Verrassende expositie in Vishal door leden van jubilerende sociëteit Perez Piet Paaltjens werd 125 jaar geleden in Leeuwarden geboren Londens symphonie-orkest speelt op 23 februari in Haarlem Expositie van werk van Leen Spierenburg bij Hoogovens ZATERDAG 13 FEBRUARI 1960 HAARLEMS DAGBLAD - OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 5 TEISTERBANT TIEN JAAR ATAX-TAXI 1.2.3.4.5 Wij zijn zélf vol bewondering DOZARenMOSSOUL NikitaMagaloff solist bij ensemble met rijke historie N.Ph.O. concerteerde te Haarlem op uitnodiging van het P.E.N. Nan Merriman, die dinsdag met het N.Ph.O. zingt, hoopt Frans Halsmuseum te zien Opwekkingsprediker uit Ohio spreekt in Haarlem Laatste paal geslagen voor Prinses Beatrix-school Restaurant Lion d'Or Bij gezellige muziek een heerlijk DINER ƒ5.— Geen brandassurantie- belasting in Bloemendaal Aanleg tennisbaan nabij Bovenweg in Aerdenhout R. DOZEMAN Ter gelegenheid van het tienjarig bestaan van de Haarlemse Sociëteit Teister- bant wordt tot 29 februari in de Vishal een expositie gehouden van werken van leden, die de beeldende kunsten beoefenen. Rekening houdend met de mogelijk heid dat ook gelegenheid gegeven zou worden tot het optreden van hen die de beeldende kunsten uit louter liefhebberij beoefenen had ik voor mijn bezoek geen bepaalde verwachtingen gekoesterd. Dat ik beslist geen grote verwach tingen koesterde kan ik niet eens zeggen, daar het mij bekend is dat een aantal voor ons land belangrijke kunstenaars lid is van Teisterbant. De tentoonstelling was voor mij een verrassing. Want het is een werkelijk interessante expositie, zij het met enkele zwakke plekken, die ten dele het geheel nog een aardig kantje geven. Het groepsportret van enkele bekende leden van Teisterbant door Lily van Cleeff amuseerde mij meer dan ik het als schilderij genoot. Als aanloop tot een kunstwerkje is een tekeningetje naar musici meer geslaagd. Voor een belangrijk deel is De Groep vertegenwoordigd. Coba Ritsema bewees Teisterbant een dienst door er in toe te staan dat enige figuurstukken van haar hand hier geëxposeerd worden. Men ziet figuurstukken van haar hand niet zo vaak. Eindelijk ontmoet men ook weer eens pop pen van Harry van Tussenbroek, die ge portretteerd werd door mevrouw Sturm- van den Bergh. Voor het eerst ontmoette ik schilderijen van de knappe tekenaar Gerard van den Eerenbeemt en het bleken fraai doorwerkte schilderijen, die ook bij zonder van kleur zijn. Voor mij was ook nieuw een breed geschilderde aquarel van het Spaarne van Frans Funke, een werk stuk dat ik niet alleen door het onderwerp zo Haarlems vind; het herinnert aan de gezonde stimulansen die uitgaan van het werk van Verwcy en Boot. Boot werd ge tekend door Hak, die met zijn manier van aanpakken Verwey dan ietwat vertegen woordigt. Voor het eerst zijn nu in Haar lem te zien enkele portretten van Otto B. de Kat, die getuigen van de door mij reeds gesignaleerde vernieuwing in diens werk. Is zijn grafiek hier trouwens ook niet voor het eerst? Van Tollenaars interessante en fraaie resultaten op het terrein van de monumentale kunst mocht ik al meerdere malen verslag doen; er zijn enige foto's van zijn ./erk. Verpoortens geestige vogelkooien waren in Heemskerk te zien en belangstellenden kunnen deze nu gemakkelijker ontmoeten in de Vishal. Zo ook grafiek van Damave, die ook als schilder vertegenwoordigd is. Lang zagen we niets van Nagy, voor mij een der aantrekkelijkste figuren onder hen. die naar de abstractie neigen. Waarop di rect gezegd moet worden dat Chapons gouache me bijzonder aantrok. Steyn toont naast enige zaken, waarmee hij in Amster dam zo'n succes had een heerlijk teke ningetje van een landschap en een boeien de „Kat". Vertegenwoordigd zijn verder Heyboer met een aantal uiteenlopende etsen, Post- ma met grafiek, Wiesman met een enkel werk, De Roos met een van zijn consciën tieuze tekeningen, Rueter met portretten, Verboog en de beeldhouwers Bronner, Clay en Van Heerden. Ik noemde dan de voor mij meest interessante figuren. Ik mag daar niet Van Egmond bij vergeten om zijn zo aparte schilderijtje. Teisterbant tien jaar! Ik ken leven en sneven van enkele sociëteiten en mag in dit tienjarig bestaan een bewijs zien van een voldoende intens cultureel leven in Haarlem, van een bewustzijn dat men in Haarlem iets te vertellen heeft. Want an ders zou dat sociëteitsleven echt ook niet bestaan. Met dit, en deze tentoonstelling en die prachtige en welgelegen expositie gelegenheid voor ogen, doet het me leed dat men de Vishal niet definitief wist te bestemmen voor belangrijke exposities. Het bezoek aan de Hollandse Aquarellisten- kring in „het Huis van Looy" was wat groter dan aan andere exposities, maar beneden het peil dat deze vereniging ge wend is. Deze vereniging kan zich permit teren van het standpunt uit te gaan dat de in kunst voldoende geïnteresseerde toch wel komt kijken. Maar als het gaat om meer mensen voor kunst te interesseren dan zou de Vishal van zo'n belangrijke be- Advertentie tekenis kunnen zijn. Men heeft er al be wezen een belangrijke aanvulling te kun nen leveren op wat in het nabijgelegen Amsterdam geschiedt. Men was hier voor op interessante portrettententoonstellingen in Arnhem, Tilburg, Leiden en Amersfoort. Dordrechts Museum wist met belachelijk geringe middelen tentoonstellingen te ma ken, die tot ver over de wereld besproken werden. In een zo goed gelegen gebouw als dit trekt men ook gemakkelijker de verenigingen, die door hun exposities el ders van belang zijn, aan dat met „het Huis van Looy". Het is {ie verdienste van Teisterbant dat met deze bescheiden mani festatie weer eens gewezen wordt op iets belangrijks, dat in Haarlem nog opgebracht zou moeten worden. Boh Buys Prof. Bronner, de schepper van het Hildebrandmonument, exposeert werk op de jubileumtentoonstelling van werk van Teisterbantleden. Advertentie Wö zien dtkwfjls mooie, zelfs zéér mooie tapij ten. Maar onze nieuw ste aanwinsten doen zelfs óns de han den van verbazing in een slaan. Schitterend, briljant, zijn de woor den die ons te binnen schieten. U moet nu beslist eens komen kijken om te genieten van deze r(jke tapijten! Ze zijn uitzonderlijk geschikt voor b.v. de hall of uw woonkamer en de prijzen zijn niet minder geschikt! Kij ken bij Perez verplicht tot niets. Wij geven u graag advies, vertellen u wat over tapijten enu kijkt maar. Zo u wilt thuis - want niets is gemakkelijker dan het aanvragen van een zichtzending. Betrouwbare adviezen Verantwoorde prijzen sinds 1919 HET PERZISCH TAPIJTHUIS ROKIN 116 - AMSTERDAM MORGEN 14 FEBRUARI is het 125 jaar geleden dat Francois Haver- schmidt meer bekend onder zijn pseudoniem Piet Paaltjens in Leeuwarden geboren werd. Waarschijn lijk heeft deze predikant-dichter de waarheid van zijn eigen woorden niet ten volle beseft toen hij in een inleiding tot zijn levensschets van Piet Paaltjens, zijn dubbelganger, schreef: „Er zijn levensgeschiedenissen, die zich uiterst moeilijk laten schrijven". Was de levens geschiedenis van de dichter Piet Paal tjens voor hem zelf reeds moeilijk te schrijven, nog moeilijker is het voor ons om deze samen te voegen tot een on verbrekelijk geheel met de biografie van de predikant Haverschmidt. Reeds als zevenjarig kind wist de kleine Fransje stellig te vertellen dat hij „domi nee wilde worden". En eigenlijk was dit niet vreemd. In anderhalve eeuw tijds wa ren uit zijn voorgeslacht reeds twaalf pre dikanten voortgekomen. Toch heeft het feit dat Fransje van zijn vierde tot zijn achtste jaar de zomervakanties bij zijn grootvader, predikant te Dantumawoude, doorbracht, ongetwijfeld er toe bijgedra gen dat de knaap na zijn gymnasiumtijd nog steeds niet van gedachten veranderd was. In 1852 werd de zeventienjarige Frans dan ook ingeschreven aan de Leidse uni versiteit. Aan de zes jaren, die hij in de sleutelstad doorbracht, hebben wij het be staan van de dichter Piet Paaltjens te danken. In deze zes jaren ook wist Haver- Een dag nadat het Londens Symphonie- Orkest in drie vliegtuigen de Noordzee zal zijn overgestoken, zal dit bekende En gelse ensemble op dinsdag 23 februari zijn tweede concert in Nederland in de Haarlemse Concertzaal geven. Op het pro gramma staan de Sinfonia da requiem van Benjamin Britten, een symfonie van de achttiende-eeuwse Engelse componist William Boyce en de uit 1945 daterende driedelige symfonie van Igor Strawinsky. Er is bovendien een klassieke lijsttrekker met een prominente solist: het vierde pianoconcert van Beethoven, dat door Ni- kita Magalof zal worden gespeeld. De di rigent is Collin Davis, een nog jonge kunstenaar die onlangs de Londense mu ziekminnaars verbaasde toen hij de ziek geworden Klemperer na korte voorberei ding weergaloos verving. Behalve in Haarlem treedt het orkest ook nog op in Amersfoort (waar de korte tournee begint ter viering van het zilve ren jubileum van het Grand Théatre), in Den Haag, Rotterdam en Amsterdam. In de laatstgenoemde drie steden zwaait Hugo Rignold de dirigeerstaf. Hij is hier te lande bekend door zijn geregelde gast- IN HET GEMEENTELIJK Concertge bouw te Haarlem had gisteravond het jaarlijkse concert plaats dat onder auspi ciën van het Provinciaal Elektriciteitsbe drijf Noordholland gegeven werd voor de werkers in de provinciale bedrijven. Het Noordhollands Philharmonisch Orkest bracht onder leiding van Henri Arends een programma tot uitvoering met werken van Haydn, Beethoven, Bizet en Tsjai- kofski. Men had de goede gedachte gehad om de bekende criticus en spreker Wouter Paap te vragen een korte inleiding op het gebodene te verzorgen. In de manier waar op Paap zich van zijn taak kweet combi- (Van onze Haagse redacteur) In hotel Des Indes te Den Haag ont moetten we vrijdagmiddag de Amerikaan se mezzo-sopraan Nan Merriman, die dinsdagavond in de Haarlemse Concert zaal met het Noordhollands Philharmo nisch Orkest zal optreden. Haar geestdrift over Maastricht, waar ze juist met het Limburgs symfonie-orkest „Het lied van de aarde" van Mahler had gezongen, was nog niet getemperd: „Wat een prach tige romaanse stad en wat een uitstekend orkest! En een uitverkocht huis, terwijl Maastricht toch geen grote plaats is!" Nan Merriman zal Henri Arends daarvoor hartelijk danken, want hij was het die haar tot een optreden in zijn geboortestad heeft overgehaald. Intussen verheugt Nan Merriman zich ook op haar concert in Haarlem. Ze was al eens eerder in de Spaarnestad, waar van ze zich vooral het Stadhuis „met het Romeo-en-Juliabalkon" herinnert. Voor het Frans Halsmuseum kwam ze echter net te laat „En het was pas drie uur 's middags" maar ze hoopt deze keer haar schade in te halen. In Haarlem zal ze twee aria's van Mozart zingen en met een jeugdwerk van Mahler, de Zwer versliederen, besluiten. Nan Merriman heeft een zwak voor het werk van Mahler en zal daarvan ook op de in Amsterdam en Rotterdam door het Londens symfo nie-orkest te geven concerten getuigen door het vertolken van de liederen welke de dichter Rückert schreef ter gedachte nis van zijn twee tengevolge van roodvonk gestorven kinderen. Nan Merriman is in haar repertoire echter verre van eenzij dig, zoals vele grammofoonopnamen van opera-uitvoeringen, van Franse liederen en Spaanse volksmuziek getuigen. Hoewel ze soms maandenlang in Euro- oa verblijft, trekt haar hart toch steeds naar haar geboorteland. „Wanneer ik in Rotterdam mijn laatste concert gegeven heb, vertrek ik dadelijk naar Londen, waar ik binnen het uur een aansluiting tref die mij via de poolroute rechtstreeks naar Los Angeles brengt." „Het volgend jaar hoop ik, dat het per K.L.M. kan zijn," voegt ze er haastig diplomatiek aan toe.. Op het zevende concert in de D-serie van het Noordhollands Philharmonisch Orkest op dinsdag 16 februari zal Nan Merriman van Mozart de aria's „Voi che sapete" en „E amore un ladroncello" zin gen en van Mahler de Lieder eines fahren- den Gesellen. Verder zal uitgevoerd wor den de Praagse symfonie van Mozart en de Siegfried Idyll van Wagner. neerde hij als steeds op gelukkige wijze „human interest" ter bevrediging van de ons allen ingeschapen belangstelling voor het anecdotische, het detail uit de pariculiere en sociale sector met enkele terzake dienende opmerkingen betreffende de uit te voeren werken. Zo zullen zijn mededelingen over de relatie tussen Haydn en Beethoven voor velen even een wat menselijker, vertrouw der contour gegeven hebben aan deze fi guren die door hun formaat en door de afstand in de tijd zo gemakkelijk iets van indrukwekkende maar kille wassen beel den krijgen. En van daaruit „moduleerde' hij dan weer ongemerkt naar bijzonder heden omtrent bouw en stijl van het eer ste programmanummer, de Oxford-sym- fonie van Haydn. Zoals deze symfonie ver volgens door het orkest onder Arends' leiding ten gehore gebracht werd, moet ook dit publiek, dat voor een groot deel niet tot de geregelde bezoekers van de N.Ph.O.-concerten gerekend kan worden, wel duidelijk geworden zijn, hoezeer het orkest gewonnen heeft aan een vaste greep op de traditionele hoekstenen van het re pertoire. Solist van de avond was George van Renesse in Beethoven's vijfde pianocon cert. Hij speelde zijn partij zoals men dit van hem verwachtte: met een zeer fraai afgewogen aanslag en een bijzondere ge voeligheid voor de cantilene in het twee de deel, (de inzet van dit Adagio was een hoogtepunt in zijn voordracht), met een zekere lichtheid van toets in de hoekdelen die soms tot verrassende effecten leidde, maar ook wel eens ten koste ging van het mannelijke karakter en van de plastiek die Beethoven toch niet missen kan (welke componist trouwens wèl?). Het succes was groot en, laat ik er direct bijvoegen, ten volle verdiend. Na de pauze werd het concert aanvanke lijk in een speelser sfeer voortgezet met vijf stukjes uit „Jeux d'enfants" kinder spelen van Bizet. De uitvoering was zo als het hoorde, charmant, onbevangen, met kleine pasjes en houten gebaartjes. De ouverture-fantasie Romeo en Julia van Tsjaikofski vormde het pakkende slot van dit concert, dat door een stampvolle zaal met aandacht beluisterd was. Er moet mij hierbij nog wel van het hart dat men zich blijkbaar iets te weinig rekenschap had gegeven van het feit dat de gesproken inleiding tijd vergde die tot kortere duur van het eigenlijke concert programma moest nopen. Dit concert, dat officieel om acht uur, maar wegens de grote coeloop feitelijk om kwart over acht begon, duurde tot bij elven. Het lijkt mij niet juist om het publiek enerzijds tot een kwalitatief vollediger waarderen van de muziek uit te nodigen, anderzijds door een overladen kwantum de passiviteit in de hand !e werken. Maar naar ik van bevoeg de zijde vernam was hier een misverstand in het spel, dus hopen we maar dat er een volgend maal beter rekening gehouden wordt met het opnemingsvermogen van de luisteraars, waaronder dat van de criticus. Sas Bunge directies bij het Radio Filharmonisch Or kest. Het in 1904 opgerichte Londens Sympho- nie-Orkest is niet alleen het oudste orkest van de Engelse hoofdstad, maar het is ook uniek door zijn organisatie: het is eigenlijk een coöperatieve vereniging van orkestleden. Als zodanig is het ook ont staan. Het wist van het begin af grote di rigenten voor zich te interesseren, zoals Hans Richter, Arthur Nikisch, Edouard Colonne en de Engelse componisten Stan ford en Elgar. In 1913 maakte het een uit gestrekte tournee door Amerika, welke het einde van het Londens Symphonie-Orkest had kunnen worden. Aanvankelijk zou na melijk met de Titanic gereisd worden, maar die was al volgeboekt. Tussen de beide wereldoorlogen be hoorden de maandagavondconcerten van het Londens Symphonie-Orkest in de Queen's Hall tot de belangrijke gebeurte nissen in het Engelse muziekleven, verge lijkbaar met de activiteit van de beste Ne derlandse orkesten hier. Ondanks de con currentie van het symfonie-orekst van de BBC en van het Londens Philharmonisch Orkest kon men deze traditie tot april 1940 handhaven. Daarna kwamen de bijna legendarisch geworden oorlogservarin gen: promenadeconcerten, ENSA-tour- nees, concerten in fabrieken, bioscopen, dorpszaaltjes, hetgeen uiteraard met soms gevaarlijke reizen gepaard ging. En natuurlijk moest men ook het verlies van verscheidene musici op het slagveld be treuren. Pas in 1948 kon het geregelde concertleven worden hervat. Ter gelegenheid van het vijftigjarig be staan schreef de componist Vaughan Wil liams een boeiend gedenkboek over het Londens symphonie-orkest waarin ook de namen van Mengelberg en Van Beinum meermalen worden genoemd, want zij traden vaak als gastdirigent op. Uiteraard nemen de moderne communi catiemiddelen een belangrijke plaats in de exploitatie van het orkest in. De BBC ruimt geregeld een plaats voor het Lon dens Symphonie-Orkest in in zijn radio- en televisieprogramma's. Bovendien maakte het orkest in het afgelopen jaar niet min der dan 163 opnamen voor radioprogram ma's of voor grammofoonplatenfabrieken en verwierf het bovendien een reputatie als een der beste filmorkesten ter wereld, zoals degenen die Hitchcock's „De man die te veel wist" zagen, kunnen beamen. De Haarlemmers zullen dus binnenkort in de gelegenheid zijn dit internationaal bekende orkest in levenden lijve te aan schouwen en te beluisteren. schmidt zich een apart plaatsje in de Ne derlandse letterkunde te verwerven. Hoe wel de dichter zelf zijn studententijd eens de „tijd van de kluchtigen ernst, de tijd der dwaasheid, de tijd van het io vivat" noemde, voelde hij zich aanvankelijk in de studentengemeenschap niet op zijn ge mak. Het studentenleven viel hem tegen, hij voelde zich eenzaam en was er de figuur niet naar om urenlang op de sociëteit „Mi nerva" te blijven plakken. Zijn behoefte aan gezelligheid deed hem zoeken naar een vriendenkring. De in deze tijd ge maakte vriendschappen bleken op de duur dan ook 't hechtst te zijn; de vrien den ontmoeten elkaar niet alleen in het Piet Paaltjens „bierhuis van vader Müller", maar kwa men regelmatig op de kamer van een van hen bijeen om „een boom op te zetten" of maakten gezamenlijk lange wandelingen. In deze tijd rijpte de humor van de gevat te Francois, die door zijn vrienden bijzon der graag gezien werd. Op een van hun uitstapjes, naar Haar lem, ontmoetten zij in een koffiehuis op de Grote Markt een vreemdeling, die zich in het gezelschap van de studenten niet op zijn gemak voelde. Op Haverschmidts vraag „met wien zij de eer hadden kennis te maken", antwoordde de man: „Piet Paaltjens". Het was vreemd maar allen voelden dat de man niet zijn eigen naam noemde. Pas in 1856 nam de „haas", zo als de watervlugge Haverschmidt door zijn vrienden genoemd werd, het pseudo niem Piet Paaltjens aan. Het had aanvankelijk heel wat voeten in de aarde eer Frans, die in die tijd zijn vrienden reeds vermaakte met zijn punti ge, humoristische gedichtjes, bereid was iets van zijn werk in het studentenjaar boek te publiceren. Pas toen zijn beste vriend Van der Kaay voorstelde dat indien de redactie een vreselijke „draak" van zijn hand opnam Frans zijn voorbeeld zou volgen, stemde deze toe. Zijn bijdrage be stond uit een viertal „immortellen", „De bleeke jongeling", „Liefdewraak" en „Aan den kamper poëet F. T. C. Stein- metz", gedichten die ras veel later te we ten in 1867 ook buiten de studentenwe reld bekend werden. In dat jaar verscheen namelijk de eerste druk van „Snikken en grimlachjes", welke bundel zijn naam voor het nageslacht zou bewaren. Naait, heelt Haverschmidt zijn studen tentijd meer kunnen vergeten en zijn aan geboren neiging tot zwaarmoedigheid maakte het hem al niet gemakkelijker om „de mooiste tijd van zijn leven" als voor bij te kunnen beschouwen. Hij had heim wee, vooral de eerste jaren na zijn benoe ming tot predikant in het Friese Foudgum en Raard, waar hij zoals hij zelf schrijft „zowat begraven was". Trouw las hij in die jaren de Oprechte Haarlemsche Courant om toch in elk ge val te weten wanneer een van zijn vrien den trouwde, een kind had gekregen of gestorven was. In 1862 kwam aan de kwelling een einde. Haverschmidt werd beroepen in Den Hel der. Het jaar daarop trad hij in het huwe lijk met de Utrechtse Johanna Maria Osti en weer een jaar later volgde zijn over plaatsing naar Schiedam. Dertig jaren, tot aan zijn dood in 1894, bleef hij in deze stad. Hij maakte naam, niet alleen als predikant, maar ook als voordrachtskun stenaar. Hij schreef nog steeds gedichten, maar nimmer meer bereikte hij het hoge humoristische peil van zijn studententijd, de tijd waarin „Snikken en grimlachjes" geboren werd. De ergelijke neiging tot zwaarmoedig heid verergerde en vergalde zijn levens avond. Het werd tenslotte zo erg dat Ha verschmidt zenuwziek in een inrichting opgenomen moest worden. Later, weer te rug in Schiedam, deed zijn ziekte hem de hand aan zich zelf slaan. Na Jan van Geem vraagt een andere schilder uit Spaarndam onze aandacht. Morgen, zondag tussen 2 en 5 uur, is in het restaurant van de Hoogovens een ten toonstelling van het werk van Leen Spie renburg te zien voor een ieder die daar be langstelling voor heeft. Gedurende enige weken kunnen de werkers bij de Hoog ovens nader kennis maken met Spieren burgs pogen het zijne toe te voegen aan wat al geschilderd werd. Spierenburg be grijpt dat een schilder pas gaat gelden als hij het nog nooit vertoonde opbrengt. Ge zien de eindeloos ruime schakering aan karakters van mensen is het voldoende geheel zich zelf te zijn of zelfs alleen maar dat te laten gelden, wat bij anderen niet voorkwam. Men kan zelfs blijven steunen op grote voorbeelden mits men een zeer eigen noot aan het werk toevoegt. Men kan dan iemand zijn „uit de school van" een of andere grote schilder. Spierenburg is uit de school van de Haarlemse schilder Boot, wiens invloed nog op verscheidene figuren uit onze om geving zo duidelijk zichtbaar is. Of Boot nu tot de groten gerekend mag worden is een hoofdstuk apart. Voldoende zij op te merken dat hij een uitzonderlijk leer meester bewees te zijn. Het oudere werk van Spierenburg kende ik nagenoeg niet. Het daarvan vertoonde doet mijn respect voor Boot stijgen. Van dat oudere werk van Spierenburg ontroerde mij „Moeder met kinderen", dat in het bezit van de ge meente Haarlem is. Spierenburg heeft echter begrepen dat hij bij een dergelijke manier van uiten niet kon blijven stil staan. Hij begreep „iets toe te moeten voegen". Hij weet zich als jongere van een latere tijd dan Boot. En die tijd vond onder meer wel uitdrukking in het gebruik van sterkere kleur. Spierenburg heeft ge tracht door een sterker kleurgeving meer eigentijds te worden. Hij trachtte dat ook hier en daar door te zoeken naar een an dere vormgeving van de Hollands impres sionistische. Hij is zelfs een eind in de richting van de abstracte kunst gegaan met enige zaken, die ik niet meer dan ex perimenten mag noemen. Met dat alles is het echter nog de vraag of Spierenburg ook het zeer eigene gevonden heeft. Ik zie dat nog niet zo. In enkele werken doet hij zich geweld aan zonder daarmee tot iets overtuigends te komen. Maar men mag hem dankbaar zijn dat hij zo open is wat betreft het verslag van zijn pogen, dat deze expositie is. Men kan hieraan leren dat het een schilder niet be gonnen is om fraaie afbeeldingen van wat te zien is, maar om een getuigen. De be doeling van de exposities bij de Hoogovens is in te leiden en op te voeden. Juist de knapheid van sommig werk van Spieren burg maakt dat men zijn pogen met enig vertrouwen ontmoet en geïnteresseerd wordt in een ontwikkeling. Een ontwikke ling, die voor Spierenburg nog lang niet afgesloten is. Ik geloof dat Spierenburg best wat meer op zijn kunde mag vertrou wen en vooral moet zoeken naar die ont moetingen, die hem het meest bewegen. Niet voor de openbaarheid bestemd is een kleine expositie van werk van een amateur, de oude heer Goes. Toen deze gepensioneerd werd stond hij even voor een leegte. Wat nu te doen? Hij vond na- enig zoeken een heerlijk tijdverdrijf, zelfs een genieten in het tekenen. Hij kopieer de. Erg bevredigend is zoiets ook niet. Maar met het kopiëren van etsen op glas bereikte hij een merkwaardig van atmos feer trillend effect. Met kunst heeft dit Muzikale Speurtochten in Haarlems Historie door )os. de Klerk Een bundel van los. de Klerk's muziek historische artikelen, die vroeger in onze bladen zijn gepubliceerd. 80 Blad zijden, geheel op kunstdrukpapier, ver lucht met 20 illustraties, gekartonneerd Prijs 0.75 Verkrijgbaar aan de kantoren van ons blad en bij het Concertbureau Alphe- naar. Kruisweg 49, Haarlem. Een bekend cpwekkingsprediker van de Reformed Church uit Ohio (V.S.), reverend V. P. Wiervill, die volgende week een zevendaags spreekbeurten-tournee door ons land maakt, zal maandagavond spre ken in een bijeenkomst in de Begijnkapel, georganiseerd door het Interkerkelijk Evangelisatiecomité. Rev. Wiervill, die zich geheel stelt achter de geloofsge- nezingscampagnes van de evangelist Tom my Lee Osborn die enige tijd geleden ook ons land bezocht is uitgenodigd door een groep mensen, die destijds Os- born-comité's vormden om de tournee van deze evangelist te organiseren. De toespraak van rev. Wiervill zal wor den vertaald door mevrouw L. Adams. Een eerder voor deze maandagavond gearran geerde spreekbeurt, namelijk van dr. A. A. Leenhouts, is voor deze gelegenheid uit gesteld. Vrijdagmiddag werd in aanwezigheid van architect H. W. van Kempen uit Bloemen- daal, enige leden van het schoolbestuur en een aantal belangstellenden, op het ter rein aan de Bernard Zweerslaan te Heem stede de laatste paal geslagen voor de der de christelijke school voor lager onderwijs ter plaatse, welke op deze plek zal verrij zen. De proefpaal werd in december van het vorig jaar in de grond gezet, waaruit kan worden geconcludeerd, dat de werk zaamheden aan de bouw tot dusver een vlot verloop hebben gehad. Er wordt dan ook rekening mee gehouden, dat de nieu we school nog in september van dit jaar officieel kan worden geopend. Deze laatste paal werd met enig cere monieel geslagen door de heer P. J. van Noppen te Heemstede, als toekomstig hoofd van de nieuwe school. Hij kon hier bij tevens mededelen, dat over het desbe treffende verzoek gunstig was beschikt, zo dat de school de naam zal dragen van Prinses Beatrix. Advertentie Hotel-Café. TELEFOON 10281 Koninginnesoep Cotelet Suisse Ananas - Slagroom In antwoord op een vraag tijdens de be handeling van de begroting van de gemeen te Bloemendaal gedaan hebben B. en W. aan de gemeenteraad meegedeeld, dat zij tot de conclusie zijn gekomen te adviseren niet over te gaan tot het invoeren van een brandassurantiebelasting. Een gering aan tal gemeenten heeft een dergelijke belas ting ingevoerd en de opbrengst wordt door B. en W. gering genoemd, waartegenover relatief hoge perceptiekosten staan. Voorts merken B. en W. op dat de belas tingdruk op de ingezetenen bijzonder hoog is en zonder dringende noodzaak mag die druk niet worden vergroot. B. en W. van Bloemendaal stellen de ge meenteraad voor aan de in oprichting zijn de Coöperatieve Vereniging tot aanleg van tennisbanen „Elswout" G.A. een terrein- tje achter het gasontvangstation aan de P. J. B. Ruys de Perezlaan te Aerdenhout in erfpacht uit te geven voor de duur van twintig jaar. Enige bewoners van de nieuwe wijk in het Park Bovenweg hebben het initiatief genomen tot het oprichten van een tennis vereniging ten behoeve van hun wijkge- noten De eerste taak van de vereniging zal zijn voor de aanleg van een tennisbaan zorg te dragen. Het bouwfonds Nederlands gemeenten heeft meegedeeld een lening te willen verstrekken voor de aanlegkos- ten, mits de gemeente de betaling van ren te en aflossing garandeert. Advertentie BONDSVERHUUR Benviljoenstr. 13 rd - Tel. 51196 VOOR VERHUUR EN ADVIES ook 's avonds geopend tot 22 u. All Risks verzekering. Zonder borg. nog weinig te maken, maar wel met de middelen, waarmee kunst gemaakt zou kunnen worden. Gezien enige pentekenin gen komt het me voor dat de heer Goes ook iets begrijpt van het belang van in teressante structuren in een tekening. Hij ordent bovendien zijn zaken ritmisch in teressant op het gegeven vlak. Of hij ooit hoopt waarlijk kunst te maken weet ik niet en dat is voor ons niet interessant. Belangrijk is dat, aldus zijn tijd vullend, de heer Goes meer leerde begrijpen van tekenkunst en het werk van belangrijke kunstenaars nog intenser zal genieten. Bob Buys

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1960 | | pagina 5