■g I Prof. Klümper specialis i Kramer mag nu wel in Oranje 1 |g in sport! I I lil 3100 I00 door Dick Loman 3100 I erh e rerl< „Beschavingsziekten” Cijfers i Goed onderzoek r ■Bi or Zakej I A Wt'< Het schrikeffect van een onlangs verschenen publikatie over de stijging van sportletsel was er wel degelijk, al nam het aantal artikelen na een fikse piek heel snel af. Het cijfermateriaal ligt er echter nog steeds: jaarlijks veroorzaken sportactiviteiten een half miljoen blessures. Dat leerde een Arnhems proefonder- P zoek. De reacties waren talrijk; ook verschillend van inhoud. Spelverruwing was voor sommigen de hoofdoorzaak. Anderen wezen op de nog steeds gebrekkig t functionerende sportgeneeskunde en vooral op het ontbreken van voldoende waardering en steun hiervoor van overheidsweoe. Er waren ook andere geluiden. „Er is nu altijd wel beweerd, dat sport goed is f voor de mens, maar is dat eigenlijk wel zo? Denk ook eens aan de economische gevolgen van al die ziektemeldingen als gevolg van sportletsels”. I fS in tijd. or jon aal in STOPPER •5f i Za Zake zijn ii diver ten. willei ’even. schrij we ji 3. - IJ- Helemaal niet zulke onbegrijpelijke re acties, als je het aantal van 500.000 sport- letsels per jaar nog eens heel goed tot je laat doordringen, is het beoefenen van sport, gezien die grote risicofactor wel zo gezond? Prof. dr. Klümper kent die reacties ook. „Maar men mag dit alles de sport niet aanrekenen”, klinkt het. Hij voegt er wel snel aan toe: „men mag er echter wel de sport op aankijken, dat ze dit alles niet onderkent”. Met andere woorden: de sportwereld moet ophouden met het verstoppertje spe len door er alleen maar op te wijzen, dat sport zo erg goed is voor de mens. Men moet ook eerlijk voor de risico’s uitkomen en dat (blessure)terrein aanpakken. Bij de wortel. Dat die wortel zo sterk heeft kun nen uitgroeien is niet de schuld van de Onlangs was In Amersfoort, waar de commissie opleidingen van de Koninklijke Nederlandse Atle tiek Unie een geslaagde studiedag hield met als onderwerp het voorkomen van blessures, de Westduitse prof. dr. Armln Klümper te gast. Een Zijn Inbreng tijdens de studiedag vatten we hier samen. van de bekendste sportgeneeskundigen ter we reld, die actief Is aan de universlteit van Freiburg. oorzaken van het ontstaan van blessures. In teamsporten komen veel blessures voor zonder dat er van opzet van de tegenstan der sprake is. In voetbal, ijshockey, hand bal, basketbal enz. kan een belangrijk deel van de blessures worden voorkomen, wanneer bij de training de algehele licha melijke scholing wordt ingebouwd. Wan neer sportlieden die het bewegingsappa raat niet geheel beheersen, in het veld in actie zijn, laat dat lichaam zich niet meer afremmen. Ongelukkige botsingen met de tegenstander zijn het gevolg”. had hij twee mooie momenten, die niet direct een doelrijpe situatie creëerden, maar wel waard zijn even apart vermeld te worden. In de eerste helft kegelde hij Jan Everse omver, zonder hem ook maar even aan te raken, maar eenvoudig door hem, op de linkervleugel bij het straf schopgebied, de Kramer-shuffle voor te toveren: een vliegensvlug dansje-op-de- plaats van links naar rechts en weer terug, waardoor Jan Everse van louter verbouwereerdheid omviel en gepas seerd kon worden zonder dat Frank Kramer de bal maar hoefde te touche ren. En in de tweede helft ving hij, bij de rechterhoek van het strafschopgebied, de bal op, draaide weg naar het midden, en passte toen ogenblikkelijk, draaiend om zijn as, naar de rechtervleugel, waar Dick Bond (of een andere Volendam- Prof. dr. A. Klümper (links) in gesprek met de orthopedische chirurg G. Hermans Nu ik het woord „techniek” heb laten vallen, kom ik waarschijnlijk bij het belangrijkste punt waarom Frank Kra mer nooit serieus als kandidaat voor het Nederlands elftal wordt genoemd. Wat is techniek?In de jaren vijftig beschikte Blauw-Wit, „de club van het Stadion”, over een bijzonder produktieve mid- voor, Piet Koekebakker. Geen wereld wonder van techniek. Geen Gerrie Müh- ren. Maar hij maakte wel het ene doel punt na het andere en vaak uit onmoge lijke hoeken: boem!, lel!, en op de een of andere miraculeuze manier lag hij weer achter de keeper in het net. Geen tech niek? Ammehoela! Als je daar geen techniek voor nodig zou hebben, waar om doen al die technisch vaardige spe- mer) opeens een vrij veld kreeg. Het mooie zat hem niet alleen in het „idee”, in het „overzicht” dat eruit bleek, maar ook in de techniek, want lichamelijk gesproken „kon” die pass eigenlijk niet, daarvoor was hij te „tegendraads” bin nen de beweging die Frank Kramer be zig was te volvoeren. zo onschuldig lijkende afwijkingen niet geconstateerd worden. Zo’n voorbeeld is de atletiekcrosskampioen van dit jaar Klaas Lok, kampend met onder andere heupklachten. Toe© ontdekt werd, dat het ene been inderdaad wat korter was en een zooltje in de schoen het evenwicht herstel de, waren de klachten gauw voorbij. Een gevaarlijke zaak, vindt prof. Klüm per, die in zijn lezing ook tal van andere preventieve maatregelen als massage, het zogenaamde „tapen” enz. betrok. Vooral ook de zo belangrijke warming-up voor de wedstrijd, waarbij het gehele lichaam „warmgedraaid” moet worden. Een heel serieuze zaak, die warming-up, waaraan volgens Klümper veel te weinig aandacht wordt besteed. Dit als ondersteuning van zijn stelling, dat je het de sport niet in de schoenen mag schuiven dat er zoveel let sels zijn. „Je zou kunnen zeggen, dat de proble men, die een gevolg zijn van (lichte) afwij kingen en van een onvoldoende lichame lijke vorming eerder naar boven komen, wanneer je sport bedrijft. Zeker als je aan topsport doet. «fa Prof. Klümper blijft hameren op die algehele lichamelijke vorming. Hij be schikt ook over cijfermateriaal. In Frei burg was er een groot aantal sportleraren en -leraressen, die klaagden over pijn, bijvoorbeeld onder in de rug: Het klini sche en röntgenologisch onderzoek wees uit, dat er lichte afwijkingen in de li chaamshouding waren. Behandeling via gerichte lichamelijke oefeningen volgde, waarna de sportleraren zelf gedurende een jaar dagelijks een kwartier moesten oefenen. Meer dan tachtig percent van de ook actief sport bedrijvende leraren en leraressen zag de klachten verdwijnen en kon ongehinderd hun sport blijven uitoe fenen. Gedurende een periode van tien jaar waren turners, atleten, wielrenners, wor stelaars en judoka’s de gast van Klümper. Door dezelfde behandeling, stoelend op het nastreven van een zo goed mogelijke algehele lichamelijke vorming, nam het aantal klachten in die tien jaar met meer dan 85 percent af. Een belangrijk gegeven in de strijd te gen de blessure zoals er meer zijn. „Denk eens aan een heel simpele zaak als plat voeten. Niet moeilijk herkenbaar, maar vaak verwaarloosd. Na jaren sportbeoefe ning kunnen de gevolgen hiervan veel klachten tot gevolg hebben, die zich op den duur niet alleen tot de voet beperken. Denk ook eens aan het zo op het eerste gezicht minder gemakkelijk te constate ren verschil in lengte van de benen”. Het is een feit, dat veel van deze lichte, Ik zou eigenlijk geen reden weten waarom Frank Kramer niet als rechts buiten van het Nederlands elftal zou kunnen optreden. Het feit dat hij, met zeven doelpunten, Volendams topscorer is, zegt natuurlijk niet zoveel, al is het, in een ploeg met een erkend zwakke voorhoede, wel tekenend. Vooral als je bedenkt dat hij even vaak gescoord heeft als Nanninga en Lerby, en vaker dan bijvoorbeeld René van de Kerkhof en Koster, om maar eens twee Oranje- concurrenten voor de rechtsbuiten plaats te noemen, die in clubs spelen met een veel hoger doelsaldo, waardoor zij ook veel meer doelkansen krijgen. „Omdat men op steeds jeugdiger leef tijd sport gaat beoefenen zal men al vroeg bij iedereen, die van het spelen overstapt naar een meer wedstrijdgerichte training, via een klinisch en röntgenologisch onder zoek een goed beeld van hem of haar moeten krijgen. Tijdig kunnen dan maat regelen genomen worden. Technische middelen bijvoorbeeld, maar zeker ook die lichamelijke oefeningen. Je kunt dan ook voorkomen, dat iemand actief wordt in een bepaalde tak van sport, die hij op den duur lichamelijk niet aankan, die voor hem of haar wel tot blessures moet leiden. Je kunt voor hem of haar meer heilzame sporten adviseren, vindt prof. „Onze belangrijke gegevens krijgen we uit de topsport, waar zorgvuldig onder zocht wordt. De hele brede sportwereld moet deelachtig worden van de blessure- preventiemaatregelen, die in die kleine groep bekend zijn. Ook de niet sportende mensen, die evenzeer kampen met die „beschavingsziekten”. Eerst dan kan nie mand meer beweren, dat sport schadelijk is voor de mens”, besluit prof. Klümper. Iers het dan niet beter? Goals scoren is toch de kwintessens van het voetbal, er is toch niets leukers dan het maken van een doelpunt? Het is dan ook grote onzin, dat Piet Koekebakker niet over techniek beschikte, voor het maken van doelpunten beschikte hij meer dan wie ook over de vereiste techniek. En dat geldt idem dito voor Frank Kramer. Je passeert niet, bij voortduring, alle rechts- en linksbacks van Nederland zonder techniek. Hij beschikt over ex plosieve snelheid op de korte afstand, hij beschikt over de techniek om daarbij èn de bal bij zich te houden én de tegenstander van zich af te schudden (let maar eens op hoe hij een hoge of lage bal aanneemt, afschermt tegen de man in zijn rug, en daarna zonder man keren wegdraait of een vrije schop meekrijgt als de scheidsrechter deugt), en ondertussen voetballen zijn hersens voortdurend mee. Zoals gezegd: als ik bondscoach was, dan zou ik Frank Kra mer een keer een kans geven in het Nederlands elftal. heb Volendam nu al een stuk of zeven keer zien spelen deze competitie, en iedere keer zie ik dat Frank Kramer met die ene extra-bewaker wordt opge scheept. Blijkbaar weet iedere eredivi- sieclubtrainer dat Kramer de gevaarlij ke man is, die je niet onachtzaam als een van de elf Volendammers kunt behande len. Neem bijvoorbeeld de bekerwed strijd Volendam-Ajax. De Ajax-defen- sie is momenteel niet van dien aard dat voetbalkenners van heinde en ver ko men toesnellen om Meutstege, Zwam- bom, Everse en Erkens aan het werk te zien, maar een feit blijft dat Ajax lijs taanvoerder is in de competitie. Welnu, Frank Kramer speelde de Ajax-achter- hoede voortdurend „zoek”. Hij passeer de zowel op de rechter- als de linker vleugel zoals hij zelf wilde, had daarbij een zeer groot aandeel in de beide eerste doelpunten van Volendam, die allebei na soloacties van hem tot stand kwa men, de gele kaart die Kees Zwambom kreeg was een gevolg van een passeerac- tie van Frank Kramer die onheus ge smoord werd, en ook de niet te missen kansen die Volendam kreeg. Daarnaast Maar over Frank Kramers eigen pro- duktiviteit wil ik nog niet eens spreken, tenslotte stond Moulijn ook heel terecht tientallen malen in het Nederlands elf tal zonder dat hij zelf ook maar moeite deed om te doelpunten. Als ik bondscoach was, dan zou ik Frank Kra mer rechtsbuiten zetten tegen Polen om de eenvoudige reden dat hij „nogal on grijpbaar” is als voorhoedespeler. Ik sport, „maar een gevolg van onze civilisa tie, onze beschaving”, aldus Klümper. „Op school begint het allemaal al. De school, die alleen kan functioneren als het kind rustig zit. Daar begint de schadelijke invloed van onze „Zivilisation”. Prof. Klümper, nu wijzend naar de sportbeoefening, zoals die in de eerste 30 a 35 jaar van deze eeuw werd bedreven: „Toen was er de turnvereniging, waarin niet alleen geturnd werd, maar waarin ook de balsporten aan bod kwamen, de atletiek, het zwemmen enz. Kampioen schappen hadden vaak de vorm van meer kampen. De training was algemener. Het hele bewegingsapparaat van de mens kwam aan bod”. Die meerkampbeoefening is verdwe nen. Evenals in de maatschappij is er specialisatie voor in de plaats gekomen, en dit ook nog op steeds jeugdiger leeftijd. De algehele lichamelijke vorming moest stappen terugdoen. „En dat ontbreken van een algehele lichamelijke scholing is een van de hoofd- Klümper, die hierbij niet alleen een taak ziet voor de artsen. „Ook voor de ouders, die hun kind heel goed kennen en die ook op de hoogte zijn van erfelijke ziektes of afwijkingen. Ook die spelen een rol. Evenals de trainers, van wie verwacht moet worden, dat zij het belangrijkste van de anatomie weten”. Prof. Klümper wijst ook op het belang van een technisch verantwoorde training. Blessures als bijvoorbeeld bij het speer werpen, tennis (zogenaamde tennisarm) zijn te voorkomen als de techniek goed is. „Maar ook zelf zal de sportarts zich bij wedstrijden moeten laten zien. Eén voor beeld hiervan. De manlijke helft van een ijsdanspaar klaagde lang over kniepro- blemen. De sportarts kon helpen, maar niet afdoende. De arts besloot, hoewel hij het paar regelmatig op het televisie scherm had gezien, eens naar ’n training te gaan kijken. Daarbij viel het hem op, dat bij de „dodenspiraal” de manlijke partner in een dergelijke positie kwam, dat die knieproblemen niet uit konden blijven. Een kleine wijziging bij die uit voering van die oefening was voldoende om een einde te maken aan die klachten”. „Er ligt echter ook een taak voor de sportorganisaties, die oefeningen uitden ken, die anatomisch eigenlijk niet haal baar zijn. Het turnen bijvoorbeeld met de zogenaamde kruishang in de ringen. Bij het worstelen hadden we vroeger de been- schaar, die gelukkig is verdwenen, maar bij judo is het nog steeds toegestaan de gestrekte arm van de tegenstander aan te vallen”. ,»a» W-’ hebben el dag ties in ■jk S:

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1979 | | pagina 35