In 1925 was dr.cees spoelder de opvolger geworden van 'Snor'
Kaars Sypesteyn als voorzitter. Het Lidmaatschap van Verdienste
was net ingesteld en Kaars Sypesteyn was de eerste die deze onder
scheiding ontving, omdat hij de club door een bijzondere moeilijke
)de naar betere tijden had geloodst. Als trainer was Bob
denning aangetrokken, een man die ook het Nederlands elftal
onder zijn hoede heeft gehad.
In de spelregels waren veranderingen aangebracht. 1Buitenspel,
minstens 2 tegenstanders in plaats van 3 voor de aanvallende speler.
2. Ingooien, voortaan van achter de lijn in plaats van er op. 3. Uit
een corner mocht nu meteen worden gedoelpunt.
Door de jaren heen was Pim Muiier de 'grand old man' van hfc
gebleven. Actief was hij o.m. als redacteur van 'De HFC-er'. Sinds
de geboorte van het Nederlandse voetbal, eigenhandig door hem
bewerkstelligd, was Muiier betrokken gebleven bij de ontwikkeling in
deze sport. Hij had de wereld in ruim zestig jaar tamelijk snel zien
veranderen, de uitwerking daarvan op de sportbeoefening en het club
leven gesignaleerd en bezag de zaken nu met een relativerende,
brede kijk. In het dikke jubileumboek (1879-1929) belicht Pim
Muiier in enkele stukjes dat er in het voetbal meer was veranderd
dan de spelregels. Tevens blijkt er uit dat hij nog altijd het élan heeft
om zijn jonge vrienden aan te sporen om toch vooral niet te ver
slappen.
'Maar het spel is een volksspel geworden, voor héél het volk helaas
niet meer, de studeerende jeugd en de eerste standen gevoelen zich
meer aangetrokken tot lawntennis en hockey en golf... Het feit is er
nu en moet aanvaard worden...'
Geen reden voor Muiier om daar pessimistisch onder te worden,
want:'Dankbaar wil ik ook zelf getuigen van iets, wat ik meen te
hebben geconstateerd, het feit nl. dat de noodzakelijke ondergang der
clubs uit de gegoede standen (of hoe men ze noemen wil) tegenover
de volksclubs, meer en meer een chimère begint te lijken, in ieder
geval niet die reuze-afmetingen heeft, die men er aan heeft meenen te
mogen geven, een gevaar, waartegen men allerlei kunstmiddelen aan
prijst. Wel zal - en dat is logisch - het lichaam van een stevigen,
sober levenden werkman sterker zijn en over meer Ausdauer, taai
heid, volhoudingsvermogen blijken te beschikken, dan dat van een
scholier of kantoorman, maar daar kunnen de laatsten brainwork,
soberheid en training tegenover stellen. Ook het gevaarlijke, gemeene
spel moet men waarlijk niet bij volksclubs vreezen. Die spelen als
regel keurig...'
'Het spel zeifis veranderd. De competitie is 'n voor alsnog onmisbare
Onder de profielschets van dr.C.Spoelder het
HFC-bestuur van 1929 achter de groene tafel.
V.l.n.r.: A.IJ.v.d.Meulen, dr.F.C.Kuipers
(vice-voorzitter), jhr dr. J.C.Mollerus (secr.),
dr.C.Spoelder (voorzitter), A.van Lennep
(penningm.), J.van Eeghen en dr.H.M.P.M.
Eysvogel.
