3 VROUWEN 3 ZINNEN JEANETTE UIT SPAARNDAM WEEFT OM DEN BRODE ALICE UIT BEVERWIJK IS BEROEPS- „VERLAKSTER" m Geboorteregeling - - per klok - - ZATERDAG 24 JULI 1965 Erbij PAGINA VIER mm door HENNY SCHOUTE Etaleren? Nee VJn* K hh| „Alice", de koningin van de avond, neemt het publiek bij de neus. Een antwoord op de bel. Dat bleek Ted dy te zijn, een speelgoedachtig „ge kruist" keeshondje van bijna zes. Hij kwam bij haar toen hij zes weken was. Teddy hoort bij de show. „Hij is mijn slotnummer," zegt de 33-jarige goo chelaarster en knuffelt Teddy, die zich na de spraakzame begroeting koest houdt. In dit slotnummer tovert „Ali ce" hem uit een hondehokje dat ze te voren opbouwde. Uit het schijnbaar le ge huisje dat heeft het publiek im mers gezien komt dan Teddy te voorschijn. Een wollig, bruinachtig- wit hondje. Teddy is in de twee en een half jaar dat „Alice" goochelt, de lieveling van het toneel geworden. Col lega-artiesten verwennen hem en Teddy geneert zich er niet voor met een rood lipstickneusje rond te lopen. Hij houdt wel van verwennen... ALIE WILLEMS ZIT al vanaf haar vijftiende als Alice Williams of „Alice" in het vak. Ze begon als luchtacrobate en had een eigen draadnummer. Op tentoonstellingen moest ze als „de at tractie" fungeren. Maar na vijftien jaar zweven in de ruimte wilde ze wat an ders. „Het was een moeilijke beslis sing maar ik wilde niet langer van an deren afhankelijk zijn. Want bij het op bouwen van de stellage had ik altijd andere mensen nodig." HET WERD GOOCHELEN. Bij Ne derlands goochelinstructeur Henk Ver- meijden leerde ze enkele trucs. Vorig jaar stuurde hij haar al naar een in ternationaal dames-goochelconcours in Parma (Italië). „Alice" dacht dat het een grap was. Ze zat nog maar zo kort in het vak. „Ik dacht dat hij me iets wilde laten leren. Er waren negen da mes en ik dacht als achtste of zo te eindigen." Ze werd tweede. De jury had haar eigenlijk al als eerste uit gekozen. Maar toen het publiek ging mee jureren kon dit de verleiding niet weerstaan de dame met het goochel- strip-tease-nummer als eerste te laten eindigen. De Italianen waren voor de „blote" sex bezweken. Eerste werd „Alice" wel op het goochelconcours dat dit jaar mei in Haarlem werd ge houden. LEUK, DAT BUITENLAND, vindt „Alice", die deze week als gaste in Italië optrad. Maar niet om er je brood te verdienen. „Je raakt je relaties kwijt in Nederland. En ik ben geen type om vier maanden in Japan te zit ten en zes maanden in Zuid-Amerika. Ik zou bij voorbeeld wel de (drie) zo mermaanden in het buitenland willen werken. Maar in Holland zit m'n brood." Ze verdient goed. Ja, maar er moet wat voor gedaan worden en het materiaal waar ze mee werkt, de kle ding die ze draagt, zijn een investering van „een duizendje of negen". „ALICE" HOUDT VAN haar werk. Ze houdt van „het betere publiek dat goochelen weet te waarderen". Ze werkt consciëntieus. „Je moet nooit denken: dat doe ik wel even. Dan ga je de mist in. Je moet overtuigd voor het voetlicht komen. Ik ben altijd weer nerveus door de spanning. Dat blijf je, dat moet je, want dan geef je wat." DE SCHIJNWERPER werpt een ronde lichtstraal op het gesloten gor dijn. Precies in het midden, waar de twee podiumgordijnen samenkomen. Nog een felle lichtstraal en dan wijken de gordijnen. Tergend langzaam Het podium is leeg. Er klinkt muziek. Nog meer licht en als de muziek het hoogtepunt heeft bereikt ver schijnt de vedette. Een hoogblonde vrouw in een warme, half lange, zwart-blauwe mantel van velours- chiffon. De kraag en mouwen zijn van een imitatie hermelijn. Onder de man tel komt een schitterende avondjapon uit. Daar staat ze: de koningin van de avond. HET PUBLIEK is overdonderd. Het kijkt ademloos naar dit raffine ment. De mantel wordt elegant aan een kapstok gehangen. De vriende lijke diva met de brede glimlach toont zich nog even in haar avondjapon. En dan gaat ze beginnen: „Alice", vrou welijk goochelaar uit Beverwijk. Ze is een van de drie beroepsgoochelaar- sters in ons land. „ZE IS VERHUISD. Ze woont nu aan het eind van de dijk. Het laatste huisje. Het kan niet missen. Daar houdt Spaamdam op. Daar is haar studio of atelier of huis. Hoe je het maar noemen wilt", had haar vader gezegd. Het klonk een beetje sceptisch, dat „atelier of studio". Slager Plas was toen weer doorgegaan met zijn werk. Hij sneed een stuk van een geslacht dier af en woog het. Ondertussen praatte hij met de man die de Spaamdammers van „voddéééén" afhelpt. „HET LAATSTE HUISJE in Spaarn- dam heeft geen nummer. Bij de her nummering van de Lagedijk is men het gewoon vergeten. Het huisje heeft daarom een naam gekregen: het He meltje. Het is een stal die tot huisje- uit-een-roman werd omgetoverd. Een lief, wit lilliputhuisje met groene lui ken waarachter opgenomen gordijn tjes. Naast de deur hangt een bel met klepel. Volgens de bewoonster een „oud lor" dat moet verdwijnen. Plaatsmaken voor een klopper op de deur bijvoorbeeld. In de kozijntjes staan rode en roze geraniums. Buiten, naast de deur, een kippenhok waar in de ren tevreden kippen kakelen. DE ZON SCHIJNT en stralen vallen door 't openstaande bovenste gedeelte van de deur. Op de mat waaronder de nieuwe vloer van cement die maar niet drogen wil. Onder aan de dijk, waar het huisje tegenaan leunt, is en blijft het vochtig. Jeanette Plas (26) is de eigenaresse van dit huisje met tuintje en grintpaadje ervoor. Een onbevan gen buitenkind dat o zo tevreden is met haar Hemeltje. Ze is nog maar in het Hemeltje in Spaamdam woont de weefster Jeanette Plas. kort in dit begeerlijke eigendommetje geïnstalleerd. Ze woonde eerst aan de IJdijk, tegenover haar ouders. In 'n on- in. Ze^ademd^ knipoogde tegen de kousen en de schoenen. Daarmee stoof ze enthousiast en vol plezier het 'ft* EMILIE HOOGEVEEN werd een- V de Bloemendaalse Dames Hockey Club rikanen hadden oog voor het prill^ stukje schoon uit Haarlem ergens in Holland. Maar toen een Nederlands journalist haar in zijn artikeltje het woordje „glamour" toebedacht, vond ze dat wel een beetje te veel van het goede. Is-ie nu helemaal In een plakboek zitten alle herinneringen aan Mannequin Emilie als hockeyster. die twee maanden Verenigde Staten. Twee maanden „fun" en hockeyen niet te vergeten. Eerst trainen in een kamp, acclimatiseren, een reisje langs de oostkust, demonstratiewedstrijden. Verder foto's maken, interviewtjes ge ven, lachen, heerlijk eten en genieten. DAAR TUSSENDOOR heeft Emilie nog even 300 dollar verdiend in de te- bewoonbaar verklaarde woning waar potten en pannen moesten worden aangesleept om het door het onbescho- ten dak binnendringende hemelwater op te vangen. „Maar er is een heer lijke tuin", zegt ze. En dat vergoedde veel in de drie jaar die ze er woonde. IN HET HEMELTJE neemt het weefgetouw een grote plaats in. Let terlijk en figuurlijk. Dit instrument is haar broodwinning, 's Middags 's morgens werkt ze thuis bij moeder is ze daarachter te vinden. Met tal rijke draden worden fel gekleurde kle den voor wand en tafel en kussen- overtrekjes vervaardigd. Gobelins en andere technieken. Soms weeft ze zo maar wat. „Je ziet dan wel wat er uit komt". Soms ook wordt het eerst zorgvuldig getekend. Dan gaat het precies volgens patroon. JEANETTE ZOCHT DE artisticiteit eerst in het etaleren. Na de mulo in Haarlem ging ze twee jaar naar een „etalageschool" in Amsterdam. Maar levisieshow „To tell the truth", dat hier „Wie van de drie" heet. Zij was er de hoofdpersoon in; het panel moest raden wie het hockeysterretje was. Toen het Nederlands hockey-elftal weer naar huis ging kon het bogen op een tweede plaats met Engeland op de we reldranglijst. Nog meer buitenlandse wedstrijden in Schotland en Engeland. „Wat dat betreft is het enig. Je ont moet altijd weer dezelfde mensen," zegt de goedlachse verdedigster van de Nederlandse kleuren. SPORTEN, en in dit geval hockeyen, heeft een apart plaatsje in het hart van Emilie Hoogeveen, die inmiddels 21 jaar is. Maar daar naast dat spor ten moest er toch ook iets aan de toe komst worden gedaan. Na de M.M.S. ging ze naar de Voguestudio in Am sterdam. Twee jaar lang een haute couture opleiding: ontwerpen, patroon tekenen, hoeden maken en lopen als mannequin. Vlug tussendoor nog wat Frans leren in Nice en Montpellier. DE TIJD VAN LEREN zit erop. Voor Emilie in september „heel hard" gaat werken („Showen en hoedjes ma ken") trouwt ze eerst met public re lations-man Paul Bouwman. Dan wordt ze schoonzusje van t.v.-vrouw Mies en hockey-crack Henk Bouwman. Boven in de kast van haar kamer in het huis van haar ouders aan de van Riebeeck- laan, hangt een droom van een bruids japon. Ze maakte die zelf een werk stuk van haar opleiding in de studio. Een bekroning en een slotstuk van haar schooltijd. Daarmee stapt ze het volwassen leven in. om de kennis daarna in praktijk te brengen, ging tegen de kunstzinnige ge voelens in. Ze haat de propvolle, com merciële etalages, ,,'t Viel me erg te gen", zegt ze en „Ik kan er helemaal niet tegen om altijd in een grote stad te zitten". Het buitenkind bleef „op het platteland". Ze begon met litho- werk voor Duitse kinderbladen bij haar markante plaatsgenoot Leen Spieren burg, kunstschilder-illustrator. ONDERTUSSEN BEGON ze met we ven. Op een klein weefgetouwtje waar op haar moeder het haar voordeed. „Die had het weer van haar moeder geleerd. Op de boerderij". Jeanette weeft nu al enkele jaren. Ze leeft van de opdrachten. Een ruime broodwin ning? Och, als je alle uren telt en uit rekent wat je ervoor krijgt.„Ik zag laatst een ketting van meloenpitten. Er zaten allerlei figuurtjes in en dui zenden pitten. Er gaan uren inzitten om dat te maken. En toch kostte die ketting maar 3,75". JEANETTE IS tevreden in haar twee verdiepingen-Hemeltje, dat hele maal van haar is. Onder aan de dijk in haar geboortedorp midden in de na tuur. De stilte wordt af en toe gebro ken door de voorbij rijdende auto's. Maar daar wen je aan. De kippen ka kelen nog steeds. De zon schijnt zelfs nog. Het gras is groen en het restje hooi onder de kap naast het Hemel tje ruikt landelijk. „Boers, zeggen de stadsmensen". Het leven daar is goed. EEN KLOKKENFABRIEK te Fo- restville in Connecticut (Amerika), brengt een klok in de handel die de vrouw haar vruchtbare en onvrucht bare dagen aanwijst en aldus bij draagt tot de geboorteregeling door middel van periodieke onthouding. De klok heeft de toepasselijke naam „The lady" (De dame) ge kregen en volgens de onderneming is zij „de eerste'geboorteregelingsklok". EEN KLEINE WIJZER op de wijzerplaat wijst, naar de onder neming beweert, automatisch de ver moedelijk vruchtbare en onvruchtbare dagen van de gebruikster aan, nadat het instrument eerst op haar men- struatiecyclus is afgesteld. De vruchtbare dagen hebben op de klok rode, de onvruchtbare zwarte cijfers. ZE PRAAT NAUWELIJKS. Ze doet: ze presenteert een showvariéténum- mer en neemt het publiek met haar trucjes bij de neus. Alle handelingen gaan op muziek. „Tik tak, achter el kaar," zegt ze. Het publiek is gefasci neerd. Door de charme en de charman te manier waarop het „bedrogen" wordt. De show gaat verder. Soepel glijven de sieraden door haar vingers. Het schittert in het licht van de schijn werpers. „De mensen moeten het leuk vinden om naar me te kijken. De show en de presentatie zijn erg belangrijk," Ze goochelt met bijous, damespara plu's en handschoentjes. Jazeker, alles hyper vrouwelijk. Ze houdt niet van ballen en kaarten. Bovendien: „Ik kan niet „stelen". Dat kunnen heren wel, die dragen smoking. Ik sta daar in m'n avondjurkje." TOEN IK BIJ „Alice" kwam, die als Alie Willems aan de Plantage in Be verwijk woont, kefte een klein hondje.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1965 | | pagina 16