Mensen als HERMAN VAN BEEM zijn dun gezaaid
HANS LIGTENSTEIN
Bladerende in het gedenkboek, uitgegeven bi; het veertig-jarig bestaan,
komt men o.a. de naam H. J. van Beem tegen als speler van H.F.C.
V in het seizoen 19171918! Beweegt men zich in 1969 op onze velden
op zondagmorgen of -middag, dan ontbreekt daar niet het elftalcom
missielid Herman van Beem, aldus ruim vijftig jaar geacht lid van onze
club. Dit op zichzelf is op deze plaats al een eervolle vermelding waard.
Zijn voetbalactiviteiten speelden zich voornamelijk af in het tweede
elftal, waarin hij vele seizoenen de linksbuitenplaats bezette. Hij was
snel en gevaarlijk door zijn perfecte voorzetten, waaruit vele goals zijn
geboren. Een vaste plaats in het eerste elftal heeft hij niet kunnen ver
overen, hoewel hij 17 maal voor ons keurteam uitkwam.
Na zijn actieve loopbaan gaf hij zich met groot enthousiasme over
aan het samenstellen van de elftallen; kortom hij werd lid van de elftal
commissie en dat is hij op de huidige dag nog. Hij doet dit werk op
een zeer serieuze wijze. Of het nu een plaats in het eerste of het twaalfde
betreft, dat maakt voor Van Beem geen verschil. Weldoordacht komt
door een goede kennis van spel en speler de juiste man op de juiste
plaats. Hij is altijd op talentenjacht in de lagere elftallen, waarvoor hij
zondag aan zondag, weer of geen weer, in Velsen of Hillegom, op pad
is. Zijn critiek is dikwijls niet mals, maar ook zijn waardering, indien er iets goeds is te zien,
niets onder stoelen of banken.
Ondanks alles blijft Herman van Beem een bescheiden figuur, die onopvallend zeer veel werk voor
de club doet. Zijn administratie is perfect in orde, waarvan het bijhouden van de competitiestanden
een voorbeeld is.
Zijn benoeming tot lid van verdienste was dan ook een gebeurtenis, waarover ieder zich verheugde.
Wij hopen, dat de H.F.C. nog lange tijd op de steun van Herman van Beem mag rekenen, want
mensen als hij zijn maar dun gezaaid in onze vereniging.
j. p. v. B.
Voor velen onzer is het eigenlijk nog maar moeilijk te bevatten, dat de 'Prof niet meer in ons midden is.
Als oudste van de drie Ligtensteinen had hij als Bestuurslid, Jeugdleider, Redacteur van de H.F.C.-er,
gedenkboekenschrijver, maar bovenal als trouw vriend een zeer grote plaats in de H.F.C.-gemeenschap. In
sommige gevallen voeg je aan zo'n zin dan nog het woord 'veroverd' toe, maar niet bij Hans, die iedere
veroveringszucht of streberij vreemd was.
Een van zijn grootste genoegens was te zien, dat hij anderen een plezier gedaan had. Zijn grootste
ergernis was onrecht en onbetrouwbaarheid.
Zijn voetbalcarrière heeft zich altijd in de lagere regionen afgespeeld in elftallen, waar de meest wonder
lijke figuren elkaar steeds troffen, om meestal onder zijn leiding tot een hecht en breedsprakig team te
worden opgeleid. De wijze waarop hij moeilijkheden op het veld oploste was een voorbeeld voor de
jongere generatie, waarbij de 'sense of humor' de boventoon voerde en iedere vorm van grofheid ontbrak.
In het vorige H.F.C.-boek zijn zijn kwaliteiten als lid van vele commissies reeds genoemd en zijn deel
der jaaroverzichten zijn (en heus wij weten waar wij over praten) niet te imiteren.
Wij missen hem nog steeds, doch zijn blij hem gekend te hebben.
We kunnen slechts hopen, dat de H.F.C. ook in de toekomst zulke mensen onder haar leden zal blijven
hebben, waarvan gezegd kan worden: 'Een H.F.C.-er zoals je er zelf een zou willen zijn'.
R.F.
52