ORGAAN VOOR D
LSEN
4
t
t
Vemhjjnt Woessdsgs Zaterdags
No. 19
Zaterdag 5 Januari 19S4
9e Jaargang
IJMUIDER COURANT
Aoor nementsprijsf 1.per 3 meenden, franco per pcsl f 1.35
Aboi nementen worden aangenomen aan hel Bureau en bij de
Agerten. Tot plaatsen van advertentiën van Buiten de gemeente
VEL itN in dit blad is uitsluitend gerechtigd het Advertentie-
bureau P. F. C. ROELSE, IJMUIDEN. -
Advertentiën uiterlijk in te zenden
WOENSDAG tot 0 uur v.m. en VRIJDAGS tot 4 uur n.m.
Uitgave van de N. V. UITGEVERS Mij. „IJMUIDEN"
ADRES VOOR REDACTIE EN ADMINISTRATIE
- N. V. DRUKKERIJ SINJEWEL - -
Willemsplein 11 Telefoon 153 IJmulden
Ingotond# m«d.d..liagSa «I cti. per regel - AdTertontic» 11. en m. S regel.
i* j'd"' ™sel m"«J 20 «t«-Compart gelette advertentie» van 1 t.eam. S
ragola fl.SS, iedere regal meer Ji cta. Kleine advertentiei en familieberiohten
loomed, v.reeniglng. advertentiei mt de gemeente, nitelnitend bg Toomitbeta-
ling, van 1 tot en met 6 regel. 10,76, iedere regel meer 15 et». Bg nieteontaate
5'1M°5.W,8óf F'"" prF"n korekead - Adrertentie, .adrea bureau ,.n
alt blAfl' 10 fttl. nrtrn mrtr hatnrmmr» «n» .J
a;* wi-j. in r fuaxutsiloiikioB gaarea Bureau tan
dit blad' 10 cti. extra; xoor besorging ran op advertenties ingekomen brieven
rekening g«bracht Bovenstaande regelpryzen worden met
d voor advertflntiAu tmn kult., j. u»
wordt 10 ets. in
6 ets, verhoogd
ww - Aogoiuiyiocii women mei
voor advertenties van buiten de gemeente Yelsen
DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE
BLADEN. EERSTE BLAD
DRINGEND VERZOEK
ow bij verhuizing bet oude en
het nieuwe adres, NIET aan
dei- looper, doch aan ons bu
reau WILLEMSPLEIN 11, op tê
KI en Do Administratie.
Kleine Advertenties
en Familieberichten kosten bi)
VOORUITBETALING
slechtsl5 Cent per regel.
F—:
t
De maand November voor de
schatkist.
Bijna 11 millioen is er in Nov. van dit
jaar minder in de schatkist uit allerlei
bronnen van inkomsten gevloeid dan in
dezelfde maand van '22. Nov. '22 had
een extra hooge totale ontvangst van
bijna 51 millioen; maar ook al houden
we daarmee rekening, blijft toch de da
ling onrustbarend groot.
De beide bronnen, die zooveel minder
gaven, waren de inkomstenbelasting
en de successierechten. Deze laatsten
vormen een wisselvallig middel. Ster
ven er in een maand een paar millio-
nairs, dan geeft dat de volgende maand
een zoet voordeeltje aan de schatkist.
Maar een teeken van verarming, van
achteruitgang en verval van vele ge
zinnen is de mindere opbrengst der in
komstenbelasting. Ook de jenever
accijns bracht minder op dan in Nov.
'22; het verschil is f 383000. Dit wijst
niet alleen op verminderd gebruik,
maar op toegenomen ontduiking. Er
wordt veel over de grens gesmokkeld
en ook clandistien gefabriceerd. Hoe
hooger de accijns is, des te meer voor
deel brengt het ontduiken der jenever
belasting. Een minister van financiën,
die drankbestrijder is, verkeert in een
moeilijk parket. Hij moet als minister
blij wezen, als ook deze bron van in
komsten rijk vloeit, maar het moet hem
tevens bedroeven, dat er nog zooveel
gedronken wordt. Met het eene oog
lachen dus en met het andere schreien!
Bedenkelijk is ook de daling van
ruim drie ton bij de invoerrechten in
Nov.; dit wijst immers op een verflau
wing van het handelsverkeer. De koop
kracht van ons volk is afgenomen en
daarom kunnen we minder uit het bui
tenland koopen dan vroeger. Ieder land
is winkel en kooper tevens. De winkel
moet het druk hebben; er moet veel
uitgevoerd worden, maar een volk
moet ook de middelen hebben, om in-
koopen te doen. Het best is, dat de
waarde van in- en uitvoer elkander zoo
ongeveer dekken. Onze uitvoer is sterk
achteruitgegaan en de invoer hierheen
daalt ook, om dat de ondernemings
lust en de kapitaalkracht bij handel en
nijverheid door de malaise geleden
hebben.
De tabaksaccijns heeft een meerdere
opbrengst in Nov. van ruim drie ton.
De minister verheugt zich, als hij een
brandende sigaar en een rookende pijp
ziet en hij wordt zeker geen lid der an-
ti-nicotinebond. Wordt er zooveel meer
gerookt? Men moet niet vergeten, dat
deze belasting in Nov. '22 nog maar een
paar maanden geheven werd en dat het
altijd met een nieuwe belasting eenigen
tijd duurt, voordat ze haar volle op
brengst geeft.
In de eerste elf maanden van dit jaar
zijn de uitkomsten der verschillende
middelen voor de schatkist bijna 36x/2
millioen minder geweest dan in diezelf
de maanden van '22. December komt er
nog hij en zal dit jaar wel geen Sinter
klaassurprise gebracht hebben. We mo
gen het inkomen der schatkist dit jaar
gerust 40 millioen lager stellen dan in
'22. En de daling der opbrengsten voor
alle rubrieken van Rijksinkomsten zal
in '24 nog wel niet tot staan komen.
Als men meer uitgaven dan inkomen
heeft, moet men de eersten trachten te
verminderen of het laatste vermeerde
ren of, wat het verstandigste is, beiden
doen. De uitgaven kan men onderschei
den in onvermijdelijken, nuttigen, over
bodig. Zeker is het, dat er veel geld uit
de schatkist verknoeid wordt. De re-
geeringscommissie tot bezuiniging
heeft het in haar rapport duidelijk aan
getoond. Bij de nuttige uitgaven zal
men de tering naar de nering moeten
zetten. Onvermijdelijke uitgaven blij
ven.
De belastingdruk verzwaren zal wel
niet mogelijk zijn, wenschelijk zeer ze
ker niet. Maar er zou nog menig milli-
oentje gewonnen kunnen worden, in
dien niet een deel van inkomen en ver
mogen aan het fiscaal oog ontsnapte.
Dat oog ziet zeker scherper dan vroe
ger. Maar toch wordt er zeker nog tot
een belangrijk bedrag belastingen ont
doken. Bij de eigen aangifte slaapt ge
woonlijk het geweten, laat daarom de
fiscus daarbij des te zorgzamer waken!
De zieke man in het Oosten.
Zoo werd vroeger algemeen Turkije
genoemd, dat met een constant ledige
schatkist onder voogdij der Europee-
sche groote mogendheden leefde. In den
wereldoorlog leek het wel, dat de Tur
ken, althans hun Europeesch gebied
zouden moeten verliezen. Constantino-
pel bleef na den oorlog onder het toe
zicht van de geallieerde militaire macht
Maar sinds dien is veel veranderd. Tur
kije heeft groote mlittaire en diploma
tieke overwinningen behaald. ITet sürat
er financieel niet slecht voor; het heeft
tijdens de oorlogsjaren bijna geen pa
piergeld uitgegeven en het nieuwe Tur
kije, de republiek onder de halve maan
schijnt wel een groote toekomst tege
moet te zullen gaan.
Telkens ziet men in de illustraties het
portret van president Mustafa Kemal
met zijn vrouw, het bleeke gelaat vol
uitdrukking omlijst door een zwarte
hoofddoek, die haar hals en schouders
bedekt. Man en vrouw hooren bij el
kaar. Soms ziet men Mustafa in uni
form, soms ook in burger. Dan lijkt hij
een heel gewoon man en een Europe
aan: een ferm, open gezicht, elke trek
drukt kracht uit. Het is de man, die
Turkije uit zijn verval heeft gered.
Maar heeft Turkije inderdaad een
grootsche toekomst te wachten, is de
zieke man geheel hersteld en gezond
geworden?
Bolsjewisten en Turken zullen samen
(als een vloed uit het Oosten-Europa
komen overstroomen, zoo is wel ge
vreesd. Maar deze beicle landen hebben
genoeg met zichzelf te doen.
Turkije staat er economisch wanho
pig slecht voor. Een groot deel der
Turksche natie lijdt honger. „De uitga
ven van den staat zijn driemaal groo
ter dan de inkomsten niet tegenstaande
enorme hooge belastingen. Turkije
heeft zijn volkomen onafhankelijkheid
veroverd, maar het heeft aan die vrij
heid niets, zoolang de inwendige toe
stand zoo deerlijk slecht is. Dat geldt
vooral van Anatolië. Ook in andere pro
vincies is de oorlogswoestenij gebleven;
niets is herbouwd. Er ziin honderddui
zenden woningen puin geworden en ge
bleven. Wat is er van de vroegere be
woners terecht gekomen? Anatolië
heeft geen vee meer. De Turksche le
gers betaalden niets maar hamen alles,
wat ze noodig hadden, graan, vee. ver
voermiddelen. Zoo kon de Turksche re
geering goedkoop oorlogvoeren en be
hoefde het geen stapels papiergeld uit
te geven. Tering, geslachtsziekten en
malaria dunnen de bevolking. Om de
hooge belastingen verlaten vele hande
laars het land; de uitvoerhandel is bij
na geheel opgehouden. De soldaten, die
jaren aaneen geooriogd hebben, zijn
zonder pensioen naar huis gezonden.
Werk is er niet en het werken hebben
zij verleerd. Ze moeten toch leven en
voeren daarom als rooversbenden oor
log tegen de eigen natie soms zelfs on
der aanvoering van ge.vezen officieren.
Indien voormannen als Kemal, Ismet
Pasha en anderen niet in staat zijn Tur
kije weer tot de bronnen van welvaart
te brengen en het te leeren uit die bron
nen te putten, als ze niet het vele in den
oorlog verwoeste gaan herstellen, zal
Turkije nog zieker worden dan voor
den oorlog, want een volk kan van den
oorlog alleen niet leven noch door den
oorlog alleen sterk zijn. Turkije heeft
den oorlog met het zwaard gewonnen;
de Engelschen hebben hun onderne
ming naar de Dardenellen zien misluk
ken, de Grieken hebben zich op een
drafje voor de Turksche legers uit
Klein-Azië moeten terugtrekken, maar
nu staat het tegenover een anderen vij
and, den nood en de verwarring en Ke
mal zal waard zijn een groot man te
heeton, als het hem gelukt dien vijand
ook te verslaan. Hij heeft getoond ^et
zwaard te kunnën hanteeren, nu kómt
het er op aan met den troffel te werken.
Ingepakt brood.
Wat niet weet, wat niet deert, wordt
wel beweerd. Een dwaas en geen wijs
woord. Wie vergif in zijn eten naar bin
nen krijgt, zonder het te weten, zal toch
zeker de noodlottige gevolgen ervan
ondervinden. Men kan de vrees voor
gevaarlijke bacteriën zeker wel over
drijven, maar het is toch verstandig
zooveel mogelijk tegen die kleine, on
zichtbare vijanden op zijn hoede te zijn.
De bakker levert de beschuiten ge
woonlijk netjes in papier verpakt af.
Niemand raakt ze ir.de handen aan,
voordat zij door den kooper worden op
geborgen of gegeten. Die eenvoudige
maatregel van voorzichtigheid en zin
delijkheid wordt echter met het andere
brood gewoonlijk niet genomen. Men
krijgt om het brood hoogstens een klein
stukje papier, dat het echter maar ge
deeltelijk bedekt. En uit den kar neemt
de venter het brood cn geeft het van
hand tot hand. In de korf woelen vaak
meerdere handen, om het verlangde
brood te vinden. Het brood wordt door
een oud kleedje tegen stof onvoldoende
beschermd. Als men alles wist, zou
men het brood vaak 'niet lusten. Maar
erger dan vies is deze manier van be
handeling van het brood; het is ook een
gevaar voor de gezondheid. -De Engel -
sche hygiënist C. E. Goddard zegt. dat
het niet ingepakte brood besmet kan
worden door het stof van de straat,
door de vuile handen en door niezen
en hoesten. vVan elke viif brood en ge
kocht van wagens in het West End van
Tonden bleek er een aan den buiten
kant. besmet te ziin. Hij raadt daarom
dringend aan het brood in waspapier
in te pakken. Dat beeft nog een groot
voordeel, dat het brood Ar langer versch
in blijft. De korst wordt niet slap en
bet inwendige niet droog en kruimelig.
De kosten van dezen .maatregel zijn
maar gering. Tn Amerika zal niemand
brood koopen of meenemen, dat niet
goed ingepakt is, waarom zullen we
ten minste in dit opzicht niet Ameri-
'kaansch handelen?
Ons trof deze raad van Goddard, om
dat we juist een stapel broodén van on
der een kleed uit een vroegere kinder
wagen, thans transportmiddel van bak
kerswaren, in den modder zagen vallen.
Ze werden opgeraapt, weer onder het
kleed geplaatst en de ergste modder
werd er met een vieze mouw van een
ouden mantel afgeveegd. Smakelijk
eten! Wat niet weet, kan zeker deren.
Wie weet, hoevele en gevaarlijke ziek
tekiemen die brooden van de straat op
geraapt niet in den mond van den eter
zullen overbrengen.
Jongens en meisjes.
Jongens kunnen beter leeren dan
meisjes, maar meisjes zijn ijveriger en
leeren daarom beter dan jongens. Zoo
is de ervaring van meenigen leeraar.
Er is een onderzoek ingesteld nu ar de
bevordering van jongens en meisjes de
laatste tien jaar aan 16 der grootste
hoogere burgerscholen. Het resultaat
is, dat aan het eind van het eerste leer
jaar meer meisjes dan jongens bevor-
derd worden, dat geldt ook nog van het
i tweede leerjaar, maar dan komt er een
I verandering ten gunste van de jon-
gens en in het vierde leerjaar winnen
de jongens het van de meisjes. Zij
schijnen het snelle tempo van het lee-
1 ren in de hoogere klassen niet zoo goed
j te kunnen volgen als de jongens; aan
meerdere hoogere burgerscholen heeft
men dan ook een zes-jarige cursus voor
'j meisjes, die dan een jaar langer tijd
hebben en doen over dezelfde leerstof
als de jongens.
j Het is niet waarschijnlijk, dat de ijver
der meisjes in de hoogere klassen af
neemt, wel beginnen de jongens dan
meer ernst te maken met hun werk cn
dan behalen zij een voorsprong, door-
dat zij naar aanleg beter leeren kunnen
dan de meisjes.
Verkoudheid.
Bijna iedere mensch voelt zich per
jaar minstens een week ziek, zonder
het bepaald te zijn, rillerig en gedrukt,
heeft pijn in het hoofd en keel, lijdt
aan verkoudheid. Velen hebben zoo
ieder jaar wel een week of drie, vier be
dorven. Men is dan te ziek ,om opge
wekt zijn gewone bezigheden te doen
en te goed, om naar bed te gaan. Er
zijn duizend geneesmiddelen tegen
verkoudheid, omdat er geen werkelijk
geneesmiddel is. Men slikt heete thee,
citroen, anijsmelk, kamille, vlierbloe-
semaftreksel, drop, hoestballetjes, for
maline, aspirine en wat al niet meer,
gebruikt een stapel zakdoeken, is min
stens ver dagen slecht te spreken,
brommerig en humeurig en als men
dan goed en wel zijn verkoudheid kwijt
is, begint ze opnieuw. De een geeft den
raad, onder de wol te kruipen, de an
der om in den konden wind te loopen,
de eerl waarschuwt tegen tocht, de an
der spreekt van harden, de een zegt,
dat mpn zich dik moet kleeden, de an
der beweert nooit meer verkouden te
zijn, sinds hij zijn flanelletje in de lin
nenkast liet enz. enz.
Maar de geleerden zijn het over de
oorzaak der verkoudheid niet eens en
weten ook geen genees- of voorbehoed
middel. Hoewel verkoudheid leelijke
gevolgen kan hebben en zij voor iede-
ren mensch soms bepaald een vervelen
de last is, bekommert de medische we
tenschap zich weinig om de bestrijding
der verkoudheid. Trouwens haar hulp
wordt gewoonlijk niet ingeroepen.
Voor een doktersvisite heeft men im
mers een flesch Abdijstroop en volgens
de advertenties is dat middel proba-
tum.
De praktische Amerikanen bedenken
echter, dat er veel werk nagelaten
wordt, veel kracht en veel dagen voor
ieder verloren gaan door de kriebeling
in neus en keel met een drukkend ge
voel in het hoofd en algemeene loom
heid en matheid. Zij gaan daarom de
heele medische machinerie in werking
stellen, om het wezen en de oorzaak der
verkoudheid te ontdekken.
Dat wordt dus een wilde jacht op den
verkoudheidsbaccil. De medische we
tenschap staat echter in Amerika niet
hoog. Het staat zeer te bezien, dat zij
het doodende wapen tegen den vijand
zal vinden. Wellicht brengt zij het niet
verder dan den raad, om eiken dag een
schoonen zakdoek te nemen.
Spaarzaamheid en gemeenschapszin.
Spaarzaamheid is een deugd met een
schaduwzijde; deze heet gierigheid. Al
le deugden kunnen licht in een kwaad
ontaarden. Vandaar de bekende Fran-
'sche uitdrukking: de fouten van zii-i
goede eigenschappen. Fierheid wora
licht eigenzinnigheid, waarheidszin
lompheid.
Het gevaar der spaarzaamheid, dat
men te veel aan zichzelf gaat denken,
aan zijn eigen bezit, het behoud en de
WITTE I K U I S.
Stel niet uit lid te worden van hel
Witte Kruis tot dit noodig ia. Ziekt;
somt onverwachts, het noodlidmaat-
schap kost u dan 1 4.—.
Voor f 1.50 Contributie per Jaar du*
3 cent per week is men lid en heeft dan
recht op kostelooze hulp van een de*
wijkzusters en tevens gebruik van ver-
pleegmateria&l.
Opgave van lidmaatschap geliev?
men te richten aan den Administrate!!*
den heer J. F. de Liefde, Lagerstraat, t
te Veli>e.roorcU
vermeerdering daarvan, kan echter
weggenomen* worden, door de spaar
zaamheid met den gemeenschapszin
in verbinding te brengen. Dezen zijn
niet als water en olie onvereenigbaar.
Het hoofd eener Rotterdamsche lagere
school heeft een vereendging, De Spaar
pot opgericht. De ouders der school
gaande kinderen betalen twee cent per
week contributie. Uit deze spaarpot
worden de onkosten betaald van het
aanschaffen van een-aquarium, hecto-
graaf, projectielantaarn, versiering
van gang en lokaal, dingen, die niet on
der de leermiddelen vallen en daarom
niet door het gemeentebestuur ver
schaft worden. Bovendien wordt in deze
kast een collectie aangelegd, te vormen
door geschenken der ouders, soorten
erts, cliché's, rubber enz. Zoo kan een
aardig schoolmuseum ontstaan. Ouders
hebben ^geld en onderdeelen voor de
least toegezegd, die deze verzameling
zal bevatten. Ook is er voor de leerlin
gen een Sinterklaasfeestje georgani
seerd van gelden, door de ouder-com-
missie bijeengebracht.
Hier hebben we een vorm van sparen
voor nu.t en genoegen van het kind.
Maar de ouders zullen daarbij niet al
leen aan hun kind denken en door fa-
milie-egoïsme gedreven worden. Men
spaart immers met elkaar.
Hetzelfde gebeurt door de kinderen,
die sparen voor een schoolreisje. Ze be
talen eenige centen per week en hebben
daarvoor gezamenlijk eens in het jaar
een prettig en leerzaam uitstapje. Wan
neer het geld voor het schoolreisje door
de kinderen zelf van hun zakcenten,
snoepcenten, vervalletjes voor een
boodschap enz. opgebracht wordt, leert
het hun zuinigheid, zonder dat ze
daarbij tot geldzucht worden gebracht.
Het weerhoudt hen ervan, hun geld
verkwistend en onnadenkend uit te ge
ven en bovendien werkt men al sparend
aan een gemeenschappelijk doel. Zeker
wordt er gemeenschapszin aange
kweekt, indien ook arme kinderen mee
mogen, die niet in staat zijn de weke-
lijksche contributie te betalen of een
kind, dat weken lang ziek was en daar
door met betalen te veel achterop ge
raakte. Spaarzaamheid mag dan al tot
gierigheid kunnen ontaarden, is niet
het leelijkste juist een ontaarding van
het bese?
Onze staatsfinanciën.
Een zuinigheidscommissie van de
Ned. Mij. voor Handel en Nijverheid
heeft een aantal cijfers gepubliceerd
ten bewijze, dat onze staatsfinanciën in
een zeer ernstigen toestand verkeeren.
Zij noemt ze waarschuwende cijfers.
Bijzonder vestigt zij de aandacht op de
kosten van volkshuisvesting.
Volgens de commissie zal een groot
deel der belangrijke uitgaven, door den
staat gedaan in den vorm van voor
schotten aan gemeenten als verlies
moeten worden aangemerkt en dus op
den duur als zoodanig moeten worden
afgeschreven.
De rente en aflossing dier voorgescho
ten kapitalen kunnen slechts gevonden
worden door een abnormalcn huur.
Blijven de bouwvereenigingen in hun
finantieele verplichtingen tegenover de
gemeenten in gebreke, dan kan het rijk
billijkheidshalve zijn eischen tegenover