...de drank en
de dame maken
zeker deze plek
zo fijn...
Ondanks of dankzij de boze baron kon de HLTC in 1922 de huidige
locatie betrekken. Twee rode gravelbanen werden aangelegd, in 1925
gevolgd door een derde. Het ledental bedroeg toen 87, vergeleken met
het aantal van 35 in 1910 een flinke stijging, een stijging die eerder door
voorzitter en penningmeester werd tegengehouden, omdat die het pret
tig vonden als het op de club niet te vol was, dan konden zij hun singel
tje spelen en hoefden niet te wachten. Plotseling begon de Houtgeest
weer te zingen:
'Is 't de drank of de dame
of 't geld en de reclame
wat maakt nou eigenlijk de plek zo fijn?'
Hij stopte en keek me aan alsof hij een reactie van mij verwachtte.
Enigszins bevreesd weer terecht te worden gewezen, begon ik: 'Ja een
drankje op zijn tijd is wel lekker, zeker na een inspannend tennispartij-
tje. En wat de dames betreft: Pim Muiier zag het tennissen al als 'een
goed middel tot het bij elkaar brengen van personen van beiderlei kunne
uit de betere kringen'. En bovendien is tennis niet voor niets de enige
sport waarbij je with love probeert te winnen. De drank en de dame
maken zeker deze plek zo fijn.'
Met het geld en de reclame ligt het wat anders. De tijd dat een
HLTC-lid tijdens de Algemene Ledenvergadering kon opmerken dat, als
de kas van de club uitgeput zou raken, er altijd wel mensen zouden zijn
die dan willen helpen 'de kas te stijven' ligt, vrees ik, toch wel achter ons.
Geld en reclame zie ik toch meer als een noodzakelijk kwaad.
'Over geld gesproken', onderbrak de Houtgeest mij, 'ik herinner mij
dat de gemeente Heemstede in 1922 een huur rekende aan de HLTC van
350 gulden per jaar. In 1927 werd door Koningin Wilhelmina goed
gevonden en verstaandat onder andere de Spanjaardslaan en omgeving
door Haarlem werd geannexeerd, waardoor eindelijk de Haarlemsche
verenigingen weer op Haarlems grondgebied konden spelen. In 1929
werd er een vierde baan aangelegd, het ledental steeg toen van twee- naar
driehonderd. Maar verder ben ik niet zo op de hoogte van de geschiede
nis van HLTC na 1960, want zoals ik al opmerkte, voelde ik me na het
kappen van de oude lindes niet meer zo thuis aan de Spanjaardslaan.'
'Voor zover ik dat kan, wil ik U wel op de hoogte houden van de rest
van de geschiedenis', zei ik, blij de weinige feiten, die ik bij mijn speur
werk in de archieven had gevonden, te kunnen spuien.
De huurprijs van de banen bleef alleszins redelijk. In 1973 werd
slechts het dubbele gevraagd van het bedrag van vijftig jaar eerder. En in
45