1958-1959: KAMPIOEN VAN DE TWEEDE KLASSE
Een seizoen, dat om wel zeer verschillende redenen niet snel door ons vergeten zal worden.
Ons eerste elftal wilde de redactie van ons clubblad, dat in het openingsnummer van dit seizoen
het hoofdartikel overmoedig afsloot met: 'Breng de oude club in de eerste klasse, mannen! met in e
steek laten en bracht de oude club terug waar zij behoorde.
Zo eenvoudig als het klinkt ging dat echter niet. Verre van dat: H.R.C., O.V.V.O., D.E.M., H.M.S.,
Aalsmeer, T.O.G., W.F.C., Schoten, Hercules, Purmersteyn en A.F.C. moesten bevochten worden.
Hoge uitslagen waren niet van de lucht, zoals Purmersteyn uit 3-7, H.M.S. thuis 5-1, T.O.G. uit 0-4,
A.F.C uit 2-9, Purmersteyn thuis 5-0. Schoten uit 0-5 en O.V.V.O. uit 2-6. Aalsmeer snoepte ons een
puntje af 1-1 en H.F.C. zou H.F.C. niet geweest zijn als ook het zwakke W.F.C. ons met op 1-1 hac
gehouden, terwijl D.E.M. en H.R.C. gewoon zo maar van ons wonnen..
Met dat alles werd het een totaal van 38 punten uit 22 wedstrijden, waarmee wij op de laatste
competitiedag het ons altijd (sportief) dwars zittende H.R.C. net van ons af wisten te schudden. Toch
waren we er nóg niet, daar de 'promotiehorde' nog moest worden genomen. Maar even deden we toen
of we er waren want schreef uw lijfblad
'De tocht naar Brinkmann werd een onvergetelijk en oorverdovend schouwspel: de spelers hoogst luid
ruchtig op het dak van een autobus met talloze volgauto's en met snerpende toeters er achteraan. Een
hoogtepunt van deze triomftocht was het meesterlijke gebaar (duim omhoog) waarmee een breed grijn
zende verkeersagent het Duitse toerisme op de Wagenweg lamlegde om ons te laten passeren.
Maar toen begon de ernst des levens weer, want S.V.W.. Baarn en V.F.C. waren óók kampioen en wil
den wel eens zien wie er zou promoveren. En dat waren wij dan (mét S.V.W. overigens^ Op de 2de
Pinksterdag werd S.V.W. na eindeloze spanning met 2-1 bedwongen, terwijl op 7 juni Baarn ons op
1-1 hield V F C. kostte minder moeite en dat het tenslotte van 5-0 nog 5-2 werd kwam meer door
het jaargetijde dan door het tegenspel. Toen dan tenslotte nog één punt op S.V.W. (1-1) werd behaald
was onze Good Old, eindelijk sinds 1942 weer: Terug in de eerste klasse. En nu de mannen die dat
heldenfeit bevochten hebben en tot en met 21 juni voor de blauw en witte kleuren gevochten hebben:
Hein Winter (22), Paul Bouwman (22), Hans Winter (21), Gerard Molenaar (22), Henny ij uizen
(22) Freddy Jansen (22). Walter Dekker (20), Leo Molijn (20), Cees de Nijs 19) Nico van der Lee
(20) Jan v. d. Maesen (10), Jack Moolenaar (12), Peter Engelenberg (6) en Koos Veltman (2), terwijl
E Thole en T Geerling ieder één maal het strijdperk betraden. Goals werden er maar liefst 75 ge
scoord waarbij als 'kanonnen' vooral Paul Bouwman (28) en Freddy Jansen (18) optraden. Maar hiermee
zijn wij toch allerminst uitgehuldigd. Want buiten het veld (nou ja buiten) waren het toch de grote
mentale en tactische strategen P. C. van Houten van wie wij aan het einde van dit seizoen afscheid
zullen moeten nemen en trainer Cor Steeman de wonderlijkste trainer die wij ooit gehad hebben en die
niet van een H F C.'er te onderscheiden was. Maar daar was de koek dan ook mee op: Tweede drie van
boven Vierde zevende bovenste helft en de rest tot en met 12 in de onderste regionen, terwijl het zesde
zelfs degradeerde. Junioren A eindigde in de interregionale competitie zeer goed op de tweede plaats (met
jongetjes als Frans van Buchem, Eric Kammeijer, Gerard Koenders, Bob Lindeman, Johnnie Honnef en
Gerard Koenders) terwijl de Aspiranten A de top bereikten.
Een jaar om niet snel te vergeten zeiden wij in de haanhef en dat was het dan ook. Mochten de
prestaties op het groene veld reden tot vreugde geven, in onze gelederen vielen grote gaten, iets wat bij
een oude club niet te verwonderen valt, maar zelden werden wij zo getroffen als in dit seizoen: Dr.
C Spoelder Jo Verwey, Job Thöne, Nico Walther, Mr. Flip Jurgens, Jan Goosens Sr., Jo Lamp en
W. H. R. van Maanen ontvielen ons, allen zonder uitzondering enthousiaste H.F.C.'ers die wij node
missen.
Onze voorzitter P. C. van Houten werd benoemd tot vice-voorzitter van de Nederlandse Sportfederatie
en ons aller Tonny de la Mar vierde zijn 12V2-jarig bestaan als bestuurslid. Nico van der Lee en Paul
Bouwman werden in se,lectie-elftallen gekozen.
Vanzelfsprekend drukten de resultaten van het eerste elftal hun stempel op het clubleven: vele spontane
feesten werden georganiseerd naast de traditionele pot-, biljart-, bridge- en pingshot-avonden.
39