.zoals zo vaak was Rotterdam actiever dan Amsterdam. kampioen was geworden. Toen hij enige tijd daarna naar Nederland terugkeerde stond een grote groep familieleden op de kade in IJmuiden de boot op te wachten. Bij het aanmeren gooide hij hun een pakje siga retten toe waarop hij de vraag had geschreven hoe HFC de laatste twee promotiewedstrijden had gespeeld, omdat het aan boord onmogelijk was geweest aan deze waarde volle informatie te komen. Niet-HFC'ers grijpen vaak 's maandags naar de krant om de resultaten van de Good Old te weten te komen. Dat gebeurt vaak wanneer deze mensen HFC'ers in hun omgeving hebben, maar ook uit pure belangstelling voor een club waarmee ze zich verbonden voelen. In Nederland zijn buiten Haarlem vaak kernen ontstaan van (oud-)HFC'ers, die regelmatig bijeenkwamen om gezellig een borrel te drinken. In Amsterdam schijnt dat ook gebeurd te zijn, maar zoals zo vaak was Rotterdam ook in dit opzicht veel actiever. Daar werd gedurende vele jaren in de Bierhandel De Pijp zo'n drie maal per jaar een borrel gehouden onder aanvoering van niemand min der dan Piet van Houten. Hij besliste ook wie er aan deze borrel mochten deelne men. Woonachtig zijn in Rotterdam speelde een rol, maar in dienst zijn van een bedrijf dat een filiaal had in deze stad, zoals Albert Heijn in Zaandam waar Piet Ligtenstein werkte, rekende hij ook goed. Ook als je, zoals Henny Wijkhuizen, stu deerde aan de toenmalige Technische Hogeschool in Delft - tenslotte ligt Delft in de buurt van Rotterdam - vond Piet je goed genoeg. De grote tafel in De Pijp bood soms maar net plaats genoeg voor iedereen. Het borrelgezelschap dankte zijn ontstaan aan de tentoonstelling E55 (gehouden in 1955 in Rotterdam) toen Piet van Houten - samen met enkele andere bekende Rotterdammers, onder wie Hans van Everdingen, een vooraanstaand lid van VOC - een aantal HFC'ers had uitgenodigd om de E55 luister bij te zetten. Dit gezelschap, waarin Van Everdingen altijd een prominente plaats heeft ingeno men, bleef meer dan 25 jaar overeind en telde gemiddeld ongeveer dertig leden. HFC doet er veel aan om de op afstand wonenden bij de club te betrekken. Het reünistendiner of de reünistenlunch is een uitstekend initiatief, terwijl er bij het naderen van een lustrum alles aan gedaan wordt deze categorie leden te interesse ren, vaak met heel goede resultaten. Anderen dan ik kunnen vast wel sterkere ver halen schrijven over ervaringen waarbij de afstand met HFC een rol speelt, maar uit al die verhalen zal blijken dat die afstand eigenlijk maar gering is. Dat hebben we mijns inziens te danken aan het feit dat in een vroeger stadium aan de Spanjaardslaan een hechte band met HFC is gesmeed. Daar werd en wordt gewel dig goed voor alle leden gezorgd in een sfeer die uniek mag worden genoemd. Zoals zovele Nederlanders is Tom Hoyer tijdens de Tweede Wereldoorlog in verschillende jappenkampen in het toenmalige Nederlandsch-Indië geïnterneerd geweest. Zijn enige bezitting was een klein plunjezakje met daar in... dit jubileumboek van HFC. In zijn moeilijkste uren las hij over zijn club aan de Spanjaardslaan. Aangevreten door tropische insecten is dit een van de meest dierbare stukken uit ons archief. Tom Hoyer. 109

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jubileumboeken HFC | 2004 | | pagina 113