Vakorganisaties praten over inkomenspositie kunstenaars 5 Rijksmuseum verenigt vier belangrijke collecties kerkelijke kunst overleden Nederlandse Liszt Jazztrompettist Blue Mitchell Kring opgericht Week-lyrische aanpak bij violist Herman Krebbers B d ng Vandernoot sluit Beethovencyclus matig af Inkomenspositie door Hans van Straten Voorwaarden Romeinen Rondgang Kuypers deur F ig Mr ■Fi BBI KUNST ZATERDAG 2 6 M E I 19 7 9 10 I UTRECHT. Het jongste rijksmuseum van Nederland wordt vandaag door koningin Juliana in Utrecht geopend: Rijksmuseum het Catharijneconvent. Zoals het Rijksmuseum in Amsterdam een beeld geeft van de geschiedenis van Nederland, zo is het Catharijneconvent bedoeld om de godsdienstige geschiedenis van Nederland vast te leggen. ft/ ■'M - Funktioneren BKR ter discussie k. on op De onderzoekers moeten zich tevens de Museale oecumene in Catharijneconvent treft Herman Krabbers: vlekkeloos 145. >won. m2, ifond. inne- 64 of ntrum tamer ruime Alle >kken □ff. en kam., Vr.pr ling van de CRM-begroting eind januari van dit jaar in de Tweede Kamer er nog eens de nadruk op gelegd dat binnen het kabinet besloten is dat er in het kader van Bestek ’81 niet aan de regeling getornd zal worden. Het heeft de BBK, BBK’69, de Kunste- naarsorganisatie-NVV en de Kring van Beeldhouwers er echter niet van kunnen weerhouden een eigen „fundamenteel on derzoek” naar het in de praktijk funktio neren van de BKR te laten verrichten. De Amsterdamse Boekmanstichting heeft dit onderzoeksvoorstel, waar zondag verder over gediscussieerd zal worden, inmiddels in grote trekken uitgewerkt. Daarbij is, aldus de organisatoren van de congres dag, uitgegaan van een positieve visie en niet zoals de bij de bewindslieden Die twee zijn eigenlijk niet met elkaar te vergelijken, maar in de opstelling van het museum zijn ze van hetzelfde belang. Zo toont men hier kerkgebouw tegenover woonvertrek, uniek kunstwerk tegenover industrieel vervaardigd voorwerp, hoge theologie tegenover volkse devoties. En dan is er de deur van Kuypers. Drs. Abraham Kuyper, de grote man van de kleine Luyden, heeft tijdens de kerkelijke troebelen die in 1886 hebben geleid tot het uittreden van de gereformeerden uit de Hervormde Kerk, in de Nieuwe Kerk te Amsterdam een houten deur geforceerd. Over die deur doen nu nog sterk uit eenlopende verhalen de ronde. Volgens de ene auteur heeft Kuyper daarbij een zaag gebruikt, volgens de andere volstond hij ermee een paneel in te trappen. Minstens twee tekenaars hebben het geruchtma kende incident in een spotprent vereeu wigd. Maar hoe het zij, die deur is be waard gebleven en bevindt zich nu in het Catharijneconvent. Het is een sprekend bewijs van de kracht, die Abraham de Geweldige be zielde. Tijdens zijn dertigjarige muzikale loop baan werkte Mitchell lange tijd met Hora ce Silver, met wie hij talrijke grammo foonplaten maakte. Hij speelde verder ook samen met beroemde jazzmusici als Earl Bostic, Red Prysock, Sarah Vaug han, Al Kibbler en Ray Charles. Van Blue Mitchell zijn ongeveer tien platenalbums verschenen onder zijn eigen naam, zoals „Graffiti blues”, „Vital” en „Summer Soft”. Tel 023- LOS ANGELES (AFP). De Ameri kaanse jazz-trompettist Richard „blue” Mitchell is deze week op 49-jarige leeftijd in Los Angeles aan kanker overleden. i ach- nd.: 9 en, 3 eheel juwd. Vr.pr (Van onze kunstredactie) UTRECHT. In ons land wordt veel te weinig aandacht aan Liszt besteed door orkesten, solisten, radio en televisie, vindt een groep musici en muziekliefheb bers die deze maand een Frans Liszt Kring hebben opgericht. nlaag. lauwe p het mog ilectri- Geen In tegenstelling tot de Liszt-renaissance in Engeland, Amerika, Frankrijk en Hon garije is in Nederland het werk van de befaamde Höngaarse pianist-komponist nooit echt in de belangstelling gekomen, aldus de groep liefhebbers. De Liszt Kring tracht dit te veranderen door Liszts muziek te propageren door het organiseren van concerten, en tentoon stellingen en het geven van studie-op- drachten. Verder hoopt de groep gram mofoonplaten uit te brengen met vergeten komposities, niet meer verkrijgbare parti turen weer uit te geven, een nieuwsbulle tin en tijdschrift uit te geven. In het bestuur van de Liszt Kring zitten Toos Onderdenwijngaard, Sas Bunge. Koos Groen. Max Hallensleben, Luc van Hasselt, Mynko Geérink-Bakker, Ad de Roy en Ton Creyghton die voorzitter is. Nederlandse musici als Bernard Haitink, Daniel Wayenberg en Reinbert de Leeuw hebben de kring hun stem toegezegd. Toen men het rijk bereid vond de ex ploitatie van het nieuw te vormen mu seum op zich te nemen, moest wel aan enkele belangrijke voorwaarden worden voldaan. Een van die voorwaarden kwam voort uit de overweging, dat het rijk zich op geen enkele wijze vereenzelvigd wen ste te zien met een van de vele christelijke kerkgenootschappen die Nederland kent. Daarom zou het museum ook aandacht moeten besteden aan de reformatie en haar kerkgenootschappen. De moeilijk heid was, dat er in protestantse kring geen kunstverzameling bestond. Om in dit te kort te voorzien, werd in 1974 de Stichting Protestantse Kerkelijke Kunst in het le ven geroepen. In deze stichting zijn vertegenwoordigd de Nederlands Hervormde Kerk, de Gere formeerde Kerken, de Algemene Doops gezinde Sociëteit, de Remonstrantse Broe derschap en de Evangelisch Lutherse Kerk. Het was kort dag voor deze stichting, hal, >onk„ >Z u zol- met I in drv bevr.: >gom maar toch heeft men, vooral ook door schenkingen en bruiklenen van kerkera- den, predikanten en particulieren, in wei nig jaren een belangrijke verzameling kunnen opbouwen, die een overzicht geeft van de ontwikkeling in het Nederlands protestantisme sinds de dagen van Luther en Calvijn. Daarmee werd het nieuwe museum met een vierde paal onderheid. Welke godsdienstige tegenstellingen er in vroeger eeuwen geweest mogen zijn, ze worden allemaal opgeheven in de eenheid van het Catharijneconvent. Dat wordt op kostelijke wijze gesymboliseerd door een zaal in het nieuwbouwgedeelte, waar men een protestantse preekstoel met alles wat daarbij hoort, (afkomstig uit de kerk van het Noordhollandse dorp Warder), heeft samengebracht met het altaar van het Amsterdamse Maagdenhuis. gent van het Noordhollands Philharmo- nisch Orkest in het Haarlems Concertge bouw. Dit hield echter geen afscheid van het Haarlemse publiek in, want in juli is Vandernoot met het NPO nog te beluiste ren op het openingsconcert van de Haar lemse Orgelmaand. Ook als in het komende seizoen de Pool- se dirigent Jerzy Katlevic Vandemoots functie zal hebben overgenomen zien wij de Belgische dirigent in november al weer als gast op het Haarlemse podium staan. Mede omdat Vandernoot geen prijs stelt op een huldiging zal er geen officieel af scheid worden georganiseerd. Helaas moet gezegd worden dat dit laat ste concert van Vandernoot als vaste diri gent van het NPO geen onverdeeld goede indrukken achterliet. Het elan waarmee hij het orkest het musiceren had een zeke re geforceerdheid, die zich uitte in het aanscherpen van contrasten (in de ouver ture Fidelio), slordige tempi en een vlak- routineuze opbouw van muzikale lijnen in de Symfonie no. 1. Deze symfonie die in materie en vorm geving nog dichtbij Haydn staat miste in de snelle delen heel wat doorzichtigheid en in het Andante (dat, vrij snel opgezet, terugzakte naar een aanvaardbaarder tempo) was weinig te bespeuren van het „cantabile” element dat in de titel van dit deel wordt aangeduid. Gelukkig kwam het orkest in de begeleiding van het Viool concert beter naar voren, hetgeen daar juist vooral in het middendeel (Larghetto) tot positieve resultaten voerde. GEMMA COEBERGH schoppelijk Museum te Utrecht, dat da teert van 1862 en dat de laatste tijd een (veel te beperkte) huisvesting heeft geno ten in het gebouw van het Centraal Mu seum aan de Agnietenstraat. Daar komen bij het Bisschoppelijk Mu seum uit Haarlem, dat omstreeks 1870 is ontstaan, en het kleine Oud-Katholiek Museum, dat ruim een halve eeuw be staat. De plannen om deze drie verzame lingen onder één dak te brengen, dateren al uit de jaren zestig. Een voorbeeld van hoe er door het rijk met kunstwerken, verkregen via de Beeldende Kunst Regeling wordt omgesprongen in de opslagplaatsen in Den Haag Onder meer onderwerp van gesprek op het zondag in Amsterdam te houden congres Katholiek en protestant gaan samen in het Rijksmuseum het Catharijneconvent. een voormalig klooster in het hartje van Utrecht verschillend niveau. Altaarstukken van Jan van Scorel en andere grootmeesters der middeleeuwen vindt men hier naast produkten van de „heiligenbakker” uit de Utrechtse Strosteeg, die aan de lopende band pijpaarden beeldjes produceerde van Catharina, Maria en Barbara. Het grachtgebouw toont kerkinterieurs en eredienst, zowel bij katholieken als pro testanten, het huiselijk leven van beide groepen, de Verlichting en de invloed daarvan op de Reformatie, de scheiding van kerk en staat in de dagen van Napole on, alsook wat men noemt de dominees- cultuur van de negentiende eeuw. De afscheiding van de gereformeerden, de katholieke emancipatie, het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie in 1853 en de neo-gothiek komen hier evenzeer aan de orde. Hoe hoger men klimt in het grachtgebouw, hoe dichter bij de moder ne tijd. Ten slotte staan we, in het zolder- vertrek. in de twintigste eeuw. Er is een tijd geweest dat christelijke en katholieke vakbonden door de stad mar cheerden, met feestelijke vaandels aan het hoofd van de stoet. Dat gebeurt al lang niet meer. Mocht u zich hebben afgevraagd waar die vaandels zijn gebleven, ze staan hier keurig op een rij. De rode draad van de historie begint in de onderaardse verbindingsgang, die de afdeling „Kerk en staat in de middeleeu wen” bevat. Men vindt er, als oudste voor werpen, twee Romeinse Nehalennia-beel- den van omstreeks 200 na Christus, nog niet zo lang geleden opgevist uit de Oos- terschelde. Voordat de (gotische) Dom van Utrecht werd gebouwd bezat de stad een Romaan se dom en hoe die dom er moet hebben uitgezien, kan men aflezen aan een houten maquette. Zeer rijk is de collectie van kerkgewa den die hier aanwezig is, de grootste van West-Europa. De oude voorraadkelder van het con vent herbergt nu de afdelingen eredienst, kerkmuziek, devotie en industrie. De dood is present in de vorm van een imposant grafmonument (uit pl.m. 1300) van Arnold van der Sluis, heer Van Berne bij Hees- wijk (Noord-Brabant). In het convent zelf treft men de kloosterorden, eindigend met de Broeders van het Gemene Leven en Geert Grote. UTRECHT. Het rijksmuseum Ca tharijneconvent, dat vandaag geopend zal worden, is vanaf 30 juni voorlopig op de zaterdagen en de zondagen geslo ten. De reden daarvan is gebrek aan mankracht in de bewaking, aldus mu seumdirecteur Bouvy. Hij hoopt dat in deze droevig stemmende situatie bin nen niet al te lange tijd verandering zal komen. Ter gelegenheid van de opening krijgt het museum twee geschenken aangeboden van de Vrienden van het Museum, een „protestants” cadeau en een „rooms-katholiek". Het eerste is een schilderij van Johannes Spilberg (1619-1690), voorstellende Jezus bij Ma ria en Martha. Het andere geschenk is een van de topstukken van de Utrecht se schilder Dirck van Baburen (1590- 1624), voorstellende De doornenkro ning. Het Catharijneconvent is vermoede lijk het enige museum in Europa, dat gewijd is aan de heersende godsdienst van het eigen land. Gebleken is dat juist de sterke verzuiling van het chris tendom in Nederland een goede voe dingsbodem is geweest voor het ont staan van dit museum. Hoewel de inrichting van het nieuwe museum nog niet helemaal klaar is, staan drs. H. L. M. Defoer, conservator, en drs. C. H. Staal, hoofd presentatie, klaar voor een kleine rondleiding, die na afloop toch nog ,een dikke twee uur blijkt te hebben geddurd. Er is dan ook ontzaglijk veel te zien en ze waarschuwen, dat men om alles in zich op te nemen, eigenlijk nog wel een keer moet terugkomen. De rode draad die door de opstelling loopt, is de draad van de geschiedenis. Men heeft de totale ontwikkeling van het christendom in ons land willen tonen, te beginnen bij de kerstening van de Neder landse moerasdelta door uit Ierland overgekomen zendelingen als Willebrord en Bonifacius, en te eindigen met voorlo pig de twintigste eeuw. Daarmee koos men ook voor het naast elkaar plaatsen van kunstwerken op zeer Het aantal gebruikers van de BKR is sinds 1965 enorm toegenomen. In dat jaar zaten er nog zo’n 400 kunstenaars in de regeling, nu zijn het er al ruim 2500. Zij kosten de overheid 64 miljoen gulden. Daarom, zo vinden Gardeniers en De Graaf, moet deze „complementaire ar beidsvoorziening beeldende kunstenaars” nodig eens onder de loep worden geno men. Staatssecretaris De Graaf heeft er in december 1978 met name op gewezen dat de toelatingseisen, op grond waarvan kunstenaars in de regeling kunnen wor den opgenomen, misschien te licht zijn. De kunstenaars zelf, en vooral de voor hen optredende belangenorganisaties, zijn er echter van het begin af aan van overtuigd geweest dat het de bewindslie den te doen is om bezuinigingen op de BKR in het kader van Bestek ’81. Zij geloven dan ook niet zo erg in het „onaf hankelijk wetenschappelijk onderzoek” dat na het inwinnen van adviezen van de Centrale Commissie voor de Complemen taire Arbeidsvoorziening Beeldende Kun stenaars en de Raad voor de Kunst door de regering naar de werking van de BKR- regeling zal worden ingesteld. Ook al heeft minister Gardeniers bij de behande- van een door bezuinigingen ingegeven ne gatieve stellingname. De notitie van de Boekmanstichting zegt dat het onderzoek in ieder geval een inventarisatie van alle overheidsmaatre gelen (naast de BKR bestaan er bijvoor beeld percentageregelingen, opdrachten, stipendia en bruikleenvergoedingen) moet opleveren. Uitgezocht zal moeten worden hoe al deze regelingen zich orga nisatorisch en financieel hebben ontwik keld. Heeft die financiële ontwikkeling wel gelijke tred gehouden met de stijging van de kosten en levensonderhoud? vraag stellen of er in de BKR wel sprake is van een reële verbetering van de inko menspositie van de kunstenaar in de laat ste tien jaar. Bovendien zal in het onder zoek moeten worden betrokken de kwes tie van de wijzigingen die in de loop van de laatste 30 jaar (de periode dat de Beel dende Kunstenaars Regeling bestaat) in de doelstelling van de regeling zijn aange bracht. Volgens de Boekmanstichting lijkt het er veel op dat velerlei toevoegingen aan die doelstellingen de sociale zekerheid van de kunstenaar minder belangrijk heeft gemaakt en dat de regeling vooral tot doel lijkt te hebben zo snel mogelijk overbodig te worden. Kortom: nagegaan dient te worden of de regeling inmiddels verslechterd of verbeterd is. Verder moet onder meer ook nog bekeken worden wat de rol is van de overheid bij het verkrijgen van inkomsten buiten de BKR om. Aan de verschillende Gemeentelijke So ciale Diensten moet worden gevraagd ge gevens te verstrekken over: hoeveel kun stenaars ontvangen jaarlijks één of meer dere malen een uitkering via de BKR en hoeveel van hen hebben in dat jaar in komsten buiten de BKR opgegeven? En: hoe hoog is het jaarlijks gemiddelde van die neveninkomsten van de kunstenaars, gespecificeerd naar de verschillende cate gorieën (opdrachten, stipendia, enzo voort)? Andere onderdelen van het onderzoek zouden volgens de Boekmanstichting kunnen gaan over vragen als: hoe wordt het BKR-werk beheerd, hoe is de positie van de beeldende kunstenaar boven de 65 jaar, hoe kan de BKR een wettelijke basis krijgen en welke is de fiscale positie van de kunstenaar? Het congres zal zich aanstaande zondag in de Gerrit Rietveld-akademie met al deze kwesties bezig houden. Vastgesteld zal moeten worden in welke richting het onderzoek zal moeten gaan. Het onder- zoekmodel van de Boekmanstichting zal nader worden toegelicht door Otto Valk- man van deze stichting. Ook zal onder anderen de voorzitter van de BBK, Johan Blaeke, het woord voeren. Een historisch museum dus. Geen kunstmuseum. U zult er geen afde ling schilderkunst, geen afdeling beeldhouwkunst, geen afdeling kunstnijverheid vinden. Toch kunt u in het Catharijneconvent terecht voor een uitgelezen collectie kunst voorwerpen. HAARLEM. Voor violist Herman Krebbers is het vioolconcert van Beethoven standaardrepertoire: hij heeft er zelfs een gouden plaat mee in de wacht gesleept. Je kon dus vrijdagavond in het Haarlems Concertgebouw verwachten dat de muzikale materie van dit concert tot de bodem zou worden uitgediept. Inderdaad leverde Krebbers op dit derde en laatste concert van de Beethoven-cyclus vlekkeloos werk af, waarbij het me van het hart moet dat ik geen liefhebster van Krebbers’ muzikale stijl ben en dat waarschijnlijk ook nooit zal worden. Over smaak valt niet te twisten, zegt men dan. Kennelijk dacht de, nagenoeg tot de laatste balkonstoel bezette, zaal er einders over, getuige de laaiend enthousiaste ova tie die Krebbers ten deel viel. Maar zijn week-lyrische aanpak, die zelfs doorge voerd werd in een markant thema als dat van de finale, kon mij ondanks alle, zeer gerespecteerde, technische perfectie niet erg boeien. Voor dirigent André Vandernoot bete kende dit laatste concert van het seizoen tevens zijn laatste optreden als vaste diri- k Enkele exemplaren uit de collectie kerkgewaden van het Cathari/neconvent. die de grootste van West-Europa is. Niet zonder trots vermeldt men het bezit van topstukken uit de middeleeuwen, waaronder werk van de Meester van Delft, de Meester van Liesborn, Geertgen tot Sint Jans, Jan van Scorel, Pieter Aartsen en Joachim de Beukelaar. Voor de zeventiende eeuw noemt men namen als Rembrandt, Frans Hals, Ferdi nand Bol, Pieter Saenredam, Abraham Bloemaart en anderen. De collectie beeld houwwerken mag gerekend worden tot de beste van Nederland. Het Catharijneconvent omvat twee ge bouwen, het grachtgebouw aan de Nieu we Gracht 63, waar ook de ingang is, en het voormalige Catharijneklooster (con vent is een niet meer in gebruik zijnde term voor klooster), gelegen tussen de Nieuwe Gracht en de Lange Nieuwstraat. Beide gebouwen zijn de laatste jaren ge restaureerd, er is ook nieuwbouw bedre ven. Onderling zijn ze verbonden door een brede onderaardse gang, die ook als mu- 'seumruimte wordt benut. Vier collecties zijn in het nieuwe mu seum tot één nieuwe verzameling samen gesmolten. De oudste is het Aartsbis- (Van onze Haagse redaktie) DEN HAAG. De vier grote be roepsorganisaties van beeldende kunstenaars gaan zich zondag in de Amsterdamse Rietveld-akademie buigen over de Beeldende Kunste naars Regeling (BKR), ook wel „con tra prestatie-regeling” genoemd. Mi nister Gardeniers (CRM) en staatsse cretaris De Graaf (Sociale Zaken) hebben zich zoals bekend kritisch uit gelaten over het funktioneren van de BKR. De Beroepsverenigng voor Beeldende Kunstenaars (BBK), BBK’69, de Kunstenaarsorganisatie- NVV en de Nederlandse Kring van Beeldhouwers vrezen dat de sociale minima voor beeldende kunstenaars in de BKR door het kabinet-Van Agt zullen worden aangetast.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1979 | | pagina 11