R. REMMELTS.
Onder de H. F. C.'ers, die in den tijd van Remmelts' actief voetbalbe-
staan met hem kennis maakten en hem aldra als „Rem" aanspraken, zullen er
wel niet velen geweest zijn, die vermoedden, welke groote intimiteit zij daarmede
tegenover ons ijverig bestuurslid begingen. „Rem",
zooals hij vroeger in de H. F. C. algemeen heette,
is n.l. volstrekt niet bedoeld als afkorting van
Remmelts, maar van Remmelt, den voornaam,
dien zijne ouders hem in 1890 op zijn loopbaan
in de wereld mede gaven.
Maar hoe het zij, Rem heeft het volkomen
verdiend, dat zijn pet-name in de H. F. C. zoo
gemeen goed geworden is. Voor zoover ik heb
kunnen nagaan, heeft hij nimmer andere kleuren
dan de blauw-witte verdedigd. In de jaren 1907
1913 was hij een zeer gewaardeerde kracht eerst
in het 3e, daarna in het 2e elftal. Hoewel hij enkele
malen in het iste elftal uitkwam, is hij daarvan
nooit een geregeld speler geworden, waarschijnlijk
omdat hij na 1913 nagenoeg niet meer gespeeld
heeft.
De voornaamste verdienste van Remmelts
ligt echter niet in zijn werk op het groene veld, maar in dat achter de groene
tafel. De H. V. B. heeft het eerst zijne bestuurstalenten ontdekt; hij leidde met
succes de competitie van 1909 1910. Toen dan ook in den loop van dat jaar
bij ons eene bestuursplaats open kwam, viel die bijna als vanzelf sprekend aan
Rem ten deel en hij heeft die gedurende een 3-tal jaren met ijver en opgewekt
heid vervuld. Anderhalf jaar daarvan was hij secretaris, en schrijver dezes, die
het voorrecht gehad heeft, hem daarbij van nabij gade te slaan, weet, welk een
massa werk hij daarbij verzet heeft. „Voetbal" was in die jaren snel groeiend;
de hevige strijd, die tusschen de clubs uitgevochten werd en de toenemende be
langstelling van het publiek vorderden steeds meer van de werkkracht der be-