Minister Luns uit de V.S. terug
wegens de kabinetsformatie
Bij het levenseinde van een „geboren" dirigent
Premier Debré van Frankrijk
in Londen aangekomen
3
Op de Ecosoc-conferentie in Mexico
moest hij verstek laten gaan
Hond (met steen van 10 kg
om de nek) uit het
water gered
Ondergrondse „woning"
ontdekt in Rotterdam
Nieuw voorstel voor het
nemen van kernproeven
Alleen onder de grond en
buiten de dampkring
(Op de
Ambassadeur Kirsanov
Zes Haarlemmers veroor
deeld wegens diefstal of
heling van vleeswaren
I
Herinnering aan
J. Frater Smid
MAANDAG 13 APRIL 1959
De kabinetsformateur, prof. De Quay,
heeft zaterdagmiddag de uit New York
naar Nederland teruggekeerde minister
van Buitenlandse Zaken, mr. J. M. A. II.
Luns, op Schiphol afgehaald.
Minister Luns had in verband met de
kabinetsformatie afgezien van zijn voor
genomen reis naar Mexico ter bijwoning
van de conferentie van de Economische
en Sociale Raad der Verenigde Naties al
daar. „In de situatie van het ogenblik,
waarbij wij pogen een kabinet samen te
stellen, was een bespreking met minister
Luns absoluut noodzakelijk", zei de kabi
netsformateur. Dinsdag is de periode van
veertien dagen om, binnen welke hij aan
vankelijk had gedacht te kunnen slagen.
Thans zei hij, dat het mogelijk enkele da
gen langer zal duren.
Minister Luns, die in Amerika als voor
zitter de conferentie van de NAVO heeft
geleid, verklaarde dat de eenheid onder
de aangesloten landen niet alleen bewaard
is gebleven doch zelfs versterkt. Wel be
staan meningsverschillen, maar het zou
een bedenkelijk verschijnsel zijn, wanneer
onder vijftien soevereine landen precies
dezelfde mening over alle problemen zou
blijken te bestaan.
Refererend aan zijn haastige terugkeer
naar Nederland in verband met de kabi
netsformatie zei hij gelukkig in staat te
zijn geweest tenminste de gehele NAVO-
conferentie bij te wonen. Bovendien heeft
hij in Norfolk een Amerikaanse marine
basis bezichtigd en elders de bijzondere
geheime bergplaatsen van geleide projec
tielen. Het speet hem dat hij de conferen
tie in Mexico niet meer kon bijwonen.
In de Economische en Sociale Raad van
de V.N. die daar vergadert, zijn vele Azia
tische landen vertegenwoordigd. Minister
Luns vond dat Nederland daarbij zijn rol
moet blijven spelen. „Wij hebben er een
uitnemende naam en het zou een tegen
wicht kunnen vormen voor de moeilijk
heden die wij in het Verre Oosten heb
ben. De Mexicaanse regering had aange
drongen op mijn overkomst, maar ik heb
haar teleur moeten stellen."
Volgens minister Luns was het een ge
lukkig feit geweest dat de conferentie in
New York samenviel met de tienjarige
herdenking van de NAVO en met de
ernstige crisis over Berlijn en de Duitse
kwestie. Over de meeste problemen heb
ben Nederland, Duitsland en Frankrijk de
zelfde opvattingen. „De Britse houding",
aldus minister Luns, „heeft zich geheel
aangepast bij die van de andere geallieer
den en ik wil er toch wel op wijzen dat de
zo genoemde disengagementplannen, die
aan Macmillan en Selwyn Lloyd worden
toegeschreven, zwaar overdreven zijn. De
grote vier en de andere elf mogendheden
zijn tot volledige overeenstemming geko
men. Ik heb gezegd dat men naar de me
ning van de Nederlandse regering geneigd
is het nemen van besluiten teveel in han
den van de grote vier te leggen. De kwes-
tie-Berlijn, die over oorlog en vrede kan
beslissen en die voor de gehele wereld van
hetzelfde belang is, moet daar geen voor
beeld van worden. Bij de voorbereiding
van de conferentie en de besprekingen is
naar onze mening iets te weinig met de
kleinere landen voeling gehouden. Dat is
nu op de afgelopen conferentie geheel
hersteld".
Minister Luns heeft in Washington ook
bilaterale kwesties besproken. Zo sprak
hij de diepe bezorgdheid van de Neder
landse regering uit over maatregelen,
waarbij de invoer van buitenlandse pro-
dukten in Amerika wordt beknot. Hij
refereerde aan de olierestricties, waarvan
de Nederlandse Antillen de nadelen drei
gen te ondervinden.
Ook had hij van de gelegenheid gebruik
In Naarden ontdekten militairen in de
fortgracht een hevig spartelende hond. Het
dier had alle moeite om de kop boven
water te houden. De militairen slaagden
erin de hond op de wal te halen, waarbij
bleek dat het dier een met een ketting
vastgemaakte steen van 10 kg meetorste.
Men had de wit-zwart gevlekte gladharige
terrier kennelijk willen verdrinken, maar
het dier heeft zich geruime tijd boven
water weten te houden. De hond werd naar
een asiel gebracht. De politie stelt een on
derzoek in naar de eigenaar, die zich op
deze wrede manier van het dier heeft wil
len ontdoen.
Een vreemde ontdekking is op een stuk
land aan de Oldegaarde in Rotterdam-Zuid
gedaan. Een politieagent die op zijn ronde
was, zag tussen het gras een luik met een
slot. Hij stelde zijn superieuren van de
vondst in kennis waarna werd besloten
het slot te verbreken. Toen de politieman
nen het luik omhoog deden zagen zij tot.
hun verbazing een hol, dat kennelijk be
woond is geweest. De ondergrondse wo
ning, die een oppervlakte van dertig vier
kante meter had was van een solide con
structie. Op de vloer lagen matten en langs
de wanden hingen oude tapijten. Oude
dekens hadden kennelijk als slaapplaats
gediend. Voorts werd er wat keukengerei
aangetroffen. Er lagen ook kranten en tijd
schriften.
Het hol was gestut met palen waarop
planken lagen. Daarop waren gegolfde
platen gelegd en daaroverheen lagen mat
ten en een zeil. Boven dit alles bevond
zich een kleilaag van 60 centimeter. De
politie heeft de gehele dag gepost, maar de
holbewoner is niet komen opdagen. Het is
een raadsel hoe men ongemerkt zo'n on-
dereerdse woning heeft kunnen maken. De
Plantsoenendienst heeft het Hol met het
oog op het gevaar van instorting met puin
dichtgestort.
JAN MORITZ OVERLEDEN
Zaterdag is in Amsterdam op achten-
zeventigjarige leeftijd gestorven de oud
acteur Jan Moritz, die bekend is uit het
begin van de grote operettetijd in Carré
onder Rido en Bosman. De crematie zal
woensdag geschieden in Driehuis-Wester-
veld.
gemaakt met zijn Duitse ambtgenoot Von
Brentano de bilaterale Duits-Nederlandse
betrekkingen en speciaal de zo genoemde
„Generalbereinigung" te bespreken. Onder
die „Generalbereinigung" wordt het stre
ven verstaan om nu eindelijk alle nog
hangende oorlogskwesties tussen Neder
land en Duitsland in het reine te brengen.
Minister Luns geloofde dat zijn onderhan
delingen met Von Brentano succesvol zijn
geweest. „Een grote hinderpaal is uit de
weg geruimd: de vergoeding door de Duit
sers aan de nazi-slachtoffers. Ik heb hoop
dat deze kwestie spoedig op een voor bei
de landen bevredigende wijze zal worden
opgelost."
Tenslotte kwam Nieuw-Guinea nog ter
sprake. Minister Luns had met onder
staatssecretaris Robertson de Indonesische
kwestie besproken, „maar alleen om te
zien of het Amerikaanse standpunt van
Dulles, die het vorig jaar krachtige taal
sprak over het gebruik van geweld, nog
hetzelfde is. Dat is inderdaad zo".
WASHINGTON (AFP-Reuter) In
Washington verluidt, dat de Verenigde
Staten en Groot-Brittannië een nieuwe for
mule voor controle op kernproeven zullen
indienen op de Geneefse conferentie, die
vandaag wordt hervat. Volgens dit voor
stel zouden alleen proeven onder de grond
en buiten de dampkring mogen worden ge
houden. Proeven in de dampkring zouden
wegens de radio-actieve neerslag die ze
veroorzaken, verboden moeten worden.
Volgens conferentiekringen zullen
Groot-Brittannië en de Verenigde Staten
ernstige pogingen doen om hun verschil
len met de Sovjet-Unie te verminderen.
Het Russische ministerie van Buitenland
se Zaken heeft in een verklaring, gepubli
ceerd door Tass, een beroep gedaan op
de beide westelijke landen te trachten met
Rusland tot spoedige overeenstemming te
komen. Rusland beklaagt zich in de ver
klaring over Amerikaanse en Britse po
gingen sleutelposities in een controlecom
missie te veroveren.
Advertentie
"M?:
OPWEKKEND VERKWIKKEND
(Vervolg van de voorpagina)
In 1949 moest Van Beinum wegens een
langdurige ziekte zijn werkzaamheden sta
ken. In juli 1950 keerde hij weer terug.
In 1951 had de dirigent zich wegens
ziekte al voor een jaar teruggetrokken;
op 13 februari 1954 moest hij wegens
ziekte een tournee door Engeland beëin
digen. In 1957 kreeg hij te Salzburg een
acute storing in de bloedsomloop en sinds
dien heeft hij voortdurend in meer oi min
der ernstige mate geleden aan zijn ziekte.
Een maand geleden was hij enige tijd in
een Amsterdams ziekenhuis in observatie,
maar hij hervatte terstond daarna weer
zijn werk.
Op 10 december 1956 werd Eduard van
Beinum het eredoctoraat in de letteren en
wijsbegeerte honoris causa verleend dooi
de Gemeentelijke Universiteit in Amster
dam. Van Beinum was ereaoc-or van ae
Rutgers Universiteit in New Brunswick
(Amerika). In 1950 kreeg hij de medaille
van de Internationale Brucknervereniging.
In 1957 werd hij erelid van het Gustav
Mahlergezelschap. in 1958 kreeg hij de
gouden Mahlermedaille. De overledene was
onder meer grootofficier in de huisorde
van Oranje, ridder in de orde van de
Nederlandse Leeuw en Commandeur in de
orde van Leopold II.
Onze medewerker voor muziek Jos. de
Klerk schreef het volgende in memoriam:
Hedenochtend, tijdens zijn repetitie met
het Concertgebouworkest, bezweek de be
roemde dirigent Edxiard van Beinum aan
de hartkwaal, die reeds geruime tijd zijn
leven bedreigde. Bij al het tragische hier-
van en de ontzetting die het zo plotselinge
overlijden uiteraard teweegbracht, is hij
de mooiste dood gestorven die een kunste
naar kan voorbestemd zijn: midden in zijn
werk, in de vervulling van zijn roeping.
Toen we in 1927 Eduard van Beinum voor
het eerst voor de Haarlemse Orkest Ver
eniging zagen staan, als opvolger van Nico
Gerharz, hebben wij hem spontaan ge
noemd: een geboren dirigent. En nu, bij
de voleinding van zijn levenstaak, kunnen
we bevestigen dat hij de drang van zijn
muzikale leidersnatuur tot zijn laatste
harteklop gehoorzaamd heeft. In het har
nas, waarmee de muzen hem omgord
hadden, is hij gestorven.
Die muzen hadden aan zijn wieg gestaan,
want hij stamde uit een muzikale familie
die vertrouwd was met het reilen en zeilen
van het orkestleven vader Van Beinum
was lid van het Arnhems Orkest. En zo is
de muziek als levenstaak dan ook niet een
willekeurige keuze van hemzelf geweest,
maar een bestemming. Reeds jong zat hij
als altist midden in de strijkersgroep van
het orkest en werd hij vertrouwd met het
evenwicht, waarvan die partij zo vaak de
middelaarster is. Intussen ontwikkelde hij
zich als pianist, bereikte als zodanig de
hoogte der technische virtuositeit en der
artistieke verfijning. Maar al gauw kreeg
hij ook de maatstok; waarschijnlijk was de
liefde hiertoe er van den beginne af al ge
weest. De praktische scholing werd in
geleid met het dirigeren van een ama
teurorkest. Zij werd voltooid tijdens de
vier jaren, gewijd aan de Haarlemse Or
kest Vereniging, onvergetelijke periode
voor wie ze meegemaakt heeft en voor wie
de herinnering blijft van een staag
groeiend jong dirigent en een verrassend
opbloeiend orkest.
Maar het Concertgebouw was op zoek
naar een opvolger voor de aftredende Cor
nells Dopper. En zo gebeurde het dat op
zeker H.O.V.-concert onder het publiek
opgemerkt werden dr. Rudolf Mengelberg,
vergezeld van Pierre Monteux, die toen
met dr. Willem Mengelberg de muzikale
leiding van het Concertgebouworkest
deelde. Kort daarop was de zaak be
klonken: Amsterdam won in Eduard van
Beinum een kracht die. als persoonlijkheid
tegenover de verafgode Mengelberg, een
nieuwe era in het Concertgebouw zou in
luiden, wat uiteraard niet zonder wrijving
en strijd geschiedde.
De rest is recente geschiedenis: Van Bei
num is een groot dirigent geworden. Zodra
het buitenland vooral Engeland en
Amerika de buitengewone leidersgaven
van Eduard van Beinum sanctioneerden,
en hij in de wereld onder de grootsten van
de dirigeerstaf genoemd werd, heeft zelfs
Amsterdam het begrepen.
Nu treurt men over het verlies van een
grote en sympathieke persoonlijkheid,
wiens stelregel het was met zijn musici
samen de kunst dienen, niet als een dicta
tor, maar als een middelaar.
Zijn rust weze zacht.
De Russische ambassadeur in Den Haag,
de heer S. P. Kirsanov is zaterdag per
vliegtuig uit Moskou in Nederland terug
gekeerd.
De heer Kirsanov is bijna zes maanden
in de Sovjet-Unie geweest. Begin januari
deden berichten de ronde, dat de Russische
regering bij de Nederlandse regering agre-
ment had gevraagd voor de benoeming van
ex-minister Molotov tot ambassadeur in
Den Haag. Deze berichten zijn echter nooit
in Moskou of Den Haag bevestigd. Molotov
is thans ambassadeur in Buiten-Mongolië,
na in 1957 zijn ministersfunctie te hebben
moeten neerleggen.
De heer Kirsanov vertrok in oktober van
het vorige jaar naar Moskou, na in septem
ber reeds enkele weken van zijn post af
wezig te zijn geweest. Een reden voor zijn
afwezigheid werd niet gegeven. Wel zijn er
berichten geweest, dat hij in Moskou ziek
is geweest.
(Van onze correspondent in Londen)
De Franse premier Debré en de minis
ter van Buitenlandse Zaken, Couve de
Murville, zijn vandaag in Londer. aange
komen voor besprekingen met de Britse
minister-president, Macmillan, en de mi
nister van Buitenlandse Zaken, Selwyn
Lloyd. Het is Debré's eerste bezoek aan
Engeland sinds hij in januari premier
werd. Het bezoek van de Franse ministers
zal twee dagen duren Er is geen agenda
voor het gesprek dat dient te worden be
schouwd als een onderdeel van «60 alge
mene gedachtenwisseling met het oog op
de voorbereiding van de conferentie met
de Russen. Wegens het bezoek van de
Franse ministers is het begin van de Lon-
densc bijeenkomst van de Amerikaans,
Brits-, Frans-, Westduitse werkgroep, die
documenten moet opstellen voor de con
ferentie der vier westelijke ministers van
Buitenlandse Zaken op 29 april te Parijs
tot morgen uitgesteld.
Hoofddoel van de besprekingen is de
kloof in de geallieerde standpunten te
overbruggen en de westelijke eenheid te
herstellen voor de ontmoeting met de Rus
sen op 11 mei. Macmillan heeft vooral tot
taak de vrees van president De Gaulle
voor eventuele ongewenste gevolgen van
het Britse initiatief te bezweren. De Fran
sen hopen dat niet alleen de kwestie Oost-
West zal worden behandeld, maar ook
Afrika en het Nabije Oosten, speciaal Irak,
alsmede de Euromarkt.
Geen München
Vanzelfsprekend hecht Londen grote
waarde aan de gemelde waarschuwing
van de Amerikaanse oud-minister van
Buitenlandse Zaken, Dean Acheson, die
zelf een van de voornaamste grondleggers
van de NAVO is. Opgemerkt wordt echter
dat, hoe goed zijn critiek ook bedoeld is,
de vergelijking met München niet op
gaat omdat de westelijke bondgenoten
geenszins in een positie van hopeloze zwak
te verkèren zoals toen. Ook is Kroesjtsjev
niet op oorlog uit, zoals Hitier destijds. Bo
vendien, zo voegt men er aan toe, heeft
Londen geen voorstellen gedaan, welke
tot inbinden tegenover de Russen zouden
kunnen leiden. Men ziet in Acheson's be
toog een element van ontijdige moedeloos
heid. Hoewel niemand blind is voor de
door de Amerikaanse staatsman onder
streepte gevaren, moeten deze met enig
zelfvertrouwen onder ogen gezien worden.
Zo luidt de Britse reactie.
(UPI) De Britse ministerraad bestu
deert met grote aandacht de verschillende
voorstellen welke met het oog op een op
lossing van de Berlijnse crisis geformu
leerd zijn. De meeste kans op aanvaar
ding maakt een plan om Berlijn onder
UNO-toezicht te stellen en er waarnemers
en een symbolische UNO-strijdmacht te
stationeren. Een voorstel in de letterlijke
betekenis is het niet. Verschillende re
geringen hebben er op gezinspeeld.
Kroesjtsjev heeft erop ingehaakt met zijn
verklaring dat een neutrale troeoenmacht
in Berlijn zijn instemming zou hebben,
maar de officiële regeringswoordvoer
ders in de westelijke hoofdsteden zwijgen
erover.
Er zijn echter tekenen die erop wijzen
dat het voorstel dat nooit een plan is ge
noemd thans nader omlijnd en voor pre
sentatie in Genève gereedgemaakt wordt.
Haarlemse politierechter
De Haarlemse politierechter, mr. J. P.
Petersen, heeft vanmorgen diefstallen bij
een Haarlemse vleeswaren- en conserven-
fabriek behandeld. Er waren zes verdach
ten: drie Haarlemmers stonden terecht
wegens diefstal en drie wegens heling.
Tussen november en februari namen
een worstmaker en twee fabrieksarbeiders,
alle drie achttien jaar, met elkaar boter
hamworst, ham, gerookte worsten en vers
vlees, totaal voor ongeveer zestig gulden,
weg. Zij waren ontslagen en ter compen
satie had de directie vakantie- en snipper
dagen ingehouden.
De officier van Justitie, mr. H. Lager
waard. eiste tegen de worstmaker en een
der arbeiders 60 of tien dagen en een
maand voorwaardelijk met een proeftijd
van twee jaar. Tegen de derde verdachte,
die tot diefstal was overgehaald, luidde de
eis 50 of vijftien dagen. De politierechter
veroordeelde de beide eerste verdachten tot
50 subs. 15 dagen en de geëiste voorwaar
delijke straf en de derde verdachte tot 30
of negen dagen.
Vervolgens stonden een achttienjarige ar
beider in dezelfde fabriek, alsmede twee
chauffeurs van respectievelijk 33 en 25
jaar, allen uit Haarlem, wegens heling te
recht. Zij hadden vlees en vleeswaren aan
genomen en daarvoor een kleine vei-goe-
ding gegeven, terwijl zij wisten, dat de
goederen gestolen waren. Tegen de arbei
der eiste de officier 30 of negen dagen en
tegen de chauffeurs 40 of 12 dagen. Mr.
Petersen vonniste conform.
Concert
In een café, vlakbij het Amsterdamse
Concertgebouw, bestelde de persfotograaf
nog een jonge klare. Het was haast midder
nacht en de meeste bezoekers, studenti
koze jongemannen met sputterende krom
me pijpjes tussen de lippen en lieve petti
coat meisjes met mislukte Brigitte Bardot
mondjes, maakten zich gereed om te ver
trekken. Hun doel was duidelijk: over en
kele minuten zouden de poorten van onze
Muziektempel geopend worden om een
duizendkoppige menigte toegang te ver
lenen tot „Jazz at the Philharmonic".
,,'t Is niet altijd een zacht eitje om een
goeie plaat te schieten", zei de persfoto
graaf, een bleke jongen met een bruin
leren vest. „Neem dat nachtconcert van
vanavond bijvoorbeeld. Meneer Lou van
Rees is niet gemakkelijk en dan moet je
nog oppassen, dat je het publiek niet te
veel hindert. Maar uiteindelijk hebben we
mekaar nodig. De sterren willen publici
teit en het publiek wil lekkere plaatjes in
de krant".
Hij rekende af, greep zijn in dienst ver
grijsde camera en verdween in de richting
van het Concertgebouw. Even later zat ik
er ook. Temidden van de massa die ge
komen was om zich over te geven aan die
vreemde roes, opgewekt door het harts
tochtelijk ritme en de oer-muzïkale explo
sies van Oscar Peterson en zijn donkere
broeders, die zakdoeken tekort kwamen
om de zichtbare gevolgen van hun enorme
inspanning te verwijderen.
Kort na het derde nummer vertoonde
mijn linker-buurman duidelijk neigingen
om flauw te vallen. Zijn verloofde loodste
hem moederlijk de zaal uit, maar later
kwam ze alléén terug.
„We zijn vanochtend al vroeg met de
auto uit Heereveen vertrokk'n", meldde ze
ter opheldering. „Als je dan moe bent en
in zo'n warme zaal komt, kan 't gebeur'n,
dat 't je opeens aanvliegt. Hij zit nu in de
gang, dan knapt hij wat op, want we
moet'n vanacht nog terug naar Friesland".
Ik keek op mijn horloge, het was half
twee. Vierentwintig uur geleden waren
Oscar Peterson, Ella Fitzgerald, Lou Levy
en de andere sterren van deze avond nog
in New York, gingen ze na een inspan
nende TV-show in allerijl naar het vlieg
veld. Vier uur geleden speelden ze in het
Kurhaus in Scheveningen en nu, in de
prille zondagmorgen, nachtconcert in Am
sterdam. Met vonken, die overspringen
tussen zwarten en blanken, tussen de na
zaten van primitieve oerwoudbewoners en
die van gecultiveerde westerlingen. Door
muziek, die appeleert aan de oer-driften
van de mens: ritme, beweging, bevrijding
door extase.
Op het podium zit het publiek tot vlak
bij de musici. Een jongen van een jaar of
vijftien is tot bij de piano gekropen en zit
nu op de grond, het hoofd tegen de vleugel
geleund, de ogen gesloten in opperste ver
rukking. Niemand merkt het. Ook de pia
nist niet, een over het toetsenbord ge
kromde, ebbenhouten gestalte, één gewor
den met zijn instrument, voortgezweept
door het nimmer aflatend ritme van drums
en stringbas.
Na de pauze brengt een luid applaus met
bijbehorend gefluit en gestamp de lucht ih
de zaal dermate in trilling, dat de trom
melvliezen nog slechts één snerpende toon
registreren. Ella Fitzgerald is op het po
dium verschenen, groot, dik, op onwaar
schijnlijk hoge naaldhakken, een groene
gedecolleteerde avondjapon fel afstekend
tegen de koffiebruine huid. Meneer van
Rees heeft gezegd, dat haar eerste nummer
gefotografeerd mag worden. De persfoto
graaf uit het café loopt naar voren, stelt
zijn camera in. Dan krijgt hij een duw in
de rug van een man op de eerste rij. Hij
blijft staan. Een andere man pakt hem in
de nek, trekt hem het bruine vest half van
het lichaam. De persfotograaf keert zich
om en schudt dreigend zijn vuist. Drie
mannen springen tegelijk op en gaan hem
te lijf. Ella zingt. Een zaalwachter schiet
toe en de vechtenden worden gescheiden.
Ella dankt, stralend voor het donderend
applaus. Het felle licht van een blitzlamp
flitst door de zaal. De fotograaf heeft nog
net ov tijd zijn plaatje gemaakt.
In het café had hij gezegd: „Voor mij is
het een korvee vanavond, want ik hou
helemaal niet van jazz. Wel van klassiek.
Maar je moet wel, hè? Per slot van reke
ning doe ik 't voor mijn broodje
Arnold de Vita
Met de heer J. Frater Smid, die, zoals
wij reeds meldden, op zeventigjarige leef
tijd te Overveen is overleden en wiens stof
felijk overschot op Driehuis-Westerveld
werd gecremeerd, is een man heengegaan,
die vele jaren lang een vooraanstaande
plaats innam in het visserijbedrijf te
IJmuiden.
Het vakblad voor het Nederlandse vis
serijbedrijf „De Visserij wereld" wijdt in
zijn jongste nummer een lang artikel aan
de activiteiten van de heer Frater Smid,
een man die zich onderscheidde door zijn
nobe menselijke eigenschappen en de pret
tige wijze waarop hij ieder die met hem
in aanraking kwam tegemoet kwam. Zijn
werk vond in de gehele visserij steeds de
grootste waardering, omdat het in alles
getuigde van zijn helder zakelijk inzicht
en bezonken oordeelsvorming.
Na tot 1924 sleepbootreder te Delfzijl te
zijn geweest, deed hij met zijn vader en
de heer Prins zijn intrede in het visserij
bedrijf: opgericht werd de Rederij Frater
Smid en Prins. In 1939 overleed de heer
Frater Smid Sr, en in hetzelfde jaar werd
eerdergenoemde rederij omgezet in de
N.V. Visserij Mij Roode Zee, waarvan de
heer J. Frater Smid directeur werd.
In de tweede wereldoorlog verging de
„Witte Zee", die in 1939 door onze marine
was gevorderd; de „Zwarte Zee", „Oost
zee" en „Poolzee" weken uit naar Enge
land, om eerst einde 1945 terug te keren.
Zij bleven nog tot 1951 vissen, waarna zij
voor sloop werden verkocht. De heer
Frater Smid trok zich daarna uit het be
drijf terug.
De heer Frater Smid was van 1933 tot
1951 bestuurslid van de Vereeniging van
Reeders en Visschersvaartuigen te IJmui
den. Hij was vele jaren lid van de Raad
voor de Scheepvaart, bestuurslid van de
Visserijschool en voorts bestuurslid van
velerlei organisaties,
In de naoorlogse jaren heeft hij zich
intensief beziggehouden met de velerlei
moeilijkheden die waren voortgesproten
uit het overheidsbeheer over de in de oor
log gevorderde visserijvloot.