Andriessen, Hackenitz, Kammeijer; Königel, de Nijs, Boshoff; Groot, van Zeeland, Jochemus, Busselman
en Ligtenstein waren de uitverkorenen voor de uitwedstrijd tegen het ongeslagen Blauw Zwart. Dat men
niet bij de pakken neerzat, bewijst de 6-3 overwinning, behaald in een harde wedstrijd, waarin alles tegen
scheen te zitten. De ruststand was 2-1 voor de gastheren, maar de tweede helft liet er geen twijfel aan, wie
het best voetbalde. Met 7 punten uit 8 wedstrijden bezette H.F.C. de op twee na laatste plaats. Wie inmiddels
gedacht had, dat een ommekeer in ons spel zich had aangekondigd, kwam bedrogen uit: tegen het zeer zwakke
S.J.C. konden de onzen het niet verder brengen dan 1—1Een vriendschappelijke thuiswedstrijd tegen V.O.C.
bracht een ruststand van 1-3, een opleving in de tweede helft was juist genoeg voor vier doelpunten (5-5).
Een bijzonder langdurige ijs- en (vooral) sneeuwperiode bracht stagnatie van ongeveer twee maanden,
slechts even onderbroken in Januari met (natuurlijk) H.F.C.-Old Internationals (6-3) en een 2-2 gelijk
spel in Leiden tegen Lugdunum, dat hiermee zijn derde punt behaalde! Het was bijna het vierde geweest,
want tien minuten voor tijd stonden de gastheren nog met 2-0 voor. Hein Winter speelde nu rechtsbuiten,
Hans Winter midvoor en Nico Beets linksbinnen. In Maart was een bezoek van T.Y.B.B. ons te machtig
(1-3). Het zeer zwakke spel van Lugdunum, dat al zijn resterende wedstrijden verloor, was er de oorzaak
van, dat er weinig eer meer te behalen was. Wel konden wij thans rustiger spelen, wat op de resultaten een
gunstige invloed had. Tegen Wassenaar lukte het nog niet erg (2-1 nederlaag), maar bij H.F.C.-Hillinen
(7-4), V.C.S.-H.F.C. (4-2) en H.F.C.-L.F.C. (3-1) kregen wij beter spel te zien. Met 13 punten uit
16 wedstrijden (doelgem. 30—48) eindigde H.F.C. op de zesde plaats in een afdeling van negen clubs. Een
slecht seizoen, dat weinig goeds voorspelde. Het enige lichtpunt was misschien, dat wij enkele jongere
spelers hadden kunnen opstellen, die hoop voor de toekomst gaven.
Het tweede onder leiding van Henk van Zijl had een goed seizoen in de Res. tweede klasse C: 18 punten
uit evenveel wedstrijden. Hans Thon bracht het derde in de eerste klasse van de H.V.B. tot goede prestaties,
maar evenals een jaar geleden ontging ons juist het kampioenschap. Dit elftal maakte op 1 3 April een uitstapje
naar Groningen ter ere van het 60-jarig bestaan van Be-Quick. De 3-1 overwinning was hier van minder be
lang, vergeleken bij de rest van het programmaDe andere seniorenelftallen kwamen niet tot grootse prestaties
Voor het seizoen bezocht een groot aantal Haarlemmers Derby om de strijd in verschillende takken van
sport aan te binden. Vele H.F.C.-ers en Rood en Witters waren van de partij. Helaas is het niet mogelijk
gebleken van dit evenement een traditie te maken.
Een actie voor het werven van nieuwe leden was helaas nodig, maar had tenminste groot succes. De
voortdurende daling van het ledental werd tot staan gebracht.
De clubleven-commissie spreidde een bijzonder grote activiteit ten toon. Juniores-avonden, biljartcom
petitie, bridgedrives en een groot feest in de Kennemer Golfclub vormden hier de hoogtepunten.
Materiaal bleef nog steeds een moeilijk punt, voetbalschoenen waren op de bon, ballen schaars en duur,
over het houtwerk van onze tribunes behoeven wij niets te zeggen.
Het overlijden van Jaap de Koningh was een zware slag voor allen, die de jaren na ons veertigjarig jubileum
hadden beleefd.
Arie van Beekum deed van zich spreken door voor de vijfde maal de elfstedentocht uit te rijden.
P. J. FRENI
Piet is ongetwijfeld één van die mensen, die voor hun club door dik en dun gaan. Dat zulks echter in het
algemeen niet altijd geschiedt met een glimlach op het gelaat of zonder mopperen, is een bekend feit. Ook
Piet behoort tot degenen, die maar al te graag elke gelegenheid te baat nemen om hun stemgeluid te laten
schallen. Gelukkig echter steekt hij ook tegenover bestuurs- en/of commissieleden z'n mening niet onder
stoelen of banken, zodat na enig overleg moeilijkheden steeds vlot uit de weg geruimd kunnen worden. Aan
de andere kant is Piet, die thans reeds een kleine 30 jaar lid van de H.F.C. is, iemand op wie je steeds kunt
rekenen. Of het nu is om te elfder ure bij één of ander elftal in te vallen, of om een taak in één of andere
commissie te vervullen, steeds zal hij klaar staan, wanneer het H.F.C.-belang er mee gediend is.
Ook in de achter ons liggende magere jaren was hij één onzer steunpilaren. We vinden hem in de clubleven-
commissie, waarbij hem o.a. de verzorging van de biljartcompetitie - samen met Faber werd toevertrouwd.
Bridge-drives en clubavonden hebben zijn warme belangstelling.
Z'n grote verdiensten liggen echter op het terrein van de elftalcommissie. Reeds vele jaren heeft hij hier
in zitting en gezien het dikwijls moeilijke en ondankbare werk, mogen wij blij zijn, dat dit bij hem in zulke
goede handen is. Critisch ten opzichte van spelcapaciteiten, doch bovenal critisch ten opzichte van behoorlijk
gedrag en plichtsbesef, hebben hem tot een zeer gewaardeerde kracht van deze commissie gemaakt.
Wij hopen hem nog vele jaren in ons midden te hebben.
110