flmiUpgi
34 WsM 34
Spaar- en Voorschotbank Boaz
$qbinq
ML Dekker,
Kanaabtr.
pen drinki
thqns overql
Tandarts Stark
Tflor liters! \m prijzen.
in Heeren Modes.
Alleen te Haarlem
1M»111
Depüt van IJszout
N.V. PROVIAND STORES
SANGUINOSE
VOOR DE JEUGD
Steedi voorradig
Slagerijassen
Kruidcnierijanen
Bakkersjassen
Kappersjassen
Koksbuizen
Koksmutsen
Bakkerssloven
Heerenstofjassen
Damesstofjassen
Orijze jasjes
enz. enz. enz.
Aanbevelend,
QROOTE MARKT 5
Spreekuur 9—11 en 2—4 dagelijks
is HET adres voor goede Tand
heelkunde en Kunsttanden tegen
een laag tarief tot bestrijding van
praktijken van onbevoegden.
Spaarbusjes beschikbaar, zoolang de voorraad
strekt.
Rente 4 p©i
Onder voortdurende contröle van den
Accountantsdienst der NutsBpaarbanken.
Zitdag voor IJ muiden:
sfóaendsge van 79 Heïntstrasi 9
Voor Velseroord:
Woenedag'e van 7—9 WillabroFdsir. 6
Wij berichten hiermede aan fabrikanten van Vanille- en Vruchtenijs
dat wij aan de MIDDENHAVENSTRAAT Z. Z. hebben gevestigd een
uitsluitend bestemd voor bovengenoemd gebruik.
JAN VAN DER MADE CO. - TEL. 260
H
VINUM SANGUINOSUMIN VACUO
De Sanguinose is een zuiver plantaardig middel, dat in hooge
mate het bloed verrijkt, doordat het de roode bloedlichaampjes
vermeerdert. Oezond en krachtig bloed is eene levensvoorwaarde
voor jong en oud en wanneer het bloed gezond en krachtig
is, tdan verdwijnen de kwalen, de zwakte en de lusteloosheid,
die het leven dikwijls maken tot een last.
Honderden in ons eigen land hebben reeds de goede werking
der Sanguinose ieeren kennen. Neemt er ook de proef eens
eens mede, wanneer gij geen baat vindt bij uwe tegenwoordige
behandeling
Oij behoeft van de Sanguinose geen Likeurglaasjes te ge
bruiken. Tweemaal per dag een eetlepel is genoeg. Daar is
géén middel, versta het goed, geen enkel middel dat zoo snel
helpt in alle gevallen van uitputting en algemeene verslapping.
Sanguinose wordt verkocht in alle apotheken en bij alle
voorname drogisten.
WACHT U VOOR NAMAAK!
Prijs per flacon f 2—, 6 tl. f II.—, 12 tl. f 21.—.
VAN DAM Co.
De Riemerstraat 2c/4. Den Haag.
Coöperatieve
Oevestlgd te IJmulden Kanaalstraat 37
Raad van Toezicht i
Ir. W. Polderman, F. J. H. Schneiders, Mr. A. W. Hellema, A. de Wit.
Rechtskundig Adviseur, Mr. A. W. Hellema.
Deze Bank verstrekt voorschottan tegen borgstelling of zakelijke zekerheid
Spaargelden worden legen uitgifte van een boekje in bewaring genomen
tegen eene rente van 4 pCt. in 't jaar, voor een jaar vast 4'/, pCi
De bank is geonendi Eiken Maandag en Donde'dagven 7—9 uurn.m.
ln alle lagen van Nederlands bevolking
is Sabina Thee de geliefkoosde drank. Ook
Sabina Koffie doet thans overal opgeld.
Thee en Koffie zijn in Holland zulke voor
name artikelen.
Hebt ge wel eens uitge
rekend; boe weinig een kop Thee of Koffie
U eigenlijk kost en hoeveel genot
Ut ervan hebt? Zelfs al zou Sabina
iets duurder zijn dan de 'andere
merken, die zonder scherpe con
trole de wereld in worden gestuurd,
dan nog zou ,0 cent per kopje
voor U geen beletsel kunnen zijn
om Sabina te koopen en ervan
te genieten. Uw winkelier heeft
Sabina in voorraad.
Koffie Groen Merk 6o ct Thee Groen Merk^zjo ct|
Blauw S2'A Blauw 35
Oranje 42 X Oranje 30
per M pond
Firma h.W.tiolsmuller Alkmaar.Opgericht: 1042
HET ADRES VOOR
HANDELS
DRUKWERKEN
IS
N.V. DRUKKERIJ
SINJEWEL
IJMU1DEN
W I L LEMSPLEIN
Nog slechts tot en met Woensdag 9 juli, alleen In onze filialen te IJmulden en Velseroord
door Louise.
LENI EN HAAR POPJE.
(Nadruk verboden.)
it
er Leni had haar popje gewasschen en
la- aangekleed. Wat was het toch een lief
kindje! Zulke frissche, rose wangetjes
en zulke lieve, blauwe oogjes! Het
mondje lacht het kleine poppenmoe-
dertje van vijf jaar vriendelijk toe. Le
ni geeft haar schat een kusje en zegt
iel tegen moeder: „Kijk eens moe, wat is
ite ze lief en wat ziet ze er schoon uit!"
at- „Ja", zegt Moeder, „jij zorgt maar
goed voor je kindje. Je bent een lief
lu! moedertje!"
lat „Alleen haar haartjes zitten zoo lee-
iet lijk. Ik kan ze niet goed uitkammen,
er- Het kammetje wil er niet door. Ik trek
al de haartjes uit.
1 „Ja," zegt Moe, „dat pruikje is niet
lil linooi. Het lijkt wel wat op een rage-
ïp>ol."
Leni speelt nog wat met de pop. Dan
gaat zij er mee uit wandelen. En tel-
kens kijkt ze maar naar die verwarde
haartjes, die onder het hoedje uit ko
men.
„Een ragebol" heeft Moeder gezegd,
„het lijkt wel een ragebol". De men-
schen zullen wel denken, dat Pop een
vies kind is en zij een slordig moeder
tje, „Weet je wat" denkt ze, „als ik
straks thuis kom, kni{> ik de haartjes
af. Mijn haren zijn toch ook geknipt?
Haren groeien vanzelf wel weer aan."
Meteen stapt Leni al naar huis. Zij
legt Pop nog niet in haar wiegje, maar
zoekt Moeders naaimandje op, neemt
de schaar en heeft nu gauw alle haren
van Pop op den grond liggen. Mooi is
dat kale poppekopje niet. Je ziet het
linnen, waar de haren op gemaakt zijn.
Leni vindt het zelf erg leelijk, maar 't
zal wel gauw aangroeien.
Nu stapt zij naar Moeder, laat haar
het popje zien en zegt:
„Kijk Moe, ik heb de haartjes maar
afgeknipt. Met zoo'n ragebol zouden de
menschen maar denken, dat zij een
vies kind is. Denkt U, dat zij weer
gauw aangroeien?"
„Aangroeien," zegt Moeder, „nee
kindje. Popjes haren groeien niet.
Poppen zijn toch geen echte kindertjes,
poppen groeien heelemaal niet.
Daar moet Leni om huilen. Nu houdt
haar kindje altijd zoo'n leelijk pruikje.
Maar Moeder troost haar en zegt:
„Het is niet zoo erg. Nu is je pop een
jongetje. Als ik eens tijd heb, maak ik
een jongenspakje en een mutsje. Dan
lijkt het heelemaal een jongenspop."
Dat vindt Leni fijn. Zij lacht al weer.
,n Matrozenpak dan, hé Moe?"
„Goed, een matrozenpak hoor!"
Den volgenden dag komt er een Tan
te van Leni. Dat is prettig, want Tante
brengt flikjes mee voor Leni en haar
zusje en broertje. En ook nog voor
ieder een klein prentenboekje.
Die Tante houdt veel van Leni en
Leni houdt ook veel van haar tante.
Zij is al vaak een paar daagjes met
haar mee naar Haarlem geweest. Dat
vindt ze- heel prettig, want daar is het
zoo mooi. Je hebt daar zulke mooie
bloemen en bij Tante is een groote hond
in huis. Zij mag Tante helpen stof af
nemen en ramen lappen. Dat doet zij
wat graag.
„Ga je weer met mij mee, Leni?"
vraagt Tante. Zij is meestal alleen en.
daarom neemt zij het kleine snapster-
tje graag eens mee.
Leni's oogjes schitteren en kijken
naar Moeder. Wat zal die wel zeggen?
Zou Moeder het goedvinden?
„Als Leni zoo graag wil, mag ze wel
voor een weekje mee, dan kom ik haar
Zondag over een week zelf halen".
„Heerlijk!" Leni huppelt en klapt in
de handjes van blijdschap.
„Nu zegt Moeder, „dan zal ik haar
maar aankleeden en haar kleertjes in
pakken."
Als Leni aangekleed is, denkt zij
aan haar Popje. Zij zal haar lieve
kindje nog eerst even toedekken. Ze
haalt popje uit het wiegje en geeft het
een zoentje.
„Dag lieveling," zegt ze. „Zal je braaf
zijn, als Moeder weg is?"
„Ja Moe," antwoordt zij zelf met een
piepstemmetje voor pop. Maar nu
ziet zij weer dat leelijke, kale kopje.
Wat is dat toch jammer van die lieve
pop. Zou dat nu nooit meer groeien?
Weet je wat, ze doet er wat kliswortel
op, dat doet Moeder bij haar ook wel
eens op het hoofd voor den haargroei.
Ze weet de flesch wel te staan, gaat
die gauw halen en doet een paar hand
jes vol kliswortel op de poppenpruik.
Die is drijfnat en ook de kleertjes wor
den nat.
„Ziezoo schat, als moeder nu terug
komt, zijn je haartjes weer gegroeid
en ben je weer je Moeders lieve meis
je hoor! Ze gaat aan Moe en Tante ver
tellen, wat ze gedaan heeft. Die lachen
om het kleine ding.
Kort daarna vertrekken zij.
Leni bleef wel veertien dagen bij de
Tante. Moeder was een paar dagen
ziek geweest en kon haar niet komen
halen. Vader had gevraagd of zij nog
mocht blijven tot Moe beter was. Zij
vond het naar, dat Moesje ziek was en
wou weer graag naar huis. Maar Tan
te zei, dat Vader gelijk had, Moeder
had rust noodig en daarom moest zij
nog wat blijven. Eindelijk bracht Tan
te haar zelf weer terug.
Leni vloog haar moeder om den hals.
Die was gelukkig weer heelemaal in
orde en zij was blij, dat haar lieveling
er weer was. Toen gaf Leni vader een
zoen en haar broertje en zusje, maar
daarna ging zij gauw eens naar haar
poppekind kijken. Zouden de haren al
aangegroeid zijn? Vol verwachting
gaat zij naar het wiegje, slaat de gor
dijntjes open en haalt het popje van
onder de dekens.
Ach neen, ze zijn nog niet gegroeid.
Wat jammert Leni begint een beetje te
huilen. Ze gaat naar Moeder. „Ach
Moe, kijk eens, nu zijn de haartjes
nog niet gegroeid. Zou dat nu altijd
zoo leelijk blijven?"
„Ik weet het niet, kindje. We zullen
Sinterklaas vragen of die een ander
pruikje brengt. Zoolang moet de pop
maar een jongetje blijven. Kijk eens,
moeder heeft ook al een jongenspakje
gemaakt."
„O, wat is u toch een lieve Moesje."
Zij geeft moe een stevige pakkerd en
gaat dan gauw het mooie pakje pas
sen.
Ach, wat staat dat het popje lief!
Wat is dat kindje toch een snoes. Wat
zit er een mooie kraag op het pakje.
En kijk een ankertje op de mouw en
ook op het frontje. Mooi kan moe dat
toch maken! Ze zet popje in haar stoel
tje, een lief klein rieten leunstoeltje.
Net zoo een als vader in het groot heeft.
Ze zet het stoeltje op tafel en speelt er
dan wat mee.
Maar, och hemel, daar komt klein
zusje. Die wil het popje in het stoeltje
pakken. Zij kan er niet goed bij en
plof daar ligt het lieve poppekind
op den grond, het arme kopje geheel
aan scherven!
„O, o, schreit Leni, „o, Moe, nu is
mijn lieve kindje dood, nu is mijn lie
ve kindje dood!"
De kleine meid is haast niet te
troosten. Maar eindelijk belooft Moe
der haar, dat Tante het popje naar
Haarlem zal meenemen. Daar woont de
poppendokter en die zal het popje dan
weer maken.