg een nog levendiger trek,
toen hij verscheidene stoffen-
stalen op tafel legde. „Kijk,
dit is een foto van een tegel
tableau aan een fontein in
Sintra, vlakbij Lissabon en
hier ziet u het daarop geba
seerde dessin. Dit ontwerp
hij toonde een kleurig staaltje,
waarop ik tal var> bekende
motieven zag: een eigenwijs
Portugees haantje, een os met
een fraai juk, een typisch stuk
ceramiek, een vrouwtje in
klederdracht „is mijn in
druk van een plattelands-
markt".
Als niet-deskundige ontging
mij wel het een en ander. Zijn
bewering, dat de grote nop
penrage van de laatste jaren
het resultaat is van zijn op
Portugese motieven geïnspi
reerde dessins, moet misschien
met een korreltje zout worden
genomen. Zijn theorie over de
herkomst van de tartanach
tige stoffen, die door de vis
sers van Nazare worden ge
dragen, kan mogelijk de toets
van de wetenschappelijke cri-
tiek niet doorstaan. Hij ver
klaarde namelijk met stellig
heid. dat hij er Phoeniclsche
invloeden in had gezien en
niet Schotse, zoals wel eens
wordt aangenomen. Maar
kleine twijfelpuntjes doen
eigenlijk niet ter zake. De
hoofdzaak was, dat hij over
tuigend kon aantonen hoezeer
c"Portugese volkskunst be
vruchtend had gewerkt.
William Pahlmann heeft
no® veel meer met zijn vond
sten gedaan en het doet pret
tig aan. dat hij de eer graag
wil delen met de onbekende
Portugese kunstenaars. In zijn
uitbreide showrooms te New
York aan de East 51 th Street
(nummer 231, als u er eens
wilt gaan kijken) heeft hij
baanbrekende exposities ge
houden op het gebied van
woninginrichting. Hij maakte
voor de aankleding van ka
mers royaal gebruik van te
gels, toonde meubelen met
nieuwe bekledingsstoffen
nieuw althans voor de Ver
enigde Staten, maar in Portu
gal al sinds de achttiende
eeuw gemeengoed en ver
raste de over het algemeen
met een vrij conventionele
smaak toegeruste Amerikaan
met zijn voorbeelden van cera
miek.
„Een journaliste was ver
rukt over een moderne zit
kamer. De bank en de stoelen
had ik bekleed met een stof.
versierd met motieven in gou
den lurex". Hij grinnikte nog
even na. „Toen ik haar vertel
de, dat ze haar complimentje
billijkheidshalve moest af
geven aan een Moorse ont
werper uit 'de vijftiende eeuw,
geloofde ze me maar half!"
J. J. F. Kemming
Laten zo!
Ik ben ik durf er eerlijk voor uit te
komen ik ben dol op advertenties en
met genoegen begroet ik ieder nieuws op
dit gebied. Ha, denk ik, als ik plaatjes be
kijk, wat sloven al die mensen zich voor
me uit! Kijk al die slagers nu eens met
biggen sjouwen om er de ervaren huis
vrouw het vetste dier uit te laten kiezen.
Kijk die Italiaanse boeren nu eens met
ham zwoegen om mij een machtige soep te
verschaffen. Bekijk eens die poulardes
nimmer zou ik er over denken om van zo
iets edels zomaar soep te trekken kijk
eens naar die champignons, die geheim
zinnige kruiden, al die tomaten, asperges,
erwten, worsten, mergpijpen en rïblappen.
En al die brave lieden die voor mij maar
koken en doen om mij soep op tafel te be
zorgen-
Net zo gaat het met die toverachtig
schone schepseltjes in vreemde gevalletjes,
die mij en mijn zusteren een filmfiguurtje
moeten bezorgen. Met die gentlemanlike
heren, die van mijn man een superlatief
geheel moeten maken, met die kindertjes
mèt en zonder sproeten, die mijn eigenste
spruiten moeten veranderen in de wonder
dieren, die iedere moeder er zo graag in
ziet.
Maar voor kort kreeg ik een ellendige
schok. Dat was toen ik hoorde over „diep
tejongens" en der zeiver duistere prak
tijken. Die dieptejongens poeren namelijk
in je onderbewustzijn, zoeken naar je ge
heimste meestal zeer afkerenswaardige
gevoelens, en aan de hand daarvan
stellen ze advertenties samen, die je ge
woon dwingen, met uitsluitsel van je ge
zond verstand, van alles te kopen wat je
eigenlijk helemaal niet nodig hebt. Drie
dagen lang las ik van schrik helemaal geen
advertenties meer, maar een.... buite
lend kinderjurkje" deed me door de knieën
gaan, alle dieptejongens ten spijt. Ik kocht
er geen buitelend kinderjurkje om, want
ik bezit geen honderiempje om het aan
vast te leggen, maar ik was weer vol be
langstelling naar nieuws op advertentie
terrein en alleen een dieptejongen zal me
waarschijnlijk kunnen vertellen waarom.
Had ik misschien een „bromkoot" op het
oog? Dat moet lawaaiig zijn in huis. Zoek
ik dan een „juichende mantel"? Niks er
van, want ook die maakt me teveel spek
takel. Dan misschien iets dat „stoeisterk"
is, hartverwarmend of dito-veroverend,
wolkenkoel of stoomwarm?
Nee, ik geloof dat ik alleen maar adver
tenties lees om te speuren wat voor
nieuwe taaiwonderen men nu weer bedacht
heeft. Welke gewaagde woordspelingen.
Hoe men ons de adem beneemt met veel
moeilijke woorden in ieder soort van bui
tenlands, waaronder echter vreemd genoeg
het Russisch en 't Duits immer ontbreken.
En toch„Zeg „Njet!" tegen uw oude
car." Dat klinkt toch lang niet gek.
En daarom, vanwege mijn dol zijn op
advertenties in iedere vorm, schrok ik
laatst zo geweldig toen ik las, dat men de
reclametaal eens onder de loep ging nemen
om. er A.B.N. van te maken. Ach nee, ach
toe nee, In1 en we dat nu niet gaan doen!
Want denkt u dat we dan nog met plezier
advertenties lezen? Als een „eiderdons -
warme koot xvaar u altijd naar gesnakt
heeft" zomaar ineens een warme jas
wordt? Of als „grootmoeders warmrode
fluweelsap" voortaan doodordinair toma
tensoep heet?
Sporrij
Advertentie
2 stralers van 375W zijn
ideaal. Prijs per stuk (incl. 50
armatuur) f 2P»
Vraag nadere Inlichtingen bij
uw installateur of een folder bij
Philips Nederland n.v. Eindhoven
DJAKARTA (UPI) Volgens de „Times
of Indonesia" moeten de woorden van de
Britse hoge commissaris voor Zuidoost-
Azië, dat Engeland en Indonesië „twee goe
de vrienden" zijn, wel met een korrelje
zout genomen worden. Deze, Sir Robert
Scott, brengt thans een bezoek aan In
donesië.
Het blad wijst op de weigering van En
geland Indonesië schepen en wapens te
verkopen terwijl wel wapens werden ver
scheept naar ex-dictator Batista van Cuba
en op de Britse terughoudendheid bij de
verkoop van de Gannets. Als Scott be
weert, dat Engeland Indonesië beschouwt
als een goede vriend, kan men er zeker van
zijn, aldus het blad, dat hij ons voor het
lapje houdt.
Kinderen en in 't algemeen minder
jarigen noemt men onmondig. De ver
klaring lijkt eenvoudig: zij moeten hun
mond houden in 't gezelschap van vol
wassenen, van mondigen. Toch is deze
etymologie onjuist. Er is n.l. vroeger een
woord mond geweest dat betekende:
macht, voogdij, bescherming. Het Duits
kent nog Vormund voor voogd en in
't Nederlands der 17e eeuw komt in
dezelfde betekenis het woord momboor
of momber voor.
Het woord mond: macht hangt samen
met een oud werkwoord munton: hel
pen, beschermen, waarvan ook monter:
levendig, flink, familie is.