altijd nog wat zuinig als je deze flits uit zijn voetbalverleden nog eens ophaalt, niet omdat hij geen gevoel heeft voor de humoristische situatie, maar omdat hij alles wat niet volkomen 'fair' is nu eenmaal nooit kan zetten. Toen Berg het actief voetballen er aan moest geven, vond hij, nu ruim twintig jaar geleden, spoedig een plaats in het H.F.C.-bestuur. Als bestuurslid was hij, zoals al eerder gezegd, naar buiten een weinig opvallen de figuur. Soms twijfelden impulsieve figuren in de H.F.C. zelfs wel eens aan zijn grote waarde. Zij, die hem van nabij in het bestuur meemaakten wisten wel beter. Geweldig veel werk werd in alle bescheidenheid in stilte jaar in jaar uit door hem verzet. Lastig, erg lastig kon hij het zijn medebestuursleden soms maken. Hij had iets conservatiefs, iets uiterst behoedzaams en als je als bestuurslid, of later als voorzitter, dorstig naar de biertjes na afloop bij Flumme, de neiging kreeg de laatste punten van een vergadering maar zo wat door te hameren, dan stak Berg daar wel een stokje voor. Voor hem was het detail niet minder belangrijk dan de grote lijn. Berg was de promotor van alle H.F.C.-ers, ongeacht of die nu in het eerste of dertiende speelden. Als er ooit iemand was, die zijn mede-bestuursleden terughield van overijlde en daardoor vaak onjuiste beslissingen, dan is hij dat geweest. De man die men met fluwelen handschoentjes aan moest pakken, voor men hem voor ingrijpende vernieuwingen mee kon krijgen, maar ook een man, die, indien hij eenmaal voor dat nieuwe ge wonnen was, niet wist van transigeren en steeds weer de eerste was om die nieuwe lijn mee aan te geven, in dien de praktijk ons soms toch weer zijpaden van minder weerstand en naar goedkoper succes, dreigde te doen inslaan. Berg was vanaf het moment, dat hij samen met Bas (Mr B. J.) Onderwater, John van Eeghen in H.F.C.'s jeugdwerk in de kinderschoenen opvolgde, typisch de man van de elftallen. Ieder kent hem dan ook nog als de leidende figuur van de elftalcommissies, de los van gevoelsargumenten nuchter maar strikt eerlijk het spelersmateriaal beoordelende figuur. Hoe impopulair je op deze plaats kunt zijn, als het niet goed gaat, weet hij zelf het allerbeste. Hoe weinig dankbaar deze functie is naast mensen die toevallig het voorrecht eens heb ben een succesteam te mogen leiden. Hij weet het. Niet dat het hem ooit deerde, maar terecht hunkerde hij toch soms wel naar wat meer erkenning van zijn zeer grote verdiensten voor H.F.C. Maar hij liet nooit af, ook als die erkenning niet prompt en spontaan volgde. Hij ging trouw en evenwichtig zijn weg, H.F.C. die nende, altruïstisch als geen ander. Het was voor iedere insider dan ook een zeer vreugdevol moment toen Berg bij het zeventigjarig bestaan de hoogste H.F.C.-eer ten deel viel en hem het Erelidmaatschap van onze goede oude club werd aangeboden. Helaas heeft Berg in de laatste jaren, alweer door zijn niet al te perfecte gezondheid, toch wat ingeboet. Voor zover ik het kan nagaan niet aan werkkracht; doch zijn levensvreugde en vroegere onverwacht uit bundige uitgelatenheid lijken verloren. Moge Berg's physiek er toe bijdragen, dat hij deze hem zo typerende eigenschappen weer weet te hervin den, maar voor alles hopen wij, dat hij zich nog lang in dienst zal kunnen en willen stellen van de ook hem zo dierbare H.F.C. wier Vice-voorzitter hij nog steeds is. w. h. HENK HÖCK Eén der merkwaardigste spelers, die H.F.C. in de gelederen heeft gehad. Een bijzonder voetballer? Neen, dat nu juist niet direct. Maar doelpunten, bij tientallen! Bovendien binnen en buiten het veld een zeer attrac tieve figuur. Met Henk in het veld was er meermalen iets bijzonders aan de hand en de raarste situaties waren hem vaak nog niet dol genoeg. Buiten het veld een vent met een kostelijk gevoel voor humor met als prettige bijzonderheid, dat hij nooit iemand als lijdend voorwerp nodig had om toch de lachers op zijn hand te heb ben. Zijn verdiensten voor het clubleven van H.F.C. waren zeer groot. Een verre uitwedstrijd werd een evenement, als Henk, behalve zijn voetbalkoffer, ook zijn goochelkoffertje met de meest onwaarschijnlijke attributen bij zich had. Wij zien nog die W.A.-man met zijn oranje zakdoekje en Henk: 'Het is niet rood, het is niet wit, het is niet blauw, het is wat anders Al met al een figuur, die gedurende vele jaren een grote rol heeft gespeeld en aan wie H.F.C. wel zeer veel te danken heeft. FRITS KOTTE In de onbezorgde tijd van ons eersteklasseschap omstreeks 1930, toen wij de rumoerige rijen der jongens plaatsen bevolkten, liep hij in een voor grensrechters zo typerend uniform wijde slobberbroek en groezelige trui langs de lijn. Het spreekt vanzelf, dat wij slechts weinig aandacht aan hem besteedden, behalve wan neer de scheidsrechter zijn vlaggen negeerde, als een der vijandelijke stormrammen zich aan de buitenspel regel vergreep. Korte tijd later merkten wij hem wèl op: hij was n.l. als grensrechter vervangen. Op onze schuchtere 74

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jubileumboeken HFC | 1954 | | pagina 78