ie-
Use twijfelt aiet
SQ
c
I
BURGEMEESTER WIERENGA VAN ENSCHEDE:
J
5
door Loes Heskes en Frans de Lugt
Kalmte
28
en.
E i
Rudolf Hess op 45-jarige leeftijd
ZU
to»
■MM
Heimwee naar Den Haag? Zonder ook maar een spoor van
aarzeling schuift Enschedees burgemeester Ko Wierenga die ge
dachte opzij. „Natuurlijk zijn er momenten waarop je denkt: ik had
erbij willen zijn. Dat zal iedereen wel hebben die lang op het
Binnenhof heeft gewerkt. Maar voor het overige Het is daar in dat
Haagse circuit toch een ernstige misvatting dat het allemaal om Den
Haag zou draaien.
„Het Binnenhof is een heel apart wereldje. Nu ik er een tijdje uit ben
ervaar ik zelf heel sterk: dat jargon, die speciale gedragscodes, daar
begrijpt de bevolking niets van. Dat komt niet over. Ook niet bij de
achterban. Hoezeer ze daar in Den Haag ook hun best doen om alles
duidelijk te maken
„Als burgemeester ben je toch veel concreter bezig dan als
Kamerlid. In Den Haag heb je niet méér invloed. Het is eigenlijk
onvergelijkbaar. Heimwee, neen. Bovendien: het is mijn stelregel dat
je nooit om moet kijken".
Tien jaar was hij lid van de Tweede Kamer. Regelmatig in het brandpunt van de
nationale publiciteit. Vooral onder het kabinet-Den Uyl, toen hij voorzitter was van
de kamercommissie voor economische zaken. Ko Wierenga, een Drent die voor
notaris studeerde maar beroepspoliticus werd.
Sinds goed anderhalf jaar is hij burgemeester van Enschede. Een functie die
zowel „neutraal” als „politiek” uitgeoefend kan worden. Wierenga koos voor dat
laatste. Hij wenst zijn PvdA-afkomst niet te verloochenen.
En zo weet hij de landelijke schijnwerper voortdurend op zich gericht. Over
arrestatieteams, over grondpolltiek, over bezuinigingen, over werkgelegenheid.
Soms lijkt het alsof hij heimwee heeft naar dat bruisende Binnenhof. Een gesprek
met een „politieke” burgemeester.
i
De beroemdste en duurste gevan
gene ter wereld, Rudolf Hess in de
Berlijnse Spandau-gevangenis, is
een bedrieger. Dit stelt de Engelse
arts Hugh Thomas met grote zeker
heid in zijn boek „Mei 1941; de liqui
datie van Rudolf Hess”.
Thomas beweert in zijn boek dat de
gevangene in Spandau niet de litte
kens draagt die de echte Hess in de
Eerste Wereldoorlog opgelopen
heeft, namelijk door een kogel die ter
hoogte van de longen dwars door zijn
lichaam is gegaan.
Foto van Hess in de tuin van de Span
dau-gevangenis, opname uit 1977
II
Zit de echte Hess in Spandau?
kJ
Vervolgens onderzoekt de schrijver de
mogelijkheden die Hess had om naar
Schotland te vliegen. Hess maakte regel
matig proefvluchten. Ook zijn laatste
Aan do hand van gegevens die de man
die in Schotland aankwam heeft ver
strekt, en verder aan de hand van foto’s
die bij Hess’ vertrek in Augsburg zijn
gemaakt en onderzoek van de resten van
het vliegtuigwrak, komt de Britse arts
tot de conclusie dat het toestel waarmee
Hess vloog nooit de vlucht kan hebben
gemaakt naar Schotland. De tocht was
te lang en Hess vertrok volgens de foto
met een toestel zonder extra brandstof-
tocht werd als proefvlucht aangekon-
digd.
tanks. Het wrak in Schotland had die
overigens wel.
Dan volgt een analyse van het verblijf
van Hess in Engeland, waarbij Thomas
stelt dat de man onvoldoende is geïdenti
ficeerd. Bovendien zou Churchill al van
af het begin hebben gedacht dat de man
een bedrieger was. Het is opvallend dat
de zaak nooit politiek is uitgebuit.
Dan wijst Thomas op het vreemde
gedrag van de gevangene. Hij analyseert
hiertoe gesprekken met medici en politi
ci en de briefwisseling van Hess met zijn
vrouw Ilse en zijn zoon Wolf Rüdiger.
Ook tijdens het proces in Neurenberg
wekte het gedrag van Hess veel be
vreemding. Hij ging er prat op de recht
bank voor de gek gehouden te hebben
Een burgemeester heeft een duide
lijke bestuurlijke verantwoordelijk
heid. Maar zijn handelwijze wordt
in belangrijke mate bepaald door
zijn politieke afkomst, nietwaar?”
„Een burgemeester die zegt: ik
neem die of die beslissing in het
belang van de gemeente dat kan
niet, dat vind ik onzin. Je moet in
die functie ook kunnen uitdragen
dat je iets doet of vindt omdat je
PvdA bent, of CDA, of WD. Dat
moet je niet toedekken. Dat laat
onverlet dat je je als voorzitter van
de raad objectief opstelt en ervoor
zorgt dat de „oppositie” in de raad
over alle informatie beschikt”.
Wierenga is er vanuit zijn opvat
ting dat zijn politieke overtuiging
Dat Ilse Hess niets heeft gemerkt van
de „verwisseling” vindt Thomas verba
zingwekkend. Zo had zij kunnen mer
ken, aldus Thomas, dat de man in Schot
land nooit meer in zijn brieven schreef
dan Ilse al eens had geschreven. Boven
dien hebben de twee elkaar pas in 1969
weer ontmoet. Thomas, als arts, merkt
dan direct op dat Ilse zegt dat de stem
van haar man zoveel lager zou zijn ge
worden, terwijl een stem bij het ouder
worden alleen hoger wordt.
Vraag blijft bij dit alles, ook voor de
Brit, wat de Russen en Engelsen wisten.
In de laatste alinea pleit hij tenslotte
voor een internationaal onderzoek van
deskundigen onder het motto „Het li
chaam kan niet liegen”.
Het boek heeft tot gevolg gehad dat de
discussie in West-Duitsland rond Hess
voor de zoveelste maal is opgelaaid. Wolf
Rüdiger ondersteunde even de vraag
naar een onderzoek rond de identiteit
van de man in Spandau. Maar zowel hij
als zijn moeder verklaarde onlangs dat
de man niemand anders kan zijn dan
hun vader en man, Rudolf Hess.
FEICO HOUWELING
Wierenga zegt dit alles met op
merkelijke kalmte. Geen spoor van
opwinding, zeker van zijn zaak. Hoe
hij als burgemeester zou opereren
had hij immers allemaal glashelder
voor ogen toen hij als burgemeester
van Enschede werd geïnstalleerd.
In het gesprek verwijst hij naar de
zweepslag die hij op 5 september
1977 in zijn installatierede uitdeelde
aan de voorstanders van een neu
trale en boven de partijen staande
burgemeester.
We citeren: „Neutraal is niemand.
Iemand die dat van zichzelf zegt, is
meestal conservatief, maar vindt
het netter om zich te hullen in ene
waas van zogenaamde neutraliteit
De Engelse arts deed zijn ontdekking
in 1973 als algemeen chirurg aan het
Britse militaire hospitaal van Berlijn.
Hij is eerder werkzaam geweest in
Noord-Ierland en weet dus hoe littekens
van schotwonden eruit zien.
Na zijn ontdekking heeft Thomas een
onderzoek ingesteld naar de geschiede
nis van Hess dat uiteindelijk meer dan
vijf jaar zou duren. Na het onomstotelij
ke bewijs te hebben gevonden dat Hess
de littekens moest hebben (De staat van
dienst van Hess uit de Eerste Wereld
oorlog) ging Thomas dieper in op de
plannen van Hess om contact te zoeken
met Engeland in de eerste oorlogsjaren
en de vlucht naar Schotland.
Zeker is dat Hess rondliep met plan
nen om vredesonderhandelingen met
Engeland te beginnen al dan niet als
concrete voorbereiding op „Operatie
Barbarossa”, de invasie in de Sovjet
unie die in juni 1941 moest beginnen.
Als zeker mag ook worden aangeno
men dat hij de eerste stappen hiertoe
zette via Albrecht Haushofer, zoon van
de man die Hess in vroeger jaren had
onderwezen in de „geopolitiek”. Deze
was bevriend met de Britse hertog van
Hamilton die toegang had tot alle hogere
kringen in Engeland, zoals ook bleek
nadat Hess bij het Schotse landgoed van
de hertog was geland.
Waarom zou ik mijn
mond moeten houden?
die de pers haalde. Ik heb hem zelf
niet in de publiciteit gebracht”.
„Met die anti-Bestekmanifestatie
lag het iets anders. Ik was al gerui
me tijd geleden uitgenodigd om met
Arie Groenevelt te debatteren over
arbeidstijdverkorting. Dat zag ik
wel zitten. Vanuit mijn vorige func
tie heb ik daar wel enig verstand
van. Arie Groenevelt bleek uitein
delijk niet te komen en de bijeen
komst kwam te staan in het teken
van een anti-Bestekmaninfistatie”.
„Ik heb daar niet gesproken als
burgemeester, maar als lid van een
partij. Want dat ben ik ook. Ik zou
ook niet weten waarom ik mijn
mond zou moeten houden nu ik
burgemeester ben. Ik zit nu een
maal In de positie waarin ik de
dingen van verschillende kanten
kan bezien: ik ben oud-kamerlid,
burgemeester en heb een politieke
overtuiging. Wezenlijk bij wat ik
zeg is dat ik niet op de stoel van een
ander ga zitten”.
een rol moet spelen een voorstander
van dat een burgemeester daadwer
kelijk en intensief wordt betrokken
bij het overleg tussen de poltieke
groepringen over een programak-
koord. „Een dwingende noodzaak”,
noemt hij dat, al was het alleen al
omdat een aantal beleidsonderde
len de burgemeester toebehoort.
Het zit hem nog steeds dwars dat
zijn aandeel in het programak-
koord van zijn stad tot een mini
mum beperkt is gebleven. „Als bur
gemeester zit je niet in de positie om
over een program te onderhande
len. Als ze met je opvattingen geen
rekening houden, dan heb je pech
gehad, dat is dan verder voor de
verantwoordelijkheid van de partij-
houdt hem nog steeds bezig, nog
sterker dan in 1977, zo lijkt het. Zijn
bestuurlijke ervaring in een stad als
Enschede is daar niet vreemd aan.
De gigantische problemen van zo’n
stad vragen om politieke oplossin
gen, en het is zijn vaste overtuiging
dat een burgemeester daar vanuit
zijn politieke opvattingen een aan
deel in moet hebben.
De nog immer door een grote
schare vakbroeders voorgestane
neutraliteit wordt door Wierenga
verworpen: „Het is nog altijd zo dat
de man of vrouw die burgemeester
wordt, ook op zijn politeke kleur
wordt benoemd. Ik vind het onzin
dat die herkenbaarheid na de be
noeming zou moeten ophouden.
De vlucht van Hess naar Schotland is
echter in alle opzichten ongerijmd, zo
concludeert Thomas na zijn onderzoek.
Het meest verrassend is dat op de avond
van Hess' vertrek de Duitse ambassa
deur in Madrid bekend maakte dat de
Engelse ambassadeur in dit land, Hoare,
akkoord was gegaan met een „verken
nend gesprek”. Hess doorkruiste dus
door naar Engeland te willen op onbe
grijpelijke manier een inititatief dat hij
zelf op gang had gebracht, aldus
Thomas.
Ik ben een democratisch socialist,
zal dat blijven en in mijn werk
zaamheden ook laten blijken”.
Ook zei hij toen: „Termen als neu
traal en boven de partijen staan,
passen niet bij een functionaris bij
wiens benoeming op zijn politieke
overtuiging wordt gelet. En terecht
wordt er op die politieke overtui
ging gelet. De beïnvloeding van een
deelneming aan het overheidsbe
stuur is nu eenmaal een politieke
bezigheid”.
De discussie over de „politieke”
burgemeester heeft aan actualiteit
nog niets ingeboet. Wierenga deinst
er geen moment voor terug om aan
die discussie een forse bijdrage te
blijven leveren. Het onderwerp
Maar die inspraak moet je
hebben”.
Ook in gemeenten waar geen pro-
gramakkoord is, heeft Wierenga
een voorkeur voor de politiek her
kenbare burgemeester. „Dat geldt
misschien nog wel in het bijzonder
in kleinere gemeenten. Want daar
heeft de burgemeester vaak nog
meer invloed op het hele gebeuren
dan in de grotere plaatsen”.
In ons land, waarin de burge
meester wordt benoemd, hoeft Wie
renga geen enkele schroom te
overwinnen om zijn opvattingen
over de „politieke” burgemeester
uit te dragen. Hij is immers met
zijn partij, de PvdA een warm
voorstander van de gekozen burge
meester.
Ook daar kwam hij al in zijn
installatierede voor uit. „Het is een
grondregel in onze democratie dat
zonder controle en verantwoor
dingsplicht geen macht kan worden
uitgeoefend. Primair ligt die veran-
woordingsplicht niet tegenover de
provinciale of landelijke overheid.
En dat geld ook voor de controle.
In de praktijk is de burgemeester
veeleer een vertegenwoordiger van
de gemeente. De consequentie: een
gekozen burgemeester”, zei hij
toen.
In die opvatting voelt hij zich nu
gesterkt: „Iedereen zal het erover
eens zijn dat een burgemeester een
zekere invloed op het gemeentelijke
gebeuren heeft. Een stukje macht,
zonder dat hij daarvoor verant
woording hoeft af te leggen. En
daarmee wordt zijn verantwoorde
lijkheid een papieren, een holle ver
antwoordelijkheid. Er is immers
geen sanctie mogelijk. En die is er
wel als een burgemeester door een
gemeenteraad wordt gekozen. Ja,
door een raad, want anders zou een
burgemeester zich op een eigen kie-
zersmandaat kunnen beroepen, en
dat heeft allerlei bezwaren”.
Wierenga’s opvatting over een ge
kozen burgemeester gaat zelfs nog
een stap verder. Hij verwerpt
krachtig het automatisme waarmee
een burgemeester wordt herbe
noemd. Voordat herbenoeming
plaats heeft, zou de raad een soort
rapport moeten kunnen uitbrengen.
„Als de beoordeling negatief uit
valt, moet een raad kunnen zeggen:
we willen van die man of vrouw af,
geef ons maar een andere burge
meester”.
Het zijn markante uitspraken die
Wierenga doet, het zijn vooral poli
tieke uitspraken, en dat is ook wat
de bestuurder Wierenga wil: hij
wenst zich niet te laten ketenen
door zijn ambtsketen.
door geheugenverlies te simuleren, luis
terde niet naar zijn vonnis en bleek op
goede voet te staan met zijn vroegere
aartsvijand Göring.
Het lijkt er echter op dat voor velen de
zaak is afgedaan met de redenering dat
Hess tijdens de vlucht naar Schotland
zijn verstand is verloren. Thomas specu
leert echter op de mogelijkheid van een
samenzwering tegen Hitlers voormalige
plaatsvervanger
SS-chef Heinrich Himmler is volgens
de Britse arts de man achter de scher
men. Göring, Albrecht Haushofer en
Willi Messeschmidt vallen achtereenvol
gens als mogelijke verdachten af. Maar
van Himmler was volgens Thomas in het
begin van de oorlog bekend dat hij speel
de met de gedachte de plaats van Hitler
in te nemen.
Albrecht Haushofer ging in 1941 op
bevel van Hess naar de voorzitter van
het Zwitserse Rode Kruis, dr. Burck-
hardt, die toen juist in Engeland was
geweest. Haushofer kreeg voorstellen
mee van Hess om de mening van Burck-
hardt over onderhandelingen met Enge
land te peilen.
Kort hierna stuurde Himmler een
agent naar de Zwitser, die hem het voor
stel deed de Engelsen te vragen op basis
van dezelfde voorstellen als die van Hess
te willen onderhandelen maar dan met
Himmler als Führer. Thomas conclu
deert hieruit dat Himmler op de hoogte
was van Hess’ plannen.
De uiteindelijke beweegreden van
Himmler zou zijn geweest dat hij, in
tegenstelling tot Hitler, had begrepen
dat de Sovjet-Unie zo sterk was dat een
oorlog op twee fronten onverantwoord
zou zijn.
Door Hess tijdens een proefvlucht bo
ven de Noordzee neer te schieten en een
dubbelganger vanuit het Deense Aal
borg naar Schotland te laten vertrekken
zou Himmler enerzijds hebben bereikt
dat een belangrijke rivaal uit de weg
werd geruimd en bovendien kon de dub
belganger plannen meenemen die beter
in Himmlers ideeën pasten.
Het plan zou uiteindelijk zijn mislukt
omdat de man wèl de rol van Hess
uitstekend had geleerd maar niet in
staat bleek tot politieke onderhandelin
gen zoals uit de Britse rapporten
overduidelijk blijkt.
Wierenga lijkt afstand te hebben
genomen van zijn vroegere bestaan.
Toch is de politicus in hem niet
ingeslapen. Hij mag dan burge
meester zijn van een stad op 200
kilometer van Den Haag, bij herha
ling duikt hij op in de landelijke
publiciteit, als bivakkeerde hij nog
in de gebouwen aan de Hofvijver.
Vooral de afgelopen twee maanden
timmerde hij danig aan de weg.
Zo kapittelde hij het kabinet-Van
Agt over het uitblijven van een
wetsontwerp over de grondpolltiek.
Zo verzette hij aich hevig tegen een
zijn stad toebedacht arrestatieteam.
En zo ontpopte hij zich als een fel
tegenstander van de Bestek-opera-
tie van de CDA-WD-coalitie.
Ook liet hij zich laatdunkend uit
over de FNV-opvatting dat een 35-
urige werkweek op korte termijn
tot meer werkgelegenheid zou lei
den. Een indruk is snel gevestigd,
een burgemeester als actievoerder,
een burgemeester die de publiciteit
zoekt.
Hij wijst de suggestie af dat hij in
deze kwesties bewust de publiciteit
gezocht zou hebben omwille van de
publicitiet. „De grondpolitiek”,
zegt Wierenga, „daar voel ik me
zeer mee verbonden. Iedereen die
weet hoezeer ik me daar in het
verleden voor heb ingezet zal dat
kunnen billijken. Ook in mijn huidi
ge functie ben ik van mening, dat
we een goede regeling hard nodig
hebben. En dan de arrestatieteams.
Ik moest via de commissaris van de
koningin advies geven op een brief
van minister Wiegel. Mijn advies
week kennelijk van andere advie
zen af, en kreeg daardoor nogal een
ruime publiciteit. Maar de brief
waarin ik mijn afwijzende mening
gaf, was al een half jaar oud toen
„De liquidatie van Rudolf Hess”, door Hugh
Thomas, uitgegeven door Elsevier Focus.
Prijs: ƒ16,90.
Va