Een eenzame
Sentimenten en sensatie bij luchtvaartpioniers
anti-burger
Nieuw boek van
Toon Hermans
Hollywood toont perfectie in „The great Waldo Pepper”
het is voor de
minister en de metselaar,
en het komt elke dag in de bus
het is voor de
bouwvakker en de baron,
en het komt elke dag in de bus
ra ra
de krant natuurlijk!
ra ra
Speight-serie van
KRO in januari
I
l
l
v-\
V R IJ D A G
24
OKTOBER
1975
KUNST
23
21
ROBERT REDFORD:
ALS OORLOGSWAPEN had het
een-motorige vliegtuig gedurende
de Eerste Wereldoorlog een snelle
maar
voor wie de oorlog te vroeg was af
gelopen, hadden er alles voor over
om weer de lucht in te kunnen gaan
zien.
Reizend vliegcircus
van
ten met allerlei vormen van lucht-
Land van belofte
Shampoo
N achtvoorstellingen
Sympathieke boeven
Filmmuseum
Lustmoordenaar
Big Guns: zinloos bloedig
Straatvechter
eenpersoons vliegtuig te bekostigen,
sloten ze zich aan bij zg. luchtcir
cussen die met opgelapte machien
tjes uit dumpvoorraden het platte
land de mogelijkheid boden
rondvluchten en in kennis brach-
sensatie waarvoor zichzelf opgelei
de stuntvliegers moesten zorgen.
en de sensatie te ondergaan opnieuw
de bovenkant van de wolken te
Vooral in Amerika zijn de in de
praktijk geoefende oorlogspiloten
doorgegaan met vliegen. En als ze
particulier niet in staat waren een
N achtvoorstellingen
Funny Lady
ontwikkeling doorgemaakt,
het waren vooral de twintiger jaren
die de grote veranderingen op vlieg-
vaartgebied zouden brengen. Jonge
vliegofficieren die in luchtgevech
ten hun brevet hadden gehaald en
Prolongaties en reprises
Nachtvoorstellingen
-
XX
- VA
gon zijn acteurscarrière,
al goed voor een glimlach.
Barbra Streisand als „Funny Lady” in
Studio.
IN FRANS HALS „De Moker Vuist”,
een opwindende vechtfilm in het popu
laire karate-genre. De oorspronkelijke
titel „Hammer” is in dit verband veelbe
lovend.
IN „THUNDERBOLT and Lightfoot”
worden Clint Eastwood en de jeugdige
Jeff Bridges gekoppeld tot een fraai stel
vindingrijke dieven die last hebben van
de politie, maar ook hinderlijk achter
volgd worden door een paar bendeleden
die vroeger met „Thunderbolt” Eastwood
hebben samengewerkt en nog geld van
hem moeten hebben. Een door Michael
Cimino handig in elkaar gezette mis
daadfilm met twee sympathieke boeven,
die in Frans Hals draait.
men.
NIEUW OP het nachtprogramma is in
het Leidseplein Theater, de Loteling, de
Vlaamse verfilming door Roland Verha-
vert van de roman van zijn landgenoot
Hendrik Conscience, verder in Ceintuur,
Jan Troell’s „The Emigrants” met Max
van Sydov en Liv Ullmann, over Zweedse
emigranten naar de VS en Alfred Hitch
cock’s „Mamie” (zoals het in de bio-
scoop-agenda staat, maar dat zal wel
„Marnie” moeten zijn) in The Movies.
Aanbevolen blijft de Zwitserse film „Pas
si méchant que ca” van Claude Goretta
met o.a. Marlène Jobert.
IN RUIM TIEN jaar tijds heeft de
nu 39-jarige Robert Redford een
unieke plaats weten te veroveren tus
sen de Amerikaanse filmacteurs. Na
zijn studies in de Verenigde Staten
zwierf hij rond 1957 nog doelloos en
zonder uitgesproken ambities door
Europa. Hij schilderde wat, deed veel
aan sport en verdiende tenslotte met
zijn eerste en laatste schilderijenten
toonstelling (in Florence) zijn retour-
kaartje naar het vaderland.
Een van de stunts die te zien zijn in The
great Waldo Pepper.
„But where is Daniel Vax (’72) van
Avram Heffner vertoond.
We zullen later wat uitvoeriger terug
komen op het bijzondere evenement van
dit Israëlische Filmfestival.
„FEAR OVER the city” in Rembrandt
is een in het Engels gesproken Franse
film van Louis Verneuil. waarin Jean
Paul Belmondo een hardhandige en leni
ge Parijse politieman is die in een bij
zonder sensationele achtervolging be
trokken wordt van een gevaarlijke lust
moordenaar die de stad terroriseert. Au
toraces door Parijs, achtervolgingen over
de daken, helicoptervluchten, geen op
winding wordt de toeschouwer bespaard.
Kessler (Bo Brundin) tegenover elkaar
plaatst in een gereconstrueerd luchtge
vecht uit de eerste wereldoorlog.
Met dit luchtgevecht, waarin beiden
meer doen dan door de regie verlangd
werd, eindigt de film van George Roy
Hill, die al „Butch Cassidy” en „The
Sting” met Robert Redford maakte. Een
zelfde sfeer van luchthartig drama als
in die vorige films doortrekt „The Great
Waldo Pepper” die met groot entrain en
gevoel van een voorbije periode gemaakt
is.
Eenvoudig beginnend met foto’s en
jaartallen van de onbekende luchtvaart
pioniers uit die beginperiode en met een
landing van Waldo Pepper op een gras
veld in de buurt van boerderijen, waar
hij de toegestroomde nieuwsgierigen de
dag van hun leven belooft als zij met
hem het luchtruim in willen, zet de film
langzaam oriënterend in om vervolgens
het heimwee van Pepper naar de vrij
heid van de lucht te verduidelijken die
zijn verder leven (hij vindt volgens een
slot-mededeling in 1931 de dood) zal
bepalen.
Regisseur Roy Hill weet dat zijn film
handelt over een periode die voor ieder
een een halve eeuw terugligt en dat hij
veel dingen onopvallend duidelijk moet
maken voor de toeschouwer. Hij maakt
geen belerende films, maar hij weet
voldoende anekdotische gebeurtenissen
in te lassen om die toeschouwer het
besef van tijdverschil bij te brengen.
Een dergelijke inleiding is zo perfect
gemaakt dat de bioscoopbezoeker niet de
minste moeite heeft de verdere, aan tijd
gebonden gebeurtenissen in hun volle
waarde te ondergaan. En na de adembe
nemende vliegstunt uit de tijd van het
rondreizende circus van Doe Dillhoefer
komt de climax in Hollywood, waar de
laatste slag tussen elkaar respecterende
vijanden uit de oorlog 14-18 alsnog uit
gevochten wordt. Het ogenschijnlijk ge
mak waarmee dit alles op het doek
gebracht wordt, sentimenten en sensatie,
is typerend voor de perfectie van Holly
wood in zijn beste momenten.
De daarop volgende donderdag en
vrijdag zijn gereserveerd voor vier films
uit het Israëlische Filmfestival dat dan
aan de gang is, die een goede kijk geven
op mogelijkheden van de jonge Israëli
sche film. Op donderdag komen „The
Dreamer” en „My Michael” aan de
beurt, respectievelijk uit 1970 en ’74 en
beide gemaakt door Dan Wolman. Vrij
dag worden „The House on Chelouche
Street” (’72) van Moshe Mizrachi en
Een jaar volgde hij de American
Academy of Dramatic Art, toen be
gon zijn acteurscarrière, eerst op
Broadway in 1959, twee jaar later in
Hollywood in Warhunt”.
Zijn bekendheid als filmacteur be
gon ephter pas toen hij de ontsnapte
gevangene in „The Case” (’66) speelde,
ook al werd hij overschaduwd door
de aanwezigheid van Marlon Brando
in die film.
In ’67 volgde een blijspelrol in het
ook al op Broadway gespeelde „Bare
foot in the Park” (tegenover Jane
Fonda), maar de eigenlijke doorbraak
als filmster kwam met Butch Cassi
dy and the Sundance Kid” (’69) onder
regie van George Roy Hill die ook
„The Great Waldo Pepper” zou regis
seren.
Daarna volgden de rollen elkaar
snel op: „Downhill Racer”, „Little
Fauss and Big Halsey”, „Jeremiah
Johnson”, „The Candidate”, „The Way
we were (met Barbra Streisand en
„The Sting”.
In die rollen werd het Redford-
type gecreëerd: de eenzame non-con-
formist, gemodelleerd volgens de bes
te Amerikaanse pionierstradities,
waarbinnen vrijgevochten en rebelse
„loners” veel voorkomende helden
figuur zou zijn.
Redford en zijn vrouw Lola van
Wagenen hebben uitgesproken menin
gen (die ze ook in toepassing bren
gen) over het leefbaar houden van de
wereld, waarin straks hun drie kin
deren van 15 tot 5 jaar zullen moeten
leven.
langzame aanloop nodig had
daverend succes genoemd te
worden.
En Roxy heeft de klassieke klucht
van Billy Wilder uit ’59 weer eens voor
de dag gehaald die als „Some like it
Hot” nog altijd publiek weet te trekken.
De film bezit dan ook met zijn gangster-
parodie een ongewoon gegeven, spelend
in de dertiger jaren en bovendien een
„all-star” bezetting, aangevoerd door
Marilyn Monroe, Jack Lemmon en Tony
Curtis, met in de bijrollen zeer oude
bekenden van het witte doek als George
Raft, Pat O’Brien en Joe E. Brown.
„THE STREETFIGHTER” brengt ons
terug naar de jaren van depressie, waar
in de mannen op allerlei manieren een
bijverdienste zochten naast hun schame
le werkelozenuitkering. In die dagen
moet in New Orleans, althans volgens
het script van Walter Hill die het zelf
verfilmde, het straatgevecht populair
zijn geweest, waarbij de werkeloze toe
kijker kon wedden op een van de twee
sterke mannen die een gevecht op de
vuist of met andere middelen begonnen.
Natuurlijk traden daarbij handige orga
nisatoren op die ook wat wijzer probeer
den te worden met dit soort openlucht-
boksen. Charles Bronson speelt somber
en fel zo’n straatvechter, James Coburn
i „FUNNY LADY” in Studio is natuur-
1 Ujk een vervolg op „Funny Girl”, waar
in Barbra Streisand zeven jaar geleden
debuteerde als het lelijke jonge eendje
dat ontdekt werd door revuekoning Flo-
I renz Ziegfeld die er een ster, Fanny
Uit zo’n luchtcircus is Charles Lind
bergh voortgekomen die echter in lucht-
akrobatiek geen toekomst zag, maar
wel in postvervoer door de lucht en de
eerste vliegende postbode was voor hij
in 1927 inschreef op de prijs van 25.000
dollar die de hotelmagnaat Raymond
Orteig had uitgeloofd voor de eerste
piloot die nonstop over de Atlantische
Oceaan zou vliegen. „The Great Waldo
Pepper” gaat over die beginjaren van de
vliegerij, waarvoor de VS de grootste
oefenterreinen op de vlakten van mid-
den-Amerika had aan te bieden.
EEN TWEEDE première vinden we in
Tuschinski I en Cinéma International,
waar „The Great Waldo Pepper” van
Geroige Roy Hill, op deze pagina uitvoe
rig besproken, op het programma geno
men werd. „Big Guns”, de derde nieuwe
film van deze week is te vinden in City,
waar Alain Delon voor de zoveelste
maal als de grote wreker door een film
vol bloedig geweld wandelt piet de be
kende uitgebluste ogen van de man die
het allemaal wel gezien heeft.
Delon speelt TONY Arzenta, een van
de kopstukken van een internationaal
misdaad-syndicaat (drugs en drank), met
als hoofdkwartier Milaan. Tony is ge
trouwd, heeft een opgroeiende zoon en
om dit huiselijk geluk niet langer te
bedreigen, stapt hij eruit, na eerst nog
twee tegenstanders om zeep te hebben
gebracht. Maar het syndicaat kan geen
deserteurs dulden, dus wordt de jacht op
Tony Arzenta ingezet. Een eerste aan
slag op zijn leven treft zijn vrouw en
kind die beiden de dood vinden in een
exploderende auto. Het ongeluk dat voor
zijn ogen gebeurt, maakt van de toch al
niet zachtzinnige Tony de meedogenloze
wreker die stuk voor stuk met zijn
internationale vijanden gaat afrekenen.
Dat maakt „Big Guns” onder regie
van Duccio Tessari tot een geïllustreerde
handleiding voor het doden. Met revol
ver, stengun en stiletto, via een strop
van prikkeldraad en door wurging, geeft
Tony les in alle varianten van moord en
waar de anderen ook niet stilzitten,
komen een paar aanvullende bloedige
details de handleiding nog met enige
voetnoten uitbreiden. Een zinloze, op
geweld en moord afgestemde film dus
die aan de regisseur geen hoge eisen van
intelligentie of vakbekwaamheid moet
hebben gesteld.
VAN DE AMSTERDAMSE premières
is deze week de film die in The Movies
draait, t.w. „Het Land van de grote
Belofte” de meest belangrijke. Al in de
Filmweek Arnhem, waar Andrzej Waj
da’s drie uur durende productie op het
programma stond, trok de film veel
aandacht, ook al had men naast grote
bewonderaars van het werk ook critici
die het trage tempo en de wat pompeuze
verteltrant van de Poolse filmpionier
aanvielen.
Du Midi bieden nu onderdak aan „Dok
ter Pulder” die na een langzame aanloop
steeds meer belangstelling blijkt te trek
ken. Terecht! Overigens is alles bij het
oude gebleven al moet nog even vermeld
dat The Movies in zijn beide theaters
resp. „Land of Promise” vertoont, Waj-
da’s film dus over de industriële revolu
tie in Polen en „Brother can you spare a
Dime” die men het Amerikaanse pen
dant kan noemen in die zin dat deze
compilatiefilm het droeve resultaat laat
zien van onbeheerste kapitalistische ex
pansie zoals die door Wajda in zijn film
als het ware voorspeld is.
HET FILMMUSEUM gaat door met
de vertoning van oude Nederlandse
speelfilms, op vrijdag de 24ste Jaap
Speyer’s „Malle Gevallen” gecombineerd
met Max Nosseck’s „Oranje Hein”, resp.
uit ’34 en ’36. Op maandag de 27ste:
„Nederlandsche Cabaretalbum” van
Ernst Winar samen met „Amsterdam bij
Nacht” (Alax Benno), dinsdag: „De Krib-
bebijter” (H. Kosterlitz) en „De Spook
trein” (Karl Lamac), woensdag: Ludwig
Berger’s „Pygmalion” samen met zijn
mobilisatiefilm „Ergens in Nederland”
uit ’39.
gokker Arnstein (Omar Sharif) die ook
in dit vervolg op de achtergrond haar
leven ongelukkig blijft maken. Fanny is
dan 'inmiddels getrouwd, (wat men
noemt een belangenhuwelijk) met de
showman Billy Rose (James Caan) die
talrijke populaire liedjes schreef, waar
van „Funny Lady” nu profiteert „Me
and my Shadow”, „I found a Million
Dollar Baby”, „It’s only a Ppermoon”.
Verder is dit tweede deel aanzienlijk
minder aardig dan het eerste omdat de
spontaniteit en de brutaliteit van Barbra
die zich destijds uit niets naar de top
van de showbusiness worstelde uiteraard
verdwenen zijn in deel 2 dat zich met
een aanzienlijk minder komisch en aan
doénlijk script moet zien te redden.
James Caan is een geeestige Billy
Rose die even echt bestaan heeft als
Ziegfeld en Fanny Brice, maar als vol
leerde diva en volwassen vrouw is Bar
bra weinig bruisend en emotioneel, zodat
een aardige musical is ontstaan onder de
regie van Herbert Ross die alleen de
bezoekers met herinneringen aan „Fun
ny Girl” wel moet tegenvallen.
HILVERSUM (ANP). De KRO
heeft besloten de vertoning van de tele
visieserie „Met goed fatsoen”, geschreven
door Johnny Speight, uit te stellen tot
1976. Van 17 januari af zullen de zes
delen van de doorlopende geschiedenis
dan wekelijks op het scherm komen.
Het oorspronkelijke plan was in oktober
van dit jaar een maandelijkse uitzending
te starten. Aangezien in de serie het
antisemitisme wordt gehekeld, is na het
schrappen van twee scènes het totale
programma aan vertegenwoordigers van
diverse joodse instanties vertoond. Deze
hadden geen bezwaren tegen de uitzen
ding.
AMSTERDAM. „Iedereen staat hier
zo plechtig. Zo is mijn boek helemaal
niet bedoeld”. Dit zei Toon Hermans
donderdag bij het ten doop houden van
zijn nieuwe boek, opgedragen aan zijn
vrouw Rietje en getiteld Clownerietjes.
Een fors door Elsevier uitgegeven boek
van 164 bladzijden dat f 35 kost.
Clowenerietjes is een boek vol met
tekeningetjes en woordgrappen. Toon is
er heel onppzettelijk tijdens een verblijf
in Zwitserland mee begonnen. Even on
opzettelijk vond mevrouw Manteau van
Elsevier de tekeningen, die waren ge
maakt in een dummy die Toon van zijn
in Zwitserland wonende vriend Ted
Schaap had gekregen.
Het boek is een typisch Toon-boek
geworden. Vee! dikwijls bijna kinderlijk
aandoende grappen, altijd mild en meest-
versieren, steeds een luchtgevecht be
schrijft, waarin hij en Kessler uiteinde
lijk tegenover elkaar komen te staan,
maar Kessler weigert hem neer te schie
ten omdat Waldo gehandicapt wordt
door een geblokkeerd machinegeweer.
Het enige dat de Duitse lucht „ace”
doet is correct salueren en weg te vlie
gen.
Het is een verzonnen verhaal, maar
het gaat werkelijkheid worden, als de
producent van de oorlogsfilm (is het
„Wings” die in ’28 gemaakt werd door
William Wellman of „Heli’s Angels met
Jean Harlow, die op het eind van de
twintiger jaren door Howard Hughes
geregeisseerd werd en bekend bleef om
zijn luchtgevechten. Waldo Pepper en
EVENALS IN de 23 andere theaters
gebeurde waarin Haanstra’s „Dokter
Pulder zaait Papavers” gestart is, pro
longeert ook Palace deze film die een
om nu een
kunnen
Waldo Pepper, gespeeld door Robert
Redford is een van die oorlogsvliegeniers
die eerst met een geleende „kist” rond
vluchten organiseert voor de boerenbe
volking van Utah, maar daarmee nau
welijks voldoende geld verdient om de
benodigde bezine te kopen en zich dus
verkoopt aan een reizend vliegcircus.
In het begin is het publiek nog wel
tevreden met stunts als de „feuille mor-
te”, waarbij het vliegtuig na hoog opge
stegen te zijn naar beneden dwarrelt als
een herfstblad om dan vlak bij de grond
met grote inspanning op te trekken.
Maar men wordt veeleisender en Doe
Dillhoefer, de leider van het openlucht
circus, vraagt „acts” in de lucht als het
lopen over vleugels of het overstapje
van he* ene vliegende toestel naar het
andere.
Na enige halsbrekende toeren, waarbij
doden vallen en Waldo zelf een paar
maal gewond wordt, krijgt de „Great
Pepper” van de inmiddels ingestelde
luchtvaartinspoctie een vliegverbod.
Wat hem dwingt onder valse naam Hol-
lywoodwaarts te trekken, waar men de
periode van oorlogsfilms beleeft en
hoognodig stuntvliegers van topklasse,
een „Von Richthofen”, zouden we zeg
gen, maar in de film heet hij Kessler
omdat hij bij het ophalen van oorlogs
herinneringen, meestal om meisjes te
Wajda heeft een roman van de Nobel
prijswinnaar Wladyslaw Stanislaw Rey-
mont (1868-1926) genomen om een
koortsachtige periode van praal, snelle
rijkdom en slechte arbeidstoestanden in
Polen en meer in het bijzonder in Lodz
op het einde van de vorige eeuw in
beeld te brengen. De industriële revolu
tie die toen pas van dit arme Oosteuro-
pese land op dramatische manier bezit
nam, heeft uiteraard op alle bevolkings
groepen grote invloed gehad. Industriële
bloei volgens streng kapitalistische wet
ten, maakte enkelen rijk en bracht de
arbeiders naast geringe materiële voor
uitgang veel ellende en onderdrukking.
Dit drama van z.g. vooruitgang is door
Wajda op visionaire wijze verbeeld in de
verloedering van Lodz, waar de nouveau
riche geen nieuwe cultuur en het groei
ende materialisme slechts leegheid en
onvrede bracht. Aan de hand van enige
families die in Lodz de toon aangaven
en het werktempo bepaalden, roept de
filmer een triest beeld op van de onher
stelbare verliezen die aan een culturele
erfenis en aan menselijk geluk werden
toegebracht door de komst van fabrie
ken en rokende schoorstenen.
IN DE FILM „Shampoo” van Hal
Ashby wiens „The last Detail” als nacht-
voorstelling eveneens te zien is in Luxor,
worden de liefdesperikelen behandeld
van een chique damescoiffeur (Warren
Beatty) die zonder dat hij er veel moeite
voor doet praktisch zijn hele cliëntèle
klaar vindt staan met hem een verhou
ding te beginnen.
Volgens het scenario dat Robert Tow
ne met de hoofdacteur schreef, leveren
de vrouwen van Beverly Hills, Califor-
nië zich slaafs uit aan de magische
handen van „hair stylist” George, maar
I kunnen daarna niet buiten verdere con-
j tacten met hem. Iets wat zijn ijdelheid
streelt maar hem tegelijk voor talrijke
problemen stelt. George wil een eigen
zaak beginnen en als hij eindelijk een
willige financier ontdekt heeft, blijkt
diens vriendin (Julie Christie) een vroe-
gere vlam van George. En beiden zijn
maar al te geneigd hun vroegere relatie
te hervatten.
I De vele afspraken die George heeft
lopen, zorgen voor de nodige complica
ties op een duur feest in het Beverly
Hills Restaurant, waar de verkiezingso-
verwinning van Nixon gevierd wordt. De
hele film die een ironisch beeld geeft
van de losse levenswijze der rijken in
Hollywood en omgeving, wordt trouwens
al begeleid door televisiebeelden op de
achtergrond van Nixon en Agnew die
tijdens hun verkiezingscampagne de
mond vol hebben van de hoge morele
levensstandaard van het Amerikaanse
volk en daarmee in volstrekt contrast
blijven met wat rond die televisietoe-
stellen allemaal gebeurt. Dit alles ver-
sterkt de humoristische toon van de film
I die tenslotte een tot bezinning gekomen
George toont als deze zijn Julie Christie
moet af staan aan de rijkere vriend, van
wie hij alleen maar de toezegging van
een geldlening krijgt.
Hal Hashby heeft van „Shampoo” een
geestige en vlotte zedencomedie gemaakt
die niet alleen maar luchtig vermaak
geeft, maar ook iets van de leegte en
radeloosheid van de pretzoekende „super
rich” door laat schemeren en als drijf-
I veren van George’s lichtzinnig gedrag
diens angst voor ouder worden en dood-
I gaan zonder van het leven genoten te
hebben in de mond geeft. Een resultaat
I van zelfonderzoek dat men maar zelden
in Hollywoodse blijspelen zal tegenko-
CHARLES BRONSON (zie „The
Streetfighter”) blijft voor de tweede
week als „The Mechanic” in de nacht-
voorstellingen van Palace. Roxy heeft
voor die late voorstellingen de keus
laten vallen op de Nederlandse speelfilm
„Angela” van Nikolai van der Heyde
met Barbara Seagull als Angela, Sandy
van der Linden als haar jonge minnaar
en Kitty Jansen in de moederrol. Zoals
gezegd vertoont Lido Ashby’s „The last
Detail” met Jack Nicholson, terwijl Lido
er „een griezelen in de nacht” van
gemaakt heeft met „De Bloedbruid van
Dracula”.
Voor de jeugdige bioscoopliefhebbers
geeft Palace op zaterdag, zondag en
woensdag „Robin Hood en zijn Schel
men” en brengt Studio op de middagen
van donderdag t.m. zaterdag en boven-
Robert Redford in „The Great Waldo
Pepper” heeft Haanstra’s film uit Tu
schinski I verdreven, maar Alhambra en
I planken wordt echter verduisterd door
haar ongelukkig huwelijk met de aarts-
zijn promotor en wat zich om die twee
mannen afspeelt, kan men deze week in
Lido te zien krijgen.
dien op woensdagmiddag, telkens om
14.15 uur en zondags zelfs om 14 en
16.15 uur „Pipo en de Piraten van Toen”.
0-