- 136 -
In den Hout baant een stroom van menschen ijlings zich zuidwaarts,
Bij te wonen den strijd, dien het Eerste daad'lijk zal voeren,
't Staanpubliek dringt en in massa's geschaard omringt het de hekken,
Bij den ingang staat Jethij wrijft zich van pret in de handen,
Want lang niet iederen keer stroomt er zooveel geld in het laadje.
Voor d' overdekte tribune bevinden zich alle bekenden,
Daar zien wij Kees, alom in het land bekend als „De Rector",
Verder Karei natuurlijk, Pim Muiier, Feith, Ben, Tinus Loosjes,
Snor met een bloem op zijn jas. Daar een troepje spelers van 't Derde
Theo hij maakte vier goals des morgens ergens op Schoten
En Kees Pilaar, de snelle halfback, gehuld in zijn sweater.
Aan den kant van het veld staat opmerkzaam de spelers betrachtend
John van Eeghen, de kenner, van ieders spel op de hoogte.
Verder staan daar te kijken Jo Lamp met een paar van het tweede
Zij zijn gereed om te gaan naar Groot-Mokumde strijd in den Polder
Zal er een zijn van belang. De uitslag is niet te voorspellen.
Van de velden intusschen hoort men een geluid als van donder.
Het zijn Boko en Piet niet de Graaff, maar van Bueren. De laatste
Is met zijn voet een kanon en een mitrailleur lijkt zijn mond wel.
Nauw zijn de matches geëindigd, met moeite de punten veroverd,
Of het Zevende komt onder leiding van Theo het veld op.
Lachend als immer de captain, en Bennie, H. F. C.'s Jackie Coogan.
En daar is reden tot lachen. Haast alle partijen gewonnen
Dat is goed werk. Houdt volZoo wordt het kampioenschap veroverd
Blauw-WitH. F. C.
Jaap Hef IJsco Cé Arie
Blauw-Wit H. F. C. 3 2, (seizoen 1924-'25).
