Eden over zijn Europeesche rondreis.
STATEN-GENERAAL
De circulaire der acht Professoren.
het belangrijkste nieuws
In de groote voorjaars-
Dynamietontploffing in
San Salvador.
BUITENLAND.
„Wantrouwen en vrees". Pleidooi voor een
conventie op de basis van het Britsche
memorandum. Aanzien van den Volkenbond
dient hersteld. Goering gecritiseerd.
EERSTE KAMER.
Minister Marchant keurt haar af bij de beantwoording der
nadere vragen van 3hr. Van Citters, Economische Zaken
aangesneden.
ENGELAND.
Lord groot zegelbewaarder kapitein Antho
ny Eden heeft in het Lagerhuis namens de
regeering verklaard, dat het op het huidige
oogenblik zeer ongewenscht is rapport uit
te brengen over de antwoorden, welke hij
heeft ontvangen van de regeeringen van
Frankrijk, Duitschland en Italië tijdens zijn
recente reis over het Europeesche continent.
Niettemin wilde Eden over zekere indruk
ken spreken, welke hij tijdens zijn reis heeft
opgedaan. Deze mededeelingen droegen even
wel geenszins een officieel karakter. In de
laatste maanden heeft hij steeds den indruk
gehad, dat de ontwapeningsconferentie lijdt
onder de betrekkelijkheid harer benaming.
In de volgende weken moet evenwel iets
veel verder gaand dan de toekomst der Ont
wapeningsconferentie worden beslist.
Men moet daarom de werkelijke feiten
onder oogen zien, zelfs wanneer zij wat on
aangenaam zijn.
De vertraging der Ontwapeningsconferen
tie is niet het gevolg van het feit, dat de
deskundigen het niet eens konden worden
over het aantal tanks, het kaliber van ge
schut e.d.. maar veeleer van het feit, dat de
staten der wereld niet voldoende vertrouwen
en niet voldoende moed betoonden.
Het bevolkingsprobleem evenals de para
militaire opleiding in Duitschland vervullen
Frankrijk met vrees, zei Eden o.a. Een andere
beweegreden van de Franschen wordt door
Engeland gedeeld. Ook Engeland hecht
groote beteekenis aan het collectieve systeem
van vrede, dat sedert den oorlog is opgebouwd
en dat den Volkenbond als uiterlijk waar
merk heeft.
De Franschen kunnen slechts met moeite
gelooven dat een „groote mogendheid van
West-Europa zeer lang met goede bedoelingen
uit Genève zou kunnen wegblijven". Van tijd
tot tijd komen gebeurtenissen voor en worden
redevoeringen gehouden, welke deze vrees
doen toenemen. Een dergelijke redevoering
werd in de laatste dagen gehouden, nl. door
generaal Goering. Hij, Eden, is openlijk be
reid het velschil te erkennen, dat bestaat
tusschen een militaire en een militairistische
natie. Men mag dit verschil niet vergeten en
spreker is er van overtuigd, dat de toon dei-
ter sprake gebrachte redevoering volgens het
oordeel van het Engelsche volk veeleer be
hoort tot de tweede soort dan tot de eerste.
(Bijval)
Deze dingen zouden niet zoo belangrijk
zijn, wanneer het vertrouwen tusschen de
staten instinctief en hecht zou zijn. Aange
zien zulks evenwel thans niet het geval is,
hebben zulke op zich zelf kleine dingen groo
te beteekenis.
Ook ten aanzien van den Volkenbond, al
dus Eden, heeft Engeland groote belangen.
Wanneer de ontwapeningsconferentie mis
lukt, dan staat niet de veiligheid van dezen
of genen continentalen staat op het spel
doch ook de Engelsche veiligheid. Wanneer
de conferentie mislukt, dan moet ongetwij
feld ieder land er toe over gaan zijn bewa
pening te herzien en Engeland wellicht drin
gender dan alle andere, aangezien Enge-
latid reeds zoo sterk heeft ontwapend. Eden
gelooft niet hieraan. Een wedloop in bewape
ning alleen is geen veiligheid. Al zou Enge
land ook nog zoo veel doen voor zijn veilig
heid door bewapening, dan mag het zich toch
niet verbeelden, dat Engeland zich ooit zou
kunnen isoleeren.
Wij moeten, zeide Eden, twee doelstellingen
verwezenlijken, aangezien wij anders niet
voldoende bijdragen tot het herstel van het
vertrouwen in Europa:
1) Er moet een overeenkomst worden tot
stand gebracht, niet een ideale conventie,
welke een zekere ontwapening inhoudt, welke
rekening houdt met de werkelijkheid van het
heden, om het kort te zeggen; een conventie
op de basis van ons recente memorandum;
2) getracht moet worden het volledige aan
zien van den Volkenbond te herstellen, dat
deze slechts kan genieten door het actieve
lidmaatschap van alle groote mogendheden
van West-Europa.
In het verdere verloop der Lagerhuis
debatten viel Churchill de ontwapenings-
politiek der Engelsche regeering scherp aan.
De missie van Eden is volgens spreker vol
komen vergeefsch geweest. Hij heeft den
Franschen een uitgebreid ontwapeningsplan
voorgelegd, waarvan de uitvoering zou be-
teekenen, dat Frankrijk in Europa geen
sterker leger zou hebben dan Duitschland
Polen of Italië. Het kwam Churchill even
wel hoogst onwaarschijnlijk voor, dat Frank
rijk er in zou toestemmen, tenminste op dit
oogenblik.
De opvatting dat ontwapening vrede be-
teekent, noemde spreker onjuist. De nadruk
kelijke eisch te ontwapenen is de eenige
reden voor de groote degeneratie van Europa
Ook Engeland moet daarom thans voor zijn
veiligheid zorgen.
De minister van binnenlandsche zaken Sir
John Simon, zei aangaande Eden's reis:
Met het oog op het beperkte doel is het
volkomen te onpas te spreken over een succes
of mislukking.
De bereikte resultaten zijn van het aller
eerste belang voor de onmiddellijke eerdere
besprekingen over het probleem. Wat de be
wering van Churchil betreft, dat de zending
vergeefsch is geweest, moet nog worden af
gewacht of niet nog iets gunstigs uit den
zonder twijfel zeer verontrustenden en ur-
genten toestand kan worden gehaald. Wan
neer het onmogelijk mocht blijken een alge
meens ontwapeningsovereenkomst tot stand
te brengen, zou de Engelsche regeering er
naar streven een tot West-Europa beperkte
luchtontwapeningsovereenkomst uit te wer
ken. Wanneer een dergelijke toestand even
tueel zou intreden, zou de Engelsche re
geering echter geenszins voornemens zijn de
onderhandelingen tot in het eindelooze te
latei) rekken.
Het komt er, zeide Simon, thans in de
eerste plaats op aan snel te handelen. Wan
neer de hoop op een betere oplossing mocht
verswijnen, zouden wij voor ons land de con
sequenties moeten trekken, die daaruit voor
ons zouden voortvloeien en ons zonder ver
wijl moeten voorbereiden om aan de eischen
van de situatie te voldoen. Intusschen is een
slechte conventie nog honderd maal beter
dan in heb geheel geen overeenkomst.
Frankrijk.
Het Duitsche antwoord te
Parijs ontvangen.
Het Duitsche antwoord op het Fransche
memorandum van 14 Februari, dat Dinsdag
te Berlijn door den rijksminister van buiten-
landsche zaken, v. Neurath, is overhandigd
aan den Franschen ambassadeur te Berlijn,
Franqois Poncet, is Woensdag op de Quai
d'Orsay ontvangen.
Oostenrijk.
De Heimwehr en de bezetting
der ministersposten.
Onder voorzitterschap van den bondslei-
der Starhemberg kwam de leiding der Heïm-
wehren te Weenen in een zitting bijeen,
waaraan o.a. ook vice-kanselier Fey en de
bondscommissaris Steidle deelnaman.
Hoofdpunt der besprekingen vormden de
eischen der Heimwehren inzake deelneming
aan het regeeringssysteem, doorvoering van
de autoritaire regeeringskoers in de lan
den en het bezetten van belangrijke minis
terposten. Door de benoeming van Vorst
Schönburg Hartenstein tot minister voor de
landsverdediging, is een der belangrijkste
eischen vervuld, doch in Heimwehrkringen
eischt men bovendien dat naast den Christe
lijk Socialen bondscommissaris voor Weenen
Echmitz, die eerste burgemeester van Wee
nen zal worden, een vice-burgemeester uit
de rijen der Heimwehr zal worden benoemd.
Men heeft den eisch, dat Starhemberg in
het kabinet zal worden opgenomen als mi
nister zonder portefeuille, in de laatste da
gen weer prijsgegeven, aangezien de bonds-
leider zijn vrijheid van handelen wil bewaren
Daarentegen zou de waarnemende bondslei-
der Steidle juist thans verlangen, dat het
onder zijn leiding staande Bondscommissa-
riaat voor de propaganda, tot ministerie zal
worden verheven en hij als propagandami-
nister in het Kabinet zal worden opgenomen,
Een verder punt van bespreking zou nog
worden uitgemaakt door de kwestie van
handhaving der vrijwillige schutterseorpsen,
die tot de Heimwehr belmoren en momen
teel 50.000 man sterk zijn. In leidende Heim
wehrkringen maakt men zich ernstig be
zorgd over de verdere financiering van dit
zeer kostbare particuliere corps. Men
wenscht daarom na te gaan in hoeverre
handhaving ervan uit openbare middelen
mogelijk is, zonder dat het corps gedwon
gen wordt zijn afhankelijkheid ten aan
zien van de regeering op te geven.
Italië.
Handelsbesprekingen tusschen
Mussolini, Dollfuss en
Goemboes.
Naar verluidt is als gevolg van de bespre
kingen tusschen Mussolini en Goemboes en
Dollfuss vordering gemaakt in de richting
van een handelsovereenkomst, waarbij Italië
aan Oostenrijk en Hongarije een preferentieel
tarief zou toestaan voor alle exporten, terwijl
Hongarije lage spoorwegtarieven zou krijgen
ter vergemakkelijking van het vervoeren
der goederen via Oostenrijk naar Triëst en
Fiume. Hongarije zou Italiaansche fabrikaten
opnemen," terwijl Italië groote hoeveelheden
Hongaarsche landbouwproducten zou afne
men. Oostenrijk zal machines en industrie
producten uitvoeren en landbouwproducten
invoeren met uitzondering van granen. De
voornaamste in Oostenrijk in te voeren land
bouwproducten zouden zijn wijnen en vruch
ten. De besprekingen worden voortgezet.
Estland.
Nog meer „vrijheidsstrijders"
gearresteerd.
De regeer ing blijft voortgaan met arresta
ties van leden der fascistische vrijheidstrij-
dersbeweging. Woensdag is de burgemeester
van Dorpat, Ainson gearresteerd, evenals de
wethouder Aaremaa. Te Talinn werd de
voormalige overste Seimann, een der be
kendste officieren uit den oorlog tegen Rus
land, eveneens gearresteerd. Onder de ge
arresteerden bevinden zich vele reserve-offi
cieren, advocaten en ambtenaren. Te Pet-
schur werden alle ambtenaren van het ka
daster en de politierechter gearresteerd. In
een gemeente in Zuid-Estland is men zonder
medische hulp, aangezien de dokter en de
apotheker gearresteerd werden. Toen men
te Oberpahlen den eersten geneesheer van
het ziekenhuis wilde arresteeren, zou deze
juist aan een operatie beginnen. Hij mocht
voor hij werd weggeleid, onder uolitietoezicht
eerst nog de operatie verrichten.
Volgens een offieieele mededeeling zijn
tot dusverre 500 aanhangers van de bewe
ging der vrijheidsstrijders in arrest gesteld.
Heirvan zijn 75 weer na uitvoerig te zijn
verhoord, in arrest gesteld. Hiervan zijn 75
weer na uitvoerig te zijn verhoord, op vrije
voeten gesteld.
DUITSCH JOURNALIST IN OOSTENRIJK
GEARRESTEERD
HAMBURG. 14 Maart (V.D.) De corres
pondent te München van het Hamburger
Fremdenblatt" is door Oostenrijksche» gen
darmerie onder verdenking van spionnage ge
arresteerd. Vermoedelijk is de arrestatie te
wijten aan te grooten ijver van ondergeschik
te beambten, aldus het „Fremdenblatt".
schoonmaak kunt ge gerust flink aanpakken.
Al worden Uw handen daardoor ruw, rood of
stuk, met PUROL maakt ge ze weer zacht,
mooi en gaaf. Vooral 's avonds inwrijven.
(Adv. rngez. Med.)
Meer dan 100 slachtoffers.
NEW-YORK, 14 Maart. (V.D.) Uit Sal
vador wordt gemeld, dat bij een dynamiet
ontploffing, welke niet ver van La Liberdad
in San Salvador plaats vond, meer dan 100
personen om het leven zijn gekomen.
NEW-YORK, 14 Maart (V.D.) Inzake de
reeds gemelde ontploffing in La Libertad in
den staat San Salvador wordt nog bekend,
dat 2-50 kisten dynamiet, die in het havende
pót lagen opgeslagen in de lucht zijn ge
vlogen. Het grootste gedeelte van het haven
gebouw werd door de ontploffing en de daar
opvolgende brand verwoest. De telefoon- en
telegraafverbindingen met La Libertad zijn
verbroken.
Behalve de reeds gemelde 100 dooden zijn
een groot aantal personen zwaar gewond.
Van d e stad San Salvador is een af deeling
Roode Kruis naar La Libertad vertrokken.
SPOORWEGAANSLAG IN VOGTLAND?
PLAUEN, 14 Maart (V.D.) Op het tra
ject Mehltheuer-Syrau werden in den af-
gelqopen nacht vier signaallampen van een
signaalmast afgehaald en gedoofd. De hoofd
geleider van een passeerenden trein maakte
onmiddellijk melding en korten tijd latei-
werd een bewoner van Mehltheuer, die vroe
ger bij de spoorwegen werkzaam was geweest
gearresteerd.
Prins Sixtus van Bourbon
overleden.
PARIJS, 14 Maart. Prins Sixtus van
Bourbon Parma is Woensdagmiddag even na
drie uur te Parijs'op 47-jarigen leeftijd over
leden.
De vroegere keizerin Zita en andere leden
der familie bevonden zich aan het doods
bed.
Prins Sixtus is bekend geworden door de
politieke rol, welke hij tijdens den oorlog
heeft gespeeld, toen zijn zwager Karei den
troon der Habsburgers had bestegen.
Reeds in 1916 werd Sixtus, die bij het be
gin van den oorlog vergeefs had geprobeerd
in het Fransche en Engelsche leger te wor
den opgenomen en later in het Belgische le
ger streed, door zijn moeder, de hertogin van
Panna naar Weenen gezonden, om den kei
zer te bewegen den strijd te staken. Hem
overhandigde de keizer dd. 31 Maart 1917 den
„Sixtus-brief" om deze verder te geven aan
de Fransche regeering, waarin de opvolger
van Franz Joseph" voor het geval Duitsch
land verstandige vredesvoorwaarden zou af
wijzen" afzonderlijken .vrede verzocht. Deze
actie voor bizonderen vrede mislukte, zooals
bekend, omdat de Entente het bestaan der
Habsburgsche monarchie binnen het kader
der door Karei opgestelde voorwaarden niet
wilde garandeeren.
NOODLOTTIGE INSTORTING TE
BEIROETH.
ZEVEN-EN-TWINTIG DOODEN.
PARIJS, 14 Maart (V.D.) Naar uit Bei-
roeth wordt gemeld, is aldaar een oud huis
ingestort, waarbij vijftien personen om het
leven zijn gekomen en tien ernstig gewond.
Militairen verrichten de bergingswerkzaam
heden.
PARIJS, 15 Maart. (V.D.) Het aantal per
sonen, dat bij de huisinstorting te Beiroet
om het leven is gekomen is inmiddels ge
stegen tot 27. 12 zwaargewonden werden
naar he tziekenhuis overgebracht. Het ber
gingswerk is bijna geëindigd. Men verwacht
niet, dat zich onder de puinhopen nog meer
slachtoffers bevinden.
DE VLIEGER LAPIDEWSKI
VERMIST.
MOSKOU, 14 Maart. (V-D.) De regeerings-
commissie tot het brengen van hulp aan de
Tsjeljoeskinbemanning deelt mede, dat de
vlieger Lapidewski is opgestegen van kaap
Wellen naar Wankaran, doch aldaar niet is
aangekomen. Men vermoedt, dat Lapidewski
in de streek van kaap Serdze een noodlanding
heeft moeten maken. Er zijn maatregelen
genomen om het vliegtuig op te sporen.
DE „GELRIA" ZAL GEEN WERELDREIS
MAKEN.
BUENOS AYRES, 14 Maart. (V.D.) Het ver
trek van het s.s. „Gelria" dat een tocht over
de wereld zou maken met een Argentijnsche
tentoonstelling aan boord, is voor onbepaal-
den tijd uitgesteld, nadat de regeering be
kend gemaakt had, dat zij in haar goede
trouw teleurgesteld was door de organisato
ren van de onderneming en derhalve haar
moreelen steun terugtrekt.
BRAND OP EEN AMERI-
KAANSCHE KANONNEERBOOT.
DE GEHEELE BEMANNING IN VEILIGHEID.
NEW-YORK, 14 Maart. (V.D.) Het
radiostation te Los Angeles heeft een radio
gram ontvangen volgens hetwelk op de Ame-
rikaansche kanonneerboot „Fulton" brand is
uitgebroken en spoedige assistentie noodza
kelijk is. De positie van de kanonneerboot
wordt aangegeven op 22 N.B. en 114 gr. O.L.
De kanonneerboot bevond zich dus op on-r
geveer 500 K.M. ten Westen van de Zuid
kust van Beneden Californie.
Uit Manilla wordt nader gemeld, dat het
Amerikaansche oorlogsschip Isabel een radio
gram heeft opgevangen, volgens hetwelk de
geheele bemanning van de Fulton is gered.
De Britsche destroyer Wishart heeft te
Hongkong 130 officieren en manschappen
van de Fulton aangebracht.
14 Maart.
Tot de rechten, die de Eerste- en de Tweede
Kamer gemeen hebben, behoort ook het
recht van interpellatie. In de Eerste Kamer
wordt er gelukkig! maar weinig gebruik
van gemaakt. Doch thans was er weer eens
een interpellatie en wel van Jhr. van Citters
(A.-R.) die Minister Marchant interpelleerde
over de volgende kwestie:
Er is aan de professoren, lectoren, privaat
docenten en studenten aan onze Universi
teiten een geschrift toegezonden door een
achttal professoren, waarin zij opgeroepen
worden een verklaring te teekenen, waarin
zij als hun overtuiging uitspreken, dat iedere
oorlog uit zedelijk en maatschappelijk oog
punt moet worden veroordeeld en waarin zij
tevens verklaren hun wetenschappelijke be
kwaamheden nimmer op eenigerlei wijze be
wust in dienst te willen stellen van oorlog of
oorlogsvoorbereiding, noch te gebruiken tot
aankweeking van een militairistischen geest
en aldus voor zijn aandeel te zorgen, dat de
wetenschap slechts beoefend wordt om haars
zelfs wil en alleen aangewend worden ten
bate van wereld en menschheid.
De heer Van Citters had nu op 23 Februari
den Minister gevraagd, of hij ook niet van
meening is, dat deze professoren zich door
dezen oproep niet gedragen hebben gelijk
goeden ambtenaren betaamt en of discipli
nair optreden zijnerzijds daartegen te ver
wachten was?
In antwoord daarop heeft Minister Mar
chant op 6 Maart melding gemaakt van een
nader door hem ontvangen (en ook gepubli
ceerde) verklaring der bedoelde hoogleeraren,
daarbij opgemerkt, dat Prof. van Holk alleen
Rijksambtenaar is en er bijgevoegd, dat hij
zich kan voorstellen, dat deze hoogleeraren,
uit den aard der zaak in de eerste plaats
denkende aan hun eigen leervakken, zich niet
ten volle hebben gerealiseerd, welke conse
quenties kunnen zijn verbonden aan de ver
klaring, dat men zijn wetenschappelijke be
kwaamheden nimmer op eenigerlei wijze be
wust in dienst zal willen stellen van oorlog
of oorlogsvoorbereiding.
Jhr. van Citters was met dit bescheid op
zijn schriftelijke vragen niet tevreden en had
daarom een interpellatie aangevraagd. Die
dan nu gehouden werd. Zij ging allereerst om
de volgende vraag:
Acht de minister het oirbaar ,dat in deze
tijden waarin de Regeering ingrijpende maat
regelen heeft moeten treffen, ook met het
oog op gevaren, welke van het buitenland
kunnen opkomen, om te verkrijgen, dat on
der alle omstandigheden zal kunnen gere
kend worden op toewijding, trouw en gehoor
zaamheid 'aan het wettig gezag, door hoog
leeraren van lectoren en studenten de ver
klaring wordt uitgelokt, dat zij overtuigd zijn
dat iedere oorlog (dus ook die, zuiver en al
leen gevoerd ter verdediging van het vader
land) uit zedelijk en maatschappelijk oog
punt moet worden veroordeeld?
Minister Marchant beantwoordde deze
vraag met de opmerking, dat wij allen paci
fist zijn, het komt alleen maar aan op de
middelen, die men bezigt om zijn doel te be
reiken. De actie der professoren als zoodanig
zag de Minister niet als defaitistisch. Doch
de vorm hunner actie is minder gelukkig,
vooral professoren, die een zedelijk overwicht
op de studenten hebben, moeten anderen
niet trachten te binden door een verklaring
als hier gevraagd werd. Daarbij was de ver
klaring niet duidelijk ook. De milicien heeft
zoo goed mogelijk te doen, wat hem wordt op
gedragen en dat met heel zijn kunnen. Als
hem b.v. opgedragen zou worden, om gifgas
sen te maken, dan heeft hij dat te doen en
wel zoo goed mogelijk. Doet hij dit niet, dan
is hij strafbaar.
Jhr. van Citters stelde ook deze vraag:
Waar de minister, blijkens zijn schriftelijk
antwoord d.d. 6 Maart jl. van oordeel is dat
de hoogleeraren bij het opstellen der in dat
schrijven bedoelde verklaring zich blijkbaar
niet ten volle hebben gerealiseerd, welke con
sequenties aan die van studenten gevraagde
verklaring verbonden zijn en dat door een
duidelijker omschrijving de reëele beteekenis
van die verklaring meer in het oog zou vallen,
is de minister dan bereid zoo hij tot gee
nerlei disciplinairen maatregel wenscht over
be gaan zijn afkeuring over het gebeurde
uit te spreken en de betrokken hoogleerarer
uit te noodigen deze circulaire en bijbehoo-
rende verklaring in te trekken?
In zijn bescheid op deze vraag zei Minister
Marchant, dat hij van de hoogleeraren nog
niet de verklaring heeft gevraagd, die van
andere ambtenaren is gevorderd Alleen Prof.
van Holk is, als hoogleeraar te Leiden, amb
tenaar. Curatoren daar hebben spreker
geadviseerd, om dezen professor zijn af
keuring te doen kennen en hij zal dat doen.
Direct tegen de anderen optreden, zal hij niet
doen. Daarvoor zijn allereerst andere colleges.
De Regeering keurt de circulaire af.
Als derde vraag stelde Jhr. van Citters:
Acht de minister de stelling, verkondigd in
het nader schrijven van enkele hoogleeraren.
„De legale plicht tot voldoening aan de Mili-
tiewet sluit voor de Miliciens niet in: het aan
wenden van wetenschappelijke bekwaamhe
den", juist? Zoo ja, zou de minister dan wil
len mededeelen waarop dit steunt zoo niet,
is de minister dan bereid de onjuistheid dezer
stelling onder de aandacht der hoogleeraren
te brengen?
Minister Marchant antwoordde op het eer
ste deel dezer vraag ontkennend en dit zal.
onder de aandacht van Prof van Holk worden
gebracht. En dan de laatste vraag van den
interpellant:
Is de minister van meening, dat hem geen
bevoegdheid toekomt om tegenover bijzon
dere hoogleeraren maatregelen van tucht of
orde te nemen, zoo ja, acht de minister het
dan niet wenschelijk, zich deze bevoegdheid
te verzekeren, opdat zoodanige hoogleerarer
niet straffeloos datgene kunnen doen, waar
voor andere hoogleeraren ter verantwoording
kunnen worden geroepen?
De beantwoording dezer vraag blijkt reeds
uit het voorgaande. Het bleek, dat de heer
v. Citters een nog sterkere afkeuring der cir
culaire door den Minister wilde hooren, al
was hij dankbaar. Maar de massa onder
scheidt hier niet fijn en daarom wil hij dui
delijke taal. Als hoogleeraren 'buiten hun vak
gaan en volksleiders worden, zijn ze niet lan
ger hoogleeraar.
Dr. Wibaut (S. D.)_ vroeg, om de rechtma
tigheid te erkennen van anderer bezwaren
tegen den oorlog. Daarbij kan men niet
eischen, dat iemand, die deze bezwaren heeft,
medewerkt aan verbetering der techniek van
de oorlogsvoering. Zulk karakterbederf is van
niemand te verwachten, het is onredelijk en
beiieden de menschelijke waardigheid. Boven
het dienen van het vaderland staat het die
nen der menschheid.
Mr. Van Lanschot (R.-K.) deed een aan
val op Prof. van Embden lid der Kamer, en
tweede onderteekenaar der circulaire, die
hierdoor den knuppel in het politieke hoen
derhok werpt en door spr. genoemd werd een
politiek enfant terrible.
Prof. Lohman (C. H.) keurde de circulaire
ook zeer sterk af en hij toonde zich door het
antwoord van den Minister bevredigd. Alleen
vroeg hij dezen, om hoogleeraren gelijk te be
handelen als alle andere ambtenaren.
Ook Mr. Fock (Lib.) keurde de circulaire
scherp af.
Prof. Kranenburg (V. D.) gaf als zijn oor
deel, dat deze zaak zeer opgeblazen is. Im
mers, de opstellers der circulaire hebben een
voudig niet gedacht aan de weermacht, doch
meer aan een houding als b.v. die van Prof.
Cohen, die weigerde om zijn kennis aan te
wenden voor de bereiding van gifgassen. Hij
vond het niet fatsoenlijk, ja misselijk, om de
hoogleeraren op deze wijze te bestrijden. On
der de onderteekenaars der circulaire zijn
menschen met een internationalen naam en
van diepe vroomheid. Deze spreker hoopte,
dat men in het optreden tegen hoogleeraren
uiterst voorzichtig zou zijn.
Minister Marchant verklaarde nog, dat hij
z'n afkeuring niet scherper uit zou drukken.
Doch het is zijn meening, dat vooral in de
zen tijd, ieder moet werken in het belang van
het vaderland.
Na een slotwoord van Jhr. van Citters,
waarin deze nog eens maatregelen tegen de
hoogleeraren besprak, werd de interpellatie,
die het grootste gedeelte van den dag op-
eischte, gesloten. Zij werd ook bijgewoond
door de Ministers Colijn en Deckers, terwijl
de tribunes goed bezet waren. Ook een paar
hoogleeraren waren aanwezig.
Toen begon de Kamer met Minister Ver
schuur, die weer hersteld is, de Begroot ing
van Economische Zaken te behandelen. We
hoorden drie van de negen aangekondigde
sprekers.
De heer Danz (S D.) kwam regeeringssteun
voor de industrie bepleiten en vroeg sluiting
der grenzen voor de goedkoope Japansche
artikelen.
De heer Ruiter (R.-K.) pleitte voor agrari
sche productiebeperking en was teleurgesteld
over de uitvoering der crisiswetgeving. Hij
wil een ,,kop-organisatie", saamgesteld uit de
organisaties van boeren en landarbeiders,
boven de crisis-organisaties. Wijziging van
het baconcontract had eerder moeten ge
schieden, we hebben nu nog 20.000 varkens te
veel. De geheele binnenlandsche markt dient
te worden vrij gelaten.
Tenslotte heeft de heer Gelderman (Lib.)
o.m. nog aangedrongen op het laten varen
der tegenstelling industrie contra landbouw,
of omgekeerd. Hij achtte reden aanwezig om
den tarwesteun te verlagen. Er moet meer en
meer gewerkt worden aan een nivelleering
naar beneden van loonen en prijzen. Deze
spreker wilde de contingenteeringen niet af
schaffen. Wel meende hij, dat men uiterst
voorzichtig moet zijn met de ruil-politiek met
andere landen.
'Morgen gaat de Kamer met de behandeling
dezer Begrooting verder.
OBSERVATOR.
(Adv. Ingez. Med.)
THANS STEUN AAN DE
GARNALENVISSCHERS.
Een bedrag van 1 ton er voor
uitgetrokken
SANEERING VAN HET BEDRIJF?
De noodzakelijkheid, om aan de arbeid
zame groep van garnalenvisschers een, zij
het ook geringen, steun te verleenen, heeft
den minister van Economische Zaken bewo
gen, maatregelen ten behoeve van deze
groep te nemen. Een Koninklijk Besluit,
waarin deze maatregelen zijn neergelegd, is
binnen enkele dagen te verwachten.
De minister deelt dit mede in zijn me
morie van antwoord op het verslag der
Tweede Kamer over het wetsontwerp in
zake uitvoering van art. 37 der Landbouw
crisis wet 1933.
Zeer groote bedragen zijn voor deze steun-
verleening niet noodig. Op de begrooting
voor het landbouw-crisisfonds is hiervoor
uitgetrokken een bedrag van f 100.000, maar
verwacht mag worden, dat het den minister
mogelijk zal zijn, daar belangrijk beneden
te blijven.
Indirect komt deze steunverleening mede
de pluimveehouderij ten goede. Thans wor
den de gedroogde garnalen hier te lande
verkocht tegen prijzen, die het den pluim
veehouders mogelijk maken, deze in het
mengsel rantsoen op te nemen.
De vraag of de komende steunregeling
niet gepaard zal behooren te gaan met een
saneering van het bedrijf, kan de minister
niet aanstonds bevestigend beantwoorden.
Intusschen bestaat er bij den minister geen
bezwaar, over deze vraag en eventueele an
dere saneeringsmogelijkheden zich be doen
voorlichten door het bestuur van de stich
ting Nederlandsche Garnalen Centrale, welke
stichting dezer dagen in het leven is ge
roepen om de steunmaatregelen, welke ten1
behoeve van de garnalenvisschers genomen,
zullen worden, uit te voeren,