Joh.Faber Een oorlogsjaar bij H.F.C. Johan Faber is een der bekendste en meest populaire H.F.C.-ers. Hij neemt reeds meer dan 40 jaar actief aan ons clubleven deel. Zijn juiste leeftijd is in een waas van geheimzinnigheid gehuld. Dat dit zo blijve Als speler heeft Faber nooit bijzonder uitgeblonkenhij was een matige halfback in het vierdealleen over zijn beroemde 'hakje' wordt nog allerwege gesproken! Hij bereikte zijn hoogtepunt op het groene veld ieder jaar gedurende de sixes. Faber zwoegde dan van de eerste minuut van de eerste wedstrijd tot de laatste seconde der finale, waarbij hij zich tot speciale taak gesteld had, de spelers der hogere elftallen de voet dwars te zetten, zowel figuurlijk als letterlijk. Hij heeft zeer lang actief aan het spel deelgenomen, het laatst als trouw Zater- dagm iddagveteraan 's Zomers is Faber nog steeds aan het cricketen. Deze langdurige carrière werd enige jaren geleden slechts voor korte tijd onderbroken, toen een z.g. 'zweepslag' zijn beenspieren verlamde. Fabers grote verdienste voor de H.F.C. was zijn organisatietalent op velerlei gebied. Om te beginnen was onze vriend gedurende vele jaren aanvoerder, eerst van H.F.C.V., later van het vierde. Hij wist zijn elftal steeds tot grote prestaties op te voeren en was altijd een voorbeeld door zijn groot enthousiasme. Eenmaal werd zijn beroemde 'vierde' kam pioen van zijn afdeling. Uit dit elftal zijn vele bekende H.F.C.'ers naar voren gekomen, zoals Wim Reydon, Wim Bendien, Arie van Beekum en de beide Engels. Faber beoordeelde een speler voornamelijk naar het feit, hoelang hij per wedstrijd zwoegde. Een harde werker, die de volle 90 minuten over het veld draafde, was zijn man! Verder is Faber nog steeds een grote figuur in de sixes. Sedert onheugelijke tijden is hij lid van de commis sie tot samenstelling der zestallen. Een vernuftig punten-systeem om de spelers te waarderen ontsproot aan zijn brein. Ook op het gebied der organisatie van het clubleven heeft Faber veel gepresteerd. In de eerste plaats organiseerde hij op voortreffelijke wijze vacantie-trips voor een stel H.F. C. -ers. In vroegere jaren kampeertochten, waarover hij in een der gedenkboeken een artikel schreef, daarna bergtochten naar Oostenrijk en de activiteit op dit gebied eindigde - naar ik meen - meteen boottocht op de Maas in België. Ook de Bridgedrives werden jarenlang door hem verzorgd. Zelf speelde hij met 'afwisselend' succes mede, met diverse partners, omdat zijn 'sans' opening voor een ander niet altijd even begrijpelijk was, hetgeen meer malen tot grote catastrofen leidde! Fabers laatste succesnummer is de organisatie der biljartwedstrijden op Maandagavond bij Brinkmann. Op bescheiden schaal begonnen bestaat er thans zo'n grote belangstelling voor de biljarterij, dat vier tafels de gehele avond door de H.F.C.-ers bezet zijn en dit aantal is zelfs thans niet meer voldoende. De tijd is nabij, dat de gehele biljartzaal op Maandagavond voor onze mensen gereserveerd zal moeten worden. Behalve de biljarters komen er op Maandagavond veel kijkers, men behandelt de voetbalwedstrijden van de vorige Zondag, zodat hier complete clubavonden zijn ontstaan. Uit het bovenstaande blijkt, dat de H.F.C. aan Faber op velerlei gebied grote dank verschuldigd is. e. j. v. Gaarne geef ik gevolg aan uw verzoek om een stukje te schrijven ter gelegenheid van het aanstaand 7^-jarig jubileum van de H.F.C. Het trof mij aangenaam, dat de H.F.C. zich mijn éénjarig lidmaatschap in het seizoen I94°/41 nog herinnerde, toen ik, als gasofficier vermomd, Haarlem en zijn schone omgeving onveilig maakte. Aangezien de Be-Quicker Henk Pienter eveneens zijn militaire dienst in Haarlem doorbracht en het op en neer reizen ons veel ongerief gaf, besloten wij bij de H.F.C. aan te kloppen. En lezers, ik kan u mede namens Henk met de hand op mijn hart verzekeren dat wij daaraan de meest prettige herinneringen hebben behouden. Dra werden wij in uw vriendenkring opgenomen en niemand keek ons er op aan, toen wij zomaar in uw eerste elftal mochten gaan opereren. Met vreugde denk ik terug aan de pittige wedstrijden, aan Ato van der Togt, de twee gebroeders ten Have en Van Baasbank, aan Gentis, Bob Kammeijer en de grappenmaker Bas van Olphen; zo ook aan de gezellige napraatjes in Zandvoort, ik meen dat het in Riche was. Nadat ik weer hoog en droog in Rotterdam zat, behield ik het contact met de H.F.C. o.m. door het mee- 66

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jubileumboeken HFC | 1954 | | pagina 70