Architect-componist Henk van Kempen tachtig jaar Meubelfabriek ii Garantie tot 1992 s I Oisterwijk i 1 I 1 i gif door John Oomkes 1 Ex 12 jaar garantie geloogd massief Europees eiken voorzien van eigen brandmerk ongekende service Haarlemse Dreef j Bomkraters 95 procent t M Beverwijk, Parallelweg 100, tel. 02510-26923. y HP 1 24 KUNST :ii VRIJDAG 4 M F 19 7 9 V Pi I met i I 1 c:i I t in ku rer (ee de zie ma opi ger dee me pri. got ver. ziel los ter: pul D< VOOI met lijk tief t r I I Omdat wij alles in eigen hand houden, vanaf het met zorg selekteren van het hout, het drogen, het met liefde bouwen van het meubel, tot en met de aflevering bij u thuis, durven wij die lange garantie te geven van 12 jaar op het hout en de konstruktie. - BLOEMENDAAL. Eerst voelt hij niet zo voor een gesprek. Laat hij weten „dat hij zich niet zo belangrijk voelt”. Na enig aanhouden geeft hij toe. „Je kunt je niet aan de consequenties blijven onttrek ken.” Hendrik Willem van Kempen wordt zaterdag 80 jaar. Een feit waaraan hij niet zoveel waarde hecht, omdat de Bloemendaalse architect en componist eigenlijk al vijftien jaar lak heeft aan de pensioengerechtigheid, maar waaraan hij niet voorbij kan gaan omdat zijn familie en vriendenkring er wel bij stilstaan. Henk van Kempen wordt ’s middags in intieme kring gefêteerd en ’s avonds gehuldigd door de Haerlemsche Musyckcamer die in de Haarlemse Nieuwe Kerk de door hem geschreven Evocation Nocturne zal uit voeren. ll Een leven tussen I I twee hartstochten 1 I ür Landgoed Nistelrode te Bloemendaal. Ontwerp Van Kempen. (ADVERTENTIE) I BE i I I •l( 1 3 I I' 3 j i i i Vc Piet. 1 3 l I J l I I I I I i i i AW prins dam u aa bijna betre van oude werp antiq is oo lierei Te{ 21 m Nieui is eei dezel een c ling Stich onaal prins „Ki stellii het 1 broks vinde tekst in de al ge: „De f als et dat re verte. Hij de Fr theori maar tuur” introc het e< ning. dat d prakt Z 4». S >Xv.< De aanvankelijke terughoudend heid om over zijn vele levenservarin gen van gedachte te wisselen maakt plaats voor een zekere gretigheid als hem gevraagd wordt van tevoren en kele aanknopingspunten voor een ge sprek op papier te zetten. Een uitvoe rige, diep gravende brief van vijf kantjes is ons deel. Een tweetal zaken tekent zich in het persoonlijke schrijven af, dat belangrij- ker is dan welk uitvoerig biografisch ver slag en welke volledige opsomming van verrichte werken dan ook. Dat geldt zelfs als we ons realiseren dat Van Kempen door de bouw van tientallen kerken, scho len en huizen medebepalend is voor het aangezicht van de bouwkunst in onze re gio en hij een boeiend leven achter de rug heeft, waaruit menige anecdote is op te diepen. „Als ik nog eens een goede ingeving heb, wordt die door zoon Johan of vrienden tot klinken gebracht. Een grote voldoening en een merkwaardige sensatie is dat,” zo schrijft Van Kempen. En: „En dan mag ik nog als architect mijn oudste zoon Henk adviseren en wat stimuleren bij het moeilijke realiseren van een droom. Een droom die soms, onuitgevoerd, een fata morgana blijft. Soms ook bij uitvoering, aan bruikbaarheid kapot gaat, maar soms ook een vreugdevol ontwaken geeft door doeltreffende en functionele waardigheid en verschijning. Dit laatste ontstaan dan meestal door groot begrip van opdracht gevers en gunstige omstandigheden.” De twee hartstochten, die voor de archi tectuur en de muziek, en de eeuwige wrij ving tussen ideaal en realiteit bij het be drijven ervan, zijn ook de kernthema’s van het gesprek, dat uiteindelijk plaats heeft in de genoeglijke en rustige werkka mer van Van Kempen sr. Het zijn adjectie ven die ook op hem van toepassing zouden kunnen zijn, ware het niet dat zijn levendi ge ogen en een kordaat strikje het tegeno vergestelde bekrachtigen. Zijn tachtig ja- ren geef je hem in ieder geval niet, daar is hij te vitaal, te krachtig voor. Niegeman, de architect die momenteel zo in de publicistische belangstelling staat, was een goede vriend, die boven dien vrijwel gelijktijdig zijn opleiding ont ving aan de Kunstnijverheidschool aan de Haarlemse Dreef, zo vertelt Henk van Kempen. „Een ware kweekplaats van ta lent. Latere hoogleraren als Holt en Otto de Kat, maar ook anderen als Maurits Escher, Mari Andriessen, Pieter van Gel der, Merkelbach, Groenenwegen zijn daar opgeleid. Een unieke school. Je kreeg er een brede scholing, algemene ontwikke ling. Ik dank mijn belangstelling voor kunstgeschiedenis aan leraren als Ver- kruijssen en Vorkink.” ri- Ontwerp voor jeugdhuis in Bloemendaal. Vrijwel exact zoals op deze tekening uitgevoerd. villa’s, landhuizen en wat dies meer zij. Het aandeel van de sociale woningbouw in zijn budget nam echter geleidelijk af. Een zaak van principes? De architect: „Ach, principes, het is moeilijk vast te stellen hoe je daar nu over moet denken. Wat je kunt doen en welke concessies je nooit kunt maken. Maar in de jaren vijftig li I 1 'R*. •<- X- Lx' I I 1 bouwkunst moet je naar de Middeleeu wen terug,” zo vat Van Kempen samen. I Hij is overigens de eerste om toe te I geven dat je als architect niet altijd aan je principes even strak kunt vasthouden Om een architectenbureau van de grond te krijgen na 1945 moest er van voren af aan worden begonnen moet „er toch brood op de plank komen. Als je niets wilt accepteren, gaat je bedrijf kapot. Als ar-1 chitect ben je ook zakenman. Als dat mijn slapte is, dan wil ik dat best toegeven. Je kunt nu eenmaal niet altijd met je vuist op tafel slaan.” Maar ik heb er altijd toch het beste van proberen te maken.” Muziek is in alle jaren voor Henk van Kempen eigenlijk een ideaal tegenwicht geweest voor het vermoeiende, uitdagen („want dat bleef het”) en niet zelden te leurstellende werk als architect. Hij speel-1 de met zijn vrouw Betsy van Leeuwen I veelvuldig op recitals door het land voor I het Instituut van Arbeiders Ontwikkeling, I componeerde muziek bij de schimmen-1 spelen van Pieter van Gelder en schreef I op basis van „liefdewerk” symfonieën en I liederen. „Je bent niet altijd gedisponeerd voor het schrijven van muziek. Het schoot er vaak bij in door het werk. Ik compo neer indien mogelijk in de avonduren, als niemand meer op belt. Als het resultaat dan uitgevoerd wordt, is het de verwezen lijking van een droom, bij een gebouw is het meestal de karikatuur van een droom” Nom-de-plume In relatief kleine kring werd Van Kem pens gewaagde muziek op prijs gesteld; reden waarom hij een nom-de-plume han teerde, Henri Carf componist, archi tect, fluitist. Een vinding van zijn vroegere muzikale mentor Martin Lürsen). Zijn composities voor het 31-toons orgel in Teylers Museum werden echter zeer ge waardeerd en een recent werk, Evocation Nocturne, dat zaterdag wordt uitgevoerd in een nieuw arrangement heeft bijzonde re kwaliteiten. „Muziek kun je wel makkelijk beoorde len op het eerste gehoor, maar het ver vluchtigt snel. Verschillende opinies zijn daarom zeer goed mogelijk. Dat is nu eenmaal het karakter van iets immateri eels. Dat is de andere kant van muziek.” Van Kempen zegt daarmee in feite dat zijn bouwwerken zich door hun materiële eigenschap voortdurend wel laten gade slaan. Een summiere lijst dan tenslotte toch maar, we ontkomen er niet aan. Voor een belangrijk deel danken de Haarlemse Koningin Emmaschool, alsme de de Prinese Irene en de Prinses Marijke School hun vorm aan het werk van deze Bloemendaalse architect. Hetzelfde geldt voor het Marnix van St. Aldegonde Ly ceum, de Sionskerk in Haarlem-Noord, de Dieperinckvleugel van het Eerste Chr. Ly ceum, het Adriaan Pauw College in Heemstede en scholen in Hillegom en Hoofddorp. Daarnaast ontwierp Henk" van Kempen de koelhuizen IJsvries te- IJmuiden, de Radiokerk te Bloemendaal en vele grote huizen en villa’s te Soester- berg, Bloemendaal en Aerdenhout. Een bijzondere inspanning getroost hij zich immer als het om restauraties gaat, zoals bij kerken in Beverwijk en Sant poort (De oude Engelmundus), het nog te renoveren bejaardencentrum Kennemer- oord te Heemstede en uiteraard de Grote- of St. Bavokerk in het hartje van Haar lem. „Daarover wordt nu gezegd: even wachten. Zoveel tijd kan het dak van de: kerk echter niet meer lijden. Bovendien stel ik er prijs op die restauratie nog te' mogen meemaken.” invloeden herkennen, dan zie je zo nu en dan een andere visie, dan heb je op eens weer een ander standpunt.” Na een jaar bij landhuizenbouwer A. P. Smits in dienst te zijn geweest, lokte het avontuur voor de afgestudeerde Henk van Kempen. Samen met Niegeman trok hij in 1922 naar Parijs. „Er was hier niets te doen en we vonden het leuk om eens over de grens te kijken. En je moet niet verge ten dat hier niets kapot was. De Eerste Wereldoorlog ging aan Nederland voor bij.” Er werd gewerkt voor Cornil aan de wederopbouw van het zwaargehavende Reims, maar en passant maakte de jonge Bloemendaler kennis met de destijds on gehoorde muziek van Satie, Milhaud en Honegger en het Zweeds Ballet vanaf het schellinkje in het Théatre des Champs Elysées. Hij nam er fluitles bij René le Roi en legde zijn impressies in schetsen én notenbalken vast. i „De situatie in Reims was vijf jaar na de oorlog nog onbeschrijflijk. Je moest er leven tussen de bomkraters in noodketen in vertrekken die van elkaar gescheiden waren door behangpapier.” Onder derge lijke omstandigheden hielden weinigen het langdurig uit en de terugreis „in zwij- nedraf” werd aanvaard, terwijl Niegeman richting Duitsland en Sovjet-Unie koerste. Bij terugkeer merkte Van Kempen dat de sociaal bewogen woningbouw van Nie geman, de groep van „8” en anderen nogal gekenschetst werd door een „fabrieksma tige opzet”. Om de woning boven te stimu leren moest je in die tijd hoe langer hoe doelmatiger te werk gaan, hè. Dat verrek te geld maakte dat je wel moest. Maar als je aan het restaureren bent zoals mijn zoon Henk en ik nu vaak laten uitvoe ren dan merk je wat wij in de jaren dertig aan ambachtelijke vakkenis al kwijt zijn geraakt.” Van Kempen, zelf een sociaal bewogen mens, kwam door het groeiende streven naar efficiency in de bouw in de knel. Scholen, kerken zette hij vóór en na Wereldoorlog II voldoende neer, alsmede ri- Henk van Kempen: „Met elke wisseling van decor moest ik weer mijn houding bepalen". heb ik mijn laatste grote woningbouwpro ject getekend. Voor 3,2 miljoen in Haar lem-Noord. Betere woningbouw, leuke plattegronden. Drie- en vierkamerwonin- gen met voldoende ruimte voor kleine verschillen. Toen moesten we opeens ze ven ton bezuinigen. De „betere” woning bouw werd niet gehonoreerd. Het resul taat was dat de betere „skyline” verdween en het schoenendozen werden. Ik ben toen naar de Haarlemse wethouder Happé toe gestapt met het voorstel mijn honorarium niet uit te betalen en het plan niet te laten doorgaan.” w Het werk als architect dat op de school nog zo uitnodigend had geleken, viel in de praktijk door „dat verrekte geld en alle burocratie” tegen. „Als studenten dachten we dat het werk voor 95 procent creatief zou zijn en misschien vijf procent verve lende bagage met zich mee zou brengen. Maar dat is dus in de loop der tijd precies het omgekeerde geworden.” In het voor val betreffende Haarlem-Noord wist Van Kempen wat hem te doen stond omdat „hij zich elke keer afwendde van het ui- teindelijk resultaat als hij er toevallig langs kwam,” zoals in het schrijven staat. „Dan maar betere sociale woningbouw, maar zó nooit meer,” beloofde hij zichzelf. „Je kunt daar de consequenties niet van overzien, maar ik heb daar niet zo’n spijt van, want veel woningbouw is asociale woningbouw gebleken. Je krijgt flatneu- rose doordat isolaties bijvoorbeeld niet voldoende zijn. Een bepaald surplus, waar een mens eigenlijk niet zonder kan leven. Er staat in de Bijbel: Een mens zal bij brood alleen niet leven. Nou, een mens zal ook niet bij de uiterste levensbehoef ten alleen niet leven. Bij efficiency alleen gaat de aardigheid er bovendien voor de architect af. Voor echte architectuur, Het door Van Kempen zelf getekende titel blad van zijn Franse impressies, uitgegeven door Donemus. „Met alle respect dat ik altijd voor Jo han Niegeman heb gehad; die is veel rechtlijniger geweest dan ik. Ik heb dat nooit zo kunnen doen. Met elke wisseling van decor moet ik weer mijn houding bepalen, zó. En dat kan in zekere zin een kracht zijn, maar aan de andere kant ook een zwakte. Achteraf kun je bij mijn ont werpen dat is vaak wel leuk diverse r r 2*

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1979 | | pagina 24