Beelden en mdrekkeii van de wereldkampioenschappen
Badplaats bleef met bergen
belegde broodjes zitten
Ze hebben witte petten op
Belgen namen zelf
eetwaar mee
Middenstanders en badgasten ontevreden
ivx AG 17 AUGUS T US 19 5 9
Zaterdagmiddag heeft een reciamevllegtuigje achter de duinen bij Vogelenzang
een mislukte noodlanding gemaakt. Het toestel stortte in een bollenveld neer
en werd vernield. De piloot bleef ongedeerd.
Na afloop van de wereldkampioenschappen wielrennen op de weg is Zand-
voort met een enorme hoeveelheid belegde broodjes blijven zitten. Vermoedelijk
loopt het aantal resterende broodjes in de tienduizenden. De grote vraag voor de
eetwarenverkopers was zondagavond, hoe zij zich door de broodjesberg moeten
heeneten. Vermoedelijk zullen in diverse Zandvoortse gezinnen net zo lang
belegde broodjes worden gegeten als de eetwaar houdbaar blijft.
Terwijl na afloop van het wielerevenement de bezoekers wegstroomden,
stonden de verkopers wat meewarig achter hun kraampjes te kijken. „Dat's een
strop, nooit meer zo iets", was de eensluidende conclusie. De stemming bij de
middenstand, reeds bij voorbaat niet enthousiast, is tot ver onder het nulpunt
gedaald. En bij strandverpachters en badgasten is het al niet anders.
het lekker, maar een groot succes was het
niet. De winst is onze neus voorbijgegaan.
Altijd heb ik de klandizie van het N.Z.H.-
personeel, maar nu kwam er een kantine
wagen uit Amsterdam. Mijn goede klanten
hield ik toch. Zij vei kochten hun consump
tiebonnen en kwamen bij mij hun kopje
grage bezoekers van zaterdagmiddag tot koffie halen". Een hsringman aan de bou-
zondagavond in het leven moest worden levard liet blijken dat hij nog nooit zo'n
gehouden. De wieler-enthousiastelingen slechte zondag in het zomerseizoen had
de meesten van zuidelijke oorsprong, wa- gehad. Bedrijven di^extra personeel had-
ren echter alleen drinkensbereid. Voor de den aangenomen moesten ervaren dat er
eetwaar hadden zij zelf gezorgd. Op gezet- weinig werk aan de winkel was.
te tijden toverden de Belgen uit tassen en Ontevredenheid heerste er ook bij de
koffertjes zakken met panbrood te voor- strandpachters die in het weekeinde op de
schijn. In vele gevallen hadden zij de bo
terham al belegd. Voor de niet-belegde
sneetjes haalden zij soms een kippebout
te voorschijn of stapten zij even een sla
gerij binnen.
De meningen van de middenstanders
spreken duidelijke taal. Algemeen was de
opmerking: „Geef ons maar een normale
seizoendag, dan verdienen we veel meer".
Op een wat verbitterde toon vertelde een
bakker ons dat hij met dertienduizend
broodjes was blijven zitten. Een verkoop
ster zei: „Ze maken hier de middenstand
kapot. Zaterdag hebben we nog niet eens
onze onkosten eruit gehaald. Om vier uur
had ik alleen nog maar een pakje kauw
gom verkocht. We hebben nog geen tiende
verdiend van wat we hadden moeten ver
dienen". Een andere verkoopster: „Ik had
tweeduizend belegde broodjes ingesla
gen, want ze hadden zulke mooie voor
spellingen gedaan, Nou heb ik er nog zes
tienhonderd over. Waar moet ik ermee
naar toe? U neemt ze toch ook niet van
me
Nee, wij hebben ze maar niet genomen.
Dat heeft trouwens ook niet de midden
stander gedaan die zei: „Dat circuit moe
ten ze maar opdoeken. Met onze badgas
ten zijn we dik tevree. Ik heb een massa
croquetten ingeslagen, ze ligigen nog te
wachten naast de braadpan. Zet mijn
naam er niet bij hoor, want de midden
stand kan hier toch al niet veel goed doen".
De bekende Zandvoorter Klaas de
Voogd toonde zich ook niet enthousiast.
„Ja, ik blijf met behoorlijk wat eetwaar
zitten. Zaterdag was het niks. Vandaag liep
Tussen de wielerwedstrijden door
legde men langs het parcours nu en
dan een klaverjasje.
Hè, hè, dat was me het nachtje wel.
Dit beeld kon men bij vele gepar
keerde auto's zien.
stille stranden weinig te doen hadden. De
heer J. Termes vertolkte hun gevoelens
als volgt: „Een volkomen onjuiste greep,
die wereldkampioenschappen. Zandvoort
is een badplaats, maar heeft tegenover
zijn badgasten totaal gefaald. Ik draag de
sport een goed hart toe, maar wij moeten
het er niet van hebben. De verkoop is ver
beneden normaal geweest. Op een regen
dag slik je dat, nu niet. We hebben ons er
steeds tegen verzet dat het strand werd af
gesloten. Maar ja, ze hebben zich van ons
geen snars aangetrokken".
Verscheidene hotelhouders waren van
mening dat de zaak „overgeorganiseerd"
was en dat het publiek van tevoren was
bang gemaakt. Zij hopen nu nog op enige
goede „gewone" seizoen-topdagen die het
verlies enigszins goed kunnen maken. An
deren prezen zich gelukkig dat zij geen
„machten" levensmiddelen hadden inge
slagen en een zeer voorzichtig inkoopbe-
leid hadden gevoerd.
Een hotelhouder zei: „De meeste Zand
voortse ondernemers hebben vóór zater
dag helemaal niet r.aar deze wereldkam
pioenschappen verlangd, maar achteraf
wil niemand ze nog eens hier hebben. Als
we 't allemaal van te voren hadden gewe
ten, had zeker 99 percent van de Zandvoor-
ters gezegd: Stuur ze maar naar Noord-
wijk of Scheveningen".
In de hal van hotel Bouwes troffen wij
de directeur van „Touring Zandvoort", de
heer J. H. Th. Hugenholtz, vlak voordat
hij met een aantal genodigden van U.C.I.
en K.N.W.U. ging dineren. Zijn oordeel
over de wereldkampioenschappen: „Aar
dig geslaagd. We hadden ver over de
honderdduizend bezoekers".
Een informatrice van „Touring Zand
voort" vertelde dat vele bezoekers des
nachts uit Zandvoort zijn weggebleven uit
vrees dat er geen slaapplaatsen waren.
Duitsers die jarenlang in Zandvoor heb
ben gelogeerd, zijn boos weggelopen. Le
den van „Touring Zandvoort" zegden hun
lidmaatschap op. Er werden abnormaal veel
duinkaarten verkocht. „Allemaal mensen
die anders naar het strand waren gegaan".
De kwade Duitse reisleider Carl Rauch
stortte al zijn gal in een stoitvloed van
woorden uit. „Elke woensdag en zondag
komen we met twee bussen vol mensen.
Ze willen allemaal naar zee Vandaag
kwamen we weer. Maar toen we hier wa
ren, bleek het strand afgezet. Niemand van
ons wist dat. We hebben wel een brief van
de Zandvoortse politie ontvangen met de
vraag, of we een doorlaatbewijs moes
ten hebben. Maar nergens stond dat we
voor het strand drie gulden moesten beta
len. Ik verzeker u: dit is een slechte pro
paganda. We hebben een man van Bild
Zeitung bij ons. Er zal een groot stuk in
de krant komen
De maan wierp zaterdag
avond een gulle stroom zil
ver over de donkere zee,
maar de meeste mensen in
Zandvoort hebben dat niet
opgemerkt. Ze liepen in de
Kerkstraat op en neer om
niets te missen van de ver
schrikkelijke drukte, die
was voorzeid. Dat er nog
enige drukte was, is uit
sluitend aan hen te danken.
Verder schenen er honder
den politiemannen een ver
lofavond in de badplaats
door te brengen. Zij slen
terden in zomertenue in de
menigte mee en strek'en in
de cafés neer, waarbij, zij
voor de gezelligheid hun
petten achterover zetten.
Even schoten zij toe toen
zich op het Kerkplein een
kunstmatig ontploffinkje
voordeed. Een jongeman, zo
mager als een talhout werd
op vuurwerk gefouilleerd.
Dikke, behaarde agenten
handen gleden over de dun
ne pullover, die zijn ge
ringe borstkas omsloot.
Daar konden zich onmoge
lijk nog explosieven bevin
den. De agent: liet af en
voegde zich weer bij zijn
collega's. „Zulke jongens,
daar zou je nou de rotzooi
nog mee krijgenzei
er een.
Het is duidelijk, dat de
politie de „rotzooi" van een
heel andere kant had ver
wacht. En ook de café
houders, van wie diverse
hun zaken gesloten hielden.
Het was de angst voor de
Belgen, zo werd mij door
een buffetjuffrouw in een
half lege lunchroom uitge
legd. Men is in Zandvoort
de Duitsers gewend, die het
leeuwenbrouwsel, dat hun
hier uit de Heimat achter
na wordt gebracht welis
waar in heel grote pullen
drinken, maar met enkele
van die pullen volstaan. De
Belgen drinken de gewone
pils uit de kleine flesjes.
Uit vijftien, twintig of vijf
entwintig kleine flesjes. De
buffetjuffrouw vergeleek
de sluitende exploitanten
met een niet in de vogel-
gidsen vermelde soort lijs
ters. „Die hebben het ver
knoeid meneer. Daarom
blijven ook de badgasten
vanavond zoveel mogelijk
weg meneer, 's Is allemaal
de angst voor de Belzen.
Zij zag drie zoutkorrels
op het marmer liggen en
haalde voor de zoveelste
keer alle kopjes en potjes
en bakjes eraf om het gron
dig te reinigen.
Buiten liepen langzaam
de mensen voorbij. Hoe
men zich op straat ver
veelde, bleek duidelijk uit
de aandacht, waarmee de
aanprijzingen op de ramen
werden gelezen. „Hier ver
werkt men uitsluitend
roomboter", zagen we veler
lippen prevelen.
„Waar zijn de Belzen?"
vroegen wij de juffrouw.
„U haalt ze der zó uit. Ze
hebben witte petten op", zei
de juffrouw, uitsluitend
roomboter op mijn broodje
verwerkend.
De vrouwen tussen de
veertig en de vijftig zagen
er harmonischer en geluk
kiger uit dan die van tus
sen de twintig en de dertig.
De laatsten maakten over
het algemeen een lijdende
indruk met haar bleke ge
zichtjes en bewogen zich
zeer moeizaam voort als
gevolg van haar zeer nauw
sluitende rokken. Zij wer
den dan ook liefdevol ge
stut door haar begeleiders.
Toen de buffetjuffrouw
wéér het marmer ging af
vegen zijn wij opgekrast.
Wij zagen een oploopje en
spoedden erheen. Twee wit
te petten. Op een stond
„Rik van Looy", op de an
der „J. B. Claes". De dra
gers ervan scnenen te gaan
vechten. Het ging over de
namen op hun petten.
„As um achter Van Looy
sprintzei de één.
„Van Looy kumter niet
aan te pas" zei de ander.
De politie kwam al hoop
vol naderbij. Toen vielen de
Belgen elkaar om de hals
en lachten met huilerige
uithalen.
In een der geopende cafés
zat het vol met aanhangers
van Rik van Looy. Zij zaten
temidden van lege flesjes
om bier te roepen, maar de
serveersters op de aanvoer
lijnen werden onderweg zo
vaak geknepen en omhelsd,
dat de zaak soms wat stag
neerde. De gerant keek zor
gelijk rond en zong de laat
ste regel van hun refreinen
met geforceerde vrolijkheid
mee. Een van de supporters
die al zeer ver heen was,
stond wankelend op, open
de een knipmesje en riep
„Rik van Looy", alsof er
deze avond hier ooit een
andere naam was gevallen.
Maar niemand schonk aan
dacht aan hem. Hij deed
het mesje weer dicht en
kwam nog net op zijn stoel
neer toen hij ging zitten.
„Rik, Rik, Rik, Rik, Rik
van Looy" stampvoetten
allen.
De man van het knip
mesje keek lodderig onze
kant uit. Het bier moest
tot vlak onder zijn stem
banden gestegen zijn, want
hij piepte alleen nog.
„Wie wordt wereldkam
pioen?", vroeg hij.
„Rik van Looy", gilden
wij in doodsnood. Toen
knipoogde hij naar ons op
een huiveringwekkende
manier, door zijn onderste
ooglid helemaal naar boven
te bewegen.
Om een uur maakte de
Kerkstraat een verlaten in
druk. Een paar „halfster-
ken" begonnen woedend te
vechten maar hielden op
omdat er geen publiek was.
Bij een auto aan de boule
vard bespraken vier man
nen hoe ze er op zijn voor
deligst in konden uitrusten.
Ook zij zagen niet hoe de
maan over de zee al zijn zil
ver naar hen toewierp.
De drukte zaterdagavond in de Kerkstraat in Zandvoort was beslist soms
minder dan op een normaal weekeinde.
Na afloop van de wedstrijden stonden de mensen rijen dik op het Zwarteveld in Zandvoort te wachten op de bussen Was het zaterdag stil op het parkeerterrein aan de Bckslaan in Vogelenzang, zondagmorgen vroeg stroomden de auto's
van de N.Z.H. die hen naar de parkeerplaatsen in de omgeving moesten brengen binnen. De parkeerruimte bleek ruim voldoende