Wij hebben het getroffen met oud-voorzitter en nu ere-voorzitter P. C. VAN HOUTEN Het vorige gedenkboek, in 1954 uitgegeven ter ere van het 75-jarige bestaan van onze vereniging is in zekere zin een naslagwerk over de toenmalige voorzitter, P. C. van Houten, geworden. Niet omdat hij dat wilde, maar omdat hij de centrale figuur was van het naoorlogse tijdperk. Levenswijze, pikante bijzonderheden over zijn anti- en sympathiën worden uitvoerig beschreven evenals de warme zijde van zijn karakter. Ook zijn optimisme is uitgebreid vermeld, evenals zijn zakelijke begaafdheden. Ook de liefde voor de muziek is niet vergeten. Nu 15 jaar later kan ons oordeel over Piet alleen nog maar hetzelfde zijn. Hij heeft zich wie had anders verwacht flink geroerd in de perioden dat het semi-professionalisme in Holland een officiële status kreeg. Voorzitter is hij niet meer. Het ere-voorzitterschap is hem ten dele ge vallen; een geweldige eer in ons clubleven, een eer die hem volledig toe kwam voor al datgene dat hij voor H.F.C. gedaan heeft. Ook ten opzichte van de buitenwereld. De goede naam die de H.F.C. in sportminnend Nederland heeft steunt op 2 pilaren: de ouderdom van de club met het imponerend aantal spelers, die aan het Nederlands elftal ter beschikking gesteld zijn in het verleden en de strijdvaardigheid van de vereniging in de na-oorlogse jaren op organisatorisch gebied. P. C. heeft weinig aan de eerste omstandigheid bijgedragen (hij was er toen gewoon nog niet) maar het naoorlogse tijdperk is wel voor een zeer groot gedeelte door hem bepaald geworden. Velen van degenen die de vereniging nu leiden zijn betrokken geweest bij de 5 jaren plannen en hebben ook de stimulans ervaren die van P. C. uitgaat, indien hij zijn zinnen op iets gezet heelt. Het vrijgezellenbestaan heeft er natuurlijk toe bijgedragen dat het tijd vrij maken van de huiselijke kant geen al te grote moeilijkheden met zich meebracht, maar we moeten niet vergeten dat de zakelijke beslommeringen (eerst Utrecht, daarna Rotterdam) ook veel tijd voor zich opeisten. Het is nauurlijk waar dat onze erevoorzitter niet zonder H.F.C. kan, maar laten we dan hier direct bij aantekenen, dat wij erg blij met deze verbintenis mogen zijn. Pijnlijke momenten steken hun kop ook wel op, in welke verbintenis gebeurt dit niet Zwart-wit neemt nl. een belangrijke plaats in het leven van onze erevoorzitter in. Het witte heeft de neiging zwart te worden als het de club op het groene veld niet goed gaat. Dit leidt wel eens tot verrassende situaties, waar de mantel van eerbied en genegenheid uitkomst moet bieden. Al met al hebben wij het getroffen met Piet. Hij blijft de jeugd boeien met zijn jeugdig optreden en door zijn intens medeleven met de verrichtingen van de vereniging. De ouderen zijn in zijn ban door de doeltreffende manier waarop hij de juiste dingen eenvoudig weet te zeggen en door de band die hij temidden van reünisten gekweekt heeft. En ik ben dankbaar voor het feit dat hij zijn erevoorzitterschap zo intens beleeft, zonder opnieuw voorzitter te willen zijn. Dat hij nog lang in onze gelederen mag vertoeven is mijn wens. p. H. B. 25

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jubileumboeken HFC | 1969 | | pagina 29