ORGAAN VOOR DE GEMEENTE VELSEN Vacant So- 79 Ve, m Woensdag 14 Juli 192fi lie Jaargang «kit 'f- toj Jag, «Pt IJMUIDER COURANT W. OFFICIEEL. dienstplicht. naar de aanvullingsreserve en inlevering van rijksgoederen. R houdens onvoorziene omstandigheden, zul- bn 00 1 October a.s. naar de aanvullingsreserve ,i0rdaan de gewone dienstplicntigen van de bei i Smacht, behoorende tot de lichting 1911, "jj tot de aanvullingsreserve behoorende dienst- Ichligen zijn bestemd om in geval van mobili- wer r .ie eersl na de algemeene oproeping in werke- T)a»i rt«i dienst te worden geroepen en om dan op J komen bij de depóts ne aan deze dienstplichtigen verstrekte rijks toederen zullen met uitzondering van het zak. bje in December van dit iaar moeten wor. Ui „2 ingeleverd. Blijkt bij de inlevering, dat er d d1 Lderen ontbreken oi dat deze niet in den ver ent v schten staat verkeeren, dan stelt de dienstplich- 0(| jje wien het aangaat, zich o a. aan bestraffing eli! Nader zal aan belanghebbenden worden bekend «maakt wanneer en waar de inlevering moet es !iaais hebben. L de hierbij betrokken dienstplichtigen wordt me? 'aluin eiéen belang aanbevolen er intijds voor te ip l. W#n< ^at ^un éoe(ieren auievering ge- 1 {«1 in orde zijn. jen aanzien van den overgang naar de aan- fiillingsreserve worden de dienstplichtigen, al een' rerkeeren zij in een bijzonder geval,' niet gere- lend te behooren tot een andere lichting dan die e- F «arvoor zij zijn ingelijfd. Genoten uitstel van bev eerste oefening, onderbreking van dienst, enz j, lebben alzoo niet ten gevolge, dat de overgang j een later jaar geschiedt. Velsen, 8 Juli 1926. De burgemeester van Velsen, RIJKENS. :ri DIENSTPLICHT. Uitspraken in zake vrijstelling. De burgemeester van Velsen brengt ter alge- Al neene kennis, dat eenige uitspraken op aanvra- H| gen om vrijstelling van den dienstplicht, welke uitspraken zijn gedagteekend 30 Juni 1926, Ier secretarie dezer gemeente voor een ieder ter in- d't Ujje zijn gelegd. hllll Tegen elke uitspraak kan binnen tien dagen na din dag van deze bekendmaking in beroep wor- din gekomen: VU n. door den ingeschrevene, wien de uitspraak geldt, of door diens wettigen vertegenwoordiger; b. door elk der overige voor deze gemeente »oor dezelfde lichting ingeschreven personen of ;door diens wettigen vertegenwoordiger. Het verzoekschrift moet met redenen omkleed [lijn, Het behoeft niet gezegeld te zijn. Het moet werden gericht aan de Koningin, doch worden igediend bij den burgemeester, ter secretarie an deze gemeente. De burgemeester zorgt voor de doorzending. Voor zooveel betreft uitspraken, door Gedepu teerde Staten gedaan, kan5" bovendien de Com_ iraissaris der Koningin binnen denzelfden termijn bij de Koningin in beroep komen, Velsen, 10 Juli 1926. De burgemeester, RIJKENS. bekendmaking. drankwet. Burgemeester en wethouders der gemeente eisen brengen ter openbare kennis, dat op 10 'uli 1926 bij hen is ingekomen een verzoek- chrift van Ch. P. J. Kuster, van beroep lunch- oomhouder, wonende te IJmuiden, om verlof oor den verkoop van alcoholhoudenden drank nderen dan sterken drank in de navolgende lo- aliteit: de benedenvoorkamer van het perceel, laatselijk gemerkt C 24 en gelegen aan de Oranje- Iraat aldaar. Binnen twee weken na de dagteekening dezer ekeudmaking kan een ieder tegen het verleenen an dit verlof schriftelijk bezwaren bij burgemees- er en wethouders inbrengen. Velsen, den 10 Juli 1926. Burgemeester en wethouders voornoemd, de secretaris, de bürgemeester, J. KOSTELIJK. RIJKENS. Plaatsing op de lijst van instellingen van weldadigheid. Ter voldoening van art. 5 der Armenwet bren- (';n burgemeester en wethouders van Velsen ter openbare kennis, dat door" hen den 7 Juli 1926 is plaatst op de lijst van instellingen van welda- ®<heid, als instelling eener kerkelijke gemeente, '«nwege die kerkelijke gemeente geregeld en be- j urd, onder no. 17, de Diaconie van de Gere formeerde Kerk te Santpoort. Velsen, 7 Juli 1926. Burgemeester en wethouders voornoemd, de secretaris, de burgemeester, J. KOSTELIJK. RIJKENS. VAN DEN WACHTTOREN. Sombere vooruitzichten voor den landbouw Voor de Gron. Mij. van Landbouw Jeeft de heer E. H. Ebels gesproken ,Ver den slechten toestand, waarin de oudbouw verkeert, die bovendien nog ec^er dreigt te worden. Hij stelde het Mexcijfer voor de landbouwproducten '13 op 100, dan is dit cijfer thans tv°or akkerbouw en veeteelt samen) 135. Maar de productiekosten zijn veel hooger geworden naar verhouding; on geveer 158. De loonen zijn verdubbeld. Er moet dus op die uitgaven, ook op de ldbnen bezuinigd worden. De heer Ebels erkende, dat die loonen nog laag zijn en betreurde het, als ze nog lager moeten worden. Hij weet echter geen anderen uitweg. De pacht, en koopprijzen zijn nog steeds hoog. Er zijn te veel landar beiders en daardoor veel werkloosheid; vroeger gingen velen naar cle steden en naar het buitenland. Daarom acht hij emigratie zeer noodig. Hij noemde Frankrijk en Canada. Hij waarschuw de tegen ontginning van woeste gron den, die later toch geen bestaan geven en ried daarentegen het inpolderen aan, waardoor de volkswelvaart gediend wordt. Komt er geen verandering door emigratie of een geweldige uitbreiding onzer industrie, dan voorziet hij verdere daling van liet inkomen van den huur- boer en het loon van den landarbeider. Weinig minder dan een ramp noemde hij het, dat Engeland d. invoer van ge slacht vee heeft verboden en op dun stroocarton een zwaar invoerrecht heeft gelegd. Maar ondertusschen leeft de boer er goed van.- Hij heeft zijn eigen auto. Hij richt zijn woning modern in en gaat gekleed als een heer. Vrouw en doch ters zien er ook niet noodlijdend uit, als men let op kleeding en sieraden Er zijn echter boeren en boeren. Een groot verschil tusschen den Groninger boer, die in mooie villa's woont-en in heel zijn uiterlijk leven den indruk van welvaart en weelde maakt en zoo menigen zandboer of armen huurboer op beteren grond, die met de grootste zuinigheid en liard werken nauwelijks de huur kan maken. De heer Ebels merkte op, dat de jongere boeren voor al hun uitgaven voor luxe niet beper ken niettegenstaande den slechten toe stand van hipa bedrijf. Hij keurt het niet af, dat zij meer levensgenot zoeken dan'hun voorouders en profiteeren van allerlei geriefelijkheden en genoe gens van het leven. Maar, zeidc hij, die uitgaven kunnen niet uit het bedrijf bestreden worden, die weelde kan men zich alleen veroorloovcn dank zij het door de voorvaderen met zorg en moei te -en het betrachten van groote sober-' held vergaarde kapitaal. Of de toestand inderdaad zoo slecht is, als de heer Ebels het voorstelt? De vette jaren zijn zeker voorbij maar de boer is over het algemeen zoo geneigd te klagen, dat wij geneigd zijn, er niet alle waarde aan te hechten en allicht geneigd zijn, te zeggen: Och, 't valt wat mee! ook als er inderdaad alle grond is tot de klacht. Te veel francs en ministers van financiën. In korten tijd heeft Frankrijk negen ministeries gehad. Briand ïs kabinets formateur van beroep, in zijn laatste ministerie is Caillaux weer minister van fin an tien. Maar de franc laat zich door geen enkelen minister meer tegen houden, doch blijft in waarde dalen. Dit moet uitloopen op een ramp voor Frankrijk en het is voor vele Fronschen reeds een ramp. Men denke alleen maar aan de vele ambtenaren, wier salaris feitelijk verlaagd wordt met iedere waardevermindering van de franc. In de laatste twee maanden zijn de levens- kosten in Frankrijk met 10 gestegen. Zij zijn zevenmaal zoo hoog ais voor den oorlog. In ons land zijn ze hoog stens tweemaal zoo hoog als voor 'J i. In zijn oorlog voor de franc heeft Frankrijk zijn Verdun gevonden. Het geld is waardeloos geworden als in den tijd der groote revolutie. Toen had men 45 millioen francs aan assignaten, thans heeft men 52 mdliard of meer aan papier geld. Sinds 15 Dec. '25 geeft de staat iedere maand een milliard meer uit dan cle inkomsten zijn. Andere sta ten gooien ook geen geld in een bodem- loozen put en leenen daarom Frankrijk niet langer; integendeel ze willen het reeds geleende geld wel terug hebben. Een der oorzaken van den val van het geld is het leger. Frankrijk heeft na den oorlog enorme kapitalen uitgege ven, om een sterke militaire mogend heid te worden. Het heeft bovendien nog twee legers in andere werelddee- len te onderhouden, een in Syrië en een in Marokko. Het heeft de sterkste lucht- Ter verzachting en genezing van stukgeloopen voelen, zadelpijn, schrij nen en smetten der huid, muggebee- ten en zonnebrand, moet men op reis voorzien zijn van Doos 30 cTube 80 c vloot en ook voor marine vele millioe- nen uitgegeven. Zoo is het, thans militair dè sterkste en finantieel de zwakste staat van Europa. Rusland wellicht uitgezon derd. Het staat sterk tegen iederen bui- tenlandschen vijand, maar' het. -heeft een gevaarlijken vijand bi.mon de gren zen, die niet met kanonnen en geweren te verslaan valt: zijn finantieele moei lijkheden. De herhaaldelijke wisseling van ministers van financiën is een teeken van zijn wanliopigen toestand. Deze wordt geestig aldus in een carieatuur weergegeven. De franc met een benauwd gezicht op de schijf en heel magere armpjes en beentjes zinkt weg in de zee van moeilijkheden. Krampachtig houdt hij een geweer vast, dat hem al verder naar de diepte trekt door zijn zwaar gewicht. Op het geweer staat militarisme en onder de plaat: Dat gewicht veroorzaakt zeker -een deel van zijn moeilijkheid. De leuze, 'die Frankrijk redden kan, luidt: De wapens neder en cle franc omhoog! PLAATSELIJK NIEUWS. IJMUIDEN. CONGER T te geven door de Harmonie Concordia, Directeur Sam. Vlessing, op Donderdag 15 Juli a.s. 's av. 8 uur in de Muziektent op het Willemsplein. PROGRAMMA. 1. Summa cum Laude, marche, S. Vlessing 2. Ouverture Stradella, F. Flotuw, 3. Fantaisie sur l'Opera Qomiqué Rose Marie, S. Vlessing. 4. Valse Interrompue, L. Montagne. 5. Ouverture Prés au* Clercs, Herold. 6. Souvenir de l'Arlesienne, Bizetdu Bourg. 7. Espana, Valse, E. Waldleufe!, 8. Potpourri Anno 1926. Aan de R.K. Kweekschool der Duitsche zus-! ters le Maastricht is geslaagd voor het examen van onderwijzeres Mej, M, Hoogerduyn alhier. Aan de Middelbare Technische School te Haarlem zijn bevorderd: afd. Werktuigbouwkunde, van het practische leerjaar naar het laatste stu diejaar A. C. Meesters; aid. Electrotechniek, van het eerste naar het tweede studiejaar C. L. Baljé, van het tweede studiejaar naar het practische leerjaar C. J. Prins, allen alhier. De heer Ph. Vlessing, leerling van het Kon, Vlaamsch Conservatorium te Antwerpen, behaal de zijn einddiploma voor Violoncello en Solfège. Wij lezen hieromtrent in de Niéuwe Gazet van Antwerpen: De uitgangsexamen in ons Koninklijk Vlaamsch Conservatorium wekken nog steeds de grootste belangstelling. Die van de pianoklassen zijn dit jaar bijzonder schitterend geweest. Het is :nerk_ waardig hoeveel vreemdelingen tegewoordig aan onze Vlaamsche muziekschool kornen studeeren, in het bijzonder dan Nederlanders, Fn natuurlijk houden ze eraan zich hier te onderscheiden. On der de bekroonden in de cello-klas van den heer Godenne is b.v. de heer Ph. .Vlessing, die bij zijn examen jury en publiek ten hoogste door zijn rijken toon en zijn virtuositeit bekoord heeft. Wij vernemen dat hij thans naar zijn vaderland is teruggekeerd en daar met zijn Antwerpsch diploma zonder moeite een vaste betrekking in een orkest van eersten rang zal vinden. Het vreemdelingenverkeer op Zondag j.l. Het was een buitengewone dag, de Zondag die nu voorbijging. Zaterdag had menigeen, wiens in komsten ten deele of geheel afhankelijk zijn van het vreemdelingenverkeer, met een angstig gezicht naar de bewolkte lucht gekeken en somber ge hoord naar den kouden bries, die het verblijf aan het strand onmogelijk maakte. De zwartkijkers hebben te vroeg den moed verloren. Zondagmor gen verscheen de zon, stralend als van goud, aan den Oostelijken hemel en een zacht koeltje biacht ternauwernood een rimpeling in de groote water vlakte. Het was aan alles te zien dat we een echten, warmen zomerschen dag tegemoet gingen. Dien morgen bewees de toevloed van bezoekers, die naar IJmuiden kwamen, hoe de stelselmatige propaganda de laatste jaren, de belangstelling ge wekt heeft voor onze woonplaats, van velen die eerst al hun genoegen in Zandvoord of Wijk aan Zee zochten. Thans hadden duizenden stedelingen, alvorens de zomerzon de straten kon benauwen en de huizenzee vergiftigen, reeds besloten den dag te IJmuiden en aan het strand door te bren gen. Zij zijn gekomen, per spoor, per auto, per fiets of met de boot. Voorheen, als men op een warmen zomerdag, de Amsterdamsche boot, afge laden b.v. met 1000 passagiers zag naderen, kon men er gewis op aan dat 800 daarvan in Velsen afstapten voor Wijk aan Zee, waarop men te IJmuiden al erg tevreden was, dat toch ook 200 dagjesmenschen naar hier kwamen. Thans is die verhouding verandert. Zondag de eerste boot, de groote Prins Hendrik bracht ongeveer 1600 men- schen naar hier. En zoo ging het voort, boot na boot. Een zeer gematigde, deskundige schatting, luidde dan ook dat er, omtrent den middag c.a. 15000 menschen op het strand waren. Het was daar dan ook zeer druk en voor de betrokkenen was er heel wat te verdienen. Bijzonder druk hadden ook de overzetveren het, zoowel die van Jaap, op den kop, als die van de sluizen naar de semaphore. Meerdere malen konden die niet spoedig genoeg den stroom ver zwelgen, zoodat de steigers vol stonden. Een woord -van lof, voor de kalme regeling op die oogenblikken, komt hier zeer zeker aan de po litie toe. Waar in dit verband wel wat op aan te merken was, scheen de regeling der havenautoriteiten. Natuurlijk zien we van hun werk slechts den bui tenkant, zoodat het wel zou kunnen zijn, dat we zelve met de regeling belast, nog vreemder zou den doen. Doch ter zake. Het bleek dat Zaterdag hier een klein marine- scheepje binnenkwam, waarvan de commandant liet wel mogelijk achtte elders te leggen, doch de havenmeester beval een der steigers daarvoor te reserveeren. Het gevolg was dat de veerdienst, op dezen drukken dag, slechts een steiger gebrui ken kon, tegen anders altijd twee. We hopen dst de havenautoriteiten een weinig meer toeschiete lijk in dezen zullen zijn en de middelen aanwenden om 'n herhaling daarvan te voorkomen en 't, door velen zoo gewenschte groote veer, in stand ge houden en op behoorlijke wijze geëxploiteerd kan worden. VELSEN. Joseph in Dothan. Hedenavond zal er voor de inwoners der ge meente en de omgeving iets zeer buitengewoons te genieten zijn. Een der mooiste stukken van ons prachtige Velserbeek is ingericht voor openlucht- tooneelspel. Reeds verwachten wij dat vele kin deren al hebben genoten van Roodkapje. Doch het stuk komt nog. Het mag reeds van voldoende bekendheid worden verondersteld te zijn, dal slechts stukken, wier draagkracht verder strekt dan de kassa van een schouwburgonderneming, voor de uitvoering in de vrije natuur, onder den wijden hemelkoepel, voldoen. De moderne, kleine tooneelspelen, die het suc ces zijn van eén winterreportoire, vallen er, doch voor de uitvoering der groote klassieken daaren tegen, gaat van het openluchtspel een bekoring en wijding uit, die in de tooneelzaal onmogelijk is. Wc denken slechts aan „Oedipus", aan „Luci fer'1 en aan de „Gijsbrecht". Daarom zijn we „Onder ons" dankbaar, dat rtu ze haar bemidde ling verleende voor deze uitvoering, ze tevens zorgde voor een stuk en spelers, die deze weelde kunnen dragen. Dat is hier inderdaad het geval. Van de spelers is dat genoegzaam bekend, het verband tusschen „Sehouwtooneel" en „Zomerspelers" is te duidelijk uit de namen te lezen. En het stuk. Nu ja, de naam Vondel'slaat er op, doch ook dat zegt voor velen nog weinig. Laten we het direct zeggen: dit stuk is niet geschikt voor de critiek van een ieder; ook leent het zich wei nig voor foyer-conversatie. Die hedenavond gaat, hij bedenke bij dit stuk de bekende waarschuwing bij het naderen van dé heilige plaats: trek uwe schoenen van de voeten, want de plaats waarop gij staat is heilig. Deze stemming slechts kan helpen om dezen avond den prins onzer dichter te benaderen in zijn bijbelsch treurspel. Men weet dat Vondel, nevens zijn histo rische en mystieke tooneelspelen, waarvan velen meer bekend zijn, nog een gansche serie bijbelver halen tot "tooneelspelen heeft bewerkt. Hoezeer de dichter ook bewezen heeft er in godsdienst zaken een eigen meening op na te houden, voelde hij toch als kind van zijn tijd, dat nergens de tra gedie des levens benaderd werd, dan juist in die oud-testamentische bijbelverhalen. Hij doorleefde en gaf ze, in zijn kunstvorm, weer aan het publiek. Doch van al die verhalen leefde geen enkele zoozeer, en werd tot de groote levensvraag, als het verhaal uit Genesis 37. Joseph, de op een na jongste zoon van den aartsvader Jakob, door God verkoren om de eerste te zijn onder de broeders, wordt thuis verwend omdat Jakob hem, den oud sten zoon van de vrouw zijner keuze, groot wilde zien. Tengevolge van dien voorkeur, maar boven al ook door de profetische droomen van Joseph, haalt hij den haat zijner oudere broeders op zijn hals. Dezen grijpen hem aan, als hij hun komt op zoeken bij hunne kudden, beraadslagen moord, doch werpen hem in een kuil, vanwaar zij hem als slaaf verkoopen aan voorbijtrekkende Ismaëli- tische kooplieden. Vondel ziet het zóó. Jakob wil zijn jongste zoo verheffen, tegen alle wet en recht in. Dat gaat niet, dat moet God doen, niet Jakob. Joseph is het prototype van Christus. Niet door voorspraak, doch langs den weg der vernedering en der dienst moet hij er komen. De broeders wilien Joseph moorden en wegmaken. Dat gaat niet. Zij, vooral Ruben, de oudste, vreezen de gevolgen. Wel zien zij kans met de leugens van Levi er door te ko men, doch zij weten dat wat voor menscnen ver borgen is, voor God gezien wordt. Juda, de man waarin het joodsche volk der toe komst sluimert, de man uit wien zal voortkomen de Verlosser moet, zijns ondanks, de man zijn die ook in dezen de situatie redt. .Zoo werd dit verhaal in Vondel den strijd, tus schen den mensch die het doen wil en den weg Gods, die naar het doel voert. In het eerste bedrijf komt de inleiding met het verschijnen van Joseph. Het tweede bedrijf tee kent den raadslag der broeders. Het derde bedrijf het hoogtepunt, brengt de botsing. In het vierde bedrijf komt het tot den verkoop, terwijl het laat ste bedrijf het verschil in opvatting der broeders leekenl. Wie door dit alles Vondel's blik wil zien, lette op de reizangen, die ook dit spel kleuren. We hebben hier boven reeds gezegd dat Vondel in dit stuk, meer dan elders, er in geslaagd is dit dramatisch gegeven tot een hoogtepunt te voeren. We hopen dat velen dezen avond, door middel van de openluchtopvoering, dichter bij dezen reus en zijn werken zullen komen. De levering van brandstoffen voor de ge meentegebouwen is als volgt gegund: 60 ton Bel gische anthraciet aan de N.V. Vereenigde Steen kolenhandel te IJmuiden voor f 26 per ton; 300 Ion gietcokes aan de Kon. Ned. Hoogovens en Staalfabrieken alhier voor f 18 per ton en 20.000 stuks haverstrooturf aan M. de Weers te Velser- oord voor f 12.90 per 1000 stuks, alles franco berg plaats. - In den avond van 9 Juni j.l. bad te Santpoort in de autobus van den ondernemer H. v. D. te Be verwijk, plaats-genomen J. B. te Wijkeroog. Toen dit voertuig, omstreeks het sluitingsuur der herbergen, het stoompontveer te Velsen was genaderd, had B. geen geduld tot wachten dat het voertuig aldaar stopte, doch opende bij hei pasr seeren van het café van den heer S.t het portier, sprong uit de nog in beweging zijnde autobus en smeet opzettelijk en met zoodanige kracht het portier achter zich dicht, dat de daarin zich be vindende glasruit totaal werd verbrijzeld en de glasscherven de inzittende passagiers om de ooren vlogen. De autobusondernemer, die daardoor ecne schade van f 12.10 werd berokkend, is door B. ge rustgesteld dat de door hem aangerichte schade zou worden vergoed. Toen V. D. echter met de kwitantie bij hem kwam werd hij door B. van de deur afgescheept. 13. die inmiddels naar Hilversum is vertrokken, heeft niets van zich meer laten hooren. Door den autobusondernemer is thans bij den Brigadier der Rijksveldwacht aangifte gedaan, die deswege tegen 6, wegens opzettelijke vernieling procesverbaal heeft opgemaakt. Aan de Middelbare Technische School te Haarlem is bevorderd aan de afd. Weg- en Water bouwkunde, van het tweede studiejaar naar het practische leerjaar A. A. C. Janssen alhier. Naar Hl. Dbl, verneemt moet het onderzoek naar de aan den nieuwen hoogoven ontstane schade hebben uitgewezen, dat op één plek de ovensteen tot op den metalen mantel is wegge brand. Deze oven is met Amerikaansche steen bekleed. De weggebrande steen zal door dezelfde steensoort, die nog uit Amerika moet worden aangevoerd, worden vervangen. Zooals wij indertijd reeds mededeelden, is het ook met den eerstgebouwden oven niet in orde. Ten behoeve' van een grondig onderzoek zal op sommige plaatsen de dikte van de vuurvaste binnenbekleeding worden gepeild, waarvoor het noodig zal zijn, een aantal gaten door den metalen te boren. Om dit onderzoek mogelijk te maken, zou j.l. Zaterdag de oven niet worden gestookt. Als gevolg van de verminderde werkzaamheden ontstaan door stilleggen van den nieuwen oven, is reeds een groot aantal arbeiders ontslagen. Dit zijn in hoofdzaak ongehuwden, wien echter door de directie is toegezegd, dat ze zooveel mogelijk aan de papierfabriek aan het werk zullen worden gesteld, waarto'e de directie van genoemde fabriek hare medewerking zal verleenen. Voor de talloo- ze losse arbeiders, waarvan er dagelijks 100 h 200 werden aangenomen, naar gelang van de behoefte, is het blusschen van de tweede oven echter een groote schadepost, daar thans geen arbeiders worden aangenomen. Woensdag 14 Juli herdenkt de heer E. Bieren broodspot te Wijkeroog, den dag dat hij 40 jaar geleden, als 13-jarige jongen, in dienst kwam bij de N.V. Ver. Kon. Papierfabrieken der firma van Gelder Zonen te Wormer. Na 'eerst ongeveer 10 jaar aldaar te zijn werk zaam geweest, is de heer B. met de vestiging der fabriek alhier, mee overgekomen, waarbij hij zijn medewerking heeft verleend bij de installatie der fabriek. De heer B. die altijd werkzaam is geweest aan de papiermachines, is thans papiermaker bij de grootste machine, de zoogenaamde no. 14. Het zal den jubilaris a.s. Woensdag zeker niet aan blijken van belangstelling ontbreken. Kenn. Langs de straat. Langs de wegen van IJmuiden, Velsen, Santpoort, Wijkeroog, Ziet men vele borden hangen Die wel loopen in 't oog. Zooals b.v. Stopplaats bussen, Is in 't belang der burgerij; Op vaste plaatsen staan te wachten Ja, zoo noodig in de rij. Rond de vischhal heen geloopen, Zien wij bovert ingangen staan, Verboden voor onbevoegden 't Is voor koopliên veel j Maar nu verder gaan wij kijken, Van de vischhal over de brug, Of hier nog meer borden prijken, Ja één, en dat is te stug! Hier is nog een tweede vergeten, Bij den aanvang van dit pad. 't Zij van Rijk of Gemeente Die de borden geschreven had. Bij den aanvang hier te plaatsen 'n Tweede bordje niet zoo groot, 't Is Verboden voor Wielrijders Anders is de veiligheid in nood. Een wandelaar

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1926 | | pagina 1