SPEL
ZATERDAGS BIJVOEGSEL
Schaken
Dammen
t
Bridge
n
I
in
IIG/
r
■01
I
■üiisli
I
1
ii
o
X
PB
5°
Een gat in de zak
Altijd ruzie?
4
Ruzie
Altijd haar zin
L
Wel eens ruzie
Niet meer plukken
Vechten
Ruzie om poes
i
i
H
1
i
Sint
Nicolaas
Meestal met mijn
broertje
Met vriendinnen
Nelly
O
O
w
Jongens
afpakken
36
o
a>.
a
A
-
1
F™
-
o
N
w-h o
z
O
K
N
w4*o
z
Os
3
3
roiwa?
I y///' I
«op
de krant niets van over. Stuur je
H.
I
'/J
Ik heb vaak ruzie met mijn broertje.
i^eetr
s*
FRANK TEER
T. SCHIPPERHEIJN
ai»
Ach, de muis
hoort het niet.
Ik heb wel eens ruzie met
vriendinnen uit mijn klas.
Dan ram ik ze na schooltijd in
elkaar.
Nooit voor de school, want daar
staat onze meester.
Maar meestal om de hoek.
Dan kijk ik welke kant ze op gaan.
Dan grijp ik ze.
Als ik gewonnen heb en ze huilen
dan vind ik dat altijd zielig.
Niet altijd, ik vind het soms ook wel
leuk.
Maar later maak ik het toch weer
goed' LIATROS
Ik heb wel eens ruzie met mijn
broer, omdat ik de poes van ons niet
mag pakken en hij mag het wel.
En dat vind ik niet eerlijk.
En daarom heb ik ruzie.
Als hij het goed vindt, maak ik
vrienden.
Pers, Postbus 507,2003 PA
Haarlem.
Andersson (aan zet)
Helemaal voor betwisting vatbaar is
zulks in ons derde voorbeeld. Zie diagram
3. Een wat vreemde stand, alweer uit
Tilburg. Larsen is zelfs twee pionnen
voor, maar Anderssons loperpaar is ge
ducht. Twee lopers beheersen tezamen
een heel veldencomplex en het ligt dan
ook voor de hand, op vangst van het
verdwaalde paard te gaan spelen. Wat
was eenvoudiger geweest dan het afsnij
den van diens terugtocht met 46. b3!? Ook
zonder veel gereken kan men er wel op
vertrouwen dat het arme dier een gemak
kelijke prooi zou worden van een drijf-
In deze match werd alweer duidelijk
dat, zelfs voor topspelers, het omsingelen
een riskante bezigheid blijft. In de eerste
partij, waarin Van der Wal zijn omsinge
ling zag mislukken, bereikte hij ternau
wernood remise, nadat hij in tijdnood op
de 51e zet (ze wisten nog niet dat ze er
waren) een fout maakte, die hem direct de
partij had kunnen kosten, maar die ook
door Clerc onopgemerkt bleef. Het reste
rende moeilijke eindspel voerde Jannes
bekwaam naar remise.
In de tweede partij was hét precies
omgekeerd, en kwam Clerc door een mis
lukte omsingeling in een moeilijk parket.
Op de 51e zet, terwijl nu wel zekerheid bij
de spelers bestond dat ze de 50 zetten
hadden gedaan, was het Jannes die de
Van der Wal en Clerc hebben een inte
ressante match gespeeld om de Neder
landse titel, deze beslissingsmatch, waar
voor Wiersma zich terugtrok, was noodza
kelijk geworden, nadat Clerc, Van der
Wal en Wiersma in het in april gespeelde
titeltoemooi gezamenlijk op de eerste
plaats eindigden.
Ik had eerst ook ruzie met een paar
meisjes uit mijn klas.
Zij hadden verkering en zij zeiden
dat wij hun jongens wilden
afpakken.
Maar dat is niet zo.
Nu is die ruzie al weer over.
JESSICA VERBURG
Iedereen heeft wel eens ruzie.
Ik doe het ook wel eens.
Maar ik heb er wel een hekel aan als
iemand het doet.
Vaak heb ik ruzie met mijn zus,
want dan doet ze zo raar of
vervelend.
Dat is ook zo met mijn
klasgenootjes.
Ook heb ik wel eens een fikse stoot
gehad.
Maar ik ging niet naar de meester.
Na een tijdje had ik wel een blauwe
plek.
Maar ik lachte er weer om.
Waar een lichte opening al niet goed
voor is.
Zelfben ik wel eens nijdig hoor.
Maar dat is iedereen.
RENATA WARMERDAM
Jongens en
meisjes.
Vergeten jullie
niet om je Sinter
klaas verhalen
en tekeningen zo
snel mogelijk op
te sturen naar
’t Spuigat?
Ook zou ik van
jullie willen we
ten hoe jullie
thuis en/of op
school Sinter
klaas vieren.
Veel succes!
MARIJKE
't Spuigat is een rubriek die
wordt volgeschreven en -getekend
door kinderen van ongeveer tien
tot vijftien jaar. Iedere week worden
één of twee onderwerpen
behandeld, maar je kunt natuurlijk
ook zómaar eens een verhaaltje,
een gedicht of een tekening sturen.
Denk er wel aan, dat tekeningen
met zwarte Inkt of viltstift moeten
De één maakt de radio van een
ander stuk.
En wil het niet maken of betalen.
En gaat vechten, want wil zijn radio
terug. EDWIN BOT
Het paard van de Sint
staat in de stal
Het kijkt naar de zak.
Het paard past op de zak,
want er zit een gat in.
Er mag niets
uit de zak
en er mag ook
niets in.
Want de zak
is helemaal vol.
Piet maakt straks
het gat in de zak.
Nu heeft Piet
daar geen tijd voor.
Hij helpt de Sint.
Hij blijft toch
in de zak.
met
I m2
®bt-
25
C.V.
ailet
pka-
1 te
er 1
:uin.
liet,
aers
met
der.
iepe
men
uwe
ners
sme-
ien
iet,
ige
en
ka-
net
>en
a’s
er-
ng.
Nee niet altijd ruzie.
Ik heb wel eens ruzie, maar niet zo
vaak.
Ik heb wel eens ruzie met mijn
vader en moeder.
Ik heb laatst gezegd dat ik het niet
meer zou doen.
MARCEL BLEEKER
Ik heb soms ruzie met mijn zusje.
Dat komt als we met de Barbie
spelen.
Want dan wil ze altijd haar zin doen.
Maar dan maak ik het weer goed
met haar zin te doen.
GLORIA BULTERS
jacht door wits koning en lopers. Zie 46.
b3 (dreigt Kd2) Pdlt, 47. Kd2 Pf2, 48. Lg2
Pffi, 48h3, 49. Lfl baat niet. 49. Ke2
h3, 50. Lfl Phl, 51. Lh3. Ph5, 52. Lg4 PI of
5 g3t, 53. Lg3:t Pg3:t 54. Kf2 Phl, 55. Kg2
met paard winst. Vreemd dat Andersson
met 46. Lgl? deze kans niet greep, want de
zettenreeks is geforceerd. Een blunder?
Of een van de vele raadselen van het
schaakdenken?
Wij besluiten deze beschouwing over de
tekortkoming van de menselijke geest met
een wel zeer spijtige blunder van Jan
Timman (zwart) tegen Najdorf in Buenos
Aires. Diagram 4.
Timman (aan zet)
Weet je met wie ik bijna altijd ruzie
heb?
Met Nelly en soms ook wel eens met
Ilonka.
Ik heb ook wel eens ruzie met mijn
zusje en broertje.
Mijn broertje doet altijd zo
slijmerig en zit steeds gekke bekken
te trekken.
We moeten vrienden maken, want
anders moeten we vroeg naar bed.
LINDA
geen
10
72
9 8 5 2
V 8 7 4
V A
4
B
B 10
geen
B 9 8 5
V
c.v.
r32
en
ner
vrij
rijs
gen
Kle
iige
stu- i
met
rote I
met
ifel.
erg-
100,-
de-
ing
in
ad,
2e
nte
naf
as,
iet
m.
iet
ig:
rg-
ig-
gas,
Lijk-
ven.
mg,
ken,
ers,
[ZOl-
rijs:
•n-
en
w-
en
10-
let
1
ig-
et
a.
ie
et
P-
a-
i-
v-
an
ie
t
m
a-
2
1
’8
a-
it.
schaakstrijd; het gaat alleen om de werke
lijk gescoorde punten. En bovendien: een
grote „blunderdichtheid” kan een structu
reel bestanddeel zijn van de schaakper-
soonljjkheid.
Van geheel andere aard was het dérail
lement van Portisch in hetzelfde toernooi
tegen Sosonko. In diagram 2 ziet u dat hij
een toren had tegen paard plus twee pion-
Portisch (aan zet)
itale
lijke
met
ame
nde.
op-
ifort
veel
t in
i: de
jaar.
He, daar is Piet.
Hij maakt het gat al
en ziet nóg een gat.
Fijn, Piet
maakt dat ook.
Goede Piet.
Hij doet zijn best.
Daar houdt de Sint van.
Dat weet je wei
Maar wat ziet het paard daar?
Er loopt een muis
in de zak.
En oh
de muis kijkt door het gat.
„Muis, muis”, roept het paard,
,Je mag niet in de zak.
Straks komt Piet
en die naait het gat dicht.
Je kunt er dan niet meer uit”.
Zou west in slag 2 een kleine klaveren
hebben nagespeeld, dan zou oost dit lot
bespaard zijn gebleven. West houdt dan
KI H en oost kan veilig nog een klaveren
afgooien. Moeilijk te zien voor west, want
deze was natuurlijk bang dat zuid KI V
zou hebben.
Zuid moet de resterende slagen maken.
Hij speelde Ha A en gooide daarop van
tafel Sch A weg! Oost moet nu wel KI V
laten gaan (anders maakt zuid óf alle
schoppens öf alle ruitens), maar KI B
voltrok vervolgens definitief het vonnis.
A
geen
AH V 10 6 3
geen
Ik heb wel eens ruzie met een
jongetje dat bij mij om de hoek
woont
Omdat ik vaak kleine balletjes van
hun boom pluk.
Als ik dan weer ruzie met hem heb,
bemoeien anderen zich ermee.
En als we het dan weer goed willen
maken, zeggen we gewoon: „Okee,
we maken geen ruzie meer en ik
pluk niet meer van je boom”.
ERIC BROEKHUIZEN
Ik heet Jessica Verburg.
Ik heb wel eens ruzie met mijn
vriendin, nou ja nooit echte ruzie.
We kibbelen wel eens wat.
En we schelden op elkaar zo van:
klootmongool, het is jouw schuld.
Maar dat menen we nooit echt.
We hebben ook wel eens een
gesprek en dat gaat zo: dat deed jij
en dan een heel lang verhaal, wat
bestaat uit twee woorden, JA en
NEE.
Maar er zijn ook mensen, die
slaande ruzie hebben, die slaan
elkaar en gaan scheiden.
Als ik met Davy aan het spelen ben met Dat is niet zo best,
autootjes of lego.
Dan wil Davy altijd bij de radio wonen.
Maar daar woon ik dan al.
En dan gaan we altijd schreeuwen.
Maar dan moet een van ons weer naar
bed.
En dan hebben we geen ruzie meer.
RODY VAN AALST
winst verzuimde. Beiden hadden een
„kleinigheidje” overzien! In de stand van
diagram 1 dachten beiden dat na 19-23
van zwart (Van der Wal) wit remise kon
maken door 36-31 en 32-28. Zwart speelt
dan 18-23! (deze zet hadden beiden
overzien) en wint na 28x10 15x4 gemakke
lijk.
Een andere belangrijke variant na 51.
19-23 is: 52. 29-24 14-20, 53. 24-19
23x14, 54. 32-28 (eerst 36-31 verliest direct
door 22-27, 14-19, 20x27) 22-27, 55. 33-29
(niet 28-22? 14-19! enz.) 14-19! 56. 28-22 20-
24!! 57. 29x20 15x24, 58. 22x31 18-22! en
omdat de twee zwarte schijven op 22 en 26
de drie witte op 36, 31, 26 vasthouden is
wit verloren (zelfs zonder de schijf op 19
staat zwart nog gewonnen).
In de le partij beginnen we in de stand
van diagram 2. Van der Wal, met wit, aan
het omsingelen, speelde hief 17. 37-31! Een
slim zetje, omdat zwart 11-16 niet kan
uit
jas,
en-
m2,
zer-
oer,
lers
ifel,
rste
ssti-
Sosonko
nen. Portisch vervolgde met 36Le4:?
en 12 zetten later was het remise. Portisch
had het echter dóódsimpel kunnen win
nen met 36Te2! Wit moet wel nemen,
omdat hij anders zonder meer zijn paard
verliest. Maar na 37. Te2: volgt het tussen-
schaak 37Tblt! 38. Lfl Le2: 39. Pd2
Tdl en zwart wint een vol stuk. Dóódsim
pel eigenlijk. Dat een speler van wereld
klasse als Portisch deze wending over het
hoofd zag, zal wel een gevolg geweest zijn
van tijdnood, een factor die er nu eenmaal
ook bij hoort. Mag men Portisch’ tekort
koming nog wel een blunder noemen?
Larsen
JÓÖ
Een politicus zei eens tegen me: bij ons
heeft het woord „blunder” een heel ande
re betekenis dan bij jullie schakers. In de
politiek is het een ernstige beschuldiging;
bij het schaken veeleer een excuus voor
het bederven van een goed opgezette par
tij. Een aardige stelling, over welke men
wellicht van mening kan verschillen,
maar die in ieder geval illustreert, dat
men één woord op verscheidene manieren
kan interpreteren.
Ook als men die interpretatie beperkt
tot het schaakspel, zijn er tal van nuances.
Als een beginner niet de beste zet doet, zal
men nooit spreken van een blunder, doch
als zulks de wereldkampioen overkomt,
neemt men dat woord al gauw in de mond.
Een blunder zouden we kunnen om
schrijven als een ernstige fout, welke ver
onder het niveau ligt van de desbetreffen
de speler. De oorzaken zijn velerlei: een
ogenblik van deconcentratie, vermoeid
heid, hoge tijdnood, het overzien van een
voor de hand liggende kleinigheid als men
al te diep denkt, enz. enz.
Er zijn blunders en blunders. Wij laten u
enkele voorbeelden zien uit de recente
grootmeesterpraktijk.
Karpov
spelen door 38-33 16x27 33-28 23x32 35-30
24x35 44-40 35x33 42-38 33x42 48x28 22x33
31x2 met winst. In de partij volgde 13-18,
18. 21-16. Het slimme van 17. 37-31 in
plaats van 17. 21-16 is dat zwart in het
tweede geval, dus na 17. 21-16, kan ruilen
met 12-18, 7-12, 12x1, wat nu niet meer
opgaat. Het partij verloop was nu: 18
8-13,19. 41-37 24-30, 20. 35x24 20x29, 21. 38-
32 14-20, 22.42-38 3-8, 23. 44-40 10-14, 24. 39-
34 20-24, 25. 43-39 15-20, 26. 40-35 29x40, 27.
35x44 24-29, 28. 47-42 19-24, 29. 45-40 22-28,
30. 40-35. De omsingeling is hier eigenlijk
al mislukt, wat Van der Wal min of meer
toegeeft door 29-33 toe te laten. 30. 29-
33, 31. 38x29 23x43, 32. 32x23 18x29, 33.
48x39 13-18, 34. 42-38 17-22, 35. 37-32 11-17,
36. 49-43 14-19, 37. 39-33 29-34, 38. 50-45 8-
13, 39. 31-27 22x31,40. 36x27 18-23,41. 43-39
34x43, 42. 38x49 13-18, 43. 44-39 23-29, 44.
45-40 29x38, 45. 32x43 18-22, 46. 27x18
12x23, 47. 39-33 6-11. Het begint er steeds
donkerder uit te zien voor d witspeler. 48.
43-38 23-28, 49. 33x22 17x28, 50. 49-43 11-17,
51. (nog steeds dachten de spelers in tijd
nood te zijn) 40-34? 17-22? Overzien de
eenvoudige winst, die er als volgt in zit: 51.
28-33, 52. 38x29 24x33, 53. 34-30 (an
ders is er niet) 33-39! 54. 43x34 20-25! en
door eenzelfde opsluitingsmotief als in de
andere partij had hier Clerc de winst voor
het oprapen! In plaats van 51. 40-34 had
Van der Wal 51. 43-39 moeten spelen,
waarna door 17-22, 52. 40-34 enz. het par-
tijverloop op het bord zou komen. Daarin
wist Jannes nog net remise te maken: 52.
43-39 20-25, 53. 26-21 19-23, 54. 38-33 28-32,
55. 21-17 22x11, 56. 35-30 24x35, 57. 33-28 en
in het verloop bleek winst niet meer moge-
Üjk.
Over de derde en laatste partij, waarin
Clerc in het vroege middenspel een kans
op groot voordeel miste, wellicht volgende
week.
Najdorf
Jan had met zwart zijn bejaarde oppo
nent geheel overspeeld en kon nu de
vruchten gaan plukken. Pion d3 valt na
melijk en bovendien zijn wits pionnen op
de damevleugel zwak. Jans blunder, wel
ke u aanstonds ziet, is eigenlijk weer van
geheel andere aard dqn de voorgaande.
Hij zag nl. een duivelse ressource over het
hoofd, welke de oude rot Najdorf natuur
lijk wél vond. Er volgde 29Td5xd3.
Onberispelijk; zwart dreigt o.a. Df3t, zo
dat hij zich over de penning van Td3 geen
zorg behoeft te maken. 30. Td2xd3 Nu
had wit met 30 Td3 beslissend voor
deel kunnen bereiken. Er dreigt reeds
Tg3:t met damewinst en na 31. Te3 e4
moet zwarts pluspion voldoende zijn. Jan
dacht het echter eenvoudiger te kunnen
doen en vervolgde met 30Df5xd3?
31. Dc2xd3 Td8xd3, 32. Lc3xe5 Td3xb3?
33. Le5-d6ü Een vreselijke verras
sing. De loper mag niet geslagen worden
wegens mat op de onderste rij en na 33.
Kg8, 34. Te8 wint wit een stuk. Daar
om spoedig 1-0.
Najdorf zal wel weer triomfantelijk zijn
lijfkreet „Ich bin noch immer genial” heb
ben geuit. Maar intussen kostte dit voor
val onze landgenoot (die een halve punt
achter Larsen en boven o.a. Karpov als
tweede eindigde) de eerste prijs!
Jan is de wereldtop dicht genaderd. Een
van zijn belangrijkste troeven is dat hij
(relatief) zo ontspannen speelt. Als hij de
keerzijde daarvan een, blunder zo nu en
dan, omdat hij de boog niet permanent
voor 100% gespannen houdt nog weet
uit te bannen, heeft hij een reële kans op
de hoogste titel. Hij is intelligent en zelf
kritisch genoeg om ook op dit punt zijn
vakmanschap te perfectioneren!
E. SPANJAARD
Terence Reese heeft een grote ftam als
bridgeauteur en terecht; zijn boeken be
horen tot de allerbeste die op bridgege-
bied zijn verschenen. Ook zijn rubrieken
Wat dom, muis.
Of toch niet?
Nee paard,
de muis maakt in de zak
nog een gat
en klimt daar uit.
Zo!
Ik maak meestal ruzie met mijn
broertje.
Want hij zit als ik aan het lezen ben
altijd stomme dingen te doen.
Zit hij als een hond: hhaaww.
En dan ga ik hem achterna.
Dan komt mijn vader meestal
beneden en dan durven we meteen
niks te zeggen.
Niet dat hij gaat slaan hoor!
En dan zegt hij: „Nog één keer en
dan krijgen jullie wel wat”.
Dan zit ik met mijn broertje te
lachen.
En dan is het weer over de ruzie.
JOOP DUIVENVOORDEN
HEIDI SPRENGERS
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiriiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiH
H V 8 7 4
f A 6 3 2
4
B 7 3
V 10 9 8 7
72
A H 9 8 5 2
A 2
H V B 4
A H V 10 6 3
B 10 9 6 5
5
B 9 8 5
V 10 4
zijn van topklasse. In The Observer, het
statige Britse zondagsblad, voert hij een
dergelijke rubriek al 30 jaar en tot welke
hoogstandjes hij soms in staat is, bewijst
dit voorbeeld:
Timman (aan zet)
In het jongste Interpolis-toemooi te Til
burg was na de 26e zet van zwart tussen
Timman en Karpov de stand van diagram
1 ontstaan. Veel is er niet aan de hand al
staat Lh4 wat ongelukkig. Remise zou een
normale uitslag geweest zijn. Vermoede
lijk omdat er (nog) geen scherpe wendin
gen verscholen Eggen, vervolgde onze Jan
argeloos met 27. Lh4-f2?? Ziehier een
vreselijke, ordinaire, blunder, gevolg van
één moment van onbedachtzaamheid. Er
volgde nl. 27Ld6xf4 en zwart wint
„gratis” een pion, wat gezien de aard der
stelling beslissend is. Immers, na 28. Pf4:
Td2t+29Tf2: herovert zwart het
stuk. Jan probeerde nog 28. g4, doch na 28.
Le5t, 29. Kcl Leö, 30. La7: Ta8, 31.
Ld4 Ta2: bleef hij een „gezonde” pion
achter, zodat het snel 0-1 werd.
„Als” Timman deze bok niet had ge
schoten, zou hij in Tilburg de eerste prijs
hebben gedeeld met Karpov en Portisch.
Maar helaas: „alsen” gelden niet bij de
Zuid opende (allen kwetsbaar) ultra-
licht met 1 Sch, west pas, noord 3 Ru, zuid
3 Ha, noord 4 SA (azen vragen), zuid 5 Ru
en noord 6 Ha. Noord was alleen maar
geïnteresseerd in het aantal azen dat zuid
bezat en het spel was dan ook geknipt
voor de Blackwood-conventie. West start
te met KI A en speelde KI H na, getroefd
op tafel. Zuid speelde twee ronden troef
en werd geconfronteerd met het slechte
zitsel; oost gooide (gedwongen) een schop
pen af. Een derde troef volgde en oost liet
nog een schoppen gaan. Zuid vond dat
schoppen afgooien maar verdacht; oost
wist immers uit de bieding dat zuid een
vijfkaart in die kleur had. Zuid besloot er
dan ook van uit te gaan dat oost eveneens
een vijfkaart had. Hij speelde in de 6e slag
een schoppen naar de heer, hetgeen leidde
tot:
i