ORGAAN VOOR DE G!
NTE VELSEN
No. 4
Woansdag 18 November 1984
10e Jaargang
Rooititer is onistaaita,
IJMUIDER COURANT
DIENSTPLICHT.
Bekendmaking van uitspraken in zake
vrijstelling.
De Burgemeester ven Velsen brengt terj
algemeene kennis, dat omtrent aanvragen i
om vrijstelling van den dienstplicht betref
fende de hieronder genoemde persoon de
uitspraak is geschied, bij zijn naam vermeld.
Antoon Hendrikus Osendarp, lichting
1925, voor goed vrijgesteld wegens broe-
derdienst, bij beschikking van Oed. Staten
van Noordholland, 5 November 1924,
No. 155.
Velsen, 10 Nov. 1924.
J. P. Handgraaf, l.b.
Waterstand IJaamldaau
Nov. 1924
H.
water
L.
water
Dagen
v.m.
n.m.
v.m.
n.m.
13
4.00
4.12
-
0.00
14
4.35
4.45
0.18
0.28
15
5.07
5.16
0.48
0.59
16
5.39
5.51
1.18
1.28
17
6.13
6.28
1.46
2.02
18
6.53
7.14
2.21
2.42
19 L.K.
7.43
8.10
3.02
3.28
Ingekomen personen.
Au
m.
O. v. Lienen, C Will. Barendzsstr. 21 1—2
B. J. Cornelius, O Hagellngerweg 29 1—1
S. P. J. Stevens, E Kaiverstr. 35 5—2
F. F. Strijbosch, D Kortenaerstr. 32rd. 1—2
O. Terluin, L Corverslaan 57 13
W. v. Burgel, K Nd. dorpstraat 11 2—3
H. Struik, C Helmstraat 12 2—2
Wed. Voogt-Terwogt, C Rijksstr.weg 28 —1
H. j. Zalm, A Bloemend.str.weg 43a 1—1
O. Altink, E Stationsweg 37 3—1
K. H. van der Bom, H Hageveldstr. 6 3—1
De aankoop van Velserbeek.
Als deze courant verschijnt zal aan
den avond van den dag onze gemeente
raad een beslissing hebben te nemen
over den aankoop van Velserbeek.
Er zijn drie mogelijkheden: De raad
neemt het voorstel van B. en W. aan;
de raad neemt het voorstel niet aan of
het voorstel wordt aangehouden.
Het laatste zou ons het meest waar
schijnlijk lijken, als deze belangrijke
aangelegenheid niet vooraf in besloten
vergadering rijpelijk van alle kanten is
besproken en bezien, wat echter niet
denkbaar is. 't Is immers geen gewoon
te zeer belangrijke voorstellen niet
vooraf in besloten zittingen te behan
delen (men denke aan de Ziekenhuis
kwestie) en ook in 1918 is over het toen
malige voorstel of liever gezegd aanbod
tot aankoop meer dan eenmaal in be
sloten zitting van gedachten gewisseld.
De raad heeft echter toen f 450.000 ge
boden, waarvoor het goed echter niet
gegund werd. Het verloop der zaak
toenmaals achten we bekend, omdat
het raadsstuk, waarin thans wordt
voorgesteld het buitengoed aan te koo-
pen in extenso in ons blad van Zater
dag j.l. is opgenomen.
•Voor den prijs, dien de gemeente toen
bood en waarvoor het niet verkregen
werd, wordt de buitenplaats thans aan
geboden. Indien er niets veranderd was
en de meening van den tegenwoordigen
raad is dezelfde als die van den raad
van 1918, zou men dus kunnen afleiden,
dat de gemeenteraad Woensdag tot
aankoop zal besluiten. Er is evenwel
niet tets, doch er is veel veranderd.
Stel u voor, dat iemand u zes jaar ge
leden voor zekeren prijs een huis te
koop aanbood. Geen gewone woning,
doch bijv. een oud patriciërs huis. Ge
biedt minder en de koop mislukt. Een
ander met hooger bod wordt kooper.
Het blijkt den kooper, dat hij aan het
huis niet de bestemming kan geven,
zooals hij zich dat had voorgesteld,
doch hij haalt uit het huis in den loop
der jaren, de mooie wandbeschilderin-
gen, de kostbare gobelins, de antieke
tegelbekleedingen en de waardevolle
houtbetimmeringen, die tezamen meer
of ongeveer een derde van de volle
waarde vertegenwoordigen. Daarna
wil hij het perceel wel weer van de
hand doen en herinnert zich het aan
bod van den liefhebber van vóór zes
jaar en biedt hem de woning aan voor
den toen geboden prijs.
Dan moeten er in den loop van die
zes jaren wel zeer bijzondere, toenmaals
onbekende, voordeelige eigenschappen
van het huis aan het daglicht getreden
zijn, indien de bieder van toen zijn bod
van vóór zes jaar nog gestand zal doen
en moet de waarde dier plots gebleken
eigenschappen minstens opwegen tegen
de belangrijke waardevermindering,
die het perceel heeft ondergaan. Is
zulks niet het geval, dan zal geen ern
stig koopman zijn bieding van voorheen
gestand doen.
Zoo staat dunkt ons op het oogenblik
ook de koop van Velserbeek er voor.
Het Velserbeek van 1925 is bij lange
niet meer het Velserbeek van 1918. Er
is inwendig en uitwendig geducht ge
sloopt en de tand des tijds heeft zich
ook niet onbetuigd gelaten. Vooral „het
hout" is zeer in waarde verminderd,
als gevolg van het rooien van een groot
aantal kostbare boomen. Er verluidt,
dat er voor een paar ton gouds aan
hout gekapt is.
Is dit juist, wat ter openbare vergade
ring van den raad allicht zal blijken,
dan moeten er dus nieuwe gezichtspun
ten naar voren gekomen zijn, die moti-
veeren, waarom men het goed, desniet
temin nog evengoed de groote som
waard acht, als voor zes jaar geleden, j
Is dit zoo, dan komt de beslissing van
den vorigen raad in een eigenaardig j
daglicht, omdat men toen' de koop liet
afspringen op een prijsverschil van
f 75.000, terwijl men het thans nog, na
de waardevermindering, de volle
f 450.000 waard gaat achten. Is dit niet
zoo, zijn er dus geen bijzondere waarde- j
teekenen naar voren gekomen, dan j
mag het bevreemding wekken, dat men j
er thans nog het volle pond voor zou j
willen geven. j
„De tijd is kort" zeggen B. en W. „om
thans met den raad nader overleg te
plegen om in details aan te geven hoe
en door wie de exploitatie van Velser
beek zou zijn te regelen en voor behoor
lijke, nauwgezette overweging van alle
vraagstukken, die zich zullen voordoen
en wat van groot belang is, ook daar
voor is de tijd te kort."
Natuurlijk, als vóór 1 December 'a.s.
de beslissing van den raad moet vallen
en daaruit zoude af te leiden zijn, dat
ampele besprekingen in geheime zitting
nog niet heeft plaats gevonden.
Dus eerst koopen en dan onderzoe
ken of de koop den prijs waard is. In
den volksmond noemt men dat een kat
in den zak koopen. Eilieve, vragen we
ons af, is het aantal gegadigden voor
Velserbeek zóó groot, dat men den ge
meente niet den tijd kan laten eerst be
hoorlijk de rentabiliteit van het buiten
te onderzoeken; en het zoude dunkt ons
geen onvoorzichtige politiek zijn te
trachten het goed wat langer in optie te
krijgen om vooraf het zoo noodige on
derzoek te doen en het zoo noodige
overleg te plegen.
Wat hebben B. en W. met Velserbeek
voor? We hopen het Woensdagavond te
hooren, doch ieder jaar, dat het goed
zonder bestemming is of productief ge
maakt wordt, kost den gemeente een
schat aan rente.
De heer Dalmeijer heeft in de vorige
raadsvergadering gezegd, dat de wet
houder van Openbare Werken een po
litiek van grondverkoop volgt. Heeft
men dit ook voor met Velserbeek? Ver-
koopen to make money?
•De Raad staat weer voor een gewich
tige beslissing. Wij wenschen den leden
wijsheid en helderheid van inzicht toe.
Velserbeek.
In de Kenn. Ed. lezen wij het volgen
de:
Hedenavond komt in de raadsverga
dering te Velsen in behandeling het
voorstel van B. en W. om het landgoed
„Velserbeek" aan te koopen en daar
voor aan te gaan een geldleening van
f 500.000.
De Raad staat dus zonder twijfel voor
een belangrijk besluit; maar er kan,
dunkt ons,geen twijfel over de uit
spraak zijn, omdat het voorstel den
juisten weg zoo duidelijk aanwijst.
Wij hebben in deze eens de meening i
gevraagd van jhr. mr. J. W. G. Boreel J
van Hogelanden, oud-burgemeester van
Haarlem, die tot oordeelen wel zeer
bevoegd kan worden geacht.
De tijden zijn zoo veranderd, zei j
jhr. Boreel; men koopt als particulier
geen groote landgoederen meer in dit
dure land. En ze zijn om die reden ook
onverhuurbaar.
„Velserbeek" vindt daarom ook geen
koopers, evenmin als andere landgoe
deren in deze streek. Er zijn dus twee
wegen: verkoopen voor bouwterrein;
dan komen er arbeiderswoningen en de
gemeente Velsen zal er veel van haar
aantrekkelijkheid door verliezen; of de
gemeente moet het koopen en dan kan
zij het gedeeltelijk voor park, gedeelte
lijk voor het bouwen van villa's be
stemmen.
Het is nu maar de vraag of het ge
meentebestuur iets voelt voor een mooi
stuk grond of dat het alleen gevoel
heeft voor den voondeeligsten verkoop.
Meent u, dat een villa-park in de
gemeente gewaardeerd zou worden?
Zeer zeker, antwoordde de heer
Boreel. Er is voor Velsen nog een mooie
toekomst weggelegd; maar men moet
wat durven, men moet even heenzien
over die rente van ongeveer f 30.000, die
op de leening voor den aankoop van
„Velserbeek" zou te betalen zijn. Bij
een goede exploitatie van het landgoed,
dat is een goed aangelegd villapark, zal
de gemeente die rente ruimschoots te
rug ontvangen; want een dergelijk park
zal een attractie zijn voor de gemeente.
Men zal daar gaarne wonen, zoo goed
als in Bloemendaal en in Santpoort.
Maar als de bedoeling zou zijn er ar
beiders- en middenstandswoningen te
bouwen dan zal het een mislukking
worden.
Voor den Raad is 't dus een kwes
tie van durf en vertrouwen in de toe
komst.
Wij kunnen ons bij deze laatste
woorden aansluiten. De gemeenteraad
van Velsen zal het moeten wagen. Tevo
ren kan men van een dei-gelijken koop
niet zeggen of er voordeel of nadeel
uit volgen zal. Maar in elk geval kan
de gemeente een mooi gedeelte van
Kennemerland voor ondergang behoe
den, wanneer zij dezen koop sluit.
Men kan in dergelijke zaken nu een
maal niet met het onmiddellijk voor
deel rekenen, maar heeft zich ook af te
vragen, wat een besluit voor de toe
komst beteekent.
Opheldering gewenscht.
Wij moeten iets zeggen over de wij
ze, waarop het voorstel tot aankoop
van de buitenplaats Velserbeek het
eerst bekend is geworden.
Toen wij de vorige week Donderdag
Haarlems Dagblad ter hand namen,
zagen wij daarin dat B. en W. den
raad het voorstel deden tot aankoop
van Velserbeek. Er was zelfs een
plaatje van de buitenplaats bij. Nu
kunnen wij er best tegen, dat een col
lega een primeur heeft en wij wenschen
hem daar altijd geluk mede. Maar dan
moet die primeur niet op minder faire
wijze, niet langs achterdeurtjes ver
kregen zijn. Waar wij meenden dat dit
hier het geval was, belden wij een lid
van het college van B. en W. op en
vroegen hem hoe dit mogelijk kon zijn,
daar wij het raadstuk nog niet eens in
huis hadden. De wethouder antwoord
de ons, dat het besluit van B. ên W.
des middags 12 uur gevallen was en
dat besloten was het raadsstuk direct
aan de raadsleden toe te zenden. Dit
stuk werd 's avonds half zeven bij ons
in de bus gedaan en naar wij verno
men hebben ook eerst 's avonds bij de
raadsleden bezorgd. Een onzer colle
ga's ontving het eerst den volgenden
middag. Niettemin stond het voorstel
anderhalf uur nadat B. en W. het ge
nomen hadden in Haarlems Dagblad.
Men voelt dadelijk dat hier iets ach
ter zit en dat dit geen goede persma
nieren zijn. Wij vernamen dan ook,
dat het B. en W. niet bekend is, op
welke wijze Haarlems Dagblad dit be
richt zoo spoedig heeft verkregen.
Maar wij mogen dan ook vertrouwen
dat hiernaar een onderzoek zal wor
den ingesteld en dat degene, die hier
misbruik van vertrouwen heeft ge
maakt, een berisping zal ontvangen.
Nu wij dit toch schrijven, willen wij
nog op iets anders wijzen en wel dat
het ons ongewenscht voorkomt, dat
raadsleden van hun positie als zooda
nig gebruik maken, om officiëele
stukken te publiceeren. Toen wij Vrij
dagmiddag Het Velser Weekblad op
sloegen, stond daarin de raadsagenda
voor hedenavond, welke agenda wij
eerst 's avonds ontvingen. Maar nog
vreemder vinden wij, dat raadsleden
vragen stellen en dat zij die aan redac
ties van bladen zenden, alvorens die
vragen als raadstuk verschenen zijn.
Zoo kwamen er Zaterdag in Haarlems
Dagblad vragen van den heer Visser
Van Roomboter niet te onderscheiden
en de helft goedkooper is De Oruyter's
hoogfijne Melange.
Per pond slechts 85 ct.
Alléén in De Oruyter's winkels!
j aan B. en W. voor, welke tot nog toe
niet als raadsstuk gepubliceerd zijn.
I Wij vinden dit toch vreemde manie
ren. Want het zou best mogelijk zijn
voor ons, om raadsleden bereid te vin-
den ons hun vragen aan B. en W. af te
staan en onze Roomsche collega zou
dan natuurlijk van de vragen van de
R.K. raadsleden de primeur hebben.
Maar wij achten dit niet den weg; de
vragen, die de raadsleden stellen en
alle andere officiëele stukken, die de
gemeentezaken aangaan, zijn gemeen
goed en moeten alle bladen gelijk ont
vangen. Wij meenen dat raadsleden
misbruik van hun positie maken, als
zij officiëele stukken, die hen natuur-
lijk in den regel eerder bekend zijn,
j aan bevriende of partijbladen meedec-
len.
j Wij zullen dezen weg in geen geval
gaan en wij willen zoo geheel en al vrij
staan ten opzichte van het gemeente
bestuur of de raadsleden, dat wij al
tijd volkomen vrij zijn om waar noodig
critiek te oefenen. En nog liever zullen
wij het raadhuis geheel mijden, dan te
trachten met een wit voetje primeurs
te verkrijgen. G. V.
PLAATSELIJK NIEUWS.
Een Schoolfilm.
Aanvankelijk hadden we gedacht
het volgende een plaatsje te geven on
der de rubriek „Malle Gevallen",
doch zijn daar van teruggekomen
omdat de zaak daarvoor feitelijk te
ernstig en te principieel is.
De zaak is deze. Het nu alhier
ieder lezer begrijpt welke vereeniging
bedoeld wordt geeft voor zijn leden
en tegen geringe entree voor niet-leden
een wetenschappelijke «film, „De
Eeuwige Stilte". Over de zuiver we
tenschappelijke of paedagogische
strekking van deze film, die een tocht
naar de poolstreken in beeld gebracht
heeft zal zeker geen verschil van mee
ning bestaan. De film Shackleton
was (geen zuivere rolprent; was zeer
dikwijls een vertooning van lichtbeel
den, van foto's. Misschien is dit met
deze film ook het geval. Haar zuiver
opvoedkundig doel getrouw wenscht
de Vereeniging Het Nut, deze geheel of
gedeeltelijke rolprent ook te vertoonen
voor de daartoe in aanmerking komen
de schoolkinderen. Hier wordt dus o.i.
een zuiver onderwijzend, opvoedkun
dig doel beoogd en allerminst een pu
blieke vermakelijkheid.
Toch is namens ons gemeentebe
stuur medegedeeld, dat de vertooning
van deze „Schoolfilm" valt onder de
verordening op de publieke vermake
lijkheden en is daarom de volle 30 pro
cent belasting verschuldigd, die het
bestuur van het Nut natuurlijk gaat
verhalen op de bezoekende kinderen.
Inplaats dus het bezoeken van over
heidswege van deze ongetwijfeld leer
zame vertooning zooveel mogelijk te
bevorderen, door voor min- en onver-
mogenden de toegangsprijs zoo gering
mogelijk te maken, worden de waar
schijnlijk niet te vermijden netto-on-
kosten verhoogd met 30 procent belas
ting.
Voorziet werkelijk de verordening
niet in gevallen als deze, dat voor on
derwijsdoeleinden ontheffing verleend
kan worden? Zoo niet, dan moeten wij
het hoofd buigen voor de afdeeling
financiën in ons gemeentebestuur,
doch dan hopen we, dat de afdeeling
Onderwijs zoo spoedig mogelijk zal
trachten de mogelijkheid van onthef
fing in de verordening te doen opne
men.
Wij stellen voorop, dat hier niet de
bedoeling voor zit op enkele centen te
pingelen. Ouders van kinderen, die 15
cents leergeld kunnen en willen beta
len, zullen het bezoeken van deze licht
beelden door de kinderen niet om 5
centen laten, doch we hebben gemeend,
dit „geval" niet „mal" te mogen noe
men en laten aan B. en W. de beslissing
IJMUIDEN.
Het jubileum der Redding-
Maatschappijen.
Gisteren was het den dag van het
100-jarig bestaan der Noord- en Zuid-
Hollandsche Redding Mij. en van de
Zuid-Hollandsche Mij. tot redding van
schipbreukelingen. Ter gelegenheid
daarvan heeft de regeering verschil
lende onderscheidingen verleend, o.a.
de eeremedaille, verbonden aan de Or
de van Oranje-Nassau, in brons aan H.
Retz en P. de Haas, resp. vuurpijlrich
ter en assistent-vuurpijlrichter alhier,
terwijl de schipper van de redding
boot IJmuiden-Noord, de heer P. Y.
A. Kramer, de De Ruyter-mcdaille in
zilver ontving.
Gistermorgen 10 uur kwam het be
stuur der afdeeling IJmuiden van de
Noord- en Zuid-Holl. Redding Mij. in
het reddingboothuis op het Sluiseiland
bijeen. Op het reddingboothuis was de
nieuwe vlag der Noord- en Zuid-Hol
landsche Redding Mij. geheschen, be
staande uit twee oranje en twee blau
we banen, met in 't midden een red
dingboei, waarin de initialen der Red
ding Mij. Na bezichtiging der redding
boot recipieëerde het bestuur in het ge
bouw van den Rijkswaterstaat op het
Sluiseiland. Onder de genoodigden wa-
i ren de loco-burgemeester, wethouder
j J. P. Handgraaf, de havenmeester, de
heer Brutel de la Rivière, de comman-
dant van het Pantserfort, de hoofdinge-
nieur, belast met den sluisbouw, Ir. J.
A. Ringers en de bemanning van de
reddingbooten.
j De voorzitter der afdeeling, Dr. Rut
ten, begroette de aanwezigen en zeide
J dat het bestuur gemeend had de her-
denkingsplechtigheid zoo eenvoudig
mogelijk te moeten houden, lieden, zei-
de spr., bestaat de Noord- en Zuid-Holl.
Redding Mij. honderd jaar en zij heelt
in die 100 jaar vele menschen van een
5 wissen dood gered en wel door de man-
nen, aan wie de redding is opgedra
gen.
De stelregel der Redding Mij. is dat
de kustbewoners voor de redding zor
gen en dat de Maatschappij de midde
len daarvoor beschikbaar stelt,
j De voorzitter brengt hulde aan de
opvarenden van de reddingboot. De
zwaarste taak hebben de roeiers, die
niet allen aanwezig konden zijn. Enke
len uwer zijn gisteren in den Haag ge-
weest, zeide spr. en gij hebt daar ge-
zien, hoe uw arbeid ook door de regee
ring gewaardeerd wordt. Spr. brengt
ook dank aan alle anderen, die bij de
reddingen hulp verleenen; het perso
neel van het semaphoor en van het ha
venkantoor, die zorgen voor den waar
schuwingsdienst.
Spr. dankt den heer Handgraaf als
eere-voorzitter van het comité en als
zoodanig den vertegenwoordiger der
ingezetenen, voor het ingezamelde be
drag, dat werkelijk mooi is in verhou
ding tot het totaal in ons land ingeza
melde bedrag. Spr. dankt ook den com
mandant van het Pantserfort voor zijn
aanwezigheid en is overtuigd dat als
de reddingboot van de Noordpier ge
bruikt moet worden, alle noodige hulp
van het fort zal worden verkregen,
i Dr. Rutten richt daarna een woord
van gelukwensch tot de heeren Kra-
I mer, Retz en de Haas, die van de re-
geering een onderscheiding ontvingen
t en hoopt dat zij daar nog lang plezier
van mogen hebben (instemming). Ook
het Bureau Wijsmuller, dat steeds hulp
verleent bij het naar buiten brengen
van de reddingboot, verdient dank
j voor haar bereidwilligheid.
De voorzitter zegt dat het tot nu toe
niet mogelijk was om te komen tot een
vaste bemanning voor de reddingboo
ten,. maar het bestuur hoopt dat het
nog eens zoo ver zal komen. Spr. bood
daarna aan de leden van het vaste
personeel der reddingbooten een hout
snede in lijst aan, welke door het
Hoofdbestuur beschikbaar zijn gesteld
en deelde mede dat ook het havenkan
toor en het semaphoor zulk een her
innering zullen ontvangen.
Daarna nam wethouder Handgraaf
het woord, die zeide te spreken wegens
uitstedigheid van den burgemeester en
die het bestuur hartelijk geluk wensch-
te met het 100-jarig bestaan der Red
ding Mij. Voelt men in iedere aan zee
gelegen gemeente het nut van het red
dingswerk, in de gemeente Velsen in