rE L r Driemaal held Brandweer spoot menigte voor school in Little Rock uiteen Algerije ook hoofdpunt van hel gesprek Eisenhower-De Gaulle Van dag tot dag instant pudding Cfiraatótoel Nog witter... j Initiatief nodi llo-ect UNO-Ieden zijn slechte contributiebetalers Betoging was ingeleid met een bijeenkomst, waar ook Faubus sprak Nieuw Frans initiatief kan niet lang uitblijven Overstroming op Formosa gevolgd door epidemie Jac. Rustige overleden Lid van Ged. Staten en oud-wethouder van A msterdam Bromfietser overleden na verkeersongeval 0p de stralend wit... DDAÜERDAG 13 AUGUSTUS 19 5 9 De economische integratie van de Euro- markt-landen voltrekt zich sneller dan werd verwacht. Industrie en handel grij pen de mogelijkheden, die de grote markt met zijn 170 miljoen consumenten biedt, met beide handen aan. Tal van afspraken tot samenwerking op het gebied van pro- duktie en verkoop komen tussen overeen komstige bedrijven in de zes landen tot stand. Krupp en de Franse PIC zullen te zamen mijnbouwinstallaties gaan construe ren. Renault en Alfa-Romeo zullen el- kaars distributienet gaan gebruiken en el- kaars wagens gaan assembleren. Kleine en middelgrote ondernemingen gaan fu sies en combinaties aan, met name in Nederland. De banken begrijpen dat voor de nieuwe expansie grote kredieten nodig zijn en intensiveren hun samenwerking. Dit zijn alle verheugende verschijnse len. Het wegvallen van de invoerrechten zal een grotere concurrentie te weeg bren gen, een mededinging waaraan alleen het grotere bedrijf het hoofd zal kunnen bie den. Goedkopere, grotere produktie zal de welvaart bevorderen. Maar er zijn ook an dere minder plezierige kanten aan de in tegratie van de zes E.E.G.-landen. Door de opheffing van de invoerrechten wordt de handel binnen de Euromarkt bevorderd, die met de landen buiten de zes aanvan kelijk minder. Op den duur zal deze laat ste waarschijnlijk weer gaan toenemen, dankzij de door de gestegen welvaart toe genomen vraag. Maar de initiale terug gang is aan derde landen vanzelfsprekend allerminst welkom. De oprichting van de Kleine Vrijhan delszone is zeker erop gericht de schade lijke gevolgen van het ontstaan van de Euromarkt voor de aan deze zone deelne mende landen te verkleinen. Hoewel En geland voortdurend te kennen geeft nieuwe onderhandelingen met de E.E.G. te wen sen. is er tot dusver van geen van beide kanten ook maar iets gedaan om tot een nieuw gesprek over een grote vrijhandels zone te komen. Toch is het dringend nodig, dat daartoe een initiatief wordt genomen en wel van de kant van de E.E.G. De Westduitse mi nister van Economische Zaken, Erhard, heeft er vorige week nog eens op gewezen, dat een grote vrijhandelszone, die alle O.E.E.S.-landen omvat, voor 1 juli 1960 tot stand moet komen. Een handelsoorlog tussen het Europa van de zes en van de zeven achtte Erhard dwaasheid en een tragedie en politiek ondenkbaar. Nu kan men natuurlijk opmerken, dat Erhard altijd een voorstander van de gro te vrijhandelszone is geweest en dat in zo verre zijn advies niets nieuws is. Maar men kan de man van het „Wirtschaftswun- der" niet in de schoenen schuiven, spoken op het Europees economisch toneel te zien. Zijn adviezen zijn altijd tenminste het overdenken waard. Trouwens de ontwikkelingen gaan tot dusver in de door Erhard voorgestane richting. Toen de grote vrijhandelszone in december 1958 voorlopig de genadeslag kreeg, achtte hij het gewenst de E.E.G. uit te breiden. Inmiddels is Griekenland als geassocieerd lid toegelaten, terwijl Turkije zal volgen. Erhard wil nu op de een of andere wijze een brug slaan tus sen E.E.G. en de Kleine Vrijhandelszone. Naar zijn mening zou dit een verdere integratie van de Euromarkt-landen niet in de weg behoeven te staan. Algemeen bekend is dat kanselier Adenauer hier an ders over denkt. Hij houdt stijf vast aan de E.E.G.-gedachte. Hoe dit ook zij, de tijd is meer dan rijp voor nieuwe initiatieven. Nederland met zijn grote handelsbelangen dat altijd een voorstander van een grote vrijhandelszo ne is geweest zou bij het nemen daar van zich niet afzijdig behoeven te houden. Het is te hopen, dat er spoedig iets ge beurt. daar de gevolgen anders voor alle betrokken partijen op den duur slechts on voordelig kunnen zijn. Advertentie i L y 38 ct per pakje NEW YORK (Reuter) De secretaris generaal van de UNO, Dag Hammars- kjoeld, heeft, meegedeeld, dat de financië le situatie van de UNO „een bron van die pe bezorgdheid was en blijft" en dat de financiering van de politiemacht der UNO „kritiek" is. In zijn begroting voor 1960 wordt een bedrag van 61.863.200 dollars (ongeveer 235 miljoen gulden) uitgetrokken voor uit gaven (100.000 dollar méér dan voor 1959). Per 31 mei 1959 was een bedrag van 46.27.000 dollars aan contributie van leden- stalen nog niet betaald. Over de politiemacht zei hij, dat een bedrag van 22.500.000 dollars van de tota le bijdi'agen tot 55.200.000 dollars nog niet was betaald. LITTLE ROCK (UPI) In Little Rock hebben zich woensdag taferelen afge speeld, die herinnerden aan 1957, toen president Eisenhower ten slotte parachu tisten moest inzetten om enkele neger leerlingen „blanke" scholen te laten be zoeken. De politie liet nu tweemaal de brandspuiten richten op een woelige me nigte van tegenstanders van rasseninte gratie en greep naar de gummiknuppel om de heethoofden die door het water niet bekoeld waren tot kalmte te brengen. Twee demonstranten kregen bloedende hoofdwonden, twintig werden gearres teerd. Middelpunt van de ongeregeldhe den was ook nu weer de centrale middel bare school, waar woensdag twee neger leerlingen hun intifde zouden doen. Een stoet van ongeveer duizend demonstran ten trok daarheen op, na een massabij eenkomst voor het gouverneurshuis, waar op onder meer gouverneur Faubus het woord voerde. Deze verklaarde, dat de rassenintegra tie aan Little Rock opgedrongen werd, maar hield de mensen voor, dat slechts in uiterste instantie van geweld gebruik gemaakt mocht worden. De aanwezigen trokken echter met vlaggen voorop en on der muziek van een radiowagen op naar de centrale middelbare school, waar zij werden opgewacht door een sterke poli tiewacht en spuiten van de brandweer. Na twee bespuitingen, een aantal rake klap pen en arrestaties begon de menigte zich te verspreiden. Dit alles speelde zich af vóórdat de schooldeuren om ren uur in de middag open gingen. De twee negerleerlingen te gen wie de actie gericht was, konden toen ongemerkt naar binnenkomen met hun blanke medescholieren, die zich eerst moesten identificeren bij de politie. Op de tweede middelbare school van Little Rock waar woensdag rassenintegra tie op beperkte schaal werd ingevoerd, die van de deftige stadswijk Hall, verliep alles rustig. Drie negermeisjes voegden zich hier zonder enig incident bij de ande re leerlingen, toen de school om half tien in de morgen begon. Ook hier was een sterke politiewacht opgesteld, die echter snel naar de centrale middelbare school geroepen werd, toen de ongeregeldheden daar begonnen. De bijeenkomst voor het gouverneurs huis begon omstreeks tien uur in de mor gen. Er werden lijs!en verspreid met na men van zakenlieden, die verdacht wer den van sympathieën voor de rassengelijk- stelling en pamfletten, waarin hoog werd opgegeven van de morele gevaren van ras senintegratie op scholen. Daarin werd on der meer beweerd, dat van de 188 meis jesscholieren in de staat Washington, die vorig jaar moeder moesten worden, 169 negermeisjes waren. Twee dominees voer den het woord en zeiden onder meer. dat het volk zichzelf diende te beschermen (te gen de rassengelijkstelling) en de mensen riepen om gouverneur Baubus, die zich had teuggetrokken met enkele adviseurs. Hij kwam ten slotte naar buiten, ver zekerde de mensen, dat de schoolcom missie, die het beoerkte programma voor rassenintegratie op twee van de vier mid delbare scholen van de stad had opge steld, het volk had bedrogen, maar dat het geen zin had zich nu met geweld ertegen te verzetten. Van geveld zou pas in laatste instantie gebruik mogen worden ge maakt, zei hij. Hij zei, dat geen instan tie, waarover hij de bevoegdheid heeft, gebruikt zal worden voor het doorvoeren van deze „gewelddadige integratie", en hield de mensen voor dat zi4 de strijd toch zouden kunnen winnen door gebruik making van hun stemrecht. Doodvonnissen? LA GRANGE, GEORGIA (UPI) Een jury van elf blanken en een neger heeft drie negers schuldig geoordeeld aan aan randing van een twintigjarige blanke vrouw. Aangezien de jury geen clementie adviseerde, betekende het oordeel, dat de verdachten tot de doodstraf moesten wor den veroordeeld. Het vonnis zal op 2 okto ber worden voltrokken, in de staatsgevan genis van Georgia. Tot daags voor het von nis zullen de drie negers, die onder ede hadden verklaard dat de 20-jarige vrouw (die al voor de derde maal gehuwd was) en haar 19-jarige nicht zich voor geld had den gegeven, worden opgesloten in een niet nader aan te duiden gevangenis. De veroordeelden zijn 18, 22 en 25 jaar. De politie had tijdens hun proces uitge breide voorzorgsmaatregelen getroffen, uit vrees voor demonstraties. Voor de opening van de cursus van de centrale middelbare school van Little Rock hebben ook reeds blanke leer lingen een rel tegen de toelating van negerjongeren ontketend. (Van onze correspondent in Parijs) President de Gaulle, heeft gisteren al zijn ministers uit de verste hoeken van het land, waar zij hun vakantie door brachten, naar Parijs geroepen om ze te doen horen welk standpunt Frankrijk denkt in te nemen ten aanzien van de ver schillende internationale ontmoetingen, die de komende weken op de diplomatieke agenda staan. De minister van Voorlichting, Roger Frey, hield zich na afloop van deze bij zondere regeringszitting tegenover de journalisten met algemeenheden nogal op de vlakte. Ilij protesteerde eerst met kracht tegen de beweringen in de buiten landse en vooral Britse pers, dat Frank- rijks kernbom, die overigens voorlopig nog niet klaar is, met Westduitse finan ciële of technische hulp tot stand zou wor den gebracht. Daarna bevestigde Frey de officieuze zienswijze, die ai eerder was uitgesproken, dat Frankrijk zich in geen enkel opzicht gebonden zal achten aan de resultaten, die het gesprek Eisenhower- Kroesjtsjev eventueel zou opleveren. De Franse regering laat zich dus uitsluitend in met de ontmoeting de Gaulle-Eisen- hower in begin september en de onder werpen, die dan zullen worden aangesne den, hebben gisteren in de ministerraad de revue gepasseerd. Het is wel zeker dat op deze Amerikaans Franse menu-kaart Algerije weer als hoofdgerecht zal dienen. Michel Debré heeft voor zijn collega's zijn jongste reis indrukken van economische en militaire aard uit Algerije weergegeven. Men meent echter te weten dat president de Gaulle in tegenstelling met de premier vooral wel wordt beziggehouden door de internationa le repercussies, die deze oorlog steeds dreigender oproept. Het dossier Algerije kan, zo ziet ook de generaal nu duidelijk in, onmogelijk nog langer als een binnen lands probleem behandeld worden. In diplomatieke kringen wordt al hoor baar gefluisterd, dat president Eisenho wer op korte termijn 'n nieuw aanbod van goede diensten aan, of wel van bemidde ling tussen, Frankrijk en de Algerijnse regering in ballingschap zou willen doen. Zo'n initiatief, dat nog niet zo lang geleden rechtstreeks tot de ondergang van de vier de republiek heeft geleid, zou door Frank rijk alleen nog te voorkomen zijn, indien de Gaulle het spoedigste zelf contact met de Algerijnse nationalisten zou weten te leggen. De Gaulle, die gisteren voor de zitting eerst gedurende ruim een half uur met de Amerikaanse ambassadeur heeft gesproken, moet in de ministerraad her haaldelijk het woord hebben gevoerd, zon der dat er over de strekking van zijn me dedelingen ook maar iets is uitgelekt. Mi nister Frey heeft alleen verklaard dat de komende reis van de president in Alge rije aan het einde van deze maand offi cieel een militair karakter zal hebben. Die aanduiding is tamelijk elastisch. De Gaulle zou bij voorbeeld de bevelvoerders er van op de hoogte kunnen gaan stellen, dat de uitsluitend militaire episode van het Al gerijnse drama haar einde nu moet nade ren. Zeker weet men niets. De Gaulle heeft niet de gewoonte zijn bedoelingen aan de grote klok te hangen en zelfs zijn ministers laat hij meestal in het duister tasten. Toch is het, gezien in het licht van de inter nationale verhoudingen waarin Algerije een steeds gevaarlijker knelpunt vormt, wel waarschijnlijk dat de Gaulle binnen vrij korte tijd toch een nieuwe fase in de ontwikkeling wil voorbereiden. RABAT (Reutei-) De Marokkaanse re gering heeft na een kabinetsvergadering bekendgemaakt dat zij onmiddellijk de „bevoegde internationale organen" zal be naderen om de nadruk te leggen op het gevaar van Franse kernproeven in de Sahara. In een communiqué wordt gezegd dat de Marokkaanse premier, Abdallah Ibrahim, de ministers had meegedeeld dat Frankrijk een Marokkaanse nota over deze proeven van de hand heeft gewezen. TAIPEH (AFP) In de overstroomde gebieden van Midden-Formosa is een dysenterie-epidemie uitgebroken. Voorts zouden er talrijke gevallen van tyfeuze koorts zijn geconstateerd. Ongeveer 5.000 mensen zouden al door een van beide ziek ten zijn aangetast. Op achtenzestig,jarige leeftijd is vanmor gen in zjjn woning te Amsterdam over leden de heer Jac. Rustige, sedert 1950 lid van Gedeputeerde Staten van Noordhol land, en oud-wethouder van financiën van Amsterdam. Het overlijden van de heer Rustige zal in brede kring betreurd worden door zijn beminnelijke persoonlijkheid en door zijn arbeid die hij op velerlei gebied verricht heeft. Vóór de oorlog was de heer Rustige wethouder van financiën en bedrijven dei- gemeente Amsterdam en toen heeft hij veel gedaan om de sanering der financie ring in moeilijke jaren tot stand te bren gen. De heer Rustige is op 11 september 1890 in Haarlem geboren. Aanvankelijk was hij op verscheidene kantoren werkzaam en in 1916 kwam hij bij de Rotterdamsche Bank- vereniging te Amsterdam, waar hij na en kele jaren benoemd werd tot procuratie houder. Zijn loopbaan in het openbare leven begon in 1928, toen hij als vertegen woordiger van de Christelijk Historische Unie gekozen werd tot lid van de gemeen teraad van Amsterdam. In 1033 werd de heer Rustige wethouder van de gemeente bedrijven, brandweer en assurantiezaken en in begin 1934 tevens wethouder van financiën en belastingen. In die jaren was hij ook commissaris van de Koninklijke Nederlandse Hoogovens, van de PEGEM, gevestigd te Haarlem, van het Amster damse Sportpark „Het Stadion" en van de Amsterdamse Maatschappij voor Jonge mannen en lid van het hoofdbestuur van de Vereniging van Nederlandse gemeenten. Woensdagavond is de 54-jarige heer W. S. Rumping uit Beverwijk in het St. An- toniusziekenhuis te IJmuiden overleden aan de gevolgen van een verkeersonge val. Hij reed maandagochtend per brom fiets op de oude rijksweg te Santpoort, toen een vóór hem rijdende bestelauto plotse ling rechtsaf sloeg. Om een botsing te ver mijden week de bromfietser zover moge lijk naar rechts uit. Daardoor viel hij in een vier meter lager liggende sloot, waar bij hij ernstig gewond werd. Zijn zoon, die op de duo zat, werd slechts licht gewond. Een gezonde, volwassen man is een held. Dat is niet tegen te spreken. Zijn heldendom is hem op het lijf geschreven op zijn vierkante schouders, zijn zelfbewuste stap, zijn stevige kaken, zijn strenge blik, zijn hele sekse. Hij is de beschermer der zwakken, de wreker, de red der. de durf-al, de staalharde. Wat vrouwen en kinderen niet kunnen en durven, dat kan de man en dat durft hij zonder met de ogen te knipperen. Wat een geluk, dat er mannen op de wereld zijn. Op zijn paspoort staat: „mnl.". Eigenlijk zou er moe ten staan: „Held". En ieder klein jongetje zou op tante's vraag wat hij later worden wil, slechts één antwoord ge reed moeten hebben: „Ik? Held natuurlijk". Want ieder klein jongetje wordt een held. als hij er de jaren toe heeft. Hij weet het vaak zelf niet, maar er komen situaties waarin hij het ont dekt. Situaties, waarin hij een bordje met „Held" erop op de borst krijgt gespeld en als eenzame vooruitgezonden wordt, de vuurlinie in. Men vraagt hem niet of hij durft, men neemt aan dat hij de moedigste der stervelingen is en behandelt hem als zo danig. Men gaat ervan uit, dat hij zonder versagen het zwaard opneemt en zich in het krijgs rumoer stort, om anderen te verslaan, of zichzelf. Het schept wél verplich tingen man te zijn.... Een kinderstem klinkt hui lend op in de nacht en met grote schrik wordt de sla pende man door zijn onderbe wustzijn wakkergesehud. Hij soringt uit bed en stommelt door het donker naar de kinderkamer, waar de kleuter met angstogen overeind in zijn bedje zit. Het blijkt een bromvlieg te zijn. Een doodgewone, on schuldige. ongevaarlijke brom vlieg, die een nachtmerrie heeft en deswege een geregel de lijndienst heeft geopend van de deur naar het raam, met tussentijdse rondvluchten boven het bed. De man lacht de angst van het kind weg. Is hij een grote jongen? Wat kan hem dat kleine diertje schelen? Het vliegt voor zijn plezier wat rond en doet geen kwaad. Een flinke boy als hij moet zich daar niet aan storen. Straks gaat het lieve vliegje óók slaoen. Goed? Goed. De kleine sluit moedig de oogjes en vermant zich. En hij slaagt er zowaar in, het luchtalarm te vergeten en terug te zeilen naar het vage land in de nevels van de dromen. Maar de grote man kan de slaan niet meer vatten. Ergens on de achtergrond van zijn denken zeurt een zingend ge luidje, dat aanzwelt en af neemt alsof een motorbootje in cirkels over het water scheert. Het wordt duidelijker. duidelijkerEn dan valt het bovenon hem als het gie rende motorgeraas van een duikbommenwerper, brult langs zijn oor en houdt plotse ling op. Een mug! Een mug die zich ergens heeft neergezet op zijn lichaam en wellustig het bloed uit zijn huid zit te zuigen als een vampier van klein for maat. Hij luistert ingespannen, doch hij hoort de motor niet meer. Hij meent nu het klok kende geluid van de gulzig drinkende mug te vernemen hij voelt de prik op zijn arm, neen. in zijn gezicht, of op zijn oor. Hij ligt doodstil dan giert plotseling weer een straalvliegtuig op hem neer, nóg een. ze vallen aan, ze doorboren hem aan alle kanten. Hij springt op en knipt het licht aan, doch de luchtvloot is verdwenen. Hij zoekt tot de dageraad vloekend en wan hopig en eindelijk: een mugje van jeugdige leeftijd zit in een plooi van het gordijn en het is werkelijk het enige mugje in de hele kamer. Hij slaat het bloeddorstig dood en kruipt weer in bed. Is hij een grote jongen? Wat kon hem dat kleine diertje schelen? Een flinke boy als hij toe nou! En in de kinderkamer droomt de kleine jongen van zijn vader, de held, die lacht om alle boze beesten Eindelijk is het grote besluit gevallen: een groot man heeft zichzelf verslagen. Hij rookt niet meer. Hij stapt met opgezette borst door het huis en laat zich bewonderen. Hij hoest niet meer. Hij is dertig gulden per maand rijker. Hij zuigt niet meer aan een opgerold papiertje als een levensmoede aap, hij kan het laten. Alleen zwakkelingen kunnen het niet, maar hij kan het en hij doet het. Zijn verstand is helder der, zijn borst piept niet meer, zijn hoofdpijn is weg. Om wat in de mond te hebben kauwt hij gummi. Pepermuntsmaak, heerlijk, fris, gezond. Hij kauwt de ganse dag. Zijn vrouw vindt het heerlijk. Laat hem maar kauwen. Alleen zou hij het niet zo aan één stuk door moeten doen. Een man moet iets in zijn mond hebben, maar niet. zó nadrukkelijk. Hij kauwt nu ook zijn woorden al. En bij het kauwen is het knutselen gekomen. Om af leiding te hebben. Hij timmert kasten uit elkaar en maakt, er tabouretjes van, die vanzelf uit elkaar vallen. Hij verft ook hij verft alles, ook de dingen die niet geverfd had den moeten worden. En alles in één kleur. Hij haalt de klokken uit elkaar en brengt ze dan in een papieren zak naar de horlogemaker. Bij het kauwen en hef. knut selen is het snoepen gekomen. Hij eet alles op wat hij tegen komt. Hij snoept uit de pan nen en verorbert de biefstuk vóór de tafel gedekt is. Hij doet al het fruit als bij tover slag verdwijnen. Bij het kauwen en knut selen en snoepen is het ijs beren gekomen. Hij loopt als een wildebeest heen en weer door de kamer en kan niet meer zitten. Hij loopt en kauwt en snoept en knutselt en daarbij komt dan tenslotte het snauwen. Hij sjaggerijnt de kinderen de straat op en sakkert zijn vrouw in tranen. Maar ineens is alles uit. Hij heeft zichzelf volkomen over wonnen. Hij kauwt en knut selt en snoept en ijsbeert en vloekt niet meer. Hij rookt weer. In de keuken huist een muis. Dat klinkt heel romantisch, maar het is een droevige zaak. Een muis draagt name lijk helemaal geen rood jasje en blauw broekje, zoals de kinderboekenschrijfsters ons willen doen geloven, en er is ook geen sprake van dat zij met haar gezinnetje netjes in een holletje woont waar kleine meubeltjes en bedjes staan. Neen, zij is gewoon een sme rig, onopgevoed beest dat de boel bevuilt en beschadigt en de etenswaren onbruikbaar maakt. Het beste is een klemval. Een van stevig draad gebogen, verend instrument, dat. dicht slaat op een plankje op het moment dat de rover het aas aanraakt. Dan wordt, zijn kop verpletterd en hij is musis sacrum. Vader moet de val zetten. Tedereen vindt het griezelig, doch vader is de held zonder vrees of blaam. Hij spant, de veer, bevestigt het brokje kaas en is meteen bijna een duim kwijt, vanwege de ver keerde volgorde der hande lingen. Hij bevestigt het brokje kaas, spant de veer en bedenkt daarbij, dat het ding daarnet een afschuwelijke klap gaf. Is dat nodig voor zo'n klein, teer muizekopje? Een beetje minder zou ook wel kunnen, dunkt hem. Maar het moet nu eenmaal. Je kan zo'n dier niet blijven huisvesten. Vader ligt in bed en weet dat de val staat te loeren in de donkere keuken. Straks hoor je de klap. Natuurlijk hoor je straks de klap. Het bloed spat over de vloer, het beest spartelt nog even en sleept de val een eindweegs mee. Dan is het gebeurd. Dan is het kleine, grijze leventje geblust. Dan leven we weer gelukkig, zonder vuile keuken, met ongeschonden kaas. Is dat eigenlijk wel zo enorm van belang? Bestaat het geluk der mensen uit een schone keuken en een stuk bruikbare kaas? Straks hoor je de doods- klap. Stel je voor, midden op je hersenpan en dan zo'n enorm geweld. Terwijl je denkt dat je een heerlijk hapje kan oppeuzelen. Muizen moeten toch eigenlijk ook leven. Of niet? Neen. Waarom niet? Daarom niet. Dat is geen redenering. Ze leven nu eenmaal. En pro beren de mensen ook niet dag in dag uit elkander de kaas van het brood te snoepen? Stel je voor dat wij dan el kander met een stalen veer neen. Vader sluipt uit bed naar de keuken, stoot zijn rechter- grote-teen tegen de drempel en knipt het licht aan. De val staat nog onaangeroerd. Ge lukkig! „Niks gebeurd", zegt hij de volgende ochtend spijtig. „Het is of die beesten het ruiken. Helpt niet. We zullen vergif strooien". De held! Dan hoort hij geen '-Um dan spat er geen bloed. Dan wordt er in het verbor gene gestorven. Dan heeft hij nergens weet van. Ook deze held heeft in zijn jeugd met gloeiende wangen gelezen over Knagelijntje, die de wiide wereld introk en gesidderd toen het muizekind bijna in mensenhanden viel Later is hij pas held ge worden, bij de gratie van zijn lengte, status en ouderdom. Maar ergens is hij zo heel kleintjes en lafjes ge bleven J. L. De vamp Wij hebben uit allerhande verwarde mode- berichten gelezen dat de vamp terug zal keren. Dat is een prettige gedachte want de vamp heeft een heel part van ons jonge (nu middeloudeleven beheerst met haar branderige kijkers en haar hoed met losse flaprand ivaaronderuit zij ons vanaf het bioscoopscherm zo wonderbaarlijk- aangrijpend kon aankijken. Later zijn er wel eens zwakke ogen blikken geweest dat wij dat kijken (zodra wij het terugzagen in een oude film of op een of andere foto) eigenlijk maar een kalverachtige en waterige aangelegenheid vonden. Natuurlijk was dat verkeerd van ons en een teken dat het snelle vergaan der jaren ons lang niet onberoerd laat. Want niets is mooier dan het onder zo'n hoed uitkijken van een vamp! Er zit wat broeierigs in de blik en één oog is heel vaak in het geheel niet zichtbaar en er vallen fijne, diepe schaduwen over het ge laat; en ivat het prettigste en het betove- rendste van alles is, is wel het feit dat men in werkelijkheid nimmer zo'n vrouw kan zien. De vrouw die zich, bij daglicht, op een nuchtere dag tot de wereld richt met zulk een blik en zo'n hoed, zulke wimpers en zo'n gloeierige glimlach, verwekt schrik en paniek, verkeersongevallen en uiter aard menige opmerking van nuchtere per sonen die van hun werk naar huis keren. Ook van fabrieksmeisjes en willekeurige passanten. Eveneens zal menig oud moe dertje (en tantetje of opoetjevol mee dogen wijzen op de ongezonde gelaatskleur van de vamp en haar beklagen als een zumar-zieke. Wij hebben (op de film) vamps gekend en véél beter dan wij onze tantes bij voorbeeld kenden die geweldige rillingen over ons heenjoegen met alleen maar dat zwart om. haar kijkers. Wij zijn er echter van overtuigd dat wij, met een kreet zo ijl als van een zwaluw of beest, gevlucht zou den zijn indien zulk een vrouw zich in het ware leven tot ons zou hebben gewend. Dat is nooit gebeurd en dat is nu juist het mooie van de vamp. Zij bestond in werke lijkheid niet; zij was een hoog-mooie en aangrijpende verschijning in een waan wereld en daar hoorde zij fijn thuis met haar boeien en fladderjurken van lampe- kapfranje, haar curieuze weinig-verheven vormen en rondingen en haar dunne armen uit onderjurkgaten. Zij was droom. En daarom is het mis schien, héél misschien, fijn dat ze terug keert. Want- zij was een mooie droom. Of tóch niet, met dat glinsterende en harde in die oogjes Duif Advertentie „EEN TURKSE JONGEN VERDWIJNT" door Grace Rasp-Nuri (Uitgeverij Ploegs- ma, Amsterdam). Die jongen is Joessef Ali, een negenjarige wees die op Cyprus woont. In de havenplaats Larnaca doet hij allerlei karweitjes voor vreemdelingen. Dat deze niet altijd even eerlijke bedoelingen heb ben merkt Joessef als hij op zekere dag door een Griekse koopman wordt ont voerd. De Griek en zijn trawanten dwin gen Joessoef hen bij hun inbraken te hel pen. De jongen dreigt de verkeerde weg op te gaan, maar dank zij mensen die hem goed gezind zijn begint hij in een ander land aan een nieuwe toekomst. De schrijf ster geeft tussen de verschillende span nende avonturen die Joessoef beleeft een rake beschrijving van het dagelijks leven in het Nabije Oosten. De vertaling is even wel niet overal smetteloos.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1959 | | pagina 3