ORGAAN VOOR DE GEMEENTE VELSEN
No. 70
Wo
ensd&g
2 Juli 1924
9a Jaargang
IJ MUIDER COURANT
DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE
BLADEN. EERSTE BLAD.
Het jubileum bij het Staatsvisschers-
havenbedrijf.
Van de gelegenheid om de Directie
van het Staatsvisschershavenbedrijf en
de jubileerende ambtenaren ter gele
genheid van het 25-jarig bestaan van
den Rijksvischafslag en de 25-jarige
ambtsvervulling van de heeren
Schneiders, Heykoop, Doevendans, Tol,
Koeyoets, de Kort en Merkus te com
plimenteeren werd Dinsdagmiddag een
zeer druk gebruik gemaakt. O.m. door
het College van Burgemeester en Wet
houders en den Secretaris der Gemeen
te; door het bestuur van de IJmuider
Vischhandelvereeniging en dat van de
Vereeniging van Readers van Vis-
schersvaartuigen; door Commissaris
sen en Directie van de Vereenigde Ex
ploitatie Maatschappij; door de Direc
tie van het hoofdkantoor van de Haar-
lemsche Bankvereeniging; door de Di
recteuren van vele nevenbe drijven;
Idoor de besturen der Arbeiders-Orga-
misaties; door tal van vertegenwoordi
gers van reederijen en handelsfirma's
en andere betrokkenen bij het vissche-
rijbedrijf.
Een schat van bloemstukken had het
'Directiegebouw aan den kop van de
Visschershaven in een waar lustoord
herschapen.
Het bestuur van de Vereëniging van
Reeders van Visschersvaartuigen had
ter gelegenheid van bovenstaand jubi-
lé het navolgende schrijven aan den
fiieer F. J. H. Schneiders, directeur van
'het Staatsvisschershavenbedrijf ge-
jzonden:
WelEdelgestr. Heer!
Ter gelegenheid van het vijfentwin
tig-jarig bestaan van den publieken
verkoop van visch in de Rijksvisch-
hallen, eerst door het Rijk zelf en, latei-
door het Staatsvisschershavenbedrijf,
waarmede practisch samenvalt de her
denking van Uw vijfentwintigjarige
ambtsvervulling in opeenvolgende
functies alhier, kan ondergeteekende
niet nalaten u bij dezen zijne oprechte
gelukwenschen aan te bieden.
Moge deze herdenkingsdag ook val-
en in een tijd waarin nog menige don
kere wolk de toekomst van het vis-
ischerijbedrijf verduistert en moge als
jgevolg daarvan ook :in het Staatsvis
schershavenbedrijf en in zijn exploita
tie-resultaten de we-erslag daarvan
worden ondervonden en voor het
oogenblik veel rooven van den blijd
schap aan welgeslaagden arbeid inhae-
rent, het zou ondankbaar zijn op een
tijdstip als dit, niet met waardeering
terug te zien op wat in de vervlogene
25 jaar is gedaan en tot stand gebracht.
In dit verband zij het ons vergund
er hierbij aan te herinneren hoe in de
korte jaren de tegenstand tegen het
Instituut van den Rijksvischafslag is
verdwenen. Daarvoor past een woord
van erkentelijkheid jegens de regee
ring die met wijs beleid aan gerecht
vaardigde klachten tegemoet kwam.
Maar niet minder mag er hier op
worden gewezen hoe onder de leiding
van haren eersten directeur, de heer J.
VI. Bottemanne, later hoofdinspecteur
Ier Visscherijen, daarna onder diens
opvolgers en thans sinds enkele jaren
Dnder uwe leiding dit Instituut is ge
worden tot een in.stellng die met suc
ces het Visscherij-bedriji' heeft kunnen
en willen dienen-
i De wijze waarop dit geschiedde heeft
?oede vruchten afgeworpen; van be-
jwaren tegen den Rijksvischafslag als
instellihg is geen sprake meer en van
[Jmuiden is aldus gemaakt wat het
d*ans is:
"r*„De voornaamste visch'markt op het
ipntinent van Europa".
V Van een bedrijf dat alleen met be
langrijke Rijkssteun kon worden in
rtand gehouden, heeft het zich mede
y uwen arbeid ontwikkeldJtot een
"kostendekkend Staatsbedrijf en al
V. ft ook de na-oorlogsellende daarin
keer gebracht, wij vertrouwen
at dit slechts van tijdelijken aard zal
;ijn en dat binnen afzienbaren tijd ook
iet Staatsvisschershavenbedrijf weer
gt de vooroorlogswelstand moge gera-
:en.
Het zal u ongetwijfeld op dezen dag
en^ groote voldoening zijn, gedurende
5 jaar uw krachten te hebben mogen
■even aan den bloei van dit bedrijf en
dj wenschen u op de zen dag toe dat gij
og gedurende vele jarnn ujve krach
ten er aqn zult mogen geven en mede
werken tot het herstel dat wij allen te
zamen met verlangen tegemoet zien.
Het zal ons, ondergeteekende, een
aangename taak zijn, met u te mogen
samenwerken in de jaren die voor ons
liggen en wij vertrouwen dat dit zal
mogen geschieden in den zelfden geest
waarin die samenwerking gedurende
deze vele jaren heeft plaats gehad.
De heer J. D. Heykoop, Halchef ont
ving het volgende schrijven:
WelEd. Heer!
De ondergeteekende kan niet nalaten
u bij uwe 25-jarige ambtsvervulling als
Halchef van het Staatsvisschershaven
bedrijf, recht hartelijk geluk te wen
schen met het voorrecht dat u ten deel
valt dezen dag te mogen herdenken en
de vele gelukwenschen die u ongetwij
feld zullen bereiken, te mogen in ont
vangst nemen.
Dat gij u die gelukwenschen waardig
hebt gemaakt door de wijze waarop
gij gedurende deze vele jaren uw taak
hebt vervuld, behoeft geen betoog en
kan daaraan voor u alleen nog hoogere
waarde bijzetten.
Uw taak is niet een gemakkelijke ge
weest, vooral niet in een zich zoo sterk
uitbreidend bedrijf, en geplaatst als gij
steeds waart tusschen Reederij en
Handel.
Ook u is de kritiek niet gespaard ge
bleven, maar gij zijt onder dat alles
steeds dezelfde gebleven en hebt uzelf
wellicht getroost met deze overwe
ging dat wanneer beide zijden soms
van oordeel waren dat gij te toegeeflijk
waart naar den anderen kant, dit het
beste bewijs opleverde dat gij althans
eerlijk trachtte tusschen beide het
juiste midden te houden.
Gaarne erkent ondergeteekende hoe
ook mede door uw arbeid het Staats
visschershavenbedrijf is geworden,
wat het thans is, en van harte wordt
u bij dezen toegewenscht, dat gij nog
vele jaren uw beste krachten moogt
geven aan dezen uwen taak en zulks
met denzelfden lust en ijver die uw op
treden tot nu toe hebben gekenmerkt.
De overige jubilarissen ontvingen ieder
een schrijven van den volgenden in
houd:
WelEd. Heer!
Het is ons een genoegen u recht har
telijk te mogen gelukwenschen met
uwe 25-jarige ambtsvervulling bij het
Staatsvisschershavenbedrijf te IJmui-
den, welks opkomst en uitbreiding gij
hebt mogen medemaken en aan welks
ontwikkeling en welstand gij gedu
rende zulk een lange reeks van jaren
uw beste krachten hebt mogen geven.
Ondergeteekende kan niet nalaten
zijne waardeering uit te spreken over
de wijze waarop ook door u uwe taak
bij het Staatsvisschershavenbedrijf is
vervuld en met name voor de goede
medewerking die het reederijbedrijf
van u in den dagelijkschen gang van
zaken heeft mogen ondervinden.
Ondergeteekende hoopt dan ook ten
zeerste, dat het u gegeven moge wor
den nog vele jaren uwe krachten te
wijden aan uwen taak en dat in toe
komende jarenhet bedrijf op dezelfde
wijze van uwe medewerking zal mogen
profiteeren.
De heer J. C. Slis, Voorzitter der
IJmuider Vischhandel Vereeniging
hield de navolgende toespraak:
Geachte heer Directeur en
heeren Ambtenaren!
Het is heden de dag, waarop 25 jaren
geleden de Rijksvischafslag in dienst
werd gesteld en stelt het bestuur der
IJmuider Vischhandelvereeniging er
prijs op bij deze gebeurtenis van zijn
belangstelling blijk te geven.
De Rijksvischafslag toch heeft zich
van af zijne oprichting doen kennen
als een instelling, die aan een gebleken
behoefte ten volle voldeed. In 1899 in
gesteld nam hij langzamerhand in
omvang toe; nieuwe hallen moesten
successievelijk worden bijgebouwd; de
haven worden uitgebreid en nieuwe
havens worden aangelegd eri" mag nu
met voldoening worden geconstateerd
dat IJmuiden thans bezit een dei-
grootste en best geoutilleerde visch-
markten en havencomplexen van het
vaste land van Europa.
Behalve aan de energie van reederij
en, vischhandel en nevenbedrijven, ge
steund door de bekwaamheid en ijver
door het rijkspersoneel aan den "dag
gelegd, danken wij deze groote uitbrei
ding aan de Regeering, die het bedrijf
in de gelegenheid stelde zich in al die
jaren te ontwikkelen op die wijze, zoo
als thans is geschied en verzoeken wij
U der Regeering onze dank te willen
brengen voor al hetgeen zij die jaren
voor het vischbedrijf heeft gedaan en
tot stand gebracht.
Wij hebben jaren gehad van grooten
bloei en wel is waar is daarop een re
actie gevolgd tengevolge van de we
reldgebeurtenissen, doch willen wij u
verzekeren, dat wij niet zullen versa
gen; dat wij al onze energie zullen
aanwenden om de crisis in het bedrijf
te boven te komen en dat wij met be
hulp der Regeeriug en hare ambtena
ren en beambten onder uwe Directie
het bedrijf zullen trachten op te 'voe
ren tot het hoogst menschelijk bereik
bare.
Tevens is deze dag een herdenkings
dag voor u, mijnheer Schneiders, voor
den heer Heykoop en voor de heeren
Tol, Doevedans, Koevoets, Merkus en
de Kort en brengen wij u openlijk hul
de voor wat door u allen in die jaren
voor het bedrijf is gedaan. Veel werd
er van u gevergd en gevraagd, dikwijls
zelfs te veel, doch altijd werd met'in
Achtneming van een milde uitlegging
uwer reglementen door u alles gedaan
om aan de behoeften en bezwaren van
het zoo moeilijk en inspannend visch
bedrijf en hare nevenbedrijven tege
moet te komen. Wij brengen u hiervoor
uit den grond van ons hart hartelijke
dank en spreken den wensch uit, dat
u nog een reeks van jaren met eenzelf-
den lust, ijver en bekwaamheid de u
opgedragen belangen zult willen blij
den behartigen, ten genoege en vol
doening van u zelf en tot heil van het
[vischbedrijf van IJmuiden.
Namens de leden, bet bestuur en den
Administrateur der IJmuider Visch
handelvereeniging bieden wij u allen
met uw persoonlijk jubilé onze harte-
flijke gelukwenschen aan.
Als stoffelijk blijk van onze dank
baarheid en hulde hebben wij geilieend
'ieder van u een tweetal houtgravures
laan te bieden, voorstellende de Rijks-
visschershaven met afslaggebouw te
"IJmuiden in 1899 en die haven met de
hallen in 1924 en koesteren wij' de ver
wachting, dat deze een goed plaatsje
mogen vinden in uwe woningen en de
aanblik er van u steeds moge herinne
ren aan het vervlogen tijdperk eri aan
dezen dag.
De heer J. F. Klercq, Commissaris
van de V. E. M. hield de volgende toe
spraak:
U ziet hier voor u een deputatie uit
Directie en Commissarissen van de
Vereenigde Exploitatie Maatschappij
welke onderneming er behoefte aan
had persoonlijk hier zijn opwachting
te komen makeja en u mijnheer Schnei
ders te komen complimenteeren met
dezen herinneringsdag.
Het is o.i. niet noodig, niet ge
wenscht en het ligt trouwens ook min
der op den weg van <Jeze deputatie als
zoodanig in finesses hier uitteweiden
over het vele goede wat door de Rijks
vischafslag in de afgeloopen 25 jaar
direct of indirect werd verricht, noch
over de merites van het systeem eener
instelling als die welke vandaag dit
jubileum herdenkt.
Veel van wat wij in reederskringen
gevoelen is neergelegd in een schrijven
wat u van de zijde van het Bestuur der
Reedersvereeniging zal hebben be
reikt.
Daaraan veel toe te voegen hebbei:
wij niet. Alléén op een speciaal feit
wenschen wij hier kort de nadruk te
leggen en daarbij terug te denken aan
heden vóór 25 jaar, toen op 1 Juli 1899
de Rijksvischafslag als onderdeel van
het Staatsvischershavenbedrijf offici
eel zijne werkzaamheden begon en een
aanvang maakte met een geregelde en
goed geadministreerde vischverkoop,
Deze laatste woorden zeggen in al
hunne eenvoud, veel, te veel om bij al
de gevolgen van dit feit in dit korte
oogenblik stil te staan.
Maar aan één der vérstrekkende en
gelukkige gevolgen die deze uitsteken
de en wijze regeling voor IJmuiden
had, moge hier even worden herinnerd
Het is deze dat daardoor het den on
dernemers in een tijd dat geld in Hol
land zeer moeilijk te krijgen was, om
te dienen als bedrijfskapitaal voor
Visscherij-reederijen zich toeleggende
op de vangst van versche visch op
grooten schaal, mogelijk werd ge
maakt, schepen naar gelang van be
hoefte in de vaart te brengen.
Het vertrouwen, wat voorheen ont
brak, het kwam er langzamerhand,
het geldbeleggend publiek durfde-zich
interesseeren.
En nu wenschen wij hier met erken
telijkheid vast te stellen dat dit ver
trouwen er kwam om* grootelij ks door
diezelfde geregelde en goed-geadmini-
streerde vischverkoop waarop wij zoo
even doelden.
En toen het vertrouwen er eenmaal
was, de feiten hebben het bewezen,
toen werd ook gaandeweg de IJmui
der vloot uitgebreid, toen nam die
jaarlijks in omvangt en beteekenis toe
en zij werd tenslotte wat zij thans is,
een vissclierijvloot waarop onze haven
trots alle teleurstellingen, trots alle
remmende, soms fnuikende factoren d.
laatste jaren, trotsch behoort te wezen
en trotsch kan zijn, even trotsch als op
de vele nevenbedrijven wier omwikke
ling met de uitbreiding der vloot gelij
ken tred moest houden.
Dat dit alles in den loop der laatste
25 jaren zoo kon komen, het is naast
energie van ondernemers op divers
gebied, in de allereerste plaats te
danken, aan de maatregelen destijds
door de Regeering genomen; aan de in
stelling van den Rijksvischafslag en
aan het onvermoeide werk van de lei
ders daarvan in 1899, voor het grootste
deel ook nog de mannen van thans.
Zie mijnheer de Directeur, hier gaan
onze herinneringen vanzelf voor een
oogenblik terug naar den eersten Di
recteur, den hr. J. M. Bottemanne, die
met vaste hand, met ijzeren wil,
daarin bijgestaan door een flinken
staf, waarvan u om zoo te zeggen den
chef waard, de jonge instelling in de
goede hanen wist te leiden en te hou
den, tot steun voor reederij en handel
in gelijke mate, dan gaan onze gevoe
lens van erkentelijkheid uit naar dien
eersten directeur, zoowel als naar u-die
hem opvolgde en die, zij het dan ook
in ietwat gewijzigde vorm als ge
volg van gewijzigde omstandigheden
zijne voetstappen drukte, de door hem
gevolgde lijn zich deed aanpassen aan
de eischen des tijds, doch, voor alles,
de. geregeld en, goed geadministreerden
vischverkoop hoog hield door alle om
standigheden heen.
Zie, dit bleef en kon niet nalaten te
blijven vertrouwen wekken, en voor
dit vertrouwen wat wij schenken
konden zijn wij erkentelijk, omdat het
ons in staat stelde, op onze beurt te
doen wat wij deden.
Sta ons toe, in den' eersten directeur,
zoowel als in u mijnheer Schneiders en
in uwen staf te complimenteeren de
instelling der Rijksvischafslag met dit
jubileum, die instelling daarbij onzen
dank brengende en een vertrouwen
schenkend voortbestaan in lengte van
dagen toe te wenschen, tot bloei van
ónze mooie haven.
Wij voor ons, en deze toezegging uit
een millieu van belangrijk geïntres-
seerden hij den gang van zaken in
IJmuiden mag, wij zijn er zeker van,
ook beschouwd worden als gedaan na
mens het geheele reederij-bedrijf met
de nevenbedrijven, wij zeggen u graag
toe dat ons streven ook in de toekomst
er op zal zijn gericht eene loyale me
dewerking te verleenen aan de ver
trouwen wekkende Rijksvischafslag.
De heer Schneiders zeide met een
enkel woord dank te willen brengen
aan allen, die blijken van belangstel
ling hadden gegeven en in het bijzon
der de hulde van handel en reederij op
zeer hoogen prijs te stellen. Zij toch wa
ren vóór 25 jaar de pioniers, die het
groote werk aanvatten en hij zag in de
vertegenwoordigers hier de overwin
naars in den grooten strijd.
Het Staatsvisschershavenbedrijf is
in dienst van reederij, handel en indu
strie; het bedrijf geeft slechts de mid
delen om de groote energie van ree
ders, handelaren en industriëelen tot
volkomen uiting te doen komen. Hij
hoopte in de toekomst op nog nauwe
re samenwerking tusschen de verte
genwoordigers der regeering en die
der visscherij- en nevenbedrijven.
Van vele zijden, zoowel uit IJmuiden
als daarbuiten waren telegrafische en
schriftelijke gelukwenschen ingeko
men, terwijl tal van firma's door het
zenden van bloemstukken en andere
huldeblijken van hun belangstelling
en sympathie getuigenishadden doen
geven.
VERSLA GvVAN DE VEREENIGING
VAN REEDERS VAN VISSCHERS
VAARTUIGEN.
(Vervolg).
Snurrevaadvisscherij.
De Snurrevaadvisscherij Verkrijgt in
IJmuiden nog maar zeer langzaam
aan, eenige meerdere vasten voet. In
1923 werd daaraan deelgenomen door
3 schepen, die an 25 reizen tezamen
maakten 275 zeedagen of gemiddeld
dagen per reis.
Het hoogste aantal zeedagen door
één schip gemaakt bedroeg 171 zeeda
gen, het laagste 29 zeedagen, de lang
ste reis duurde 18 dagen en de kortste
dagen.
De houten stoomdrifter, die in 1922
vanuit Engeland voor IJmuiden werd
aangekocht, speciaal voor de Snurre-
vaad-visscherij, werd in 1923 weer naar
Engeland verkocht.
Waar de Snurrevaadvisscherij alleen
bij dag is uit te oefenen en dus speci
aal is een visscherij voor den zomer,
met de lange lichte dagen, kan, waar
deze drifter alleen gedurende den win
ter enkele reizen gemaakt heeft, geen
conclusie worden getrokken uit het
feit., dat dit schip wegens onvoldoende
resultaten is verkocht geworden.
Verwacht mag worden, dat deze vis
scherij, die belangrijk goodkooper ex-
ploitatiecijfers geeft, geleidelijk naar
dien meerdere visschers daarvan prac
tisch op de hoogte geraken, zich zal
uitbreiden, als zomervisscherij en dat
wel voornamelijk door kleine trawlers
en haringdrifters, deze laatsten tot de
haringvisscherij voor drifters begint.
Een snelle uitbreiding dezer vissche-
ij kan niet worden verwacht en is
evenmin gewenscht.
Vreemde aanvoeren.
Bij de beoordeeling der Duitsche
aanvoeren gedurende 1923 moet scherp
worden onderscheiden tusschen den
zomei'tijd met de staking der Duitsche
:trawlvisschers en het overige gedeelte
ivan het jaar.
De invoer uit Duitschland over land,
lis wan geringere beteekenis geweest en
'kan hier gevoeglijk buiten beschou
wing blijven.
In het geheele jaar kwamen 869 Duit
sche trawlers te IJmuiden en losten
daar 9.801.341 K.G.
De laatste groote aanvoeren door
Duitsche trawlers vielen samen met
een tamelijk vastere en betere markt
in Duitschland zelf en met het begin
van een weinig handel in versche
visch van IJmuiden naar Duitschland,
waaruit mag worden geconcludeerd,
dat niet alléén het verschil in markt
prijs voor de Duitsche belanghebben
den steeds oorzaak is, waarom op
IJmuiden wordt gemarkt, maar dat
wellicht ook andere factoren daartoe
medewerkten.
Aangenomen mag worden dat ge
leidelijk het verschil in exploitatie
kosten, dat in Duitschland lager was
dan in Nederland, in zooverre i9 gere
duceerd, dat dit niet langer een factor
van overwegend belang is, waardoor
de Duitsche schepen een belangrijke
voorsprong hebben op de Nederland-
sche. Het op het eind van het jaar nog
bestaande verschil kan geacht worden
te worden gecompenseerd door de
meerdere kosten, die ieder ondervindt,
die in vreemde havens markt.
Door de Reedersvereeniging is gedu
rende het jaar 1923 geen moeite van
beteekenis gedaan om een dumping
door Duitsche visch tegen te gaan.
Eenerzijds hebben de pogingen in 1921
en 1922 van verschillende kanten ge
daan, om de Regeering te bewegen
handelend op te treden, in geen enkel
opzicht tot eenig resultaat geleid en
anderzijds waren de Duitsche aanvoe
ren, van April tot en met Augustus,
zoo gering, dat er geen aanleiding be
stond om de tusschenkomst van de
Regeering verder in te roepen.
Waar er thans is een begin van het
herstel van den handel op' Duitschland,
mag worden verwacht dat de Duitsche
schepen minder van IJmuiden zullen
gebruik maken, maar wanneer ze er
zouden komen, dan zouden ze toch in
ieder geval de markt alhier wel druk
ken, te meer waar de schommelingen
der Belgische en Fransche valuta niet
kunnen nalaten den aizet naar deze
landen ongunstig te beïnvloeden.
Visch afzet.
Met het oog op den afzet der visch
geven wij hier allereerst een overzicht
