Dinsdag 10 Januari in Thalia
Zang van JAM1B KRUGER Altzangeres.
Muziek van „Kunstkring".
SprekersProf. J. van Rees, T. Vleeming.
iauilstrul
ügiiiieriaai
Adverteert in ditlMad
LEVERT: Wed. J. ZWAAN
CADEAU
ALBERT HEIJN
piis Oidirisniig
Neutrale [Goede Tempelieren
Zie Aanplakbiljetten.
Thalia Theater IJmuidcn-.
Ensemble JACQUES SLUIJTERS
VRIJDAG 6 JANUARI 8 UUR
Kwaliteit Superfine
Heel Mrlaii zint
- Grahamstraat 2
SPECIALE AANBIEDING
0 voor 35
cent
ORANJESTRAAT 12 - IJMUIDEN.
BEGINT
leest het strooibiljet in IJmnidens Advertentieblad
De verborgen vallei
Ie Baif 2-, i 2e Beit f 1.25,3e Bui f 0.75,4e Eatifl 50
an rfon PLANTAGE SCHOUWBURG te AMSTERDAM
<foh<s één enk«l« Boit<pngewone
f»p» o«ring v. h. Weretd-Siaccesifituli
Schets nit he Matreeën en EolenialeBleTen in 5 bedr^jT» utbb
HEKMAN BOUBER
Zaegteksten van LOUIS DAVIDS Jr. Maziek v. MARGIE MORRIS
R-gieMAURIT3 RE VRIES
BESRIJVENle. D« Jaiijes zwaaien af. 8e. De Balzaal van
Tiaie Piet. 3e. Het vertrek van de PrinseB Amalia. 4e. Ib di Oost.
5 B ack en Brnin
Meer dge 800 malen door bovengesoewd Gez»l*8fe»p i*
1»» Pi*nt»g«.Sekonwbnrg te Amsterdam voor „UITVKREOCHTE j
HUIZEN" opgevoerd.
Sas,tierend gemonteerd. Ni?ewe decors v&b Ceiaot en FiUrski
jq Groots# dorst A Zoon. Costumes van A. Serné Zoon
0rk®8t under leiding *an A RozeBboom.
Wordt nooit verliefd
PRIJZEN »ER PLAATSEN!
h> gd m«t Sted. b Mastisg en 10 pCt. autenrsreebten.
P sst»bespreki>g al* ésge ^Jts van 12 tot 2 uur.
tts
Alle soorten BINDWERK in eenvoudige
en Moderee uitvoering;
DOOZEN voor alle doeleinden
PORTEFEUILLES
HERSTELLEN van Uoozea, etui's, enz.
Speeiaie inrichting voor het R»par«eren en
Sehoo*B3*kea van Schtlderfy en
Pertretljjslen
Ceneurreerend in prgs en Kwaliteit
By aankoop van. een pond Hjjut
fa 15 Cent
Ken hftlf pond
ALLEEN OP
WOENSBAG 4
BON1ERSAG 6
VRIJ9AG 6
ZATERDAG 7
MAANDAG 9
DINSDAG 10
JANUARI 1922
82 WINKELS DOOR GEHEEL NEDERLAND.
R 795.
H. MA,FEE Fzn.
«aSTÊLST*. 12, uaviois
SEVEFLT ZICH BELEEFD AAN VOOR
ALLE DAARTOE BENOODIQDE
WFRK7AAMHFDEN. :i—
N oord- Hol I Jtndsche
Be wakings - Maat ij.
Onnteftln
Kantoor i
J uiianakade lérood - Wmuiden
Telefoon 411
Levering van vertrouwde
Wakers in Fabrieken, Werk
plaatsen, Schepen en Terreinen,
in combinatie.
Zeer billijke prijzen,
Directie: J. van Dantsig
FEUILLETON
Propaganda-Kunstavond
De Jantjes
Als de tros word los geime en I
Als je huilt ben je een stekker
Nou tsbé dan
1022
EEN COED BEGIN
ONZE BALANS-OPRUIMING
Zaterdag 5 uur
p. BOTMAN
door HULBERT FOOTNER,
voor Nederland bewerkt door
L. ALETRINO.
6.
„Wie is ze?" vroeg Staley.
„Ik mag hangen als ik 't weet," zei
Wes'. „Ze komt zeker niet van het
Campbell-meer. Ze zegt, dat ze naar dat
nest van jullie gaat."
„Ze is gistermorgen vroeg op een
klein vlot de rivier afgekomen," lichtte
Matthews, de machinist in. „Het was
vijf uur, schat ik zoo. Ik kwam aan dek,
om eens naar de lucht te kijken, en zag
haar landen beneden Thomson's pak
huis, daar. Ze dacht, dat niemand haar
zag, en duwde het vlot den stroom weer
in."
„Het is sluw tuig," meende Staley.
„Als blanke weet je nooit recht, wat je
er aan hebt."
Zij zetten het gesprek over Nahnya
voort met een vrijmoedigheid die Ralph
deed knarsetanden. Om geen achter
docht op te wekken, was hij genood
zaakt een effen gezicht te trekken en
mede deel te nemen aan het gesprek.
Tot dusverre had Ralph het viertal be
schouwd als „geschikte lui", en hij had
hij Maroney met hen gedronken als
ieder ander. Nu leken ze hem een stel
vuilbekkende satyrs, die een man aan
zijn eer verplicht was stuk voor stuk
neer te slaan. Natuurlijk waren zij niet
slechter dan eerst; niet zij, maar Ralph
was veranderd.
Eindelijk zei Joe iets, dat Ralph het
summum van manlijke verwaandheid
toescheen: „Ik weet wel, hoe ik dat
soort aan moet pakken. Ik wil weten
wie ze is."
Hij ging de dekhut binnen met een
air als behoorde de geheele wereld hem
toe. Ralph zat op heete kolen, wierp
steelsche blikken in de richting van de
dekhut en spande zich tevergeefs in om
te hooren wat er gezegd werd.
Het gesrpek liep als alle dergelijke
gesprekken.
„Zoo, kindje!" begon Joe.
Het meisje wendde hem een effen ge
laat toe zonder eenige uitdrukking.
„Zoo!" zeide zij.
Joe trok een kist naast de hare en
ging zitten.
„Ik dacht zoo, dat je je misschien
verveelde zoo alleen," vervolgde hij
minzaam.
„Ik houd van alleen zijn met mezelf,
ik," zeide zij, met een gemaakte naïeve-
teit in houding en manier van spreken.
Joe keek haar scherp aan. Haar oogen
hield zij zedig neergeslagen. Hij consta
teerde, dat ze in 't minst niet beleedigd
was, en ging voort:
„Hoe heet je, kindje?"
„Mary Black, om u te dienen,"
„Waar lig je thuis?,,
„Mc. Ilwraith-meer. Mijn vader die
heet Jack Black.. Hem zeer goed jager."
Haar schuwe, vreesachtige manieren
moedigden Joe sterk aan. Dat zaakje
liep prachtig. „Waarom leef je in de
bosschen?" zeide hij minzaam. „Dat is
niets voor een meisje dat er zoo goed
uitziet als jij zoo onder die wilden."
Zij haalde onverschillig de schouders
op.
„Je moest hier aan de rivier zijn daar
is wat te doen. Blanken weten hoe ze
het leven moeten genieten."
„Ja," zeide zij onderworpen.
„Als je op het Fort kwam, zou je alle
meisjes de loef afsteken. Ze kunnen
niet bij je halen!"
„Ik daar geen huis," zeide zij.
„Dat is gemakkelijk te verhelpen. Ik
zal je een blokhuis bouwen."
„Ik zal er eens over denken," zeide zij.
„Op 1 Juli is er een reuzenfeest op het
fort," ging Joe verleidelijk voort. „Wed
strijden en vuurwerk en er wordt
gedanst, en iedereen heeft vrij eten en
drinken. Zou je dat prettig vinden?"
„Ja, mijnheer."
„Nou, kom dan eerst mij halen, dan
gaan we samen op een vlot de rivier af."
„Dank u," was het antwoord.
Joe, vol blijdschap over de vorderin
gen die hij maakte, trok zijn kist dich
ter naar haar toe en legde een hand
palm op een van haar tengere polsen.
Ralph, die de beweging zag, beet zich
opnieuw op de lippen.
„Je bent een verstandige meid," vond
Joe. „Jij en ik zullen goede vrienden
worden. Ik ben een goede kerel, al zeg
ik het zelf. Een meisje dat er goed uit
ziet, kan van mij gedaan krijgen wat ze
maar wil."
Het meisje trok haar kist een eind
weg. „Ze zien u buiten," zeide zij waar
schuwend.
Joe lachte vettig. „Ben je bleu hé?
Nou, dat mag ik wel, zoo'n beetje
schuw den eersten tijd. Later, als er
niemand in de buurt is, spreken we el
kaar nog wel eens nader."
Met het air van een overwinnaar
keerde Joe naar de anderen terug.
Ralph's rechtervuist balde zich onwille
keurig samen bij het zien van zijn vet
tige zelfgenoegzaamheid, maar hij
moest zich voor het oogenblik ertoe be
palen, de plekken uit te zoeken, waar
hij hem graag zou raken.
„Aardige meid," knikte Joe goedkeu
rend. „Heel aardig."
„Hoe heet ze? Waar is ze vandaan?"
vroeg Staley.
Joe herhaalde wat ze hem had ver
teld. Ralph haalde ruimer adem.
„Ze heeft gelogen," zeide Stanley
kalm. „Zes jaar lang kom ik geregeld
aan het Mc. Ilwraith-meer. Ik ken die
streek dus; alle lui die daar van daan
komen zijn klein, en hebben de oogen
vlak bij elkaar."
„Nou,misschien is ze een half-
blanke," onderstelde Joe.
„Ik heb haar aan het Mc. Ilwraith-
meer nog van m'n leven niet gezien,"
zeide Stanley. „En ik ken ze daar alle
maal. Er is niemand die een goed jager
is en Jack Black heet. Ze heeft je voor
den mal gehouden."
„Kan me niet schelen," zeide Joe, „ze
ziet er niet slechter om uit."
In den loop van den namiddag zoch
ten de andere drie mannen elk een ge
legenheid om het meisje aan te klam
pen; Matthews, de cynische Schot, Sta
ley met z'n bleek scherp gezicht, en de
lummelachtige oude Wes' met z'n wa
terige oogjes. Het meisje deed tegenover
allen hetzelfde; zij was eenvoudig,
vriendelijk en onverschillig. Ralph wist
niet wat hij aan haar had. Hij kon dit
alles moeilijk verdragen. De ongege
neerde grofheid der mannen ergerde 1
hem, maar ook was hij boos op Nahnya, z
dat zij deze niet scheen te voelen. In de 0
schoonheid der rivier vond hij niet het T
minste behagen meer.
Tegen het donker meerden zij aan een
boom op den oever, en wierpen een f'
plank uit. Onder de pijnboomen werd r
een groot vuur aangelegd, en toen de k
duisternis geheel was gevallen, vorm-
de het een fantastisch clair-obscur in
rood en zwart; het vuur oplaaihnd on-
der de groote boomtakken, de silhouet-
ten der halfblanken die druk in de weer G
waren met het bereiden van het avond-
maal, en terzijde van de rivier de kleine r<
stoomboot, die haar voorsteven in den
vuurgloed scheen te steken.
Toen het avondeten klaar was, groe- 11
peerden zich de vijf blanken om het
vuur, maar het meisje nam, ondanks
de welgemeende en geestige uitnoodi-
ging van vier hunner, haar deel mee *-•
terug naar de boot.
„Laat haar maar," zei Joe. „Ze is veel V(
te trotsch om in gezelschap te eten."
Zijn toon van gezag was Ralph bijna ia
te veel. Joe leverde zooals hij daar zat M
met de beenen over elkaar, zijn buik 9C
neerhangend over zijn knieën, geen ver- w
heffenden aanblik op. Hij had zich van
alle overtollige kleederen ontdaan. Hij sc
at en dronk met smakkend tonggenotte
en zijn wangen en de kale plek op zijn
hoofd werden purper van inspanning, w
Een vetachtige zwarte lok hing hem111
over het voorhoofd, en theedruppelste
vielen van de lange punten van zijn1^
snor.
Wordt vervolgd.