Hoe was dat toen? van't schrijven van een stukje in't algemeen en niets is rechtvaardiger dan te veronderstellen, dat het volgen de dus het stukje in het bijzonder is. Wel deze bijzonderheid is gelegen in het feit, dat de commissie tot redactie meende mij 'H.V.B.-voetbal b.v.' op te geven, om daaraan enkele gloedvolle woorden in 't bijzonder te wijden. Daar kan ik in komen. Hoewel de H.V.B. en wat daarmee samenhangt, me zeker niet zal verleiden tot poëtische gevoelens, we kennen hierin slechts de harde 'cuphght' mentaliteit, is het toch wel mogelijk enige karaktervolle woorden te laten vloeien. Het is dan weer enkele jaren terug, dat jong en oud opgeschrikt werd door een elftal, dat zich tooide met 't cijfer 11. Op zichzelf iets onbelangrijks, ware het niet dat dit elftal op sensationele wijze de gemoederen in Haarlem in beweging hield. De toen nog niet zulke schitterende resultaten van ons Eerste werden volkomen gesluierd door de prestaties van bovengenoemd team. 't Was alsof er 'n nieuw leven door de H.V.B. werd geblazen. Zo kon je bij onze uit-wedstrijden tegen kleine clubjes het zich al samenpakkende publiek horen mompelen: 'Het Elfde komt' of als je door Haarlem fietste 'n wildvreemd man, knikkend naar je clubdas, opmerken: "t gaat niet zo best met de club' en je in gesprek gewikkeld rakend (het Eerste als je kleine broertje verdedigend) wel eens de vraag gesteld worden 'en voetbalt u zelf ook?' Je trok dan een gezicht, ont bloot van elke innerlijke emotie en zei onverschillig: 'Ja, 't Elfde'. Nu zou iemand uit Maastricht of Gronin gen gaan lachen. Zo van: dan spelen jullie zeker elfde klas. Maar niet 'n Haarlemmer. Deze neemt je op zo'n moment ernstig op, denkend, dat is er dus zo een en mompelt: 'Vorig jaar kampioen geweest?' Je lacht dan breed, was 'n aardige farce toen en gaat heen met het gevoel 'n medemens 't trotse gevoel gegeven te hebben van 'vandaag heb ik met iemand uit 't Elfde gesproken'. Ja, dat waren tijden, grote tijden zelfs, daar in die vierde klasse H.V.B. afd. K. Een tijd van strijd, van d'r op of d'r onder en strijk en zet aan 't eind van het seizoen onze beslissingswedstrijd of wedstrijden. Met 'hart verscheurende' tonelen zoals dat heet. En dan veroverde je natuurlijk het kampioenschap. Zo voelde je het voetbal tot in de toppen van je zenuwen leven, voetbal vol enthousiasme en met slechts één devies: 'Ons elftal mag niet verliezen, wij staan daarboven'. Zo was 't bij ons en zo zal 't bij alle andere elftallen ook wel zijn. Juist het zo onbelangrijk zijn (4e klas A t/m Z) in de voetbalgemeenschap, werkt als 'n boemerang in onze gevoelens (als u begrijpt wat ik bedoel). Ik zou daarom ook willen eindigen met de uitspraak van een onzer grote filosofen, duidend op de 'Lager Voetbal'-spelers: 'Zij, die zwak zijn, verenigen zich en zij zullen eens tot ons komen, bewierookt en aanbeden'. aha Ik geloof dat over 20, 24 jaar nog weieens leden van de H.F.C. dit boek ter hand zullen nemen, zoals ik nu die oude gedenkboeken heb doorgesnuffeld. Niet veel natuurlijk, dat begrijp ik ook wel. Zullen we zeggen drie? Nou, voor die drie wil ik dan, als een soort van dank bij voorbaat voor de hernieuwde belangstelling, en als een voorziening in het gemis, dat ik voelde, het volgende vaststellen: Toen de H.F.C. in 1934 haar 73-jarig jubileum vierde, telde de club 380 werkende leden, 320 juniorleden en adspirantleden, 160 donateurs. Deze betaalden (of sportief voelende vaders betaalden voor hen) resp. f 22,13, f 12,30 en j 1 3,30 contributie en donatie. Buitenleden betaalden 10,—. Dit alles zonder de toeslag die voor de viering van het 73-jarig jubileum werd geheven. De toegangsprijzen voor de wedstrijden van het eerste waren toen: overdekte tribune 1,30, open tribune 1,- staanplaatsen korte zijde -,60. lange zijde 0,40, jongenskaarten 0,20, mits een half uur voor de aanvang afgehaald. Verder kostte een seizoenkaart voor toegang voor of op de overdekte tribune 11,— voor de ononverdekte 7,-; familiekaarten (alleen voor ledenjy 7,30; dameskaarten7,30; seizoenkaarten voor het gereserveerd terrein4,20 en voor het niet gereserveerd terrein 3,—, alles met inbegrip van de vermakelijkheidsbelasting. Er waren toen aan de Spanjaardslaan drie speelvelden van minstens het oppervlak door de K.N.V.B. als minimum voor competitiewedstrijden voorgeschreven. Verder was er een kleiner terrein, waarop de adspiranten met hun kleiner formaat bal speelden. Tenslotte was er nog achter de tribune een speelveld van nog kleiner formaat voor de jongsten. De ouderen gebruikten dit bescheiden lapje grond wel voor oefening. Voor de avondtraining waren er drie lichtmasten met in totaal 14 lampen van 300 en 1000 kaars per lamp. Een voetbal van normaal formaat kostte f 30,-. Een paar voetbalschoenen kon je krijgen voor f 1 7,30 a J 20,—. Onder de tribune bevonden zich 9 kleedkamers, waarvan een speciaal bestemd voor scheidsrechters. p 148

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jubileumboeken HFC | 1954 | | pagina 152