ORGAAN VOOR DE G1
VEL!
No. 55
Zaterdag 10 Mei 1984
Verschijnt Woensdag? Zaterdags
9e Jaargang
IJ MUIDER COURANT
Abonnementsprijs: I 1.— per 3 maanden, franco per post f 1.35
Abonnementen worden aangenomen' aan het Bureau en bij de
Agenten. Tot plaatsen van advertentiën van Buiten de gemeente
VELSEN in dit blad is uitsluitend gerechtigd het Advertentie
bureau P. F. C. ROELSE, ljMUIDEN. -
Advartentiën uiterlijk in te zenden
WOENSDAO tot 9 uur v.m. en VRIJDAGS tot 4 uur n.m.
Uitgave van de N. V. UITGEVERS Mij. „IJMUIDEN"
ADRES VOOR REjDACTIE EN 'ADMINISTRATIE
N. V. DRUKKERIJ SINJEWEL -
Willemsplein 11 Telefoon 153 IJmuiden
Ingezonden mededeelingen 40 ets. per regel Advertenties v. 11. en m. 5 regels
f 1iedere regel meer 20 ets. Compact gezetle advertenties van 11. en m. 5
regels f 1.25, iedere regel meer 25 ets. Kleine advertenties en familieberichten
zoomede vereenigings advertenlies uit de gemeente, uitsluitend bij vooruitbeta
ling, van 1 tol en met 5 regels f 0.75, iedere regel meer 15 cis. Bij niet contante
betaling worden de gewone prijzen berekend. Advertenties „adres bureau van
dit blad" 10 ets. extra voor bezorging van op advertenties ingekomen brieven
wordt 10 ets. in rekening gebracht Bovenstaande regelp-ijzen worden met
5 cis, verhoogd voor advertenties van buiten de gemeente Velsen.
DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE
BLADEN. EEBSTE BLAD.
OFFICIEEL.
AFSLUITING
WIJK AAN ZEEERVOETPAD.
Burgemeester en Wethouders van
Velsen brengen ter algemeene kennis,
dat gedurende het tijdvak van 1 Juni
tot 1 October 1924 het Wijk aan Zeeër-
voetpad, vanaf den Biezenweg tot aan 't
Helletje, voor het publiek verkeer GE
SLOTEN zal zijn.
Velsen, 3 Mei 1924.
Burgemeester en Wethouders voorn.,
de Secretaris, de Burgemeester,
J. KOSTELIJK. RIJKENS.
INENTING.
Burgemeester en wethouders van
Velsen maken bekend, dat de gelegen
heid tot kostelooze inenting en herin
enting zal zijn opengesteld in:
a. de afdeeling Wijkeroog op Maan
12 Mei a.s. des namiddags 2 uur in
le o.l. school G te Wijkeroog; aldaar te
ug voor nazien der vaccinatie Maan
dag 19 Mei 2 uur n.m.;
b. de afdeeling Velsen op Maandag
Mei a.s. des namiddags 4 uur in de
earner Geneeskundigen Dienst gemeen-
ehuis te Velsen; aldaar terug voor na
der vaccinatie Maandag 19 Mei 4
lur n.m.;
c. de afdeeling IJmuiden op Don-
Ierdag 15 Mei a.s. des namiddags 2 uur,
n de m.u.l.o. school A te IJmuiden; al-
laar terug voor nazien der vaccinatie
donderdag 22 Mei 2 uur n.m.;
d. de afdeeling Velseroord op Don-
Ierdag 15 Mei des namiddags 4 uur in
le o.l. school D te Velseroord; aldaar
erug voor nazien der vaccinatie Don-
22 Mei 4 uur n.m.;
e. de afdeeling Santpoort op Vrij-
lag 16 Mei a.s. des namiddags 2 uur in
le o.l. school F te Santpoort; aldaar te
ug voor nazien der vaccinatie Vrijdag
3 Mei 2 uur n.m.
De in te enten personen behooren
tipt op de aangegeven uren ter vermel-
plaatse aanwezig te zijn, zoowel
oor de inenting als voor het nazien
Ier vaccinatie.
Voor een juiste vermelding in de
accinebewijzen van de namen en ge-
der kinderen, is het ge-
dat bij de aanmeldir worden
trouwboekjes uders
f geboortebewijzen der kindei
Velsen, 2. Mei 1924.
Burgemeester en Wethouders voorn.,
de Secretaris, de Burgemeester,
KOSTELIJK. RIJKENS.
VAN DEN WACHTTOREN.
Iver den stand der vrouwenbeweging.
De vrouwenbeweging wil de vrouwen
onvrouwelijk maken, de heilige
van het moederschap verlagen,
e vrouw wegnemen uit het gezinsle-
en, zooals tegenstanders wel beweren;
e wil aan de vrouw in het openbare
dezelfde vrijheid en rechten ge
en als aan den man.
Men zou geneigd zijn te zeggen, dat
e vrouwen in dit streven de laatste
wart-eeuw groote vorderingen ge
laakt hebben. De vrouw heeft toegang
ekregen tot tal van betrekkingen, die
roeger voor haar gesloten waren; ze
,eeft thans ook gelijke politieke rech-
en als de man en al staat er in onze
wetgeving nog menige onbillijkheid
^genover de vrouw, ook hier is in do
patste jaren een enkele kleine verbe
uring tot stand gekomen.
Toch,is een der vooraanstaande vrou-
ren, Mej. Naber niet tevreden over d ,n
tand der beweging. Zij heeft ter g ie-
enheid der 25e jaarvergadering /an
en Nationalen Vrouwenraad, wc irin
erschillende vereenigingen vooi de
rouw een middelpunt vinden, gespro-
en in vrij pessimistischen geest. Zij
oet denken aan den veldheer, die bo
en zijn verwachting een groote over-
inning heeft behaald maar bang is, de
voordeelen ervan weer te zullen moeten
verliezen. Want overwinnen is niet het
zelfde als overwinnaar blijven!
Deze overwinning der vrouwen be
staat naar de beschrijving van Mej. Na
ber uit het volgende: Opleidingsmoge
lijkheden, arbeidsmogelijkheden, amb
telijke mogelijkheden, staatkundige
mogelijkheden in een verscheidenheid,
„zooals wij, toen wij in onze opkomst
waren, ons die in onze stoutste droomen
niet hebben gedroomd."
Maar er wordt tegenwoordig met ze
kere geringschatting gesproken over
de studie der vrouw en haar weten
schappelijke beteekenis. Gezaghebben
de hoogleeraren maken zich daaraan
schuldig en de publieke opinie volgt
hun daarin. Dat kan licht leiden tot be
perking der vrijheid van de opleiding
der vrouw, ouders worden er althans
minder bereidwillig door, kapitaal te
beleggen in de studie hunner dochters
zoo goed als van hun zoons. Volgens
Mej. Naber is er geen reden voor de ge
ringschatting van vrouwenstudie. Ook
de vrijheid van loonarbeid dreigt als een
vast verzekerd bezit aangetast te wor
den. Het beginsel van gelijkheid van
zedewet. voor man en vrouw heeft ver
der snel veld gewonnen. Maar nu zien
we het zedelijk onderscheidingsvermo
gen der vrouw dalen tot dat van den
man. Dat is een gelijkheid, die niet ge
zocht moet worden. De vrouw moet
niet verliezen de groote, beschermende
kracht die gelegen is in het schaamte
gevoel. Zelfs bij gehuwde vrouwen
vindt men vaak een luchthartig oordeel
over de tot epidemie geworden echt
scheiding. De vrouwen verstaan ook de
kunst nog niet, om het machtige werk
tuig der burgerschapsrechten goed te
hanteeren. Op dit punt is haar verant
woordelijkheidsgevoel, haar bewustzijn
als gemeenschapswezen nog zwak en
onontwikkeld.
In plaats van te jubelen bij het vijf en
twintigjarige bestaan van den Nat
Vrouwenraad, sprak Mej. Naber woor
den van vermaning en waarschuwing
en een opwekking tot volharden en
strijden. Zij sprak niet naar maar voor
het gehoor der vrouwen en zulke taal
heeft de meeste waarde.
Be meest secure wetenschap,, die het
meest doet dwalen.
De statistiek geeft geen onderstellin
gen maar feiten. Ze geeft lange reeksen
cijfers op ieder gebied. Toch beweert
men, dat zij door den leugenduivel is
uitgevonden en dat geen wetenschap
zoo veel doet dwalen als zij. Ook.de
meest secure gegevens in cijfers leiden
vaak tot de ergste vergissingen. Men
k: n met cijfers alles bewijzen. De fout
zit 'n ondoordachte conclusies, die men
uit de cijfers trekt.
Het sterftecijfer aan kanker stijgt
voortdurend: een onweerlegbaar be
wijs, dat deze vreeselijke zièkte steeds
meer voorkomt. Het kan wel zijn; het
is zelfs waarschijnlijk. Maar zoo zeker
en zoo erg, als men eerst geneigd is te
donken, blijkt het bij nadenken toch
niet het geval te zijn. Men kan tegen
woordig met groote zekerheid door bac
teriologisch onderzoek deze ziekte con
st ateeren. Het geneeskundig onderzoek
geschiedt ook nauwkeuriger. Vroeger
zullen vele gevallen niet herkend zijn.
Hiermee moet men rekening houden,
als men over kanker gaat oordeelen
naar de cijfers der statistiek.
In de vele geschriften, waarin de
drooglegging van Amerika wordt ge
prezen, vindt men allerlei cijfers over
den sterk vermeerderden inleg bij de
spaarbanken, de toename van verzeker
den bij levensverz.-maatsch.pijen, het
groote aantal automobielen,, dat ver
kocht wordt, de schitterende winstcij
fers van de meeste ondernemingen enz.
De drooglegging heeft op dit alles ech
ter volstrekt geen overheerschenden
invloed. Amerika maakt, afgezien van
droog of nat, een buitengewone bloei
periode door. De meerdere welvaart
komt tot uitdrukking in de bedoelde
cijfers. De drooglegging zal wel eenigen
invloed hebben op de spaarzaamheid.
Maar de hooge loonen en winsten zijn
het vooral, die het kapitaal op de
spaarbanken zoo sterk doen stijgen.
Hoe voorzichtig men met zijn conclu
sies uit statistische gegevens moet we
zen, kan blijken uit deze opmerking in
een Amerikaansch blad, Columbia Re
cord genaamd:
„Een opzettelijk onderzoek naar de
vermeerdering van den inleg op de
spaarbanken zal waarschijnlijk aantoo-
nen, dat het de bootleggers (drank
smokkelaars) zijn, die er hun geld bren
gen!"
De toename van het op de spaarban
ken ingelegde kapitaal dient dus als
bewijs, dat Amerika droog is en dat. er
stevig gesmokkeld en gedronken wordt.
Zwart en wit, vierkant en rond als con
clusie uit hetzelfde gegeven. Wij willen
niet zeggen, dat de ontduiking der Ver-
bodswet in plaats van de toepassing
er^an de spaarbanken doet bloeien. Een
invloed ten goede is met meer reden toe
te schrijven aan het feit, dat thans ze
ker menigeen zijn geld naar de spaar
bank in plaats van naar de saloon, den
kroeg brengt. Maar de groote oorzaak
van den bloei der spaarbanken heeft
met de Verbodswet niets té maken,
maar is een gevolg van de vette jaren,
die Amerika tegenwoordig doormaakt.
13.
Hopelijk huiveren de lezers niet bij
dit gevaarlijke opschrift. De dertiende
man Judas verliet het laatste avond
maal, om zijn Heer te verraden en
sinds dien tijd is 13 het getal van on
heil. Maar het getal heeft nog een ande
re beteekenis; het onthult den diepin-
gewortelden bijgeloovigmi zin, die slui
mert in zoovele beschaafde en verlichte
menschen der. twintigste eeuw.
In den Haag is geen lijn 13; ze is er
wel geweest en ze is er eigenlijk nog,
maar ze heeft een ander nummer ge
kregen, want er waren te veel menschen
die hun leven niet waagden in een
tram, die met het ongeluksgetal 13 je
regelrecht naar een ongeluk bracht. In
sommige zeer voorname hotels met
zeer voorname gasten ligt naast kamer
12 kamer 14. Wie zou zich wagen in een
kamer gemerkt tot den dood met het
Judascijfer?
Er komen vele verzoeken in bij het
Departement voor motorrijtuigen in
Californië, om een nummerplaat zon
der 13 of een veelvoud ervan. Geeft de
overheid in Californië ook toe aan de
bijgeloovige vrees van menschen, die
voor een groot deel zich rekenen tot de
christenen en de ontwikkelden? Velen
van die auto's dragen voorop een beeld
je van een afschuwelijk monsterachtig
wezen, een draak of gedrocht, waar
door zij zich tegen ongelukken vrijwa
ren. Met zoo'n Billiken voorop en zon
der 13 achterop kan men met een ge
rust hart in zijn auto zitten. Er zit toch
in den mensch van onzen tijd nog een
ware heiden; hij vecht in den oorlog als
een duivel, hij maakt van zijn buik een
afgod, hij haalt als een rat alles naar
zich toe en is met al zijn verstand en
wetenschap nog even dom en bijgeloo-
vig. De oudheid leeft nog lang in ons
na. Wie voelt niet een lichte huivering,
als hij een hond voor zijn deur hoort
huilen, in een boom een kraai hoort
krassen en vindt het niet een tikje ver
velend, in een hotel naar kamer 13 ver
wezen te worden?
Oorzaken van ongehoorzaamheid.
Een der oorzaken is de lust in strijd,
de liefde voor een waagstuk, het bijzon
dere en avontuurlijke. Ongehoorzaam
heid is vaak ook aen deugd, die de per
ken te buiten is getreden. Het kind,
dat het meest een persoonlijkheid is en
zichzelf voelt, zal ook het meest geneigd
zijn 'tot ongehoorzaamheid. En al te
vaak geven de ouders het kind gelegen
heid, om het avontuur er goed af te
brengen en het waagstuk met succes te
volbrengen, waardoor hun prestigê bij
hun makkers stijgt. Door onbeslistheid
en onoprechtheid, door te zeer op vrees
voor straf of hoop op belooning te spe-
culeeren, werkt men de ongehoorzaam
heid van kinderen met vastheid van
wil en karakter in de hand. Het zijn
volstrekt geen slechte kinderen, die
steeds in verzet komen. Men moet hen
alleen maar leeren te gehoorzamen
zonder dat zij merken, dat te moeten
doen, zonder dat zij zich daarbij onder
worpenen gevoelen. Wat echter een
moeilijke kunst is.
De autobuskwestie.
Van de Nederl. Vereeniging voor Lo-
caal-spoorwegen en Tramwegen ont
vingen wij de voorstellen tot oplossing
van het autobus-vraagstuk.
Wij nemen er het volgende uit over:
Het autobusverkeer en de verhouding
tusschen den Staat en de tramwegen.
Zóó was de toestand totdat de auto
bus als nieuw verkeersmiddel zijn in
trede deed en van de hem door de wet
gelaten, bijna onbeperkte vrijheid, te
genover de aan de tramwegen opgeleg
de gebondenheid en zware lasten, ge
bruik maakte om aan deze het vervoer
te onttrekken.
Het behoeft geen nader betoog, dat
deze verandering in de situatie der
tramwegen, aanspraak heeft op ernsti
ge aandacht van de Regeering en wel
in de eerste plaats voor wat de verhou
ding tusschen den Staat en de tramwe
gen betreft. In die verhouding toch,
neergelegd in de concessies, is geen wij
ziging gebracht voor wat de verplich
tingen der tramwegen aangaat, doch de
belooning voor de vervulling der tal-
looze beperkende en verzwarende bepa
lingen: het voorkeursrecht, op het ver
voer, zien de bestaande ondernemingen
ernstig bedreigd.
Middelen tot opheffing der door het
onbeperkte autobusverkeer
geschapen onbillijkheid.
Er staan naar dezerzijdsche meening
twee wegen open om aan de door het.
onbeperkte autobusverkeer geschapen
onbillijkheid tegemoet te komen.
Het eerste middel is den tramwegen
de concessie ter beschikking te stellen
dus hun het recht te geven het bedrijf
op te heffen, wanneer zij zulks noodig
oordeelen.
Het algemeen verkeersbelang maakt
deze' oplossing echter onaanvaardbaar,
omdat mèt de tramwegen dan ook de
verzorgers van het regelmatige massa
le vervoer verdwijnen en de autobussen
daarvoor een ten eenenmale onvoldoen
de plaatsvervanging geven.
Het tweede en ons inziens eenige af
doende middel om de bestaande onbil
lijkheid weg te nemen, zonder dat
daarmede eene gezonde ontwikkeling
van het nieuwe verkeersmiddel wordt
tegengehouden, terwijl tevens een blij
vende verzorging van het massale per
sonen- en van het goederenvervoer
wordt verzekerd, is eene regeling, waar
van hieronder de richtlijnen zijn aange
geven.
Richtlijnen tot regeling van het
autobusverkeer.
1. Voor de uitoefening van een inter
communale autodienst is het bezitten
van een door den Staat verleende con
cessie noodzakelijk. Voor de uitoefe
ning van communale autobusdiensten
moet het bezitten van een door het Ge
meentebestuur verleende concessie ver
plichtend worden gesteld.
Toelichting. Waar de bestaande
wetgeving geheel onvoldoende is, om
het autobusverkeer aan zoodanige rege
len en voorschriften te binden, dat eene
voor het algemeen belang schadelijke
wilde concurrentie wordt uitgesloten en
een blijvend goed verkeer wordt
waarborgd, is het een urgente eisch,
dat de wetgeving op dit punt herzien
en aangevuld wordt. Het daarvoor aan
gewezen middel is, om in overeenstem
ming met de eischen aan het trambe
drijf gesteld, bij de wet eene concessie
voor het uitoefenen van den dienst ver
plichtend te stellen, terwijl bij alge-
meencn maatregel van bestuur of ver
ordening voorwaarden van technischen,
administratieven en personeelen aard
gegeven kunnen worden.
2. Het Bestuur van Staat of Ge
meente behoort ten opzichte van het
verleencn van concessiën voor autobus
diensten de volgende overwegingen te
laten gelden:
a. Autobuslijnen worden slechts
toegelaten, indien de vervoersbehoefte
het instellen van een autobusdienst
langs het aangevraagde traject wen-
sc.h el ijk maakt en het algemeen belang,
hetwelk vernietiging der bestaande
verkeersonderneming afwijst, zulks
toelaat.
Toelichting. liet. publiek is in het
algemeen bij zijn beoordeeling of cm
autobus gewenscht is, zeer kortzichtig.
Het ziet slechts het, directe belang, het
houdt slechts rekening met de «ogen
blikkelijke voldoening van eischen of
wcnschen, doch geeft zich geen reken
schap, welke schade het algemeen be
lang wordt toegebracht, door het inves-
teeren van nieuw kapitaal voor het in
stellen van een nieuw verkeersmiddel,
zelfs indien dit. in wezen geen nieuwe
verkeersgelegcnheid biedt. De publieke
aandrang naar autobus-verkeer, hoe
verklaarbaar ook, mag dus zeker niet
als maatstaf gelden voor de beoordee
ling of een nieuwe autobuslijn toelaat
baar of gewenscht is. Zoo zal het pubiek
bijvoorbeeld met zijn toejuiching gereed
staan, indien .naast een tramdienst van
A. naar B. autobussen gaan rijden, zoo
dat de reisgelegenheid tusschen beide
plaatsen verveelvuldigd wordt. Wan
neer echter de tramverbinding naar
frequentie en plaatsruimte aan de in
redelijkheid te stellen eischen voldoet,
dan kan het inleggen van autobuslijnen
langs dien weg slechts schadelijk zijn
in het algemeen belang, omdat het ge
bruik van het tramwegmateriaal ver
minderd en de rentabiliteit van dat be
drijf bedreigd wordt, waarvan ophef
fing der bestaande verkeersgelegcnheid
het einde kan zijn.
b. Indien een aanvrage voor een
concessie voor een autobusverbinding
bij de autoriteiten inkomt en deze, na
ernstig onderzoek, waarbij de leiders
der bestaande verkeersondernemingen
worden gehoord, tot de meening zijn ge
komen, dat zoodanige autobuslijn ter
bevordering van het algemeen verkeers
belang, gewenscht is, zoo worde aan de
in de desbetreffende streek bestaande
verkeersonderneming een recht van
voorrang gegeven.
Toelichting. Waar de bestaande
verkeersonderneming onder de regel
matige controle der autoriteiten, de be
langen van een goed verkeer voortdu
rend verzorgt, ligt het voor de hand, dat
zij tevens de beste waarborg geeft voor
de richtige uitvoering van een nieuwen
dienst en dat zij, door de jarenlange
practijk, beter op de hoogte zal zijn van
de eischen, die aan een publiek ver
voersmiddel in redelijkheid gesteld
mogen worden. Van het centraliseeren
der verkeersmiddelen in één hand on
der toezicht der betrokken autoriteiten,
is voor de betreffende streek of gemeen
te slechts voordeel te verwachten, om
dat dan ook voor trajecten, waarvan de
te verwachten bedrijfsuitkomsten geer.
voldoende aantrekking voor het parti
culiere initiatief vormen, een behoorlij
ke verkeersbediening mogelijk wordt
gemaakt.
Autobus en tram zijn elkaar aanvul
lende verkeersmiddelen; door die beide
in één hand te vereenigen, wordt het
groote voordeel bereikt, dat elk dier
middelen op de meest economische wij
ze gebezigd wordt, terwijl bij wijziging
van het vervoer gemakkelijk van het
eene vervoermiddel naar het andere
kan worden overgegaan. Zoo zullen
bijvoorbeeld dikwijls voor een buiten
wijk eener stad of voor voedingslijneri
van intercommunale trams, autobus
lijnen de aangewezen vervoersgelegen-
heid bieden, terwijl bij toeneming van
de verkeersbehoefte de buslijnen lang
zamerhand door tramlijnen kunnen
worden vervangen. Dat deze onmisbare
samenwerking niet verzekerd is, in
dien de autobuslijnen en de tramlijnen
in verschillende handen zijn, behoeft
geen betoog.
c. In het algemeen zal voor inter
communale autobuslijnen, buiten de
overwegingen onder a en b genoemd, de
bepaling gelden, dat, waar voldoende
communale verkeersmiddelen aanwe
zig zijn, de intercommunale autobuslijn