I
I
IFLORAl
I Bidders der Duisternis 11
Sinjewel's Muziekhandel
1. SPRUIJT
De Wiskotiens
Sinjewel's Boekhandel
en Kerkboeken
ZlTESDAG m ZOSDAG
KLU KLÜX KLAN
De nieuwste succesnummers van
George Hoffmann zijn:
„De Draaimolen des Levens" en
„Paaschklokken".
Willemsplein - IJmuiden.
LOS' DAMESKAPPERSZAAK
HET AKTE C@SSET
8.50
M ANUFACTURENH ANREL
„DE IRIS"
VELSEROORD -
OROOT MODERN SENSATIEDRAMA
VAN DE
EEN ZEER INTERESSANTE FILM.
PRACHTVOL BIJ PROGRAMMA II
Muzikale begeleiding van PIET STROOTMAN, Piano.
MAX DELVALLE, Viool.
ZONDAOMIDDAG 3 UUR
thans gevestigd met 4 Salons,
JANSSTRAAT 80 TEL. 883 HAARLEM
£EE
VOOR HET VORMEN EN BEHOU-
DEN VAN EEN ELEGANT FIGUUR
Voor alle figuren. Een
mooi en sterk corset,
van beste coutll. Laag
ln de buste. Met 2 p.
jarretelles. Een van
Voor zware figuren.
Een extra sterk cor
set met elastieken bln-
nengordel (21 cM. br.).
In fijne écru tint. Dit
corset wordt aanbevo-
MODEL 1010
Voor corpulente figu
ren. Vervaardigd van
zeer sterke coutll,
voorzien van gepaten
teerde kruisjarretel-
les o n onbreekbare
spiraalbaleinen. Met 3
p. jarretell. "T"
Maten 61-100
d. H.H.
Doctoren.
Alle „Twllfit" corseüen
zijn Engelsch fabrikaat
en worden over de
heelo wereld met
succes verkocht. Steeds
zijn do nieuwste
modellen voorhanden.
KANAALSTRAAT 51 IJMUIDEN
stoomververij Chem. Wasscherij
fabriek en kantoor burowal 38-40-42
HAARLEM TELEFOON 2778
Een der grootste Inrichtingen o. d. gebied te Haarlem
Depót t. Lochem-v. d. Wielen, Kanasletr.,IJmniden
NU IS HET TIJD. Laat nu uw wintsr-
mantels en winterjassen verven.
i-t STOOMT - VERFT ALLES i-:
Een prachtsorleering
vindt U bij ons. Alsook Jongens- en Meisjesboeken en Romans, Kan
toorboeken en Kantoorbenoodigdheden. Voor den schoonmaak
Oiaspapier in alle kleuren, rollen Crêpepapier, Kastpapier (vellen en
rollen) met en zonder rand, Punaises enz., enz. Alles tegen zeer
concurreerende prijzen.
II
14.
door
RUDOLF HERZOO.
HOOFDSTUK II.
„Beleefd? Tachtig jaren heb ik be
leefd, m'n jonge vriend! Anderen heb
ben de drie oorlogen beleefd, 64, 66 ep
70. Wie heeft nog hot stormachtige
jaar 48 beleefd? Ik bedoel: Wie heeft
nog mee op de barricade gestaan? De
oude Korten' En wie heeft nog den
grooten Napoleon beleefd? Weder de
oude Korten! Maar u drinkt niet."
Paul Wiskotten liet door den keliner
een flesch Rijnwijn brengen. „Bewijs
ons als 't u blieft de eer. mijnheer Kor
ten."
De grijsaard nam aan. Hij hield het
gevulde glas tegen het licht, toen be
snuffelde hij met vooruitgestoken neus
den bouquet. Als dronk hij dag-in,
dag-uit het edele druivennat, dat hij
zoo dikwijls dervend bezongen had.
„Mijne heeren, de kunst! Ik zou niet
willen leven, als ik geen dichter was!
Want de dichters, de kunstenaars
proost, mijne heeren, proost!"
In één teug dronk hij zijn glas leeg.
„Dank u, dank u. Geef u geen moeite.
O, ais u aan mij het ambt van schen
ker over wilde laten! Dat heeft zoo iets
feestelijks, vroolijks, zoo iets genotvols.
Men komt zichzelf als een Croesus
voor, die vloeibaar goud verdeelt. Mijn
woord er op. De wijn vindt niets uit,
hij wekt slechts tot praten op, zegt
Schiller. Ja, die Schiller! Hij moest te
vroeg verscheiden, evenals Napo
leon
Hij dronk, in gedachten verdiept.
„Vroeg sterft hij, dien de goden lief
hebben Zouden ze mij niet liefge
had hebben
„U zeide Napoleon, mijnheer Kor
ten
„Ja, Napoleon
„Hebt u hem nog gekend?"
„Gekend? Zeker!" verklaarde de
grijsaard. „Niet gezien, helaas met.
Maar gekend! Ik was vier jaar, toen
de volkerenslag bij Leipzig geleverd
werd, en vijf, toen de zon van Water
loo onderging. Wij in het Bergsche
land, in het oude hertogdom, zaten er
gedurende de Fransche overheersching
midden in. Tot voor vijftig jaren, ja,
tot kort vóór den oorlog van 64 tegen
de Denen, zong men hier in het dal de
Napoleonsliedjes en de liedjes zijner
getrouwen. Ja, ja, ja, gestorven groot
heid werpt nog langen tijd een scha
duw."
„Zeg eens zoo'n liedje voor ons op."
De oogen van den grijsaard straalden
van een jeugdig vuur.
„Wer ist der Held, der dort bei seinen
Fahnen,
In Jugendkraft einhergeht, stolz und
kühn?
Sein graues Haupt will wundersam
mich mahnen.
Wer ist der Held mit solchem Krie-
gersinnï.
O Feldherr, spricht mit Lust der Offi-
zier,
Er ist Latour, dein bester Grenadier."
„En Napoleon prijst hem, den ouden
edelman, die weder als gewoon soldaat
in dienst getreden is, in leven en in
dood:
„Zu Strasburg stand in langen, weiten
Reihen,
Das Regiment. Der Kaiser tritt heran.
Wo ist Latour? Da schluehtzten all
die Treuen,
Und ernsten Schritts tritt vor der
Flügelmann.
O Kaiser, ach, die Adler huldigen dir,
Für Frankreich starb dein bester
Grenadier."
„Maar in het jaar 1800," waagde
Ewald Wiskotten op te merken, „toen
Latour d'Auvergne sneuvelde, was Bo
naparte volstrekt nog geen keizer."
„Wat was hij niet? Nu ja, dat is eene
dichterlijke vrijheid. En zeer gerecht
vaardigd ook. Voor het volk is hij ten
allen tijde Keizer Napoleon. Dat is het
speurende gevoel, het instinct, dat het
volk ten opzichte der grooten van alle
tijden aan den dag legt. Gelooft u, dat
men na Waterloo hier langs den Rijn
over den gevallen Keizer gejubeld
heeft? Over Pruisens overwinning
heeft men gejubeld in echt Duitsche
stemming. Niet over den overwonnen
keizer, wiens regiment men des te meer
eer wedervaren liet, omdat onze bond-
genooten, de I'.ussen, in het jaar 1813
door hunne Kozakken, Kalmukken en
Baschkiren onze burgers lieten mis
handelen, onze vrouwen verkrachten
en de stad plunderden. Luister nu
naar het lied van Waterloo of Bclle-
Alliance, dat hier een jaar of tien ge
leden nog gezongen werd:
„Als friih der andre Morgen graute,
Der Donner der Kanonen schwieg,
Aurora aus dem Osten schaute,
Die stolzen Preuszen riefen Sieg,
Lfnd Frankreich's I-Ieldensöhne lagen
Dahingestreckt aufs weiche Moos:
ihr toter Mund schien noch zu sagen,
Sieg oder Tod sei unser Los."
„Zoo eert het volk zijn groote tegen
standers! Het volk kent geen geschie-
denisvervalsching, het volk niet. Om
dat het zijne dichters heeft, zijne volks
dichters! Prosit, mijne heeren!" Hij
dronk en schonk met de grandezza van
een gastvrijen edelman de jeugdige
gevers in. „Wellicht, omdat na de
vrijheidsoorlogen de reactie kwam en
de demagogie, de ontrouw van hooger-
hand, die tot het jaar 48 leidde. Wel
licht zong men daarom hij ons zoo
luid de liedjes over de Fransche trouw
Om die daar in Berlijn te toonen: Zoo
denkt het volk over trouw! Blücber
was een volksheld, en generaal Ber-
trand, die Napoleon naar St. Helena
volgde, werd ook een volksheld. Rond
uit gezegd, mijne heeren, heb ik zelf
als jonge man mijne keel heesch ge
schreeuwd aan „Bertrand's Afscheid",
waarin hij zijn keizer toevoegt:
i*.
„Ein nackter Fels, fern van Europa's
Küsten,
Ward zum Gefangnis ewig ihm be-
stimmt.
Koin Wesen ist, dat theil am Schmerz
hier nimmt.
Doch wenn ich Tröster meinem Kaiser
werde,
Dann wird mein Schicksal dennoch
selig sein.
Ich war in Ruhm und Gliick stets sein
Gefahrte,
Ich will es auch im Unglück ihm nun
sein!"
Ewald Wiskotten's oogen fonkelden.
Hat was nog eens iets anders dan een
Zondag thuis. Hier waren polsslag,
vuur, kleur. Hij bestelde een nieuwe
flesch.
Reeds lang zaten de andere medele
den van het gezelschap weer op hunne
plaatsen en luisterden naar de vonken
schietende herinneringen van den
grijsaard. De eposdichter stiet opge
wonden kreten uit. Alsof hij een edel
strijdros aanspoorde. In den geest stel
de hij uit het oude boek des levens een
nieuw epos samen. Vergeten helden
dichter. werden opgediept, van zeldza
me historische prenten en karikaturen
werd verteld, van beroemde schilde
rijen met oorlogstafereelen en portret
ten in oude, voorname families. En al
tijd maar weer prezen deze mannen,
die overdag op de kantoorkruk zaten
of vooi een klas schooljongens stonden,
de kunst, die alles scheppende, de al
les bereikende.
Wordt vervolgd.