Trouw aan het lijntje De heer Martinus Loosjes overleed op 8o-jarige leeftijd. Ons ere-lid was de redder van het voortbestaan van onze club omstreeks de eeuwwisseling, toen H.F.C. waarschijnlijk wel de allermoeilijkste tijd in haar 74-jarig bestaan moest doormaken. Loosjes bleef de uiterst zware, gecombineerde functie van secretaris penningmeester vervullen, totdat hij meende dat de zaak weer 'op poten' stond (hetgeen toen ook zeer duidelijk het geval bleek te zijn) om daarna nog een aantal jaren zijn vereniging als vice-president te dienen. Loosjes was een der aller-grootste H.F.C.-ers! Nog een ander uit de bijna even verre grijze oudheid van onze clubgeschiedenis ging van ons heen. Mr. A. A. Diemer Kool old-international in liefst vijf takken van sport oud-eerste klas speler van H.F.C. en Ere-lid van de H.C.C. 'Rood Wit', oud-bestuurslid van beide clubs en in zijn laatste jaren nog secretaris van de Kennemer Golfclub. De ouderen aan de Spanjaardslaan zullen zich de heer Kool vooral als cricketer herinneren. Door de jaren heen genomen, was hij zelfs het beste bat van onze zustervereniging R. W. De droeve lijst van dit seizoen is pas teh einde als wij ook nog herinneren aan het overlijden van onze oud leden H. Seignette en Ir. J. E. Moltzer. Seignette heeft zich eerst als rechtsbuiten van H.F.C. i en later gedurende dertien jaar als penningmeester onderscheiden. De heer E(edje) Moltzer was aan het begin van deze eeuw een zeer verdienstelijk eerste elftalspeler. In de rubriek personalia herinneren wij aan de terugkeer uit de Oost van Nico Bouvy en Rud Jongeneel, slechts voor korte tijd. Onnodig te zeggen, dat beiden spoedig de weg naar de voor hen zo zeer vertrouwde Spanjaards laan terug vonden, evenals alle echte H.F.C.-ers deze weg nooit zullen kwijt raken. Van de jonge ren vertrokken er twee. Jan Corbeth naar Nigeria, om een jaar later even over te wippen om te trouwenden weer naar genoemd equatoriaal Afrikaans gebied te reizen. Jan speelde zowel in de derde als tweede klasse voor ons eerste en maakte o.a. deel uit van de promotieploeg. De andere emigrant was Mr. Leo Jonker, die naar Java vertrok. Leo was een harde werker in het bestuur en diverse commissies. Hij werd bij zijn vertrek met 'het gouden speldje' onderscheiden. Een rustig en bescheiden H.F.C.-er, niet te beroerd om ook een portie vuile was' op zich te nemen. Wij hopen zowel Jan als Leo op gezette tijden aan de Spanjaardslaan terug te zien. Tot slot vermelden wij de actie van ons vooruitziende bestuur tot vergroting van ons donateur- en donatrice- gilde. Ook naar onze smaak vond dit nuttige streven in het algemeen nog te weinig weerklank. Op deze p aats maken wij gaarne gebruik van de gelegenheid onze leden met grote nadruk op te wekken, juist in de jubeltijd van ons 74-jarig bestaan, om in de kring van gezin, familie, vrienden en kennissen naarstig na te gaan of zich candidaten voordoen. Een groeiende, vaste bate uit hoofde van donatie is voor onze vereniging in hoge mate gewenst. Vooral voor de trouwe bezoekers van de wedstrijden van H.F.C. 1 zijn de kosten nauwelijks een bezwaar te noemen, waarbij de donateurs en donatrices bovendien door ons maandblad De H.F.C.-er van alle bijzonderheden in de club op de hoogte worden gesteld. LEO JONKER Een prettige clubgenoot en een rustig, bescheiden en hardwerkend bestuurslid gedurende enige jaren. Leo heeft zijn sporen vooral verdiend op het terrein van het jeugdwerk, waarnaast hij ook nog diverse admini stratieve bestuurstaken met grote accuratesse heeft verricht. Tevens was hij de kurk, waarop de voorberei dingen en de leiding van het H.F.C.-jeugdkamp op Ameland dreven. Een bonkige voetballer in de lagere elftallen, zonder aspiraties, maar met plezier in het spel. Een lastige tegenstander, vooral als hij speciale bewakingsopdrachten had en als een soort 'kleef-half' het leven van zijn tegenspeler zuur maakte. Leo vertrok vrij spoedig na zijn doctoraal examen 'Indisch recht' naar Indonesië. Hierdoor kwam uit H.F.C.-oogpunt een te vroeg einde aan zijn bestuursloopbaan. Hij werd door het bestuur met het Gouden Speldje voor zijn H.F.C.-werkzaamheden gehonoreerd bij zijn vertrek. Al jaren bezoek ik zoveel mogelijk de wedstrijden van ons eerste, zowel thuis als buiten de stad. Wil ik een thuiswedstrijd overslaan, dan moet er al heel wat gebeuren, 't Is in ieder geval altijd mooi op ons veld en een genoegen om er te zijn - 's zomers nog wat mooier dan 's winters en ook dan kom ik er graag als het edele cricketspel er beoefend wordt. Ik houd alleen mijn hart vast als straks de Spanjaardslaan weg zal zijn. Zelf heb ik nooit tegen een bal getrapt en alleen maar, en dat nu zo tussen de 40 en 40 jaar er naar gekeken - dat word je niet gauw moe - maar toch heb ik tientallen jaren geleden op die terreinen ook nog aan sport gedaan 140

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jubileumboeken HFC | 1954 | | pagina 144