EEN VERS A LA DEN SCHOOLMEESTER. Veertig jaartjes is 't geleden, (Dus onder ons 'n heele tijd,) Dat de H. F. C. werd geboren, ze leeft nog en ze gedijt! De N. V. B. en zijne fameuze competitie Maakten eerst veel later hun apparitie. In den Koekamp begon men toen kalmpjes te spelen, 't Staat elders geboekt, ik zal je 'r niet meê vervelen. Het ging H. F. C., zooals je in de kronieken vindt, Van huize uit toen steeds voor den wind. We verhuisden naar Heemsteè, naar 'n kurkdroog veld, Met 'n kleedkamer incluis, naar de historie vermeldt. Je had nooit last van den modder op die velden, Alleen de broeiraampjes moesten 't wel eens ontgelden. En soms werden we zooveel als kampioen, Ik snap niet, waarom ze dat nou niet 's doen Maar let er eens op, aan het eind van dit jaar Staan we schier boven aan, ja lach' jullie maar. Na regen komt zonneschijn wordt er beweerd, Bij ons echter werd dat spreekwoord gekeerd. Na 't zonnetje kwam helaas weer de regen, Daar kan helaas geen sterveling tegen. We hadden eens slechts een veertiental leden. Er werd toen, dat snap je, wel 's 'n neêrlaag geleden. Naar RAP? wel, daar ging je gewoonweg niet heen, Want 5O was minder dan tien tegen één. Ik wil U de misère volstrekt niet verhelen, De ouwere lui kregen lak aan het spelen. Sommige heeren woüen zelfs liquideeren. Toen trok men tenslotte naar de Spanjaardslaan, Dat was altijd beter, dan geheel van de baan. 't Was in de buurt van PlET Syp- ESTEIJN, dat men weer te wapen liep. We begonnen, je kunt zoo iets immers verwachten, Met volle stoom en nieuwe krachten. We vochten, en trapten ons driekwart dood, En kwamen lest op één na. Echter, geen nood! 't Volgende jaar bracht een animo, die Bijster veel leek op clubenergie.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jubileumboeken HFC | 1919 | | pagina 298