Genaaid of gebonden .zijn zijden voetbalbroekje scheurde en zijn piemeltje schoot eruit. Good Old als literaire inspiratiebron Wim Vogel Wie meent dat de band tussen de vaderlandse letteren en de Good Old bijzonder is, komt bedrogen uit. Natuurlijk, we weten dat Herman Gorter (1864-1927), de dichter van de 'Mei', als verwoed voetballer, maar vooral cricketer, heel wat middagen aan de Spanjaardslaan heeft doorgebracht, maar in zijn oeuvre is daar niets over terug te vin den. En wie de eerste vijfentwintig nummers (1994—2000) van het trendy magazine Hard Gras' doorbladert, stelt vast dat volgens de redactie van dat tijdschrift voetbal kennelijk een uitvinding is uit het midden van de jaren zestig. U weet wel, toen voetbal oorlog werd. Over HFC geen woord! Gelukkig hebben wij Apie Prins (1885-1958) die in zijn hilarische autobiografie 'Ik ga m'n eige baan' (1958) prachtige impressies geeft van de Heemsteedse en Haarlemse beau monde rond de vorige eeuwwisseling. En precies rond die jaren zit Apie ook op het Stedelijk Gymnasium en voetbalt hij bij HFC. Hij maakt deel uit van het elftal "dat in 1900/01 onze Club weer terugbracht in de 1' klasse met zijn leider M. Loosjes." Ook in 1902/03 "toen, door 't geweldige werken van ons Eerelid M. Loosjes, onze Club tot de beste in de 1' klasse behoorde" speelt hij in het Eerste en met datzelfde elftal wint hij het seizoen daarop de befaamde Holdert Beker: een massief zilveren beker en voorloper van de KNVB Beker of wel de huidige Amstel Cup. Voor Apie Prins en zijn clubgenoten was het: "...een uitgemaakte zaak dat H.F.C. de Good Old de netste club van Nederland was. Ten eerste omdat we geen bonte kleuren hadden zoals Haarlem' (een rood broekje met een blauwe trui en geeneens een shirt!). Ons kostuum bestond uit een wit tennisshirt en een gewoon donkerblauw lakens broekje. Ten tweede omdat we altijd keurig op het veld kwamen met prachtige scheidingen - meestal in het midden - en ons zelfs met halftime wasten en ver kleedden om de indruk te maken alsof we pas begonnen. Dat waren we ver plicht tegenover de elite van Haarlem die op de gereserveerde tribune zat. Ten derde omdat we altijd fair speelden en nooit 'op de man' en nooit opzettelijks hands maakten In het elftal van Apie speelde ook Pim Muiier, de oprichter van HFC. Hij speelde niet in zo'n 'gewoon donkerblauw lakens broekje' maar in: "...een dun hemelsblauw zijden voetbalbroekje dat we hem allemaal benijd den, maar het had ook zijn nadelen. Hij speelde rechtsbuiten. Op een keer dat hij de bal had en langs de lijn vloog, scheurde het en schoot zijn piemeltje eruit tot grote vreugde van de juniores die langs de lijn achter de afzetting stonden en tot grote consternatie van anderen. 'Pim, Pim!' werd er van alle kanten geroepen, maar Pim rende door ofz'n leven er van afhing tot hij een voorzet gaf die even te ver aankwam, net op de lat. Achter! Toen kwam hij tot be- 'Piem' Muiier. 114

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jubileumboeken HFC | 2004 | | pagina 118