ZEVEN HEERLIJKHEDEN VAN OUD-SCHOTEN Schoter Rechthuis was oorspronkelijk kapel Dansen in ZATERDAG 3 DECEMBER 1966 HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 9 Naar Akendam Herinneringen Bekende klank Waterwegen Middeleeuws Protest A nnexatie - jt -mmm Anekdotes T ragiek (Van een onzer redacteuren) In het dezer dagen verschenen boek „Zeven Heerlijkheden" over geschie denis en volksleven der voormalige gemeente Schoten wordt ondermeer] aandacht geschonken aan het recht huis op de Vergierdeweg. Dit is des te interessanter, omdat de laatste maan den in Haarlem enige deining is ont-1 staan over dit in desolate toestand verkerende gebouw. Eind september I stelden burgemeester en wethouders van Haarlem namelijk aan de gemeen teraad voor het huis te slopen en op de vrijkomende plaats een jeugdhuis te bouwen, dat tevens dienst zou kun nen doen als bejaardensociëteit en filiaal van de stadsbibliotheek. Aller wegen werden toen protesten tegen dit plan geuit, hetgeen resulteerde in een aanhouden van de beslissing, die nu nog niet genomen is. Uitsluitsel over de leeftijd van het rechthuis geeft het boek niet duidelijk, maar als niet onwaarschijnlijk wordt vermeld dat er in de veertiende eeuw al een kapel heeft gestaan op de verhoging van de Vergierdeweg, waarin ook de ge meenteschool en het rechthuis waren - of later zijn ondergebracht. „De kapel is meerdere malen door schilders ver eeuwigd, o.a. door Cornelis Pronk (1691 1759). Diens tekening welke als onder schrift draagt: „St. Pieterskapèl en regt- huys te Schooten buyten Haarlem 1729 laat ons een eenvoudig gebouwtje met een topgeveltje zien. Het geheel maakt de in druk van een boerenwoning tussen het ge boomte gelegen", aldus staat in het boek vermeld. De ligging wordt in deze tijd nog met nauwkeurig aangegeven. Wel worden er allerlei beschrijvingen aangetroffen, waar uit ondermeer blijkt dat ook dit gebouw zoals zo vele in die jaren gebruikt werd als herberg. Omstreeks de eeuwwis seling worden de beschrijvingen iets dui delijker, maar na 1750 wordt over de taak van het gebouw als kapel niets meer vermeld. Ook nu zijn bij het pand nog aanwij zingen te vinden dat het vroeger een be dehuisje is geweest. „Men bouwde immers vroeger zijn kerken bij uitstek op een hoogte". Ook zijn er sporen van een kerkhof aangetroffen. In het boek wordt vermeld: „Men heeft er zelfs een graf steen gevonden met het jaartal 1787 waar uit dus blijkt dat het kerkhof nog lan ge tijd door de Schotenaren is gebruikt. Een oude inwoner van Schoten wist zelfs nog te vertellen, dat na de eerste we reldoorlog de begraafplaats in gebruik was om erzelfmoordenaars op te be graven". Deze oud-Schotenaar wordt met naam en adres in een voetnoot vermeld. Het is de heer P. Bergman uit de Eem- straat in Haarlem-Noord. Bijde uitgeverij Kruseman in Den Haag is dezer dagen onder de titel „Zeven Heerlijkheden" een boek verschenen over de geschie denis en het volksleven van Oud- Schoten. Aan dit werk, dat onder redactie van dr. Tj. W. R. de Haan tot stand is gekomen, hebben mee gewerkt A. Bicker Caarten, F. van Geldorp, dr. C. van de Haar, drs. R. C. Hekker, Cor Wiegel en dr. Tj. W. R. de Haan zelf. Het eerste exem plaar van het boek is vorige week vrijdag aangeboden aan de burge meester van Haarlem. Het boek is voorzien van een voorwoord door de in Schoten geboren en getogen wethouder van financiën van de gemeente Haarlem, de heer D. A. J. Spek. Zuid-Akendam, Hoogerwoerd, Schoter bosch, Zaanen, Schoten, Schotervlieland en Noord-Akendam. In het boek wordt allereerst iets be schreven van de oudste geschiedenis van Noord- en Zuid-Akendam. Vermeld wordt onder meer: „De 16de april 1395 geeft her tog Albrecht aan Simon van Zaanen de ambachtsheerlijkheid Adickendam in leen, na het overlijden van de vorige ambachtsheer Willem van Scoten". In 1413 wordt al gesproken over het Lepro zenhuis, dat thans nog aan de Schotersin gel te vinden is in het Tehuis voor Be jaarden. Niet alleen van de heer Bergman staan herinneringen in het boek opgetekend. Een bekend oud-Schotenaar, de huidige Haarlemse wethouder van financiën de heer D. A. J. Spek, schrijft in zijn voor woord bij het boek over het „grijze zand- je" en de tuin van Bredius. Hij haalt er varingen op over zijn jeugd, maar ver meldt niet of ook hij appels heeft „ge geten" uit deze tuin van Bredius, het geen verderop in het boek als een ge woonte van de jeugd uit de omgeving wordt aangemerkt. Het belangrijkste kenmerk uit de oude geschiedenis van de zeven heerlijkheden is de rijkdom aan grote boerderijen, lusthoven en zelfs kastelen. Verscheidene hiervan hebben een belangrijke rol ge speeld in de vele twisten die ons uit die tijd zijn overgeleverd. Akendam heeft tot voor kort geleefd in de woordenschat van de Schotenaar. Op 1 juli 1832 werd op het landgoed Akendam de eerste dode begraven en jarenlang heeft het als be graafplaats gediend. „Iemand naar Aken dam brengen" is in dit gebied lang een uitdrukking voor begraven geweest. Van de heerlijkheid Hoogerwoerd is niet zo veel bekend. Dit is ondermeer gele gen in het feit, dat een groot deel van het archief der voormalige gemeente Schoten is zoekgeraakt. In hoeverre het transport van de archiefstukken in vuilniswagen naar Haarlem hieraan debet is, blijkt niet duidelijk. Aan het klooster der reguliere kanunniken, waaraan de straatnaam Kloos terstraat nog herinnert, wordt in het boek grote aandacht besteed. Het klooster dateert in elk geval uit het begin van de vijftiende eeuw. „Toen tij dens het beleg van Haarlem door Jaco- ba van Beieren in 1462 de hele omtrek van de stad werd verwoest, bleef het klooster ongeschonden. Eveneens met de opstand van het Kaas- en Broodvolk in 1492, toen Dirk Hamer prior van het klooster was", aldus beschrijft het boek. Ook tijdens het beleg der Spanjaarden 1572-1573 moeten de kloosterlingen het rustig gehad hebben. Ook het Huis ter Kleef, waarvan thans nog een klein gedeelte terug te vinden is in de stadskweektuin, wordt belicht, even als het huis te Zaanen. In het hoofdstuk buitenhuizen en boerderijen in Schoten treft men nog tal van namen aan die nu een bekende klank hebben. Thans bestaat nog de Zwitserse boerderij in het Noor dersportpark. Zo worden tal van feiten en anekdoten vermeld uit de zeven „heerlijkheden", waaruit aan het einde van de achttiende eeuw de gemeente Schoten is ontstaan. „Deze voorgeschiedenis behelst een pe riode van elf eeuwen, beleefd op een stuk geestgrond tussen de huidige Schoter- «ingel en de Slaperdijk". De namen van de oude ambachtheerlijkheden hebben voor de Haarlemmer van vandaag nog een bekende klank, omdat er verschelde' ne straten naar zijn genoemd. Vanaf „Haarlems vrijdom" gerekend waren de gehuchten achtereenvolgens: Twaalf pagina's zijn gewijd aan de wa teren en wegen in Schoten. De Delft, Jan Gijzenvaart, Grote Beek, Spaanse Vaart Schotervliet en Heussensvaart wofden al vrij vroeg in Schotens geschiedenis ge noemd. Alleen de twee eerstgenoemde wa teren bestaan nog volledig, de andere zijn verdwenen op hier en daar een pover restje na. De Delft blijkt niet altijd deze naam te hebben gedragen. Tot 1437 werd het water Vredesloot of Vreetsloete genoemd Volgens een tekening die H. Tave- nier in 1775 maakte bood het recht huis aan de Vergierdeweg toen slechts een karrespoor dit beeld. De Jan Gijzenvaart is geheel door men senhanden gegraven. Ze heeft haar ont staan te danken aan Jan van Blancker- oort Gysbrechtsz, di ein 1485 werd ge boren en in 1508 huwde met Maria van Assendelft. Ze heeft een belangrijke func tie gehad bij het afgraven van de dui nen en het zandtransport. Vandaar dat op oude kaarten de naam Jan Gysen- santvaert voorkomt. „Over de wegen door de zeven heer lijkheden, moeten wij ons geen al te gro te voorstelling maken", deelt de schrij ver mee. „Het zijn niet de wegen die wij thans kennen, want zelfs eenvoudige klinkerwegen waren vroeger hoogst zeld zaam. In het allergunstigste geval waren het veel bereden wagensporen, die door het veelvuldig gebruik enigszins verhard waren. Bij langdurige regenval veran derden zij in modderpoelen, waarin de wagens bleven steken." Als voornaamste wegen worden vermeld de Heerweg van Haarlem op Alkmaar (waarvan de Vergierdeweg een onderdeel vormde), de Middenweg, de Kleverlaan, het Schotervoetpad en het Assendelver- voetpad. De Middenweg wordt omschre ven als de oudste en oorspronkelijk be langrijkste weg van het land van Scho ten. „De naam luidde vanouds Middel wech. Hij begon aan de Kleverlaan en wel vlak achter de opzichterswoning op de hoek van de Schoterweg. Over de Vergierdeweg wordt een be schrijving van Adriaan Loosjes uit het begin van de negentiende eeuw aange haald. Daarin staat: „Deze weg is zo laag, en heeft zoodanig eene toezakkmg van water dat hij alleen in het hartje van den zomer droog ligt. Men is het gantsch niet eens over de onkosten, die op het droogmaken van deze weg loopen zouden, schoon het zeker te wenschen ware, om dat hij in den winter voornamelijk, als hij zeer vol water staat, een zeer onaan- I gename weg is. En toch alles wat na net Noorderkwartier den koristen weg wil rijden, moet men door denselven". •■flipt'. -> ?Mm 'UriV' De Kleverlaan wordt als een zeer oude weg beschreven. Men veronderstelt dat de weg een heel oud pad is geweest, dat mogelijk tot in de middeleeuwen terug gaat. Reeds in 1590 wordt de weg ge noemd als eigendom van de heren van Brederode. Eeuwenlang was het slechts een zandpad, dat pas in het begin van de negentiende eeuw een soort verharding kreeg in de vorm van schelpen. In 1841 werd de weg nogmaals verbeterd met grint en nog veel later werd hij pas be straat. De gemeente Schoten, die in feite ont stond in 1798 toen alle heerlijke rechten werden afgeschaft, is in 1812 door Napo- jleon bij de gemeente Spaarndam ge voegd. In 1817 kreeg zij haar zelfstandig heid terug. De burgemeester uit die tijd, Vorsterman van Oyen, protesteerde toen tegen de aanstelling van een schout door de gemeente Haarlem. In het boek wordt dit protest als volgt beschreven: „en ik als schout van Schotervlieland en Zaanen zoud onder zoo een Schout moeten staan die mogelijk geen naegel eygendom alhier bezit en ik die bijna 1/8 der ongebouwde eygendommen der gehele gemeente Spaarndam bezit, die mogelijk niets in de gemeentelasten be- taald en ik die thans 1/18 van alle ge- I meentelasten betaald zoud onder zoo een Schout staan die de Vr. inkomsten met heeft der Stadsheerlijkheid als mijn ka merdienaar alleen van mijn trekt." Vorsterman van Oyen heeft acht jaar de raadsvergaderingen voorgezeten in het oude „Regthuys" aan de Vergierdeweg. De gemeente telde toen 315 inwoners, van wie er 139 in Schoten zelf woonden. Zuid-Akendam telde 86 inwoners, Hoger- woerd 11, Schotervlieland 48, Zaanen 19 en Schoterbosch en Nooid-Akendam elk 7. De Rijksstraatweg zag er in 1916 heel anders uit dan nu. Deze foto herinnert aan de mobilisatietijd In 1833 werd een deel van de gemeente Schoten, „Het Zieken" genaamd, door Haarlem geannexeerd. Toen elf jaar later de stadsuitbreidingen nog groter vormen gingen aannemen werd Haar lems noordgrens verlegd tot aan de Spaan se Vaart, vlak achter de huidige kweek tuin. Op 23 november 1906 besloot de ge meenteraad van Schoten tot de bouw van een nieuwe raadhuis het huidige poli tiebureau aan de Rijksstraatweg. Volgens het boek stond vlak bij dit nieuwe raadhuis, dat het oude Rechthuis verving, de burgemeesterswoning. Hier zou de laatste burgemeester van Scho ten, mr. Heerkens Thyssen, hebben ge woond. Haarlemmers uit die tijd herin neren zich echter dat mr. Heerkens Thys sen, die wethouder in Haarlem was en dit na zijn benoeming tot burgemeester van Schoten in 1923 ook bleef, in Haar lem is blijven wonen. Tal van anekdotes staan voorts in het boek vermeld. Zo treffen we het verhaal aan van pastoor Antonius Franciscus Schuurkamp, die van 1856 tot 1890 pas toor in Schoten was. Hij zou de macht hebben de wind te doen draaien en ro vers stokstijf aan de grond genageld heb ben. Ook had hij de naam spoken van de Delftlaan te hebben verjaagd. Ook worden herinneringen opgehaald aan de brugwachter Walter, die aan de Spaarndamseweg halverwege Schoten en Spaarndam huisde. Lang is zelfs de uit drukking „We zijn haast bij Walter" ge bezigd als men aan wilde geven, dat men bijna halverwege de weg naar Spaarn dam was. De „boot van Bus" blijkt in vroeger jaren ook bij iedereen in Haarlem en omgeving bekend te zijn geweest. Met de boot die 's nachts om kwart over twee vertrok, kon je naar de veemarkt in Purmerend. De uitspanning De Kikkert bij de Vrouwehekbrug herinnert veel ouderen aan vrolijke dagen ui' hun jeugd jaren. Deze tekening van het Klooster der Reguliere Kanunniken is in het boek op genomen volgens het onderschrift naar mr. G. W. van Oosten de Bruyn, „De stad Haarlem en haare geschiedenissen, 1765". door de bouw van een gasfabriek, die steeds te klein bleek te zijn ondanks vele uitbreidingen, kwam men in grote geld zorgen. In de eerste wereldoorlog moeten zich de afgrijselijkste tonelen in Schoten hebben afgespeeld en kwam de gemeen te in een kwaad daglicht te staan, wat zich tot jaren na de oorlog voortzette. Hieraan kwam in feite pas een eind bij de annexatie op 1 mei 1927. In het hoofdstuk dat de titel „Tragiek van Schoten" draagt, wordt uitvoerig in gegaan op de laatste dagen van de ge meente en op enkele aspecten die mede tot de annexatie hebben bijgedragen. Om streeks de eeuwwisseling was de gemeen te Schoten een rustige agrarische ge meenschap van nog geen duizend inwo ners. De kern lag nog boven de Jan Gij zenvaart. Van de vele lusthoven beston den nog slechts „Het Klooster" en het „Huis te Zaanen". De Rijksstraatweg was nog een smalle weg met hier en daar een paar huizen en over de Jan Gijzen vaart lag een smalle houten brug. Op 1 december werden de eerste plan nen aangekondigd die tot het einde van de gemeente Schoten zouden leiden. De Binnenlandse Exploitatiemaatschappij te Haarlem had bouwplannen op de gronden van „Het Klooster". Bij gebrek aan des kundige ambtenaren kon de gemeente Schoten het plan niet goed beoordelen en deed ze afstand van deze gronden. De maatschappij legde zelf rioleringen en wegen aan en langzaam maar zeker drong Haarlem in het Schotense gebied binnen. De gemeente Schoten bleek niet in staat voldoende voorzieningen te treffen voor de sterk groeiende bevolking. Met name Beatsociëteit Ekestos: Zaterdag 3 december, 20 uur: Dans avond m.m.v. „Clarks". Zondag 4 de cember, 14 u.: Dansen m.m.v. „The Canyons"; 20 u.: Dansavond m.m.v. „Different 5". Sociëteit Haerlem (Sportpark Klever laan), zaterdag 3 december, 20 uur: Jazzavond m.m v. Hugo van Buysen. Casa Club (Molenaerstraat), zaterdag 3 december, 20 u Dansavond m.m.v. „The Mirrors" Beat 66 Hogenbijlclub (Muiderslotw.), zaterdag 3 december, 20 u.: Dansavond m.m.v. „Sea Side Section Number Six". Sociëteit Renovum, zaterdag 3 decem ber, 20 u.: Cabaretavond. Daddy's Club (Hildebrandzaal), zaterdag 3 december. 20 u.: Dansavond m.m.v. „The Shoes".

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1966 | | pagina 9