Hannibal leert Italiaans 9 9 9 9: %A s X A.iH S^UI W 111 9fi- 1 n A W PI ^WM\ iW m J A 1A III lil A fgf Hf 1 |A HU lisrèl m m Hf III IP 1 9 m Ij ::Rjf Üf M! WÉ 9 B §K ill v" W Hit B pn lil Hf m X 0 ij iif PI nn Hf 1 B pÜf ïSf DE EKSTER EN DE BOEVEN ZATERDAG 9 JANUARI 1960 Erbij PAGINA VIER Schaken Mr. Ed. Spanjaard ffl §§f Dammen m FEUILLETON VOOR Echte olifanten en een pseudo Hannibal JONGE MENSEN DOOR LIZZY SARA MAY Voor de dierenwinkel Als de gegevens, over welke wij op dit moment beschikken, juist zijn, zullen de lezers ten tijde van het lezen dezes nie mand minder dan Petrosian in actie kun nen zien in het donderdag j.l. gestarte Hoogoventoernooi. Men denke daar niet ge ring over, want deze U.S.S.R.-grootmeester staat dicht bij de hoogste schaaktop. In de onlangs beëindigde kandidatenachtkamp eindigde hij achter Tal en Keres op de derde plaats, hetgeen betekent dat hij toch bepaaldelijk nog stekker moet zijn dan de overige deelnemers te Beverwijk. Daar het hier gaat om minimale verschillen, te vergelijken met bijvoorbeeld 1/10 seconde in de atletiek, zijn wij benieuwd of dit krachtsverschil in het eindresultaat tot uitdrukking zal komen. Petrosian is als een tijger en doet dus zijn voornaam „Tigran" alle eer aan. Hij heeft het geduld om zijn kans af te wach ten en dan alleronverwachts zijn prooi te bespringen. Heel anders dus dan Tal, die zonder enige camouflage steeds onmiddel lijk van leer trekt. Een typisch staaltje van Petrosian's stijl is het slot van zijn partij tegen Keres uit de 4e ronde te Bied. Na de 40e zet van zwart was de volgende stelling ontstaan: Zwart: Petrosian dam in glad gewonnen stelling zijn dame en prise liet staan. Minder spectaculair, maar toch ook treffend, is het volgende partijslot. Zwart: Petrosian oooocc 1 oooooc Wit: Keres Wit gaf hier zijn zet af. De stelling is wat men in het Zwitsers noemt „zwei- schneidig". zonder dot het duidelijk is wie de beste kansen heeft. Juist onder derge lijke omstandigheden toont Petrosian zich zelfs superieur boven Keres. Er volgde: 41) Pe2-d4 Rc6-d7 42) a2-a3 Dd8-a8. De tijger gaat in hinderlaag. Onder deze om standigheden wil zwart Pd3 spelen, waar na zijn dame (na e4xd3) plotseling veld g2 aanvalt 43) Khl-gl?.... Hier had wit een ander plan moeten be denken. De koning staat op gl minder gunstig dan op hl. 43) h7-h5! 44) Tdl- bl h5-h4 45) Tbl-b2 Tg6-g4 46) Td2-f2 Da8- d8. Schijnbaar zinloos heen- en weerge- schuif; in werkelijkheid de voorbereiding van een duivelse offercombinatie. 47) b3- b4 De argeloze prooi loopt in de val 47) Tg4-g3ü Een prachtig torenoffer met on gelooflijk verrassende pointe, een dame offer op de 51e zet, dat ook aan Keres' aandacht ontsnapte. Anders had hij nu wel 48) Del gespeeld. 48) h2xg3 h4xg3 49) Tf2-d2 Dd8-h4 50) Rfl-e2 Het schijnt dat Petrosian zich op kinderlijke wijze verrekende. Na 50) Dh2f 51) Kfl Dhlt volgt immers eenvoudig Dgl. Een soortgelijke wending zag Szabo in het kandidatentoernooi te Amsterdam over het hoofd tegen Philip. Maar de pointe komt nog. 50) Tg7-h7. Dreigt mat op hl 51) Kgl-fl? Zelfs nu ziet Keres zwart's duivelse surprise niet, anders had hij nu wel 51) Rh5 gespeeld, om althans een vluchtveld op e2 te maken. Des te bewonderenswaardiger, dat Petrosian dit alles reeds vele zetten geleden berekende. 51)Dh4xf4fü! De werkelijk ongeloof lijke pointe; na 52) Df4; volgt Thl mat. Wit gaf het dan ook op. Waarom wordt iemand die zo combi neren kan, niet met gemak no. 1? Wij menen, dat dit te verklaren valt door het feit dat Petrosian niet zoals Tal een uiter ste concentratie weet op te brengen tot het allerlaatste moment. Petrosian zakt wel eens in, als hij gewonnen staat, resp. zijn beoogde doel bereikt heeft. Velen zul len zich nog herinneren, dat hij in Amster- %/mï. ooooooo3ooooooocxxxoooro^joL>-ooooooooc«x»:ooooi Wit: Gligoric Petrosian kwam eerst overwegend te staan. Op de 39e zet maakte hij echter in tijdnood een zodanige blunder, dat na het afbreken bovenstaande nauwelijks houd bare stelling resteerde. De superieure stand van de witte koning en de gevaarlijke pion op e6 beloven winst. 41) Td3-c3 Pd6-e8 42) Ke5xf 5 Te2-f2t 43) Kf5-g6 Tf2-f6t *4) Kg6-h7 Tf6-f3. Na 44) Te6: valt pion g4. 45) Kh7xh6 Ke7xe6 46) Kh6-g5 Volgens de geleerden geeft wit hiermede zijn winstkansen uit handen. Sommigen zeggen, dat hier 46) Kg6 had dienen te ge schieden, om pas na 46) Tf6f met 47) Kg5 te vervolgen. Anderen menen, dat wit met 46) Pdl had moeten vervolgen. Het gaat buiten het bestek van dit artikel, op deze moeilijke kwestie in te gaan. 46) b5-b4. De éne commentator zegt, dat hier Tg3: een voudiger ware, de ander voorziet de tekstzet van een uitroepteken. Hoe dit zij, Petrosian zeilt er regelrecht mee in de richting van de remisehaven. 47) Kg5xg4 Kf3xg3+ 48) Kg4xg3 b4xc3 49) Kg3-f3 Pe8-c7 50) Kf3-e4 Ke6-f6 51) Ke4-d3 Kf6-g5 52) Kd3xc3 Pc7-b5t? Met de haven praktisch bereikt faalt Petrosian; na 52) Kh5; heeft hij niets meer te vrezen, daar hij er altijd in zal slagen, zijn paard tegen de pion te offeren. Nu wordt hij het slachtoffer van een laatste finesse. 53) Kc3-c4 Pb5-a3+ Na Pc7 heeft zwart twee tempo's verloren. 54) Kc4-c5 Kg5xh5 55) b3-b4 Kh5-g5 56) Pe3-c4! De pointe. Het zwarte paard moet nu de ver keerde kant op. 56) Pa3-bl 57) Kc5-d4! en zwart gaf het op, daar de pion onstuit baar is. Na 57) b5? Pc3 58) b6 Pa4f ware het spel nog remise geworden. Kleine oorzaken, grote gevolgen! e kadaverdiscipline verlangt met een 1 schoppen-herbieding. Oost herbood (na wests 2 SA) natuurlijk 3 SA en dankzij oosts volkomen zinloze ruitenbod waren OW dus in het verkeerde contract beland. Want SA moet 2 down, terwijl 4 schoppen óók voor lagere goden dan bridgemeesters een héél zacht eitje is. Zowel oosts ruitenbod als wests 2 SA- jump typeren de neiging der spelers, om in zulk een belangrijke wedstrijd de tegenpartij de juiste inlichtingen te ont houden; dat óók de partner het dan zon der die inlichtingen moet doen, namen zij kennelijk op de koop toe. Noord onwetend van het schoppen- bezit van OW kwam met 49 uit en west ging spelen. Hij nam slag 1 op tafel (oost) en speelde twee malen klaveren, genomen door noord met de Aas. Noord, die de oostkaarten open zag lig gen, en zich het ruitenbod van oost her innerde, speelde toen natuurlijk ruiten, doch niet de meest gelukkige, namelijk <>4. Zuid nam met de Aas en speelde <>7 na, welke kaart als de „vierde van boven" aangemerkt moest worden. Inplaats van ruitenheer te nemen en de Boer na te spelen, beging noord de fout ruitenboer te nemen en was, na ruitenheer, geblok keerd. Gezien de situatie en het bieden, was noords beste spel geweest (na klaveren aas), de ruitenheer op tafel te leggen en ruiten boer dan na te spelen; het is im mers de enige overblijvende kans, name lijk dat zuid de ruitenkleur beheerst. Zoals het ging bleven NZ dus tot 4 sla gen beperkt en konden OW voor hun ver keerde contract toch nog de manchepremie opschrijven. Toch is het begrijpelijk, dat dergelijke (afgrijselijke) tegenspelfouten soms óók door de meesters worden ge maakt. Ook zij zijn gevoelig voor de grote spanningen van een belangrijke match en in een ogenblik van ondoordachtheid kan de (menselijke) fout begaan zijn. Oók op dit niveau worden 99 van de 100 wedstrijden beslist niet door bijzonder briljant spel, doch in het voordeel van hen die de minste fouten maakt. Oplossing van de onlangs geplaatste rubriek „Ontknoping": Noord was boos, omdat NZ groot-slem hadden geboden en de zuidspeler daarih zonder directe nood zaak, de eerste slag aan de tegenpartij liet. Onze wekelijkse bridgevraag: Noord (uw partner) is gever, niemand kwetsbaar, parenwedstrijdbridge. Noord past, oost (uw rechter tegenstander) past ook. Als zuid hebt ge: 43 C B 10 8 6 4 A H V 10 5 *7 Wat zoudt ge met dit spel doen pas sen. 1 harten of 1 ruiten openen? En waar om? Antwoord ónder. H. W. Filarski De Canadees doorzag de valstrik en ver volgde na 1) 33-28 20-24. 2) 44-39. Nu kan 24-29 niet door 28-22 17x28 en 38-33. Op 2) 44-39 4-9? volgt 34-30, 28-22, 39-33, 38-33, 27-21 42x11. De Canadees speelde 17-21. Opnieuw waagde Dol een kans door 3) 38-33 21-26? waarna 4) 34-30 24x35. 5) 27-21 16x29. 6) 28-22 18x27. 7. 37-32 27x38. 8) 42x11 zou volgen. Een leerzaam voorbeeld, dat in betrekkelijk contactloze standen slagzet en combinatie optreden. In de jaarlijkse ontmoeting tussen de sterkste provinciale damtientallen van Zuid- en Noordholland, op zaterdag 12 de cember op het hoofdbureau van politie te Amsterdam, kwamen enkele zeer moei lijke eindspelen voor. De DCIJ'er H. Laros (wit) had in zijn partij met F. van Vloten juist de tempi „Tegen". Toch is het mogelijk? om winst te ontdekken. Laten wij eerst het spel- verloop in de partij geven. xooooo -V-WYNDOOOOC ■v/y/y/y. "/yyfr. wm. Hl 'wM 9s >00000 ill Q' Ui bocoooóooooo XttOD. nooooc >DOODC coooo xxxxx XX50OC >00000 ooooooc De vorige week wist het Haagse Bui tenhofteam de meesterklasse-viertallen competitie vrijwel in zijn voordeel te be slissen, door van de grote concurrent UBC te winnen. De Utrechters misten diverse kansen op gunstige resultaten, waarvan het volgende spel kenmerkend is, óók voor de sfeer waarin deze belangrijke wedstrijd werd gespeeld: 9 6 4 9 10 5 3 O H B 4 A A 8 6 2 A H 10 5 O H V B O 9 3 H V 10 7 8 3 9 8 7 4 2 O A V 10 7 5 >54 Buitenhof speelde hier OW en UBC hanteerde de NZ-kaarten. West opende 1 klaveren, noord paste en oost vond het nodig om 1 ruiten te bieden. Zuid paste en west jumpte naar 2 Sans- atout, een goed common-sense bod, echter niet met een partner als oost die datgene biedt wat hij niet heeft, doch van west In de wedstrijd om het wereldkampioen schap briefdammen deed zich tussen de Canadees Lefebure (zwart) en de bekende Leerdamse hoofdklassespeler Dol de vol gende merkwaardige combinatiestelling voor. V B 7 O A 9 6 O 8 6 2 B 9 3 XDOOOO-i^^^-OOCO' m, w, Ui m ÏH MM/// V//////. !P |§i 11 1 iS WTTT#/ C*1 u? !§g WW- 8 Hl 11 f WW/ wm R 1 WW gJll OOCCCCC >coooo Cwl coooo DOOCOC W777ZV )orooc oocoo WW/ oooocx XXDOOC WW >00000 ooooooc Laros aan zet vervolgde: 1) 34-30 18-23. 2) 30x19. 2) 28x19 24x13. 30-24 11-17. 24-20 13-18. 20-14 17-22. 14-10 22x31. 10-5 21-27? 32x21 16x27. 48-42 31-36 met winst? 2) 23x14. 3) 28-23 11-17. 4) 48-42 21-26. A 21-26 is beter. 5) 42-37 14-20. 6) 23-19? Moet nu 32-28? 20-24. 7) 19x30 35x24. 8) 32-28 24-29. 9) 44-40 17-21. 10) 27-22 21-27. 11) 22x31 16-21. 12) 37-32 26x37. 13) 32x41 21-27. 14) 41-36 27-32 en het zwarte stuk op 29 kan op dam komen met remise. Het is ons tot nog toe niet gelukt een winstgang te ontdekken. Roozenburg zoekt het in 6) 32-28? in plaats van 23-19. Maar na het offer 35-40 en 34-39 is het moeilijk. Zoeken de lezers eens naar een winst? Aan het tiende bord speelde Jaap Bus (Haarlemse Damclub) met zwart tegen de bekende Leidse hoofdklassespeler Later- veer. Door zwak spel van de Leidse speler was de Haarlemmer stuk voor gekomen. De stand na de 48ste zet van wit was: zwart 6 stukken 4, 12, 15, 19, 22, 26. Wit 5 stukken 29, 30, 36, 37, 42. Wij laten het spelverloop volgen; het werd remise. Toclj is het (volgens ons) gewonnen. 48) 22-27. 49) 42-38 12-18. 50) 37-32 18-22. 51) 32x21 26x17. 52) 38-32 17-21. 53) 36-31 15-20. 54) 30-24 19x30. 55) 29-23 21-26. 56) 32-27 26x37. 57) 27x18 37-42. 58) 18-12 42-48. 59) 12-7 48-31. 60) 7-1 20-24. 61) 1-6 30-34. 62) 6-44 31-9. 63) 44-35 24-29. Met remise door 35-2-7. Met de eerste zet voor zwart 22-28 geven wij de inleiding tot winst. Goede oplossingen van: J. Jimminck, J. v. d. Lange, A. Korff. B. Dukel (Oplossingen en correspondentie te zen den aan het adres van de damredacteur, B. Dukel, Wijk a. Zeeërweg 125, IJmuiden.) Dol aan zet speelde de goede positiezet 1) 33-.28. Op 3-9, of 4-9, of 4-10 volgt de verrassende slagzet met 2) 34-29 23x34. 3) 28-22 17x28. 4. 32x23 19x28 of 18x29. 5. 27-21 16x27. 6) 38-32 27x38. 7. 42x11 met winst. •uasuBJt aAaisuajjo S|e aAaisuajap jaAvoz }siui uaiaAaq a^ uee jaiu si uassej -uapueiaq ai ]aop ajsinf zn jooa iaq do uasuesi japuiui Ijaaq ;aq si poq iqoajs uaa uajjeq uaa iep ;aiM -uaiinj uaa iaui uauado a; 'uaggaz iep 'uai -qótziinaooAtadsuagai ap jaAO uaiqoq ai ui jauiaed ap j a i a q iaq si uioaeep ua (jads ^jais Cua uaa isaM ijaaq jffnapaouuaA) uagfu3f uannz laejiuoopuia iaq zm iep 'jlfilufiqasjeeAV jaiu si iaH "„uaiziinjooA si uapaiq" gutssedaoi uba agpuq do >joo si '(uaiziimooA lua^aiaq uajagaj) „jioAard isa.o jaujOAnog" azfiMsuaiz asuejj aQ :3eejAaSpuq as^fna^a.w do paooMiuy Een van de mannen, een onmogelijke dikzak, waarschijnlijk de baas van het spul, want hij deelde her en derwaarts commando's uit, kwam naar hen toe en ge- gon in rap Italiaans iets tegen hen te zeg gen. Geen van allen snapte er een jota van en verblaaid haalden ze hun schouders op. We don't understand, zei Mrs. Sippy tenslotte. Me EnglishEn ze wees op zichzelf. We Ollandesi, zei Ivo en hij wees ijve rig op Ondine, Jaap en zichzelf. Eh, zei de dikzak gelaten. Hij draaide zich om naar een grote breedgeschouder de blonde man. Miester Benice, riep hij. Stranieri (vreemdelingen). De aangesprokene kwam op hen toe en stelde de dikzak en zichzelf voor. Signore Benvenuto, Henri Benice. Dit is de regisseur en ik ben eerste camera man. Bent U Engelsen? Ik ben Ameri- Nee, antwoordde Mrs. Sippy. Ik alleen ben Engelse. Dit zijn Hollanders. How do you do. En ze schudde hartelijk handen. DE KWESTIE IS DEZ*., aarzelde Hen ri Benice, nadat hij ook de handen van de jongelui geschud had, we gaan hier enkele opnamen maken voor een Italiaanse film over Hannibal, en 'dat kan niet, onderbrak Mrs. Sippy hem beslist. Wij zijn hier belangrijke op gravingen aan het doen. Ik heb deze grond gehuurd en ik heb dus rechten Henri Benice vertaalde vlug wat Mrs. Sippy gezegd had voor signore Benvenuto en krabde zich daarna achter een oor, ter wijl signore Benvenuto vele „eh's en ah's" aanhief, zijn ogen in wanhoop naar de he mel draaide en zijn armen wijd uitbreidde. Daarna draaide hij zich met een ruk om en wenkte een meisje met een grote zon nebril op dat op een bescheiden afstand stond te luisteren. Giovanna, het contract alstjeblieft, zei signore Benvenuto. Heeft U een contract? vroeg Mr. Be nice. Nee, schudde Mrs. Sippy verbouwe reerd, dat niet maar Het meisje dat aangesproken was als Giovana grabbelde in de aktentas en gaf de signore een groot vel papier met in drukwekkende stempels aan. Prego, zei signore Benvenuto en hij overhandigde het aan Mrs. Sippy. Maar over een paar dagen zijn we hier weer weg, hoor, troostte Henri Benice die kennelijk medelijden met de teleurge stelde Mrs. Sippy had. En dan kunt U weer naar hartelust graven. Mogen we naar het filmen kijken? vroeg Ondine. Sure, zei Mr. Benice. Hier, wil je kauwgom? En hij presenteerde. Alleen Mrs. Sippy bedankte met een vies gezicht. Die Amerikanen, mompelde ze toen de heren zich verwijderd hadden. Altijd kauwgom en geen kuituur ALS EEN NEST nijvere mieren was het film team nu in volle beweging: de tenten stonden, de kabels lagen her en derwaarts. De camera's reden heen en weer. Er werd geschreeuwd, door megafoons geroepen, geharkt, gepraat en geduwd. Uit de tenten kwamen zo nu en dan in historische gewa den gestoken figuren te voorschijn die rus tig een twintigste-eeuwse sigaret rookten. De olifanten lagen netjes op een rijtje, zon der zich ook maar ergens druk over te ma ken. En de kleine ezel keek niet op of om maar at kalm van zijn distels. Tussen al die bedrijvigheid liep Mrs. Sippy als een wanhopige moeder die haar kind kwijt is naar haar gereedschap te zoeken. O, kijk toch eens, riep ze tegen de jongelui, die olifanten zitten precies op on ze kuilen. Ze hebben alles weer ingedrukt. We zullen weer helemaal opnieuw moeten beginnenEn mijn zonnehoed Waar is mijn zonnehoed? Die hangt op uw rug, zei Jaap kalm. Ga mee, vervolgde hij tegen Ivo, dan krui pen we in een perzikboom. Van daaruit hebben we een pracht uitzicht op de ko mende gebeurtenissen. Ik ben wel benieuwd wat dat worden moet, zei Ivo sceptisch. Wat een chaos. Moet daar nu een film uit groeien? Dat schijnt altijd zo te gaan, zei Jaap wijs. Ze maken een film toch altijd bij stukjes en brokjes. Shots, heet dat geloof ik. Elke opname wordt genummerd, en die plakken ze later in de juiste volgorde aan elkaar. Als je een film ziet, denk je altijd dat die helemaal achter elkaar zo gemaakt is Ja, vertel me wat nieuws, zei Ivo snib big, dat weet ik ook wel. Ik bedoel, dat als je een film ziet alles er zo écht uitziet. Je vermoedt helemaal niet, wat een herrie en rommel er omheen is. Al dat lawaai, die drukteOp de film is alles alsof het vuil er afgewassen is, vulde Jaap aan. Zeg, maar moet je Ondine eens zien Poppetjeszei Ivo. Duizend pop petjesWat doet ze nu voor krankzin nigs ONDINE GEDROEG zich inderdaad nogal vreemd. Ze stond naast het rustig voortgrazende ezeltje. Met een arm hield ze zich aan zijn hals vast, de andere hield ze wijd uitgestrekt opzij. Ze stond op de tenen en liet zich langzaam door de knieën zakken. „Een, twee, drie, vier", telde ze zacht. „Een, twee, drie, vier". Daarna schopte ze vier maal voor, vier maal zij waarts en vier maal achterwaarts met mooie gestrekte voet. „Nu los", dacht ze. Ze maakte enkele sier lijke bewegingen met de armen, ging op één been staan en strekte het andere been in een arabesque. Ze doet ballet, zei Jaap. Die denkt...., begon Ivo. Maar vér der kwam hij niet. Ondine had haar ara besque laten varen en begon al draaiend in het rond te springen. dat ze op de film komt, maakte Ivo zijn zin af. (Wordt vervolgd) HEEL LANG GELEDEN woonde er in een land hier ver vandaan een ko ning. Die koning was geweldig rijk. Hij had grote kisten vol edelstenen en ton nen boordevol goud. Onder zijn paleis had de koning grote kelders laten ma ken. In die kelders stonden alle kisten en tonnen met het goud en de edelste nen. Het waren geen gewone kelders, dat kun je begrijpen. Nee hoor, het wa ren kelders met muren die wel twee meter dik waren. De deuren waren van staal gemaakt. Voor iedere deur stond een soldaat. „Zo," dacht de koning, „zelfs de slimste boef kan nu niet meer in de kelders komen". Maar dat had de koning toch mis. Luis ter maar wat er gebeurde. ER WOONDEN dicht bij het paleis twee echte boeven. Heel gemene, slechte kerels. Ze waren niet alleen slecht, maar ook slim. Die twee slim me, slechte boeven wilden bij de koning gaan inbreken. Ze gingen heel diep na denken en eindelijk was hun plannetje klaar. Weet je hoe ze in de kelders wil den komen? Door de deur? Niks hoor! Door de vloer!! Ja, echt waar, door de vloer! Weet je wat de koning vergeten was? Een stevige vloer te laten ma ken! Dom he? Ja, erg dom, maar wie denkt er nou aan, dat inbrekers door de vloer komen? Eén van de boeven was metselaar. Hij had de kelders hel pen bouwen. Daarom wist hij dat de vloeren gewoon van zand waren. „Wel," zeiden de dieven, „We gra ven onder de grond een gang naar een van de kelders. Door die gang halen we al het goud weg. En niemand die het merkt!" VLAK ACHTER het paleis lag een groot bos. De booswichten bouwden in het bos een flinke hut. Een hut van boomstammen. Toen de hut klaar was, gingen de twee kerels er in graven. Dat deden ze 's nachts, als iedereen sliep, want nie mand mocht het merken. Ze werkten erg hard. Na een jaar liep er onder de grond een gang naar de kelders van het paleis. Voorzichtig droegen de schur ken alle kisten en tonnen uit de kelder en verstopten die in hun huis. Daarna maakten ze het gat in de vloer van de kelder weer dicht. Nu kon niemand meer zien, hoe ze binnen gekomen wa ren NA EEN PAAR dagen moest de ko ning in de kelders zijn. De opperhof- schatbewaarder maakte de stalen kel derdeur voor hem open. O, wat. schrok de koning! De hele kelder was leeg! Zijn kisten met juwelen waren weg en zijn.tonnen met goud ook al! „Hoe komt dat schurk?", bulderde hij tegen de ar me opperhofschatbewaarder. „Ik weet het echt niet, Sire", bibber de de arme man. „Dat móet je weten sufferd! Vooruit soldaten, gooi 'm in de gevangenis!" En daar ging de arme man tussen twee sterke soldaten naar de gevange nis. Maar ja, daar had de koning zijn schatten niet mee terug. Hij liet al zijn soldaten en knechten zoeken. Het goud werd niet gevonden De koning beloofde nu, dat hij dui zend gulden zou geven als iemand de boeven wist op te sporen. Maar de die- Dag, kleine poes, zei tante Sientje. Dag, kleine kat, zei ome Jan, ik wil jou wel kopen voor een tientje! Maar tante zei dadelijk: Niets daarvan! We woven te hoog en hebben geen tuintje, waar blijf je dan met zo'n springerig beest? Oom Jan krabde zorgelijk op zijn kruintje, hij was nog nooit zo ernstig geweest. Zo stonden ze samen voor de winkel, de katten en honden achter de ruit. Toch zijn ze wel lief, hè? zei tante aarzelend. Toen nam ome Jan een moedig besluit. Ik koop geen béést, zei hij, maar een diértje, het allerkleinste zoek ik uit. En als jij voor jezelf ook wat wilt hebben, koop dan maar lekker een flinke zak fruit! Maar tante zei: Nee, hij is voor ons samen, ik geef hem voer en jij leegt de bak. Voor de veiligheid doen we een hor in de ramen, anders valt hij pardoes op dat puntige dak. Toen ging ome Jan thuis een mandje halen, maar dat duurde een tijd, vanwege zijn jicht. Hij hoefde voor poes geen cent te betalen: Toen hij eindelijk terugkwam, was de winkel dicht ven hadden alles zo slim gedaan, dat niemand hen kon vinden. NU WERKTE er in de tuin van het paleis een knecht, die een tamme ek ster had. Hans heette die knecht en zijn ekster heette Gerrit. Natuurlijk had Hans ook van de diefstal gehoord. En ook van de hoge beloning. Maar hoe zou zo'n klein knechtje boeven kunnen vangen? Dat gaat toch niet? Maar op een dag ging Hans de kooi van Gerrit schoon maken. En wat vond hij in de kooi? Helemaal achter in een hoekje? Een edelsteen! Een echte dia mant. Hans schrok wel 'n beetje. Dat snap je! Hoe kwam dat ding daar? Hans snapte er niets van! Maar een dag later zag hij Gerrit op het hok zitten, met in z'n snavel een. goudstuk. Nu werd Hans toch erg nieuwsgierig. „Tjoep", daar wipte de vogel het hok in. Even later vloog hij er weer uit. Zonder goudstuk. Vlug klom Hans in een hoge boom. Hij wilde wel eens weten waarheen zijn ekster vloog. Van de boom uit kon Hans heel ver kijken. Hij kon nog juist zien, dat Gerrit in een grote beukeboom vloog. Een beukeboom in de tuin van Janus en Klaas Pak. Dicht bij het paleis. Hans klom uit de boom en rende naar de koning. „SIRE", ZEI HIJ," Sire, ik weet waar de dieven van het goud wonen!" „Wat?" riep de koning blij, „Is dat zo? „Kijk maar sire, deze edelsteen lag in het hok van mijn tamme ekster. Er ligt nog een goudstuk ook in. En Ger rit is naar de tuin van Janus en Klaas Pak gevlogen. Ik geloof vast, dat die alles gestolen hebben". Meteen stuur de de koning tien soldaten die Janus en Klaas Pak moesten halen. Even later werden de twee kerels voor de koning gebracht. De boeven begrepen wel, dat liegen hen niet helpen zou. ZE VERTELDEN alles. Het goud en de edelstenen hadden ze in de beuke boom verstopt. Die boom was helemaal hol. En onder die boom was nog een kelder. Alles zat er in. Niemand zou het gevonden hebben, als Gerrit de ek ster die glimmende dingen in de boom niet zo móói had gevonden. Nu was het feest in het paleis. De opperhofschat bewaarder werd uit de gevangenis ge haald. De twee boeven moesten er nu in! Hans kreeg zijn duizend gulden. Gerrit leefde nog vijf jaar. Toen hij dood was werd er een standbeeldje voor hem gemaakt. Dat wilde de ko ning zo Jan Nelissen C. B

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1960 | | pagina 16