ORGAAN VOOR DE Qi NTE VELSEN No. 83 Zaterdag 19 Januari 1984 9e Jaargang Verschijnt Woensdags Zaterdags iJMUIDER COURANT Abot nemcntiprijsII.— per 3 maanden, franco per post 11.35 Abor nementen worden aangenomen aan het Bureau en bij de Agerten. Tot plaatsen van advertentiën van Buiten de gemeente VELSEN in dit blad is uitsluitend gerechtigd het Advertentie- bureau P. F. C. ROELSE, IJMUIPEN. Advertentiën uiterlijk In te zendeB WOFNSDAG tot D uur v.m. en VRIJDAGS tot 4 uur n.m. Uitgave van de N. V. UITGEVERS Mij. „IJMU1DEN" ADRES VOOR REDACTIE EN ADMINISTRATIE - - N. V. DRUKKERIJ SINJEWEL Willemsplein 11 Telefoon 153 IJmuiden Ingexondt mededeelingon 40 ets. per regel Advertentie» tan 11. en m. S regels f 1. iedere regel meer 20 cti. Compaet gezette advertenties van 1 t. en m. 6 regels fl.SS, iedere regel meer 84 ets. Kleine advertenties en familieberieliten xoomede vereenigings advertenties uit de gemeente, uitsluitend bfi vooruitbeta ling, van 1 tot en met i regels f0.71, iedere regel meer 16 ets. Bij niet contante betaling worden de gewone prezen berekend Advertenties /adrea bureau van dit blad' 10 ets. extra; voor bezorging van op advertenties ingekomen brieven werdt 10 ets. in rekening gebracht Bovenstaande regelprijzen worden met S ets. verhoogd voor advertenties Tan buiten de gemeente Velse» M LADEN. EERSTE BLAD DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE OFFICIEEL. DIENSTPLICHT. Vrijgesteld zijn wegens kostwinner schap: Hendrikus Johannes Smole- naars, lichting 1921, voor twee jaar; Johannes Broek, lichting 1923, voor een jaar. Inschrijving voor den Dienstplicht. De Burgemeester van Velsen herin nert er aan, dat in de maand Januari voor den dienstplicht moeten worden ingeschreven personen, die in 1905 ge boren zijn. De aangifte geschiedt door den in te schrijven persoon zelf of, bij verhinde ring, door zijn wettigen vertegenwoor diger. Zij kan ook geschieden door tus schenkomst van een daartoe schriftelijk gemachtigde. Voor de aangifte ter inschrijving zal in het bijzonder gelegenheid worden ge geven ter gemeentesecretarie des Maan. dags en Vrijdags 18, 21, 25 en 28 Ja nuari 1924 des voormiddags tusschen 9 en 12 uur. Betrokkenen worden verzocht het trouwboekje hunner ouders mede te brengen. Velsen, 15 Januari 1924. De Burgemeester voornoemd, RIJKENS. V AN DEN WACHTTOREN. Zal '24 ook weer een mager jaar worden? We zijn in dikke mist '24 ingevaren er is geen zicht. Men moet looden, om den koers te vinden. Dat bestaat uit een aandachtig onderzoeken van de ver schijnselen in '23. Het schijnt wel, dat het ergste achter den rug is, wat nog niet zeggen wil, d.at we niets dan wel vaart en voorspoed voor de borst heb ben. Er zullen nog moeilijkheden ge noeg te bevechten zijn. En de malaise is niet als een onweersbui, die plotse ling kan aftrekken, zoodat het alles weer licht en vrede en liefelijkheid in de natuur wordt. De overgang van ma laise naar bloei zal even langdurig zijn als van een zware ziekte naar kracht en gezondheid. Maar dat het ergste achter den rug is, geeft een gevoel van verlich ting. Het zal nu weer bergopwaarts gaan. Voor het. bedrijfsleven over '23 in ons land heeft de bekende voorzitter van de Kamer van Koophandel in Amster dam, de heer E. Heldring een niet ge heel ongunstig oordeel kunnen uitspre ken. Onze handelscijfers zijn in '23 niet onaanzienlijk verbeterd, vergeleken bij '22. De uitvoer is iets toegenomen, de in voer verminderd. De invoer bedroeg een waarde van 1834 millioen tegen 1886 millioen in "22-, de uitvoer van manu facturen, suiker, margarine, melk, gloeilampen, strookarton, aardappel meel, reuzel, kunstzijde, leder, jenever, zink, gepelde rijst, vliegtuigen, halffa brikaten van staal en ijzer, varkens- vleesch, bloembollen, eieren en steen kolen is toegenomen. De achteruitgang van den uitvoer van vee, vlas, kaas, lijn en andere oliesoorten is een gevolg van den wereldtoestand. Men ziet, hoe velerlei wij voortbren gen voor het buitenland. Daarom raadt de heer Heldring ernstig aan, om de po litiek van vrijhandel niet in den steek te laten. Immers het gevolg van protec tionistische maatregelen zou onvermij delijk zijn, dat het buitenland onzen uit voer ging belemmeren en daarmee onze industrie en landbouw benadeelen. Al hebben we meer uitgevoerd dan in '22, toch is '23 geen voordeelig jaar ge weest; er is weinig of geen winst ge maakt. Eerst als ons achterland, Duitschland weer opleeft, durft de heer Heldring met gerustheid betere tijden tegemoet zien. Onze economische positie hangt sa men met den toestand van onze staats- finantiën. Er ia op de staatshegrooting van '24 een tekort van 140 millioen. De apostelen der zuinigheid van Gijn, Treub, Colijn en anderen hebben er recht op, dat men aandachtig naar hen luistert. Het buitenland heeft nog een groot vertrouwen in onze gulden; het is voor onze welvaart van levensbelang, dat de gulden niet den weg van franc en andere munten opgaat. De heer Hel dring is van meening, dat er tientallen millioenen onnut besteed worden aan een „weelderig uitgezet" onderwijs. Hij acht de salarissen der meeste ambtena ren te hoog. De landsverdediging kost veel geld maar er is geen zekerheid, dat men waar voor zijn geld krijgt. En ein- delijl&wil hij het mes zetten in staats bedrijven of bedrijven, die op den staat steunen, en zichzelf niet kunnen be druipen. Slecht is hij te spreken over het bedrijf der posterijen en telegrafie, dat ondanks hooge tarieven dit jaar aan de schatkist zes millioen zal kosten Zoo groot toch is het tekort over '23. Ook het spoorwegbedrijf werkt met groote tekorten en de schatkist moet ook hier bij springen. De heer Heldring noemt de kolenprijzen en de abnormaal hooge loonen de oorzaak der slechte uitkomsten van het spoorwegbedrijf in ons land. Wij zijn hét er allen wel over eens, dat er bezuinigd moet worden, maar de vraag, hoe en waarop zal een der grootste strijdvragen in dit jaar zijn. Verwarmd© vloeren en lichtende muren Wij zijn buitengewoon verkwistend met de warmte. Een deel van de brand stof maar vooral een groot deel der warmte laten we door de schoorsteen vliegen, alsof een mud antraciet niet over de vier gulden kost en we in deze kou de warmte niet goed kunnen ge bruiken. Als we in dé schoorsteen woonden, zou onze kachel wel prak tisch zijn. Ons kunstlicht is armoedig, slechts een klein deel der kamer wordt erdoor verlicht; het ander is steeds in sche merdonker. Bovendien gaat heel wat kracht nutteloos verloren door de ont wikkeling van warmte bij olie, gas en ook electrisch licht. Ook is het kunst licht erg duur, waar er zooveel licht in de schepping kosteloos verkrijgbaar is. Als men de kunst van krijgen maar verstond! De toekomst is aan de muren, die licht uitstralen. Volgens de Daily Science Engineering Chemistry moeten we de kunst afleeren van de vuurvlieg en glimworm. Zij produceeren koud vuur, zoodat. geen warmte, dat is kracht verloren gaat. In elk geval kunnen we bij de bekleeding der muren zorgen voor stoffen, die 'het licht zoo weinig mogelijk opslorpen. Het mooist zou zijn, dat we kleeden gebruikten, die des daags met zonlicht verzadigd werden en het des avonds weer uitstraalden. Dat licht kost niets, zelfs geen moeite, om er van te profiteeren. Behangsel en gordijnen zouden in de kamer des daags het licht in zich opnemen en des avonds weer afstaan. Dat is iets voor de verre toekomst, want het artikel in het ge noemde Engelsche tijdschrift eindigt te recht met de verklaring, dat hier nog een groot veld voor onderzoek open ligt. De verwarmde vloeren behoeven we niet meer uit te vinden; ze zijn er. In sommige kerken heeft mep in iedere bank voor de voeten een soort electri- sche stoof, waarvan de warmte aange naam door het heele lichaam gevoeld wordt, ook al is de temperatuur in het gebouw laag. Daar hebt gij het beginsel der verwarmde vloeren. Deze vloerver warming is ingevoerd door de Electra Akt. Ges. in Wadenswill, Zwitserland. De steenen vloer of de vloer met ce ment, tegels of terrazzo is daarvoor het meest geschikt. In den vloer worden de verwarmingsbuizen aangelegd. Een klein deel der warmte, slechts 1 tot 5 straalt naar beneden en gaat dus ver loren. De warmte komt in de eerste plaats de voeten en beenen ten goéde. En wie warme voeten heeft, voelt zich heelemaal warm. De kamertempera tuur behoeft dus niet zoo bijzonder hoog te zijn. Men kan nu en dan den stroom uitschakelen, omdat de vloeren lang j warm blijven en warmte uitstralen. De f lucht in de kamer blijft zuiver en men behoeft slechts een knopje om te draai en en spoedig voelt men de behagelijke warmte. Deze ideale verwarming van het woon vertrek heeft maar een bezwaar; zij is duur en vereisc-ht heel wat stroom. Overigens is zij een groote vooruitgang: geen stof, geen rook, geen brandstof, geen kachels poetsen, aanmaken en leeghalen, en steeds een gelijkmatige warmte. Zullen onze kleinkindéren eens wer kelijk in vlo er v erwarmde vertrekken met lichtuitstralende muren wonen? Ze zullen zeker onze verwarming en verlichting even onpraktisch en ge brekkig vinden, als wij de vuurpot, en de vetkaars van onze voorouders. Kortstondige roem. De ijs-helden en heldinnen zijn er weer. Mannen en vrouwen, die de kunst verstaan als duivels en duivelinnen met zeer onschoone bewegingen van de armen en het heele lichaam over de baan te vliegen een paar seconden snel ler dan anderen, om welke prestatie zij prijzen van honderden guldens verdie nen of op hun borst een vracht medail les krijgen. Ieder jaar staan er weer een paar niéuwen op, een enkele weet een paar jaar aaneen tot de snelsten te be- hooren. Ze worden alleen door de jour nalisten „verslagen", hun portretten prijken in allerlei bladen, ze worden geïnterviewd, na den wedstrijd bij de prijsuitdeeling in bloeiende speeches hemelhoog verheven. Maar door een lichte aanval van rheumatiek, een paar spataders of een lichte spierverrekking tuimelen ze van de hoogte af en worden weer een gewone turfschipper, visscher boerenknecht of polderjongen. Na kor ten tijd kent niemand hen meer. Zoo gaat het met de meeste sportbe- roemdheden. Ze staan niet lang in de gunst van het publiek en worden spoe dig vergeten. We zagen een aantal sporthelden van een kwart eeuw gele den genoemd, Muiier, Mundt, Huizinga, Bordes enz. Nooit van gehoord? Of ge heel weer vergeten? In de geschiedenis der groote mannen en daden worden hun namen zeker niet genoemd. Alleen als een rariteit vermeldt men soms vroegere sportieve prestaties. Van Frans Netscher, de bekende letterkun dige, die onlangs stierf, herinnerde zich een enkele nog, dat hij eens in de sport wereld ook een rol van beteekenis heeft, gespeeld. Wegens zijn literaire en jour nalistieke verdiensten zal hij nog na zijn dood een tijd bekend blijven, maar als figuur uit de sportwereld was hij voor de meesten bij zijn leven al een doode. Zij, die trotsch zijn op sport- overwinning-en, mogen bedenken, dat geen roem korter duurt dan de hunne. Diplomamolen. Dat men in Amerika makkelijk en spoedig dokter kan worden en dat daar heel wat geneesheeren zijn, die weten schappelijk niet bijzonder hoog staan, is bekend. Maar nieuw is, dat er eenige duizenden doktoren zijn, die in het ge heel niet gestudeerd maar een diploma gekocht hebben. Gouverneur Temple- ton van Connecticut heeft het bedrog ontdekt. Een ondernemende journalist heeft met succes geprobeerd tegen eenige honderden dollars 't diploma te krijgen en dat lukte hem. Bij het diplo ma kreeg hij raad een witte jas te koo- pen, een electriceermachine en een ma chine voor x-stralen. Bij een operatie van een vinger gebruikte een dezer gediplomeerde kwakzalvers zooveel ether, dat er eenige paarden aan bezwe ken zouden zijn. De patient stierf na tuurlijk. De molen zal gelukkig niet meer draaien. Een klein weinig licht in den wereldtoestand. Men kent het spreekwoord, dat men zich niet blij moet maken met een doo de musch. Maar als de toesand heel ernstig is ,en men begint bijna te wan hopen, dan kan een kleinigheid verade ming brengen en breekt er een klein lichtstraaltje aan in den donkeren nacht. We zullen ons maar niet meer troos ten met de gedachte, dat de toestand der wereld zoolang ellendig geweest is en er daarom nu wel spoedig verande-1 ring zal komen. Immers dat zelfde heb- ben we ons al eenige jaren voorge- i preekt, maar de verbetering is uitgeble- j ven. Met die doode musch zullen we ons i niet langer blij maken. We hebben ge- lukkig steviger grond voor onze ver wachting, dat het ergste achter den rug is en we uit den donkeren put van ma laise en verwarring opgehaald zullen worden, om straks de hoogten van nieu wen bloei te gaan beklimmen. Poincare heeft gesproken met den' Duitschen ge zant. Dat zegt nog wel niet veel, maar het bewijst toch, dat er een begin van toenadering is. Het plan tot regeling der schadevergoeding, door de Duitsche in- dustriëelen opgeworpen, wordt in Frankrijk althans de moeite waard van het overdenken gevonden. Dat is ook nog niet veel, maar beter dan het eeu wige waard van koppige nee van Poin care op alle voorstellen uit Duitschland. Daarbij komt nog dat er in Frankrijk over eenige maanden algemeene ver kiezingen komen en Poincare dan door de natie beoordeeld zal worden en hij wel op eenige resultaten van zijn poli tiek tegen Duitschland moet kunnen wijzen, wil hij de volksgunst behouden. Bovendien heeft Poincare een gevaar lijken vijand gekregen in de franc. Die is plotseling leelijk gedaald, wat stij gende duurte beduidt. Ook beteekent de daling van de franc onmiddellijk een aanzienlijk verlies voor allen, die er eenige duizenden of tienduizenden van bezitten. De Franschen hebben zeker hun vaderland zeer lief maar de franc is hun toch nog dierbaarder. Dat Poin care altijd weer stug en stijf voor de be langen van Frankrijk opkomt, wordt hem zeker tot verdienste aangerekend. Maar als daarbij de franc achteruit gaat, het leven duurder, inkomen en vermogen kleiner worden, zullen vele Franschen al spoedig genoeg hebben van Poincare's onverzoenlijkheid. Daarbij komt nog, dat Engeland hoogstwaarschijnlijk een ministerie uit de arbeiderspartij krijgt. Dat is zeer voor een verzoenende houding tegen Duitschland en heeft zich ook meerma len uitgesproken voor een herziening van het tractaat van Versailles. Dit laatste zal de Fransche trots niet toe laten, maar gelukkig zijn verschillende bepalingen van het vredestractaat rek baar als elastiek en kunnen ze met zachheid toegepast worden. Engeland zal daarom in de toekomst zeker wat positiever tegen Frankrijk gaan optre den en zijn bondgenoot tot tegemoetko ming jegens Duitschland dwingen. Dit alles geeft moed voor de toekomst; er zijn een paar lichtstrepen, wellicht is de zonsopgang, het aanbreken van een nieuwen dag meer nabij, dan we thans nog durven verwachten. Distributie-misère in Rusland. Men behoeft nog niet tot de tegen standers van ons tegenwoordig maat schappelijk stelsel te behooren, om te 'erkennen, dat er in de distributie veel hapert. We bedoelen niet alleen, dat de een veel te veel en de ander veel te wei nig krijgt, wat ook het geval is. Even min, dat de weg van den. producent naar den consument vaak veel te. lang en een ware omweg is; hoe langer de weg, des te duurder worden de artike len. Iedere tusschenpersoon moet toch betaald worden. Maar er is nog meer redeloosheid en ordeloosheid bij de dis tributie. Wij bouwen op onze werven schepen voor het buitenland en voor onze reeders werken buitenlandsche werven. We zenden onze boter naar ve le landen van Europa en zelf koopen we Australische boter. We voeren slacht vee en vleesch uit en gebruiken vleesch uit Argentinië. We hebben een land met veel ooft; er gaan veel vruchten over de grens. Maar we eten peperdure appelen en peren uit. Californië. We kunnen volop petroleum krijgen uit ons eigen werelddeel en dé' Amerika- WITTE KRUIS. Stel niet uit lid te worden van het Witte Kruis tot dit noodig ia. Ziekt komt onverwachts, het noodlidmaat- schap kost u dan f 4.—. Voor f 1.50 Contributie per Jaar du* 3 cent per week is men lid en heeft dan recht op kostelooze hulp van een der wijkzusters en tevens gebruik van ver- pleegmateriaal. Opgave van lidmaatschap gelieve men te richten aan den Administrateu r den heer J. F. de Liefde, Lagerstraat l i te Velseroord. non hebben aan ons beste olieklanten. We verkoopen onze Limburgsche kolen naar België en voeren zelf Engelsche kolen in. Dat met meer systematische regeling der distributie veel werk en geld bespaard zou kunnen worden ligt voor de hand. Het toppunt van dwaas heid is wel, dat schoenen der Brabant- sche industrie naar Engeland worden uitgevoerd en vandaar weer onder En- gelschen naam en in Engelsohe ver pakking hier gretig aftrek vinden. Ze zijn door de reis en de naamsverande ring allicht een paar gulden duurder geworden. Deze voorbeelden zijn met velen te vermeerderen. Men zou verwachten, dat onder het communistische stelsel in Rusland de distributie planmatiger zou geschieden. Er valt daar wel minder te distribuee- ren, maar onder het strenge regime der Sovjetregeering zou het toch mogelijk zijn wat orde in dezen chaos te brengen. Ook in Rusland echter een groote warwinkel in zake de verdeeling (.lei- goederen. Het is er eer slechter da» be ter als in de kapitalistische statc-n van Europa. Zoo spreekt men er, van een afzetcrisis in de brandstoffenindustrie. De steenkool van het Donbekken wordt verkocht beneden de productiekosten en hetzelfde geldt van de steenkool uit het Moskoubekken. Dit moet onherroe pelijk spaak loopen. De oorzaak is de goedkoope Donetzkool, waartegen de anderen niet kunnen concurreeren. De verschillende centra der steenkoolindu strie voeren een strijd tegen elkaar op leven en dood. Niettegenstaande de lage prijzen der kolen, die daarvan het ge volg zijn, is er weinig &fzet. Toch is er' in Rusland gebrek aan brandstof on verschillende fabrieken gaan daarom kolen in het buitenland koopen. De Rus sische mijnen moeten echter ook van hun kolen af en er zijn plnnnen in be werking, om in Italië een .afzetgebied te zoeken. Met de voorbereidende maat regelen voor uitvoer van steenkool naar het land van Mussolini is een aanvang gemaakt. Brandstof te veel en te weinig; te goedkoop en toch te duur, ingevoerd en uitgevoerd, dat alles wijst op een stel- sellooze distributie, die men in de Rus sische samenleving, waar alles van bo ven geregeld wordt, allerminst zou ver wachten. Zedelijk en geestelijk leven der rijpere jeugd. Over onze jonge menschen zijn wij ouderen niet best te spreken; een ver schijnsel, dat zich bij alle geslachten voordoet. Men zou kunnen zeggen, dat onze jongelingen er toch wel eenigszins op vooruit zijn gegaan. Immers van de eerste twee jongelingen wordt ons broe dermoord verteld; Kain doodde Abel. Eon heel slecht begin en ho :veel kwaad er van het tegenwoordige jongere ge slacht gzegd kan worden toch niet, dat zo het tot een gewoonte gemaakt heb- elkander dood te slaa i. Laat ons het maar ruiterlijk erkennen: de oude- ien ooideelen gewoonlijk over de jon geren v\ at onbillijk. Dat de jeugd niet ontkomen is aan de algemeene zedelij ke verwildering en aan het geestelijke verval, dat door den oorlog in de hand gewerkt is, spreekt wel vanzelf. I-Iet komt ons ook voor, dat die verwilde ring en dat verval wei eens erger wor den voorgesteld, dan ze zijn. Er is namens den Bond ter beharti ging van de belangen van het kind een onderzoek ingesteld naar den vooruit gang of achteruitgang in het geestelijk

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1924 | | pagina 1