Marius Hageman vond in Kenia onderwerp van proefschrift terre des hommes hulp aan kinderen h nood •1 KNO-arts onderzocht Afrikaanse Erfelijkheidsleer geeft meer giro prevenlieve mogelijkheden en Nederlandse patiënten -Mi O door Hans Rombouts Irritatie Advies Combinatie K vO .S I H r ti,.. ai... w /an □- t- (zoals 'i imiiiiiiiiHiiiiHiiiiiiiiiiiniiiiiii iiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiui i nd. oiiiuiniiiiiiuiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiifiiiiniiiiiiiiiniiiniiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiniininiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiüiiiiiiiii uitgebreid 64.69.00 en Dokter Hageman kon, dank zij irr mentafwijkingen van ogen, haren (een negerjongetje viel bij zonder op door een witte voorhoofdslok in zijn zwarte kroeshaar) van huid en van doofheid. Op 12 juni zal KNO-arts Hageman, die sinds 1 maart van dit jaar verbonden is aan het St. Elisa beth’s Gasthuis in Haarlem, op het proefschrift promoveren aan de Universiteit van Amsterdam. Tijdens een verblijf van zes weken in Kenia (in 1972), waar hij voor de stichting Terre des Hommes oorheelkundige be geleiding gaf aan de grootste dovenschool van tropisch Afrika een Nederlands project ontdekte Marius Hageman enkele dove patiënten met blauwe ogen. Dat was natuurlijk een zeer opmerkelijk verschijnsel in equatoriaal Afrika. Die confrontatie werd de aanleiding tot het maken van een proefschrift over het syndroom van Waardenburg, een weinig voorkomend erfelijk verschijnsel, genoemd naar de befaamde Nederlandse oogarts geneticus dr. P. J. Waardenburg, die het syndroom in 1951 voor het eerst beschreef. Het syndroom bestaat uit vernauwde bin- nenooghoeken en een hoge neusrug, <n combinatie met pig- in or De 32-jarige arts heeft zowel in Kenia, waar hij in 1974, speciaal voor het proefschrift, alle doven scholen van Kenia afreisde, als in Amsterdam uitgebreide onderzoe kingen gedaan en kwam daarbij tot opmerkelijke bevindingen. Het syndroom is zo onbekend, dat de „Vooral doofheid is moeilijk te dragen. Blindheid wekt meestal het Eén van de zg. barefoot doctors voor zijn wagen met apparatuur, die beschikbaar werd gesteld door de Nederlandse professor Weve- stichting. r de st en 1 op. is Interessant waren de ervaringen van Marius Hageman bij zijn on derzoek in Kenia. Om een ver gelijking te trekken: in Kenia, een land vele malen groter dan Neder land met zo’n tien a dertien mil joen inwoners, zijn er vier KNO- artsen (keel-, neus- en oorartsen). Die vier specialisten werken allen in de hoofdstad Nairobi. Neder land telt bijna vierhonderd KNO- artsen men. Ik denk trouwens, dat het systeem van de barefoot doctors in die landen het systeem van de toekomst wordt”. medelijden op- Iemand die tastend zijn weg zoekt werkt in zekere zin „vertederend”, vaak irritatie communiceren Een onderzoek”, aldus dokter Ha geman, „bij militairen na de twee de wereldoorlog heeft aangetoond, dat aanmerkelijk meer gevallen van zelfmoord voorkwamen bij soldaten die door oorlogsgeweld doof geworden waren dan blind”. Bij de onderzoekingen, die Ha geman er verrichtte bleek dat alle kinderen er erg doof waren. Ze hadden bijna allen binnenoordöof- heden, die niet geopereerd kunnen worden. Veel kinderen zijn in hun jeugd doof geworden door allerlei infectieziektes. Veel kan dan ook voorkomen worden door een bete re bestrijding van die ziektes (zo als o-a. malaria). Bij tien kinderen trof dokter Hageman kralen in de gehoorgang aan, waarschijnlijk door de medicijnman aangebracht om de doofheid te bezweren. Ze werden door de Nederlandse arts verwijderd. Drie kinderen werden meegenomen naar Nederland, waar ze behandeld werden, op knapten, waarna ze genezen naar hun land konden terugkeren. Bij dat uitgebreide onderzoek in Ny- angoma dan trof dokter Hageman voor het eerst het verschijnsel van het syndroom van Waardenburg aan, toen hij negerkinderen met prachtige blauwe ogen aantrof (iets ongebruikelijks), die doof wa ren. „De laatste vijftien jaar is dit on derwerp in een stroomversnelling geraakt. In 1956 pas kon het juiste aantal chromosomen wetenschap pelijk worden vastgesteld. Daarna kwamen de toepassingsmogelijkhe den van de erfelijkheidsleer aan de orde. Daarbij komen ook nog an dere maatschappelijke aspecten om de hoek kijken. Zo mocht er tien jaar geleden nog niets gezegd worden over een abortus provoca- tus. Nu kan vanaf de vijftiende week door een punctie in het vruchtwater en een kweek daarna worden vastgesteld of de vrucht een ernstige afwijking heeft en kan men op grond daarvan beslui ten tot een abortus. Waar kort geleden nog nauwelijks over anti conceptie gesproken mocht worden kan men nu bijv, bij kans op het syndroom van Waardenburg tot volledige anti-conceptie van de ouders adviseren. Marius Hage man houdt zich met dat probleem nogal bezig. Zo maakt hij deel uit van de werkgroep erfelijkheidsad- visering van de Universiteit van Amsterdam samen met collega’s van een aantal andere disciplines. tijdig maatregelen genomen kun nen worden, zowel wat geboorte beperking betreft of anders vroeg tijdige begeleiding van de patiënt jes. Met zijn proefschrift is dokter Hageman de eerste Nederlandse oorarts, die zich hiermee op het terrein van de erfelijkheidsleer be geeft. een maand studieverlof en op kos ten van Terre des Hommes, in 1972 een reis maken naar de do venschool van pater Jan van der Ouderaa in Nyangoma (ruim vijf honderd kilometer van Nairobi). Deze pater van der Ouderaa bouwde een lagere school, een school voor voortgezet onderwijs, een kleuterschool, een kerk, een weeshuis, een polikliniek en de dovenschool (waar 175 leerlingen onderricht krijgen). Er wordt met veel technische apparatuur ge werkt aan die dovenschool, waar normaal een KNO-arts nooit komt controleren. patiënten zelf niet wisten, dat zij het hadden en met name met enige moeite moesten verwerken, dat het verschijnsel (met als ern stigste handicap doofheid) erfelijk is. Het syndroom is betrekkelijk zeldzaam: 1 op de 40.000 Neder landers heeft er mee te maken. Belangrijk is het onderkennen, zo dat men eventueel geboortebeper kende maatregelen kan nemen. Dokter Hageman maakte het tij dens zijn onderzoek mee, dat een Nederlandse moeder na de beval ling van haar derde kind (het tweede was doof geboren), een zucht van verlichting slaakte („ge lukkig geen Waardenburg-kindje”) en de gynaecoloog verbaasd op keek. Deze had nog nooit van het bewuste syndroom gehoord. En hij is beslist de enige niet Het doel van Marius Hageman, die als promotor prof. dr. L. B. W. •longkees heeft, is dan ook dit syn droom onder de aandacht van de betrokkenen te brengen, zodat er Het onderzoek van Marius Ha geman strekte zich in Nederland uit tot de omgeving van Amster dam. Dat wil zeggen: hij spoorde er vijf families op met 34 patiën ten met het syndroom (ze wisten het zelf niet) en onderzocht ze op zeer nauwkeurige wijze. Zo wer den er honderden röntgenfoto’s vervaardigd en nauwkeurige me tingen verricht. „Het prettige van mijn werk hierbij was, dat ik een proefschrift over mensen maakte. Meestal gaat het op dit gebied over proefnemin gen of waarnemingen bij dieren in laboratoria. Zo maakten we het mee (de echtgenote van dokter Hage man werkte intensief mee bij de metingen), dat we uitgenodigd werden voor een verjaardag van een patiëntje. De hele familie werd geïnviteerd en we konden zo „massaal” waarnemingen doen over het syndroom. Het was bo vendien nog gezellig ook. Voor verscheidene mensen was de' ont dekking, dat het een onbekend syndroom was, in zekere zin een opluchting, omdat er in het ach terhoofd de doem leefde van een soort straf In 1974 keerde Marius Hageman terug naar Kenia, nu voor inten sievere bestudering van het syn droom. Het onderzoek werd mo gelijk gemaakt door een subsidie van WOTRO (Stichting Weten schappelijk Onderzoek van de Tropen). Hij reisde er voor langs practisch* alle dovenscholen van Kenia, waar hij de artsen en zg. medical assistents, barefoot doc tors (inlandse mannen en vrou wen, die een gespecialiseerde op leiding ‘tot ziekenverzorger hebben gehad) van advies kon dienen. De artsen vaak Nederlanders, die voor enige jaren uitgezonden zijn verrichten er de moeilijkste operaties. Marius Hageman: „Het is ongelofelijk wat ze daar doen. Ik ontmoette er een arts, die na zijn huisartsenstudie een half jaartje chirurgie had gedaan en die daar neurochirurgische opera ties verrichtte, zoals ’t boren van ’n schedelgat om bloedingen op te heffen. Voor die collega’s wordt het bij terugkeer in Nederland wel moeilijk om zich weer aan onze streng gereglementeerde maatschappij aan te passen, denk ik. En wat die medical assistents betreft: die doen ook chirurgisch werk als staaroperaties of het ver wijderen van blindedarmen of amandelen om maar iets te noe- „Er doen zich in een ontwikke lingsland als Kenia (tien jaar on afhankelijk onder leiding van Ke nyatta) natuurlijk veel in onze ogen vreemde toestanden voor. Zo schonk de Sovjet-Unie een goed geoutilleerd ziekenhuis voor de plaats Kisumu, maar dan moest Kenia wel suiker importeren uit de Sovjet-Unie, terwijl Kenia zelf voldoende suiker produceert. Maar de Russen zaten gewoon met een overschot aan suiker, die ze van Castro’s Cuba hadden moeten ko pen om de zaak daar draaiende te kunnen houden Allerlei instanties (zoals o.a. Terre des Hommes) uit diverse landen geven medische hulp. Dok ter Hageman: „Zo kon ik een vijftig gehoorapparaten meenemen voor de patiënten daar. Een medi cal assistent was zielsgelukkig met een voorhoofdspiegel, die ik hem kon geven. Van een Deense orga nisatie had men een kankercelrem- mend geneesmiddel gekregen voor de behandeling van slokdarm- kanker, dat daar nogal veel voor komt. De assistent spoot dat resoluut in. Ik heb zelf een half jaar gewerkt in het Anthoni van Leeuwenhoekziekenhuis in Am sterdam. Daar was men altijd zeer voorzichtig met dat middel en pas na veel beraad diende men het de patiënt toe. Er valt in Kenia nog veel werk te doen, maar ja wat wil je na zo’n korte tijd onafhan kelijkheid, met allerlei gebreken, die een goede organisatie in de weg staan zoals het ontbreken van snelle verbindingen als telefoon. Als je in Nyangoma contact met de rest van het land moest hebben dan was je aangewezen op brief post. Heen een week en retourpost een week. Dan kun je niet snel werken natuurlijk. Vandaar ook, dat de medische zorg er nog één grote lappendeken is”. En iedereen ziet toch wel met enige zorg en angst ook het mo ment naderen dat Kenyatta er niet meer is. De rivaliteit van de stammen is er nog groot- Wat zijn onderzoek in Kenia betreft had dokter Hageman, wiens vrouw ook actief was in het land ze werkt er o.a. als so ciologe aan de universiteit van Nairobi alle medewerking van autoriteiten en patiënten met hun familie. „Als we kinderen hadden ontdekt, die het syndroom van Waardenburg hadden dan gingen we met een tolk en het kind per auto door de bush naar de familie in de dorpjes, waar het vandaan kwam. Ze keken daar eerst wel wat vreemd als we aan kwamen rijden, maar als ik dan wat pola- roid-foto’s geschoten had en ze het resultaat liet zien en als we bo vendien uitgelegd hadden waarom we onderzoekingen deden, dan waren ze erg bereidwillig. Het eni ge wat we natuurlijk niet konden doen daar was een röntgen onderzoek”. Dokter Hageman en diens vrouw zijn vast van plan om nog eens naar Kenia te gaan als ze vakantie hebben. „Om er te wer ken. Om adviezen te geven. Dat is erg dankbaar. Het is hard nodig, want dan kunnen de werkers daar in het veld ook weer meer doen”. Doofheid roept Niet kunnen afschuwelijk. Door de combinatie van zijn on derzoek bij blanke en negroïde mensen kon dokter Hageman aan tonen dat het syndroom bij beide groepen exact hetzelfde was en dat het verschil in huidskleur er niets mee te maken had (reeds eerder waren er publicaties over het syndroomverschijnsel bij be volkingsgroepen als de Maori’s, In diërs, Chinezen, Arabieren ver schenen, maar een vergelijkend onderzoek was er nog niet ge daan)- Hageman toonde als nieuwe bijdragen tot de kennis van het syndroom aan, dat de frequentie anders is dan aangenomen werd en dat er twee verschillende soor ten syndromen van Waardenburg bestaan: het klassieke beeld van de combinatie van pigmentafwij- king van ogen (bijv, een bruin en een blauw oog), doofheid, ver nauwde ogen, naar elkaar toege groeide wenkbrauwen, haar (een witte lok in donker haar) en daar naast alleen maar bepaalde pig- mentafwijkingen en doofheid. Bo vendien soms merkwaardigerwijs doofheid aan één kant. en huis Deze drie Keniase kinderen, Helida, Rafael en werden in Nederlandse zie kenhuizen geopereerd konden genezen naar terug. Dokter Marius Hageman bezig aan zijn onderzoek in f een Keniaas dorp. Hij kreeg er alle medewerking van de bewoners. -ft |$||k ’A -fc. Tê" - Pedro -jjiyB r

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1975 | | pagina 19