Verrassende expositie in Vishal door
leden van jubilerende sociëteit
Perez
Piet Paaltjens werd 125 jaar
geleden in Leeuwarden geboren
Londens symphonie-orkest speelt
op 23 februari in Haarlem
Expositie van werk van Leen
Spierenburg bij Hoogovens
ZATERDAG 13 FEBRUARI 1960
HAARLEMS DAGBLAD -
OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
5
TEISTERBANT TIEN JAAR
ATAX-TAXI
1.2.3.4.5
Wij zijn zélf
vol bewondering
DOZARenMOSSOUL
NikitaMagaloff solist bij ensemble met rijke historie
N.Ph.O. concerteerde te Haarlem op
uitnodiging van het P.E.N.
Nan Merriman, die dinsdag met het N.Ph.O.
zingt, hoopt Frans Halsmuseum te zien
Opwekkingsprediker uit
Ohio spreekt in Haarlem
Laatste paal geslagen voor
Prinses Beatrix-school
Restaurant Lion d'Or
Bij gezellige muziek een
heerlijk DINER ƒ5.—
Geen brandassurantie-
belasting in Bloemendaal
Aanleg tennisbaan nabij
Bovenweg in Aerdenhout
R. DOZEMAN
Ter gelegenheid van het tienjarig bestaan van de Haarlemse Sociëteit Teister-
bant wordt tot 29 februari in de Vishal een expositie gehouden van werken van
leden, die de beeldende kunsten beoefenen. Rekening houdend met de mogelijk
heid dat ook gelegenheid gegeven zou worden tot het optreden van hen die de
beeldende kunsten uit louter liefhebberij beoefenen had ik voor mijn bezoek
geen bepaalde verwachtingen gekoesterd. Dat ik beslist geen grote verwach
tingen koesterde kan ik niet eens zeggen, daar het mij bekend is dat een aantal
voor ons land belangrijke kunstenaars lid is van Teisterbant. De tentoonstelling
was voor mij een verrassing. Want het is een werkelijk interessante expositie,
zij het met enkele zwakke plekken, die ten dele het geheel nog een aardig kantje
geven. Het groepsportret van enkele bekende leden van Teisterbant door Lily
van Cleeff amuseerde mij meer dan ik het als schilderij genoot. Als aanloop tot
een kunstwerkje is een tekeningetje naar musici meer geslaagd.
Voor een belangrijk deel is De Groep
vertegenwoordigd. Coba Ritsema bewees
Teisterbant een dienst door er in toe te
staan dat enige figuurstukken van haar
hand hier geëxposeerd worden. Men ziet
figuurstukken van haar hand niet zo vaak.
Eindelijk ontmoet men ook weer eens pop
pen van Harry van Tussenbroek, die ge
portretteerd werd door mevrouw Sturm-
van den Bergh. Voor het eerst ontmoette
ik schilderijen van de knappe tekenaar
Gerard van den Eerenbeemt en het bleken
fraai doorwerkte schilderijen, die ook bij
zonder van kleur zijn. Voor mij was ook
nieuw een breed geschilderde aquarel van
het Spaarne van Frans Funke, een werk
stuk dat ik niet alleen door het onderwerp
zo Haarlems vind; het herinnert aan de
gezonde stimulansen die uitgaan van het
werk van Verwcy en Boot. Boot werd ge
tekend door Hak, die met zijn manier van
aanpakken Verwey dan ietwat vertegen
woordigt. Voor het eerst zijn nu in Haar
lem te zien enkele portretten van Otto B.
de Kat, die getuigen van de door mij reeds
gesignaleerde vernieuwing in diens werk.
Is zijn grafiek hier trouwens ook niet voor
het eerst? Van Tollenaars interessante en
fraaie resultaten op het terrein van de
monumentale kunst mocht ik al meerdere
malen verslag doen; er zijn enige foto's
van zijn ./erk.
Verpoortens geestige vogelkooien waren
in Heemskerk te zien en belangstellenden
kunnen deze nu gemakkelijker ontmoeten
in de Vishal. Zo ook grafiek van Damave,
die ook als schilder vertegenwoordigd is.
Lang zagen we niets van Nagy, voor mij
een der aantrekkelijkste figuren onder hen.
die naar de abstractie neigen. Waarop di
rect gezegd moet worden dat Chapons
gouache me bijzonder aantrok. Steyn toont
naast enige zaken, waarmee hij in Amster
dam zo'n succes had een heerlijk teke
ningetje van een landschap en een boeien
de „Kat".
Vertegenwoordigd zijn verder Heyboer
met een aantal uiteenlopende etsen, Post-
ma met grafiek, Wiesman met een enkel
werk, De Roos met een van zijn consciën
tieuze tekeningen, Rueter met portretten,
Verboog en de beeldhouwers Bronner,
Clay en Van Heerden. Ik noemde dan de
voor mij meest interessante figuren. Ik
mag daar niet Van Egmond bij vergeten
om zijn zo aparte schilderijtje.
Teisterbant tien jaar! Ik ken leven en
sneven van enkele sociëteiten en mag in
dit tienjarig bestaan een bewijs zien van
een voldoende intens cultureel leven in
Haarlem, van een bewustzijn dat men in
Haarlem iets te vertellen heeft. Want an
ders zou dat sociëteitsleven echt ook niet
bestaan. Met dit, en deze tentoonstelling
en die prachtige en welgelegen expositie
gelegenheid voor ogen, doet het me leed
dat men de Vishal niet definitief wist te
bestemmen voor belangrijke exposities. Het
bezoek aan de Hollandse Aquarellisten-
kring in „het Huis van Looy" was wat
groter dan aan andere exposities, maar
beneden het peil dat deze vereniging ge
wend is. Deze vereniging kan zich permit
teren van het standpunt uit te gaan dat
de in kunst voldoende geïnteresseerde toch
wel komt kijken. Maar als het gaat om
meer mensen voor kunst te interesseren
dan zou de Vishal van zo'n belangrijke be-
Advertentie
tekenis kunnen zijn. Men heeft er al be
wezen een belangrijke aanvulling te kun
nen leveren op wat in het nabijgelegen
Amsterdam geschiedt. Men was hier voor
op interessante portrettententoonstellingen
in Arnhem, Tilburg, Leiden en Amersfoort.
Dordrechts Museum wist met belachelijk
geringe middelen tentoonstellingen te ma
ken, die tot ver over de wereld besproken
werden. In een zo goed gelegen gebouw
als dit trekt men ook gemakkelijker de
verenigingen, die door hun exposities el
ders van belang zijn, aan dat met „het
Huis van Looy". Het is {ie verdienste van
Teisterbant dat met deze bescheiden mani
festatie weer eens gewezen wordt op iets
belangrijks, dat in Haarlem nog opgebracht
zou moeten worden.
Boh Buys
Prof. Bronner, de schepper van het
Hildebrandmonument, exposeert werk
op de jubileumtentoonstelling van werk
van Teisterbantleden.
Advertentie
Wö zien dtkwfjls mooie,
zelfs zéér mooie tapij
ten. Maar onze nieuw
ste aanwinsten
doen zelfs óns de han
den van verbazing in
een slaan. Schitterend,
briljant, zijn de woor
den die ons te binnen
schieten. U moet nu
beslist eens komen
kijken om te genieten
van deze r(jke tapijten!
Ze zijn uitzonderlijk
geschikt voor b.v. de
hall of uw woonkamer
en de prijzen zijn niet
minder geschikt! Kij
ken bij Perez verplicht
tot niets. Wij geven u
graag advies, vertellen
u wat over tapijten
enu kijkt maar. Zo
u wilt thuis - want
niets is gemakkelijker
dan het aanvragen van
een zichtzending.
Betrouwbare adviezen
Verantwoorde prijzen
sinds 1919
HET PERZISCH TAPIJTHUIS
ROKIN 116 - AMSTERDAM
MORGEN 14 FEBRUARI is het
125 jaar geleden dat Francois Haver-
schmidt meer bekend onder zijn
pseudoniem Piet Paaltjens in
Leeuwarden geboren werd. Waarschijn
lijk heeft deze predikant-dichter de
waarheid van zijn eigen woorden niet
ten volle beseft toen hij in een inleiding
tot zijn levensschets van Piet Paaltjens,
zijn dubbelganger, schreef: „Er zijn
levensgeschiedenissen, die zich uiterst
moeilijk laten schrijven". Was de levens
geschiedenis van de dichter Piet Paal
tjens voor hem zelf reeds moeilijk te
schrijven, nog moeilijker is het voor ons
om deze samen te voegen tot een on
verbrekelijk geheel met de biografie van
de predikant Haverschmidt.
Reeds als zevenjarig kind wist de kleine
Fransje stellig te vertellen dat hij „domi
nee wilde worden". En eigenlijk was dit
niet vreemd. In anderhalve eeuw tijds wa
ren uit zijn voorgeslacht reeds twaalf pre
dikanten voortgekomen. Toch heeft het
feit dat Fransje van zijn vierde tot zijn
achtste jaar de zomervakanties bij zijn
grootvader, predikant te Dantumawoude,
doorbracht, ongetwijfeld er toe bijgedra
gen dat de knaap na zijn gymnasiumtijd
nog steeds niet van gedachten veranderd
was.
In 1852 werd de zeventienjarige Frans
dan ook ingeschreven aan de Leidse uni
versiteit. Aan de zes jaren, die hij in de
sleutelstad doorbracht, hebben wij het be
staan van de dichter Piet Paaltjens te
danken. In deze zes jaren ook wist Haver-
Een dag nadat het Londens Symphonie-
Orkest in drie vliegtuigen de Noordzee
zal zijn overgestoken, zal dit bekende En
gelse ensemble op dinsdag 23 februari
zijn tweede concert in Nederland in de
Haarlemse Concertzaal geven. Op het pro
gramma staan de Sinfonia da requiem
van Benjamin Britten, een symfonie van
de achttiende-eeuwse Engelse componist
William Boyce en de uit 1945 daterende
driedelige symfonie van Igor Strawinsky.
Er is bovendien een klassieke lijsttrekker
met een prominente solist: het vierde
pianoconcert van Beethoven, dat door Ni-
kita Magalof zal worden gespeeld. De di
rigent is Collin Davis, een nog jonge
kunstenaar die onlangs de Londense mu
ziekminnaars verbaasde toen hij de ziek
geworden Klemperer na korte voorberei
ding weergaloos verving.
Behalve in Haarlem treedt het orkest
ook nog op in Amersfoort (waar de korte
tournee begint ter viering van het zilve
ren jubileum van het Grand Théatre), in
Den Haag, Rotterdam en Amsterdam. In
de laatstgenoemde drie steden zwaait
Hugo Rignold de dirigeerstaf. Hij is hier
te lande bekend door zijn geregelde gast-
IN HET GEMEENTELIJK Concertge
bouw te Haarlem had gisteravond het
jaarlijkse concert plaats dat onder auspi
ciën van het Provinciaal Elektriciteitsbe
drijf Noordholland gegeven werd voor de
werkers in de provinciale bedrijven. Het
Noordhollands Philharmonisch Orkest
bracht onder leiding van Henri Arends
een programma tot uitvoering met werken
van Haydn, Beethoven, Bizet en Tsjai-
kofski. Men had de goede gedachte gehad
om de bekende criticus en spreker Wouter
Paap te vragen een korte inleiding op het
gebodene te verzorgen. In de manier waar
op Paap zich van zijn taak kweet combi-
(Van onze Haagse redacteur)
In hotel Des Indes te Den Haag ont
moetten we vrijdagmiddag de Amerikaan
se mezzo-sopraan Nan Merriman, die
dinsdagavond in de Haarlemse Concert
zaal met het Noordhollands Philharmo
nisch Orkest zal optreden. Haar geestdrift
over Maastricht, waar ze juist met het
Limburgs symfonie-orkest „Het lied
van de aarde" van Mahler had gezongen,
was nog niet getemperd: „Wat een prach
tige romaanse stad en wat een uitstekend
orkest! En een uitverkocht huis, terwijl
Maastricht toch geen grote plaats is!"
Nan Merriman zal Henri Arends daarvoor
hartelijk danken, want hij was het die
haar tot een optreden in zijn geboortestad
heeft overgehaald.
Intussen verheugt Nan Merriman zich
ook op haar concert in Haarlem. Ze was
al eens eerder in de Spaarnestad, waar
van ze zich vooral het Stadhuis „met
het Romeo-en-Juliabalkon" herinnert.
Voor het Frans Halsmuseum kwam ze
echter net te laat „En het was pas drie
uur 's middags" maar ze hoopt deze
keer haar schade in te halen. In Haarlem
zal ze twee aria's van Mozart zingen en
met een jeugdwerk van Mahler, de Zwer
versliederen, besluiten. Nan Merriman
heeft een zwak voor het werk van Mahler
en zal daarvan ook op de in Amsterdam
en Rotterdam door het Londens symfo
nie-orkest te geven concerten getuigen
door het vertolken van de liederen welke
de dichter Rückert schreef ter gedachte
nis van zijn twee tengevolge van roodvonk
gestorven kinderen. Nan Merriman is in
haar repertoire echter verre van eenzij
dig, zoals vele grammofoonopnamen van
opera-uitvoeringen, van Franse liederen
en Spaanse volksmuziek getuigen.
Hoewel ze soms maandenlang in Euro-
oa verblijft, trekt haar hart toch steeds
naar haar geboorteland. „Wanneer ik in
Rotterdam mijn laatste concert gegeven
heb, vertrek ik dadelijk naar Londen,
waar ik binnen het uur een aansluiting
tref die mij via de poolroute rechtstreeks
naar Los Angeles brengt." „Het volgend
jaar hoop ik, dat het per K.L.M. kan zijn,"
voegt ze er haastig diplomatiek aan toe..
Op het zevende concert in de D-serie
van het Noordhollands Philharmonisch
Orkest op dinsdag 16 februari zal Nan
Merriman van Mozart de aria's „Voi che
sapete" en „E amore un ladroncello" zin
gen en van Mahler de Lieder eines fahren-
den Gesellen. Verder zal uitgevoerd wor
den de Praagse symfonie van Mozart en
de Siegfried Idyll van Wagner.
neerde hij als steeds op gelukkige wijze
„human interest" ter bevrediging van
de ons allen ingeschapen belangstelling
voor het anecdotische, het detail uit de
pariculiere en sociale sector met enkele
terzake dienende opmerkingen betreffende
de uit te voeren werken.
Zo zullen zijn mededelingen over de
relatie tussen Haydn en Beethoven voor
velen even een wat menselijker, vertrouw
der contour gegeven hebben aan deze fi
guren die door hun formaat en door de
afstand in de tijd zo gemakkelijk iets van
indrukwekkende maar kille wassen beel
den krijgen. En van daaruit „moduleerde'
hij dan weer ongemerkt naar bijzonder
heden omtrent bouw en stijl van het eer
ste programmanummer, de Oxford-sym-
fonie van Haydn. Zoals deze symfonie ver
volgens door het orkest onder Arends'
leiding ten gehore gebracht werd, moet
ook dit publiek, dat voor een groot deel
niet tot de geregelde bezoekers van de
N.Ph.O.-concerten gerekend kan worden,
wel duidelijk geworden zijn, hoezeer het
orkest gewonnen heeft aan een vaste greep
op de traditionele hoekstenen van het re
pertoire.
Solist van de avond was George van
Renesse in Beethoven's vijfde pianocon
cert. Hij speelde zijn partij zoals men dit
van hem verwachtte: met een zeer fraai
afgewogen aanslag en een bijzondere ge
voeligheid voor de cantilene in het twee
de deel, (de inzet van dit Adagio was een
hoogtepunt in zijn voordracht), met een
zekere lichtheid van toets in de hoekdelen
die soms tot verrassende effecten leidde,
maar ook wel eens ten koste ging van het
mannelijke karakter en van de plastiek
die Beethoven toch niet missen kan (welke
componist trouwens wèl?). Het succes was
groot en, laat ik er direct bijvoegen, ten
volle verdiend.
Na de pauze werd het concert aanvanke
lijk in een speelser sfeer voortgezet met
vijf stukjes uit „Jeux d'enfants" kinder
spelen van Bizet. De uitvoering was zo
als het hoorde, charmant, onbevangen, met
kleine pasjes en houten gebaartjes.
De ouverture-fantasie Romeo en Julia
van Tsjaikofski vormde het pakkende slot
van dit concert, dat door een stampvolle
zaal met aandacht beluisterd was.
Er moet mij hierbij nog wel van het
hart dat men zich blijkbaar iets te weinig
rekenschap had gegeven van het feit dat
de gesproken inleiding tijd vergde die tot
kortere duur van het eigenlijke concert
programma moest nopen. Dit concert, dat
officieel om acht uur, maar wegens de
grote coeloop feitelijk om kwart over acht
begon, duurde tot bij elven. Het lijkt mij
niet juist om het publiek enerzijds tot een
kwalitatief vollediger waarderen van de
muziek uit te nodigen, anderzijds door een
overladen kwantum de passiviteit in de
hand !e werken. Maar naar ik van bevoeg
de zijde vernam was hier een misverstand
in het spel, dus hopen we maar dat er een
volgend maal beter rekening gehouden
wordt met het opnemingsvermogen van de
luisteraars, waaronder dat van de criticus.
Sas Bunge
directies bij het Radio Filharmonisch Or
kest.
Het in 1904 opgerichte Londens Sympho-
nie-Orkest is niet alleen het oudste orkest
van de Engelse hoofdstad, maar het is
ook uniek door zijn organisatie: het is
eigenlijk een coöperatieve vereniging van
orkestleden. Als zodanig is het ook ont
staan. Het wist van het begin af grote di
rigenten voor zich te interesseren, zoals
Hans Richter, Arthur Nikisch, Edouard
Colonne en de Engelse componisten Stan
ford en Elgar. In 1913 maakte het een uit
gestrekte tournee door Amerika, welke het
einde van het Londens Symphonie-Orkest
had kunnen worden. Aanvankelijk zou na
melijk met de Titanic gereisd worden,
maar die was al volgeboekt.
Tussen de beide wereldoorlogen be
hoorden de maandagavondconcerten van
het Londens Symphonie-Orkest in de
Queen's Hall tot de belangrijke gebeurte
nissen in het Engelse muziekleven, verge
lijkbaar met de activiteit van de beste Ne
derlandse orkesten hier. Ondanks de con
currentie van het symfonie-orekst van de
BBC en van het Londens Philharmonisch
Orkest kon men deze traditie tot april
1940 handhaven. Daarna kwamen de bijna
legendarisch geworden oorlogservarin
gen: promenadeconcerten, ENSA-tour-
nees, concerten in fabrieken, bioscopen,
dorpszaaltjes, hetgeen uiteraard met
soms gevaarlijke reizen gepaard ging. En
natuurlijk moest men ook het verlies van
verscheidene musici op het slagveld be
treuren. Pas in 1948 kon het geregelde
concertleven worden hervat.
Ter gelegenheid van het vijftigjarig be
staan schreef de componist Vaughan Wil
liams een boeiend gedenkboek over het
Londens symphonie-orkest waarin ook de
namen van Mengelberg en Van Beinum
meermalen worden genoemd, want zij
traden vaak als gastdirigent op.
Uiteraard nemen de moderne communi
catiemiddelen een belangrijke plaats in de
exploitatie van het orkest in. De BBC
ruimt geregeld een plaats voor het Lon
dens Symphonie-Orkest in in zijn radio- en
televisieprogramma's. Bovendien maakte
het orkest in het afgelopen jaar niet min
der dan 163 opnamen voor radioprogram
ma's of voor grammofoonplatenfabrieken
en verwierf het bovendien een reputatie
als een der beste filmorkesten ter wereld,
zoals degenen die Hitchcock's „De man
die te veel wist" zagen, kunnen beamen.
De Haarlemmers zullen dus binnenkort
in de gelegenheid zijn dit internationaal
bekende orkest in levenden lijve te aan
schouwen en te beluisteren.
schmidt zich een apart plaatsje in de Ne
derlandse letterkunde te verwerven. Hoe
wel de dichter zelf zijn studententijd eens
de „tijd van de kluchtigen ernst, de tijd
der dwaasheid, de tijd van het io vivat"
noemde, voelde hij zich aanvankelijk in
de studentengemeenschap niet op zijn ge
mak.
Het studentenleven viel hem tegen, hij
voelde zich eenzaam en was er de figuur
niet naar om urenlang op de sociëteit „Mi
nerva" te blijven plakken. Zijn behoefte
aan gezelligheid deed hem zoeken naar
een vriendenkring. De in deze tijd ge
maakte vriendschappen bleken op de
duur dan ook 't hechtst te zijn; de vrien
den ontmoeten elkaar niet alleen in het
Piet Paaltjens
„bierhuis van vader Müller", maar kwa
men regelmatig op de kamer van een van
hen bijeen om „een boom op te zetten" of
maakten gezamenlijk lange wandelingen.
In deze tijd rijpte de humor van de gevat
te Francois, die door zijn vrienden bijzon
der graag gezien werd.
Op een van hun uitstapjes, naar Haar
lem, ontmoetten zij in een koffiehuis op de
Grote Markt een vreemdeling, die zich in
het gezelschap van de studenten niet op
zijn gemak voelde. Op Haverschmidts
vraag „met wien zij de eer hadden kennis
te maken", antwoordde de man: „Piet
Paaltjens". Het was vreemd maar allen
voelden dat de man niet zijn eigen naam
noemde. Pas in 1856 nam de „haas", zo
als de watervlugge Haverschmidt door
zijn vrienden genoemd werd, het pseudo
niem Piet Paaltjens aan.
Het had aanvankelijk heel wat voeten in
de aarde eer Frans, die in die tijd zijn
vrienden reeds vermaakte met zijn punti
ge, humoristische gedichtjes, bereid was
iets van zijn werk in het studentenjaar
boek te publiceren. Pas toen zijn beste
vriend Van der Kaay voorstelde dat indien
de redactie een vreselijke „draak" van
zijn hand opnam Frans zijn voorbeeld zou
volgen, stemde deze toe. Zijn bijdrage be
stond uit een viertal „immortellen", „De
bleeke jongeling", „Liefdewraak" en
„Aan den kamper poëet F. T. C. Stein-
metz", gedichten die ras veel later te we
ten in 1867 ook buiten de studentenwe
reld bekend werden. In dat jaar verscheen
namelijk de eerste druk van „Snikken en
grimlachjes", welke bundel zijn naam
voor het nageslacht zou bewaren.
Naait, heelt Haverschmidt zijn studen
tentijd meer kunnen vergeten en zijn aan
geboren neiging tot zwaarmoedigheid
maakte het hem al niet gemakkelijker om
„de mooiste tijd van zijn leven" als voor
bij te kunnen beschouwen. Hij had heim
wee, vooral de eerste jaren na zijn benoe
ming tot predikant in het Friese Foudgum
en Raard, waar hij zoals hij zelf schrijft
„zowat begraven was".
Trouw las hij in die jaren de Oprechte
Haarlemsche Courant om toch in elk ge
val te weten wanneer een van zijn vrien
den trouwde, een kind had gekregen of
gestorven was.
In 1862 kwam aan de kwelling een einde.
Haverschmidt werd beroepen in Den Hel
der. Het jaar daarop trad hij in het huwe
lijk met de Utrechtse Johanna Maria Osti
en weer een jaar later volgde zijn over
plaatsing naar Schiedam. Dertig jaren,
tot aan zijn dood in 1894, bleef hij in deze
stad. Hij maakte naam, niet alleen als
predikant, maar ook als voordrachtskun
stenaar. Hij schreef nog steeds gedichten,
maar nimmer meer bereikte hij het hoge
humoristische peil van zijn studententijd,
de tijd waarin „Snikken en grimlachjes"
geboren werd.
De ergelijke neiging tot zwaarmoedig
heid verergerde en vergalde zijn levens
avond. Het werd tenslotte zo erg dat Ha
verschmidt zenuwziek in een inrichting
opgenomen moest worden. Later, weer te
rug in Schiedam, deed zijn ziekte hem de
hand aan zich zelf slaan.
Na Jan van Geem vraagt een andere
schilder uit Spaarndam onze aandacht.
Morgen, zondag tussen 2 en 5 uur, is in
het restaurant van de Hoogovens een ten
toonstelling van het werk van Leen Spie
renburg te zien voor een ieder die daar be
langstelling voor heeft. Gedurende enige
weken kunnen de werkers bij de Hoog
ovens nader kennis maken met Spieren
burgs pogen het zijne toe te voegen aan
wat al geschilderd werd. Spierenburg be
grijpt dat een schilder pas gaat gelden als
hij het nog nooit vertoonde opbrengt. Ge
zien de eindeloos ruime schakering aan
karakters van mensen is het voldoende
geheel zich zelf te zijn of zelfs alleen maar
dat te laten gelden, wat bij anderen niet
voorkwam. Men kan zelfs blijven steunen
op grote voorbeelden mits men een zeer
eigen noot aan het werk toevoegt. Men kan
dan iemand zijn „uit de school van" een of
andere grote schilder.
Spierenburg is uit de school van de
Haarlemse schilder Boot, wiens invloed
nog op verscheidene figuren uit onze om
geving zo duidelijk zichtbaar is. Of Boot
nu tot de groten gerekend mag worden is
een hoofdstuk apart. Voldoende zij op te
merken dat hij een uitzonderlijk leer
meester bewees te zijn. Het oudere werk
van Spierenburg kende ik nagenoeg niet.
Het daarvan vertoonde doet mijn respect
voor Boot stijgen. Van dat oudere werk
van Spierenburg ontroerde mij „Moeder
met kinderen", dat in het bezit van de ge
meente Haarlem is. Spierenburg heeft
echter begrepen dat hij bij een dergelijke
manier van uiten niet kon blijven stil
staan. Hij begreep „iets toe te moeten
voegen". Hij weet zich als jongere van
een latere tijd dan Boot. En die tijd vond
onder meer wel uitdrukking in het gebruik
van sterkere kleur. Spierenburg heeft ge
tracht door een sterker kleurgeving meer
eigentijds te worden. Hij trachtte dat ook
hier en daar door te zoeken naar een an
dere vormgeving van de Hollands impres
sionistische. Hij is zelfs een eind in de
richting van de abstracte kunst gegaan
met enige zaken, die ik niet meer dan ex
perimenten mag noemen. Met dat alles is
het echter nog de vraag of Spierenburg
ook het zeer eigene gevonden heeft. Ik zie
dat nog niet zo. In enkele werken doet hij
zich geweld aan zonder daarmee tot iets
overtuigends te komen.
Maar men mag hem dankbaar zijn dat
hij zo open is wat betreft het verslag van
zijn pogen, dat deze expositie is. Men kan
hieraan leren dat het een schilder niet be
gonnen is om fraaie afbeeldingen van wat
te zien is, maar om een getuigen. De be
doeling van de exposities bij de Hoogovens
is in te leiden en op te voeden. Juist de
knapheid van sommig werk van Spieren
burg maakt dat men zijn pogen met enig
vertrouwen ontmoet en geïnteresseerd
wordt in een ontwikkeling. Een ontwikke
ling, die voor Spierenburg nog lang niet
afgesloten is. Ik geloof dat Spierenburg
best wat meer op zijn kunde mag vertrou
wen en vooral moet zoeken naar die ont
moetingen, die hem het meest bewegen.
Niet voor de openbaarheid bestemd is
een kleine expositie van werk van een
amateur, de oude heer Goes. Toen deze
gepensioneerd werd stond hij even voor
een leegte. Wat nu te doen? Hij vond na-
enig zoeken een heerlijk tijdverdrijf, zelfs
een genieten in het tekenen. Hij kopieer
de. Erg bevredigend is zoiets ook niet.
Maar met het kopiëren van etsen op glas
bereikte hij een merkwaardig van atmos
feer trillend effect. Met kunst heeft dit
Muzikale Speurtochten
in Haarlems Historie
door
)os. de Klerk
Een bundel van los. de Klerk's muziek
historische artikelen, die vroeger in
onze bladen zijn gepubliceerd. 80 Blad
zijden, geheel op kunstdrukpapier, ver
lucht met 20 illustraties, gekartonneerd
Prijs 0.75
Verkrijgbaar aan de kantoren van ons
blad en bij het Concertbureau Alphe-
naar. Kruisweg 49, Haarlem.
Een bekend cpwekkingsprediker van de
Reformed Church uit Ohio (V.S.), reverend
V. P. Wiervill, die volgende week een
zevendaags spreekbeurten-tournee door
ons land maakt, zal maandagavond spre
ken in een bijeenkomst in de Begijnkapel,
georganiseerd door het Interkerkelijk
Evangelisatiecomité. Rev. Wiervill, die
zich geheel stelt achter de geloofsge-
nezingscampagnes van de evangelist Tom
my Lee Osborn die enige tijd geleden
ook ons land bezocht is uitgenodigd
door een groep mensen, die destijds Os-
born-comité's vormden om de tournee van
deze evangelist te organiseren.
De toespraak van rev. Wiervill zal wor
den vertaald door mevrouw L. Adams. Een
eerder voor deze maandagavond gearran
geerde spreekbeurt, namelijk van dr. A. A.
Leenhouts, is voor deze gelegenheid uit
gesteld.
Vrijdagmiddag werd in aanwezigheid van
architect H. W. van Kempen uit Bloemen-
daal, enige leden van het schoolbestuur
en een aantal belangstellenden, op het ter
rein aan de Bernard Zweerslaan te Heem
stede de laatste paal geslagen voor de der
de christelijke school voor lager onderwijs
ter plaatse, welke op deze plek zal verrij
zen. De proefpaal werd in december van
het vorig jaar in de grond gezet, waaruit
kan worden geconcludeerd, dat de werk
zaamheden aan de bouw tot dusver een
vlot verloop hebben gehad. Er wordt dan
ook rekening mee gehouden, dat de nieu
we school nog in september van dit jaar
officieel kan worden geopend.
Deze laatste paal werd met enig cere
monieel geslagen door de heer P. J. van
Noppen te Heemstede, als toekomstig
hoofd van de nieuwe school. Hij kon hier
bij tevens mededelen, dat over het desbe
treffende verzoek gunstig was beschikt, zo
dat de school de naam zal dragen van
Prinses Beatrix.
Advertentie
Hotel-Café.
TELEFOON 10281
Koninginnesoep
Cotelet Suisse
Ananas - Slagroom
In antwoord op een vraag tijdens de be
handeling van de begroting van de gemeen
te Bloemendaal gedaan hebben B. en W.
aan de gemeenteraad meegedeeld, dat zij
tot de conclusie zijn gekomen te adviseren
niet over te gaan tot het invoeren van een
brandassurantiebelasting. Een gering aan
tal gemeenten heeft een dergelijke belas
ting ingevoerd en de opbrengst wordt door
B. en W. gering genoemd, waartegenover
relatief hoge perceptiekosten staan.
Voorts merken B. en W. op dat de belas
tingdruk op de ingezetenen bijzonder hoog
is en zonder dringende noodzaak mag die
druk niet worden vergroot.
B. en W. van Bloemendaal stellen de ge
meenteraad voor aan de in oprichting zijn
de Coöperatieve Vereniging tot aanleg van
tennisbanen „Elswout" G.A. een terrein-
tje achter het gasontvangstation aan de
P. J. B. Ruys de Perezlaan te Aerdenhout
in erfpacht uit te geven voor de duur van
twintig jaar.
Enige bewoners van de nieuwe wijk in
het Park Bovenweg hebben het initiatief
genomen tot het oprichten van een tennis
vereniging ten behoeve van hun wijkge-
noten De eerste taak van de vereniging
zal zijn voor de aanleg van een tennisbaan
zorg te dragen. Het bouwfonds Nederlands
gemeenten heeft meegedeeld een lening
te willen verstrekken voor de aanlegkos-
ten, mits de gemeente de betaling van ren
te en aflossing garandeert.
Advertentie
BONDSVERHUUR
Benviljoenstr. 13 rd - Tel. 51196
VOOR VERHUUR EN ADVIES
ook 's avonds geopend tot 22 u.
All Risks verzekering. Zonder borg.
nog weinig te maken, maar wel met de
middelen, waarmee kunst gemaakt zou
kunnen worden. Gezien enige pentekenin
gen komt het me voor dat de heer Goes
ook iets begrijpt van het belang van in
teressante structuren in een tekening. Hij
ordent bovendien zijn zaken ritmisch in
teressant op het gegeven vlak. Of hij
ooit hoopt waarlijk kunst te maken weet ik
niet en dat is voor ons niet interessant.
Belangrijk is dat, aldus zijn tijd vullend,
de heer Goes meer leerde begrijpen van
tekenkunst en het werk van belangrijke
kunstenaars nog intenser zal genieten.
Bob Buys