Het seizoen 1925—1926 luidde een nieuwe periode in, de periode-Spoelder. In de Algemene Vergadering
van 12 September 1925 werd Dr C. Spoelder als voorzitter gekozen in plaats van 'Snor' Sypesteyn die enige
jaren deze functie had vervuld en 18 jaar lang heeft onze 'Kees' ofwel 'de doctor' de voorzittershamer ge
hanteerd in tijden van voorspoed en in perioden van grote neergang.
Zijn eerste seizoen was echter zeer bevredigend. Het eerste eindigde op de 4de plaats met 21 punten uit
18 wedstrijden. Onze aloude tegenstanders Stormvogels veroverden het kampioenschap na een spannende
strijd met Sparta, terwijl wij op de derde plaats onze oude vrienden V.O.C. uit Rotterdam zien. Hoe hopen
wij, dat ook zij eens het verloren terrein zullen herwinnen.
Een groot verlies leden wij door het definitieve vertrek naar Indië van Cohen Tervaert. Op de linksbuiten
plaats ontwaren wij Henk v. d. Berg, die helaas om gezondheidsredenen zijn voetballoopbaan voortijdig zou
moeten afbreken.
Voor de 2de maal wonnen onze jongens onder aanvoering van Rud Jongeneel het Corinthian Juniores
Tournooi. Het merkwaardige was wel, dat zij in vier wedstrijden één, zegge één doelpunt scoorden. Rud
Jongeneel zou naderhand nog van zich doen spreken, hij dacht nu echter zeker niet, dat hij eens ons eerste
zou aanvoeren.
Het seizoen 1926-1927 kenmerkte zich
eigenlijk hierdoor, dat er zo weinig schok
kends gebeurde. Het eerste trapte 14 punten
bij elkaar in 18 wedstrijden, doch behoefde
zich geen ogenblik bezorgd te maken voor
de laatste plaats. Hierop legde A.S.C. be
slag met slechts 3 punten. In het eerste zagen
wij zowaar Frits Kuipers weer terug, nu in
de voorhoede. Helaas verdween in de loop
van het seizoen Jaap de Koningh naar Indië.
In hem verloren wij een trouwe H.F.C.-er,
die zowel in de voorhoede als op de back
plaats zijn plaats waard was.
De Stads-Editie-beker kwam weer eens
voor een jaar in ons bezit, het was ons derde
elftal, dat hiervoor zorgde. Onze Juniores
slaagden er echter niet in, voor de derde
maal het Corinthian tournooi te winnen, de
vele o—o's wreekten zich tenslotte.
Een nog steeds vermaarde Bestuurs Six in 1926.
Het volgend seizoen 1927-1928 bracht aan
vankelijk heel onze aanhang in zak en as. Het eerste kon geen goed doen en bungelde na 9 wedstrijden hope
loos onderaan. En dat, terwijl wij een achtertrio hadden, bestaande uit v. d. Meulen, Wamsteker en v.
Haeren, dat zijns gelijke in ons land bijkans niet had Het was Wamsteker's eerste seizoen voor H.F.C. en
jarenlang is hij als speler en als aanvoerder een van onze grote steunpilaren geweest.
Intussen hadden wij dus in 9 wedstrijden 3 punten behaald. Weer de bekende opmerkingen in de pers
over clubs, die ten ondergang gedoemd zijn, weer ook vele dikke brieven van Karei uit Dordt. En het won
der geschiedde: de volgende 9 wedstrijden leverden j overwinningen en 4 gelijke spelen op! Het vaderland
kon gerust zijn, met 17 punten eindigde H.F.C; onbekommerd middenin.
De wedstrijd tegen de Oud-Internationals ging door op een besneeuwd veld (uitslag 8—9! Wij zijn de laat
ste jaren op dit gebied wel iets gewend, maar zo erg als toen hebben wij het toch niet meer gehad. Het ijs
vermaak had het publiek trouwens van de Spanjaardslaan verre gehouden en onze penningmeester zal wel
niet het glundere gezicht getoond hebben van vader Jongeneel op 1 Januari 19^3 en 19^4.
Seizoen 1928—1929
Zo stond het laatste seizoen van een vijftigjarige periode voor de deurZouden wij weer in angst en beven
zitten? Zouden wij weer afzakken naar lagere regionen? Wij moesten om te beginnen een nieuwe aanvoerder
kiezen, want Frits Kuipers hing nu definitief zijn schoenen aan de wilgen. Henk Wamsteker weid zijn
opvolger en hij deed het voortreffelijk.
Wij begonnen met de A.R.O.L.-beker te winnen, het was nog wel de eerste maal, dat wij de uitnodiging
39