REIN VAN DER WOUDE.
Bovenstaande naam zal boekdeelen spreken tot de oudere H. F. C.'ers,
die den glorie-tijd van „Rein s tweede-elftal" zich nog herinneren.
v. D. Woude kwam tot de H. F. C. tegelijkertijd met misschien een
twintigtal anderen, die tot dusverre ergens op
een vlak duin of tusschen de boomen in den
Haarlemmer Hout gevoetbald hadden en zich
onder den naam van Hasselaer een zekere repu
tatie hadden veroverd. Door de verplaatsing
van het H. F. C.-veld naar de Spanjaardslaan
kreeg de g-ood-old tal van nieuwe jonge leden
en hiertusschen was Rein in zijn element. On
vermoeid werker als hij was, kreeg hij al spoedig
een plaats in het derde elftal en na een paar
seizoenen hierin doorgebracht te hebben, zien
we hem in het 2e- Toen hij, door opschuiving
van spelers hieruit naar de hoogste sport der
H. F. C.-ladder, voor het captainschap in aan
merking kwam, begon voor het 2e elftal een
tijdperk van ongekenden bloei en duidelijk bleek,
wat captain v. d. Woude uit zijn mannen wist
te halen. Zijn persoonlijk voorbeeld en enthou
siasme bezielde het geheele team en hielpen een 2e-elftal vormen, zooals geen
enkele club ooit gehad heeft. Het schoonste succes in Rein's voetballoopbaan
zal wel geweest zijn, toen H. F. C. II zonder één punt te verspelen het kampioen
schap der geheele 2e klasse haalde. Was door de bepaling, dat een ver-
eeniging niet meer dan één elftal in de eerste klasse mocht hebben, de toe
gang tot een hoogere klasse niet gesloten geweest, de H. F. C. had met twee
elftallen in de eerste klasse gespeeld. „REiN's-Tweede" had voorwaar menig
ie elftal der groote clubs in het zand doen bijten. Voorbeelden hiervan gaf het
door Vitesse in een bekerwedstrijd te slaan en een club als P. W. met zooiets
van 8—i te kloppen. Ik herinner me een wedstrijd om den Zilveren-Bal, waarin