10
medewerkers aan het clubblad en dan denk ik allereerst aan onzen onvolprezen
Eere-Voorzitter Pim Muiier eveneens krachtig gesteund.
Ten slotte nog dit. Zooals uit 't voorgaande blijkt, hebben H. F. C.'ers dit boekske
samengesteld. Ik heb echter gemeend eene uitzondering te mogen maken voor Dirk
Lotsy en Jan Pater. Zij beiden zijn de eenige niet-H. F. C.-ers, die ik om een bijdrage
verzocht, niet alleen omdat ik weet, hoezeer zij met ons medeleven en sympathiseeren,
maar ook, omdat ik in moeilijke momenten zoo dikwijls van hen goeden raad mocht
ontvangen.
H. F. C.'s stille kracht.
inrar s
VPsp
Ik hoop hiermede de reden van het verschijnen van dit boekje voldoende duidelijk
gemaakt te hebben, maar wil niet eindigen alvorens allen, die op eenige wijze mij bij
de samenstelling geholpen hebben, hartelijk dank te zeggen voor hunne medewerking.
Aan U, Pim Pernel, Frits, Kees, Feith en de anderen, het succes, naar ik hoop,
van onzen gemeenschappelijken arbeid.
A KAREL LOTSY.
Dordrecht, April 1925.
Ons dagelijksch bestuur» H. Seignette (penningmeester), ]hr. J. C. Mollerus (secretaris) en G. H. Kaars Sijpesteijn (voorzitter),
wien wij grooten dank verschuldigd zijn voor het vele werk, dat zij voor onze club verrichten.