Margarine zal minder
boter bevatten.
Haarlem's Kunstschatten.
Beteekenis der mutatietheorie Zijn schuldeischer vermoord,
voor onze samenleving
Wagenverhuurder stak en
sloeg in 't wilde Weg.
Belangwekkende rede van
prof. Stomps.
Dies Natalis der Amsterdamsche
Universiteit.
Ter gelegenheid van de 303de herdenking
van den Stichtingsdag der Inrichting voor
Hooger Onderwijs te Amsterdam, heeft de
rector-magnificus der Universiteit, Prof. Dr.
Th. J. Stomps, een belangrijke rede gehouden,
welke tot titel droeg: „De Mutatie theorie en
hare beteekenis voor onze samenleving.
Spreker herinnerde allereerst aan de stelling
van Prof. Hugo de Vries, dat men in de cellen
van planten en dieren een groot aantal zelf
standige stoffelijke deeltjes moet aannemen,
de z.g.n. pangenen of genen, die de afzonder
lijke erfelijke eigenschappen dragen. Conse
quentie van deze stelling was de verdere, dat
de evolutie door kleinere of grootere spron
gen, mutaties, heeft plaats gevonden. De ge
woonste mutaties zijn de verliesmutaties en
de z.g.n. dominante mutaties, berustend op
toestandsveranderingen van één pangeen. De
z.g.n. chromosomen of kernsegmenten zijn de
dragers der erfelijke eigenschappen in wij deren
zin en bergen ieder voor zich een groot aan
tal der pangenen. De mutatie-theorie legt
vooral den nadruk op de erfelijke eigenschap
pen en niet zoozeer op het milieu, waar het er
om gaat, de ontwikkeling te begrijpen als re
sultaat van de samenwerking van beiderlei
factoren.
De mutatietheorie, het werk, dat aan de
erfelijkheidsleer het aanzijn gaf, was voor de
wetenschap niet minder belangrijk dan Dar
win's boek „Origin of Species", maar laat het
groote publiek gematigd onverschillig. Toch
is er geen tak van onze samenleving, die niet
door het werk van Hugo de Vries wordt be-
invloed.
Spr. maakte ter staving daartoe een „wan
deling" langs de verschillende faculteiten.
Na enkele faculteiten behandeld te hebben,
richtte spr. zich tot de Economische Facul
teit:
U wist misschien nog niet, dat Hugo de
Vries de oorzaak van de tegenwoordige ma
laise is? Toch is het zoo, luistert U maar! De
mutatie-theorie heeft o.a. geleerd, hoe men
op de juiste wijze onze cultuursoorten ver
edelt. Tevoren hadden sommigen dit intuïtief
gevonden, maar anderen deden het nog ver
keerd, omdat men de genetische grondslagen
niet begreep. Welnu, prof. de Vries brengt zijn
leerling Jeswiet bij, hoe men te werk moet
gaan, en deze schept aan het suikerproefsta
tion te Pasoeroean het nieuw suikerriet 2878
P. O. J. Gevolg: daling der suikerprijzen; ge
volg: daling der suikeraandeelen, suppleeren
door vele menschen, „present company excep
ted" natuurlijk, daling van andere aandeelen.
de malaise! In feite, schuilt er niet een korrel
waarheid in, dat de geweldige vooruitgang,
die het gevolg was van de mutatietheorie, de
wereld eenigermate overrompeld heeft?
De erfelijkheidsleer ter sprake brengende,
betoogde spr., dat maatregelen tot rasverbete
ring moeten worden genomen. Deze kunnen
eenerzijds bestaan in niet tot de voortplanting
toelaten van personen met ongewenschte kwa
liteiten, hetzij door isoleeren, hetzij door ste-
riliseeren, anderzijds in pogingen, het aantal
kinderen bij de begaafden te vermeerderen.
Tegenover het steriliseeren sta ik zeide
spr. in het vervolg van zijn oratie voorals
nog afwijzend.
Onze conclusie is, dat leeftijd en lichamelij
ke dressuur versus geestelijke existentie facto
ren zijn, waar rekening mede moet worden
gehouden. Daarom zie ik het als fout voor de
samenleving, dat een leerling in onzen Hor
tus onlangs op 22-jarigen leeftijd kon trou
wen op een salaris van 1500.dat wel geen
jongmensch met eindexamen H. B. S. op dien
leeftijd haalt en waarnaar tegenwoordig onze
gepromoveerde leerlingen snakken als zij te
gen de dertig loopen, om eindelijk te kunnen
trouwen.
De tijd is nabij, waarin het nog slechts ge
oorloofd zal zijn zoovéél kinderen te hebben
ais noodig zijn voor het op peil houden der
bevolking, en dat zijn er gemiddeld drie. Wie
er meer krijgt, zal gestraft worden met aftrek
van salaris, terwijl men zal trachten het aan
tal leiders voor de bevolking groot genoeg te
houden, door de volwaardigen na hun 3x6
jaren lager, middelbaar en hooger onderwijs
op hun 24e jaar in de gelegenheid te stellen
te trouwen. Ik voeg hier nog aan toe, nu reeds
hangt het in de lucht, dat de Staat voor goe
de sexueele voorlichting zal zorgen, die in de
hoogste klassen der middelbare scholen het
best gegeven zal worden door den leeraar in
de plant- en dierkunde en aan de Universi
teiten en Hoogescholen nog eens door een der
Hoogleeraren.
Aan het einde van zijn rede heeft prof.
Stomps een portret in brons van prof. Hugo
de Vries aangeboden.
Eere-doctoraat prof. W. M. de Vries
Na deze rede heeft de plechtigheid plaats
gehad van de promotie honoris causa het
eere-doctoraat in de faculteit der Genees
kunde van prof. W. M. de Vries, wien in
Juni eervol ontslag is verleend als gewoon
hoogleeraar in de ziektekundige ontleedkunde
en gerechtelijke geneeskunde aan de Amster
damsche Universiteit, welke functie hij sedert
1928 bekleedde. Als officieele spreker trad op
de eere-promotor prof. dr. W. P. C. Zeeman.
Tenslotte is, na een toespraak van prof. dr.
B. C. P. Jansen, aan den heer A. Querido,
med. docts. aan de Universiteit, door den rec
tor-magnificus de gouden medaille uitgereikt,
hem voor zijn antwoord op een prijsvraag uit
het Fonds-Reich toegekend.
Acht jaar gevangenisstraf geëischt.
Op 2 October j.l. is de omgeving van de
Nieuwe Markt te Gouda in rep en roer ge
bracht door een bloedigen moordaanslag, die
de doldriftige wagenverhuurder J R. op den
64-jarigen rentenier Laurier pleegde, uit
wraak over maatregelen, welke Laurier had
genomen om betaling te krijgen van een be
drag van 350 gulden, dat de wagenverhuurder
hem schuldig was. R. kon moeilijk van zijn
geld scheiden en stak zijn schuldeischer over
hoop. Laatstgenoemde is eenige dagen later
overleden.
Op den bewusten morgen tegen half elf
passeerde de rentenier-schuldeischer op weg
naar den kapper het bestelhuis, toen de wa
genverhuurder plotseling de straat op liep.
Zonder dat tusschen beiden een woord gewis
seld was, kreeg Laurier van R. een steek met
een knipmes niet ver van den slagader in den
hals. Laurier stortte neer. waarop de dader,
die blijkbaar buiten zich zelf van drift was.
zich op zijn in het bloed badend slachtoffer
wierp en in het wilde weg op hem bleef toe
slaan, waarbij het mes echter was omgedraaid,
zoodat Laurier in plaats van steken met het
lemmet stompen met het heft kreeg, welke
overigens met zoo groote kracht werden toege
bracht, dat het slachtoffer bovendien nog een
schedelbreuk opliep. In de dagvaarding was
moord subs, poging tot moord en doodslag ten
laste gelegd. Na een uitvoerig getuigenver
hoor, waarin duidelijk kwam vast te staan, dat
verd. geruimen tijd met de moordplannen had
rond geloopen, eischte het O.M. bij de Rotter -
damsche rechtbank wegens moord subs, po
ging tot moord, een gevangenisstraf van acht
jaar en daarna ter beschikking stelling van de
regeering.
Het ongeluk op de
Zee".
Zwarte
Uitspraak van den Raad van Scheepvaart.
Percentage wordt van 25 op 15
teruggebracht.
Zeer binnenkort zal, naar wij ver
nemen, het percentage boter, dat
krachtens regeeringsvoorschrift in
de margarine moet worden gemengd,
van 25 procent teruggebracht worden
op 15 procent.
Of dit van eenigcn invloed op den
prijs zal zijn, is ons niet bekend.
MINISTER VAN WATERSTAAT IS
ONGESTELD.
De Minister van Waterstaat, ir. J. A Kalff
is lijdende aan een aanval van griep, welke
met een niet onbelangrijke temperatuursver-
hooging gepaard gaat. zoodat hij althans deze
week niet in staat zal zijn, zijn werkzaamhe
den aan het departement te hervatten.
De Raad voor de Scheepvaart deed Dins
dag uitspraak in zake het overboord slaan
van een matroos van het stoomvisschersvaar-
tuig „Zwarte Zee" IJM. 27 op de Noordzee.
De Raad is, met den inspecteur-generaal voor
de Scheepvaart van oordeel dat dit droevig
ongeval als een bedrijfsongeval moet worden
beschouwd. Vermoedelijk heeft de matroos
Krab, op de gegeven waarschuwing, de winch
losgelaten om zich te bergen en is hij toen
over de verschansing geworpen.
Aan de scheepsleiding en de bemanning
valt geen enkel verwijt te maken. Men heeft
gedaan wat men kon, maar het heeft niet mo-
,en baten.
Contingenten en koolnrijzen
voor Duitschland.
Wij ontvangen het volgende persbericht:
Op den 4den Januari is te Berlijn de in het
DuitschNederlandsche handelsverdrag voor
den invoer van kool genoemde gemengde
commissie bijeengekomen. Als resultaat van
de bespreking werd het volgende overeenge
komen:
1. In Januari 1935 zullen van de in het
handelsverdrag vastgestelde totale contingen
ten uit Nederland naar Duitschland uitge
voerd worden: 18 pet. van de hoeveelheid
roode kool; 12 pet. van de hoeveelheid savoye
kool en 8 pet. van de hoeveelheid witte kool.
2. Overeenkomstig den huidigen markttoe-
*tand mag voor Duitsche zoowel als voor Ne
derlandsche kool tot nader bericht niet be
neden de volgende prijzen verkocht worden:
R.M, 3.35 voor witte kool, R.M. 3.35 voor savoy
kool en R.M. 5.35 voor roode kool. Deze prijzen
zijn bedoeld als groot.handelsinkoopprijzer
ner 50 K.G. 1ste kwaliteit vrij ontvangst sta
tion.
Door deze regeling zijn een regelmatigp
voorziening van de Duitsche markt en een
stabiel prijsverloop verzekerd.
Handel in bindrotting, etherische
oliën en Indisch hout.
Naar wij vernemen, zal op verzoek van het
crisisuitvoerbureau de firma G. de Vries en
Zoon te Amsterdam, belanghebbenden bij den
handel naar Duitschland in bindrotting. gom
men. etherische oliën en hout van Neder-
landsch-Indischen oorsprong, in de Indus-
trieele Club te Amsterdam vereenigen tot een
bespreking op a.s. Vrijdagmorgen te half elf.
van een bij het crisisuitvoerbureau in te die
nen voorstel over de wijze van verstrekking
van certificaten, vereischt voor de vereffe
ning voor de Nederlandsch-Duitsche clearing
van vorderingen ter zake van bovenstaande
producten.
Naar wij voorts vernemen, kunnen belang
hebbenden deze 'bespreking zonder bepaalde
uitnoodiging bijwonen.
DuitscKe firma's opgelicht. WOENSDAG 9 JANUARI 1935
Goederen werden goedkoop in ons land
verkocht.
Dinsdag stond een der firmanten van de
firma R. en Co.. voor het gerechtshof te Am
sterdam in hooger beroep terecht, verdacht
van flesschentrekkerij. Alleen de bedrijfslei
der de firmant R. was verschenen, zijn com
pagnon E., met wien hij een detailhandel te
Amsterdam dreef, bevindt zich thans in
Duitschland en hij geeft de voorkeur aan de
verstekbehandeling.
Op 28 Maart was R. tot drie maanden en E.
tot zes maanden veroordeeld door de arr.
rechtbank te Amsterdam.
Verdachte R. zou. evenals zijn compagnon
een aandeel hebben gehad in de oneerlijke
praktijken van de firma, die tal vgn Duitsche
leveranciers voor aanzienlijke bedragen
heeft gedupeerd.
Door bemiddeling van hun kantoor in
Duitschland kochten zij goederen in zonder
te betalen, welke zij in Nederland weer te gel-
Ie maakten. Uit het onderzoek blijkt, dat E.
de bestelbrieven had onderteekend; daar R.
zich „Geschafts-führer" noemde zou dit er op
wijzen, dat ook hij zijn aandeel had In de
flesschentrekkerij. De procureur-generaal Mr.
Bauduin is van meening, dat het beide ver
dachten niet te doen was om reëelen han
del te drijven, doch om in het bezit te komen
van goederen die zij tegen lagen prijs wee:
verkochten.
Een halve eeuw geleden.
In dronkenschap spoorweg
aanslag gepleegd?
Nederlander in België
gearresteerd.
Een betonnen paal op de rails gelegd.
V. D. meldt ons uit Antwerpen;
Toen de trein Burg-LeopoldDiest ter
'•■oogte kwarn van de fabriek der Chemische
Producten van Limburg bemerkte de machi
nist plotseling een betonnen paal. die over de
"ails lag. De locomotief botste tegen den paal
ean. doch deze gleed ter zijde. Een rood sein.
dat zich gewoonlijk ter plaatse bevond, was
verdwenen.
Na ernstig onderzoek door de pohtie en den
stationschef van Tessenderloo kon men over
gaan tot de arrestatie van twee schippers, var
wie een na een verhoor voorloopig op vrije
voeten werd gesteld.
D° tweede, een Nederlander. A. G. genaamd,
wonende te Schijndel. bekende den aanslag te
hebben vooibereid. Hij zou volgens Het Volk
;n beschonken toestand hebben gehandeld.
De man is ter beschikking gesteld van de
Belgische justitie.
MESSENSTEKER GEARRESTEERD.
In verband met de vechtpartij te IJhorst
kan worden medegedeeld, dat de landbouwer
Duinkerken, die na den aanslag op de vlucht
was gegaan, te Meppel door de gemeentepoli
tie is gearresteerd. De toestand van den door
een messteek getroffen landbouwer Kuipers is
nog zorgwekkend.
Adriaan Brouwer.
De Rookers.
DE HEER W. WESTERMAN ZIEK.
De heer W. Westerman. voorzitter van de
Nederlandsch-Amerikaansche Kamer van
Koophandel en oud-president-directeur van
de Rotterdamsche Bankvereeniging, is zeer
ernstig ziek. De heer Westerman heeft mede
gewerkt aan de voorbereidingen tot het ope
nen van handelsbesprekingen met de Ver.
Staten.
INVOER VAN LINOLEUM
GECONTINGENTEERD.
De Staatscourant no. 5 bevatte een Kon. be
sluit waarbij de invoer van linoleum wordt ge-
contingenteerd. Deze contingenteering geldt
van 1 Januari af en zal drie maanden van
kracht zijn. Het percentage van den toege-
stanen invoer is bepaald op 40 pet. van het
gewicht van de ingevoerde hoeveelheid van
Juli tot en met December 1933,
Van dezen geboren Haarlemmer bezit het
Frans Halsmuseum in het hierbij afgebeelde
schilderij een der fijnste en elegantste wer
ken. Met het stilleven is het genre-schilderij:
voorstellingen van interieurs met figuren, in
de zeventiende eeuw tot de meest gezochte
kunst gaan behooren en een groote reeks van
kunstenaars levert ze in alle toonaarden. Van
de innerlijk-voorname kunst van den Delft-
schen Vermeer af tot de oubolligste vertoo
ningen van een Drooghsloot toe passeeren ze
de revue bij tientallen, al deze schilderijen en
schilderijtjes, die al in den tijd van hun ont
staan een exportartikel waren evengoed als
de bloembollen. Vooral de vroolijke drink-
gelegen der boeren en burgers, de musicee-
rende dames en heeren uit de rijke koopmans
standen, de meer huishoudelijke bezigheden
der gemeene lieden leverden stof voor de zoo
begeerde tafereeltjes, die in allerhande varia
ties en toch bijna steeds met het persoonlijk
cachet van hun maker, later de wereld zullen
doorgaan van de ééne hand in de andere,
totdat de mooiste in de musea terecht komen
of in groote befaamde particuliere verzame
lingen een tijdelijke rustplaats vinden.
Drie honderd jaar lang zijn die paneeltjes
in de circulatie geweest, de kunsthandel van
de geheele wereld heeft er zich al dien tijd
met meer of minder geldelijk profijt, al naai
de muts stond van den toevalligen smaak der
dagen, mede bezig gehouden en nog steeds
zijn er tien- ja, honderdtallen in het vrije ver
keer over de wereld verspreid.
Geeft dat niet te denken als wij al te kri
tisch een oud schilderij bekijken en het wra
ken omdat er een beschadiging geretoucheerd,
een overschildering verwijderd, een vernis
laag is opgelost? Hoe klein zou het percentage
zijn van die schilderijen waaraan in drie
eeuwen niet geraakt, waarmee absoluut niets
gebeurd is? Minimaal, geloof ik. Doch daar
over behoeft men zich geen zorgen te maken
zoo er maar niets aan het werk bedorven
werd, of geen signatuur verdween om voor
een andere plaats te maken, of. nog erger,
een werk van een stuntelig navolger voor dat
van den oorspronkelijken meester wordt on
dergeschoven.
Dat er in oude kunst veel geknoeid werd,
weten wij nu wel. Dat er nog genoeg oude
schilderijen zijn, waarnaar men in vol ver
trouwen kan opzien, eveneens. Het werkelijk
gave oude kunstwerk heeft in zich zelf iets
vertrouwenwekkends, het heeft een éénheid
in zich die nergens verstoord wordt, er is een
gelijkheid van potentie in die niet onderbro-
ken wordt, het is, zooals men dat noemt, van
a tot z verantwoord.
Zulk een werk hebben wij voor ons in Brou-
wer's Rookend gezelschap. In het geheele
werk van dezen Frans Hals-leerling is ééne
doorloopende vlotte schilderhand te herken
nen, met hier en daar die robuste chique van
Hals en een noblesse in de goudgele en grij
ze hoofdkleuren die van de allerbesten onzer
interieurschilders is. Een reproductie geeft
slechts weinig van die finesses, waarvan ge
genieten kunt zoo ge u voor het origineel be
vindt. Hoe fraai en vlot is de hoofdfiguur, de
staande man die zijn pijp stopt, op pooten ge
zet! Geheel uit de school van Hals is dat
vrouwtje met het wijnglas in de hand. Kraag,
kleeding, mouwtjes en handen zijn met des
meesters feillooze zekerheid neergeschreven.
De zittende rooker links is een volledig por
tret zooals die sinjeur daar met zijn bierkan
en zijn pijp manoeuvreert is hij een eerste
rangs karakterspeler die zijn tijd en zijn om
geving typeert. En hoe komt ook hier weel
de stillevenschilder die in iederen Hollander
steekt, te voorschijn. Dat bankje met den
doek er op en de kan er voor is een prachtig
stilleven op zich zelf. Alle détails kunt ge op
eenzelfde wijs rustig bekijken; ze geven tel
kens een zelfde voldoening.
Het leven van Brouwer is kort maar hevig
geweest. Vol romantiek en vol gegevens om
er tal van anecdotes uit te doen ontstaan, die
getrouwelijk van den eenen historieschrijver
op den anderen zijn overgegaan. Hij is slechts
32 jaar oud geworden en had dat vermoede
lijk aan zijn te nonchalante levenswijs te wij
ten. Als men de histoire anecdotique gelooven
mag is hij door Frans Hals „ontdekt". Onze
oude vriend Immerzeel kan dat in zijn preek-
stoel-Hollandsch van honderd jaar geleden
zoo smeuig vertellen: „In zijne jeugd bedien
de zijn moeder zich van hem, om vogeltjes en
loofwerk met inkt op linnen te teekenen; wel
ke teekeningetjes zij vervolgens met de naald
overstikte, en tot mutsen en borstlappen ge
sneden, aan de boerinnenverkocht. Frans
Hals, den winkel dier vrouw voorbij gaande,
en haren zoon drok bezig ziende met de pen,
stapte hij binnen en een gelukkigen aanleg
in den kleinen vogelteekenaar bespeurende,
deed hij hem den voorslag van ton zijnen hui
ze te komen wonen om in de kunst onderwe
zen te worden".
Of Hals den kleinen Brouwer een beetje
heeft uitgebuit later, door hem allerlei genre
stukjes te laten schilderen die hij vlot verkoo-
pen kon; of het waar is dat hij den jongen
daartoe op een zolderkamertje opsloot om
hem beter aan het werk en onder het sim te
houden.... wie zal het zeggen? Vriend lm
merzeel vertelt dat wel en haalt al die ver
haaltjes vermoedelijk uit zijn Houbraken,
maar de heer Houbraken had een levendige
fantasie en maakt weinig onderscheid tus
schen anecdote en historische waarheid. Het
kan best waar zijn, maar wat doet het er per
slot te. Feit is dat het den jongen Brouwer
bij Hals niet langer beviel en dat hij er van
door ging. Eerst naar Amsterdam en daarna
naar Antwerpen. Hij kwam daar in contact
met Rubens, die hem genegen en vaak van
dienst was. Een reis naar Parijs had voor
Brouwer funeste gevolgen. De ville lumière
was ook toen al een gevaarlijk oord voor on
voorzichtige jongelieden en Brouwer kwam
doodziek naar Antwerpen terug, waar hij in
1640 in het Gasthuis overleed. Door toedoen
van Rubens werd hij in de kerk der Karme
lieten begraven. Ziehier eenige, althans con
troleerbare feiten uit de korte levenshistorie
van den Haarlemschen knaap die meer Vla
ming dan Hollander later, toch nimmer het
machtig stempelmerk van zijn. grooten leer
meester verloor. En onwillekeurig iets naar
Vlaanderen terugbracht van wat het ons in
den Mechelschen jongen, Frans Hals, had
afgestaan.
J. H. DE BOIS
Uit Haarlem's Daeblad van 1885.
9 Januari:
Door de letterlievende vereeniging
„J. J. Cremer" is het plan opgevat om
de stukken, waarmede zij in Dender-
monde (België) eerstdaags aan den
grooten internationalen tooneelwedstrijd
zal deelnemen, op 19 Januari a.s. alhier
ten tooneele te voeren.
Een flinke opkomst zal „Cremer" aan
moedigen om te trachten, op vreemden
bodem haar aantal lauweren te ver
meerderen: moge men er toe bijdragen,
dat zij voor onze stad ook weder ditmaal
de eer der Nederlandsche taal bij onze
Zuidelüke naburen ophoude
EERSTE KAMER.
Huwende onderwijzeressen
worden ontslagen.
Eerste Kamer neemt het wetsontwerp aan.
Minister Marchant zag zich in de Eerste
Kamer door de geheele linkerzijde, eenige
partijgenooten inbegrepen, bestookt.
Oorzaak hiervan was het wetsontwerp in
zake het ontslag der huwende onderwijzeres
sen.
De heer Osscndorp (soc. dem.) en diens par
tij genoote Mevr. Pothuis—Smit wezen erop
hoe met deze regeling tenslotte bitter weinig
werkverruiming bereikt zal worden. En om der
wille van deze opportunistische strekking had
de minister het voorstel gedaan, zoodat deze
grondslag volgens het sociaal-democratische
tweetal onmiddellijk wegviel. Wat de princi-
pieele kant betreft, de achterstelling van de
vrouw bij den man, dat was een voorstel, dat
men zeker niet van dezen vrijzinnig democra-
tischen bewindsman had mogen verwachten!
Van rechts kwamen er hulptroepen opdagen.
De heer Nivard (r.k.) wees erop, dat dit wets
ontwerp juist alleen een practischen en geen
principieeelen grondslag had, terwijl diens
partijgenoot De Jong zelfs nog niet heelemaal
tevreden bleek te zijn en gaarne had gezien,
dat ook de reeds gehuwde onderwijzeres alsnog
uit wandelen gestuurd zou worden. Dit op
grond van den nood der tijden.
Prof. Van Embden (vrijz. dem.) en Mr.
Smeenge (liberaal) verklaarden zich tegen het
voorstel, dat hun vooral onaangenaam was, nu
er een bepaling ontbrak, waardoor dit voorstel
slechts een tijdelijk karakter zou hebben ge
kregen. Zoo had het volgens hem moeten zijn
met een ontwerp dat uitsluitend als crisismaat
regel door de regeering beschouwd had moeten
worden.
Minister Marchant legde er in zijn verdedi
ging op toe, tegen overdrijving van de be
teekenis van zijn voorstel te waarschuwen.
Niemand van links kon hij echter hierdoor be-
keeren. Slotsom: het voorstel werd rechts tegen
links met 26 tegen 17 aangenomen.
Eenige andere agendapunten moesten ten
gevolge van de ongesteldheid van minister
Kalff tot later blijven wachten. E, VAN R.
De kwestie der premieleening
van het „Witte Kruis".
Pleidooien voor de Amsterdamsche
rechtbank.
AMSTERDAM. 8 Januari. Voor de Eerste
Kamer der Amsterdamsche Rechtbank had
den Maandag de pleidooien plaats omtrent
het incidenteel verzoek tot tusschenkomst van
een lotenhouder in de procedure tusschen de
Vereeniging van Fondsenhouders en de Noord
Hollandsche Vereeniging „Het Witte Kruis".
Zooals bekend, heeft de Vereeniging van
Fondsenhouders het Witte Kruis gedagvaard
om te hooren verklaren voor recht, dat het
Witte Kruis ook in zijn privé-vermogen aan
sprakelijk is voor de verplichtingen van de
Premieleening en om te worden veroordeeld
tot het houden der uitlotingen. In deze pro
cedure. is door een lotenhouder tusschen
komst verzocht, met vorderine. dat het Witte
Kruis zal worden veroordeeld de uitlotingen
op te schorten tot de waarborgfondsen door
de rente zoodanig zullen zijn aangegroeid,
dat de uitlotinven volledig kunnen worden
hervat. Tegen dit verzoek hebben partijen in
de hoofdzaak zich verzet omdat h.i. niet tus
schenkomst doch voeging had moeten worden
gevraagd en over dit incident werd heden ge
pleit.
Voor den lotenhouder werd gepleit door mr,
J. van der Vegt. advocaat te Heemstede, die
betoogde onder verwijzing naar een arrest van
den Hoogen Raad van 1894 en de geschiede
nis van artikel 285 van het Wetboek van Bur-
gerliike Rechtsvordering, dat in casu wel de-
geliik tusschenkomst en niet voeging plaats
moest vinden. Pleiter betoogt, dat het tegen
hem gevoerde verweer al1 een tengevolge heeft
dat de procedure belanvnik wordt opgehou
den zonder eenige noodzaak. Pleiter verte
genwoordigt de opvatting van een groot, aan-
ta.1 lotenhouders en er is alle belang bii. dat
ook deze opvatting in de procedure tot uiting
komt.
Mr. Haitsma Muller uit Utrecht zette ver
volgens het standpunt van de Vereeniging
van Fondsenhouders uiteen. De incidenteele
vordering is geheel geliikluidend aan een
reeds eerder uitgebrachte dagvaarding. De
interventie is geheel onnoodig en pleiter ver
zet èich daartegen. De lotenhouder had geen
tusschenkomst moeten vragen.
Voor de Noord-Hollandcrbe Vereeniging Het
Witte Kruis werd gppieit door mr. L. G. van
Dam. advocaat te Haarlem. Pleiter acht de
-raag. of tusschenkomst of voeging hier op
riin plaats is van weinig orartisoh belang. Als
de Vereeniging van Fondsenhouders dit. ver
weer niet had opgeworpen, zou pleiter het niet
"•edaan hebben. Nu wordt de hoofdzaak zon
der noodzaak langer tijd geschorst en ol. wijdt
dit aan het verweer van de Vereeniging van
Fondsenhouders. Nu zal eerst moeten worden
onderzocht, of de Hooge Raad nog op ziin
standpunt van 184 staat en pas dan kan de
procedure in de hoofdzaak worden hervat.
Ook pl. acht hier voeging meer op haar
plaats dan tusschenkomst, maar belangrijk
acht hij de kwestie niet. De ïnterveniënt
heeft aan ziin ziide den Hoogen Raad in ziin
arrest van 1894, Boneval Faure en het oracti-
sche vonnis der Utreöhtsche Rechtbank van
20 Januari 1897, waarbij is uitgemaakt, dat
wie zegt tusschen te komen, doch in de meer
bepaalde beteekenis van het woord zich voegt,
toch ontvankeliik is. Daartegenover stelt plei
ner de opvattingen van Star Busman, van
Rossem en de nieuwere Franse he en Neder
landsche litteratuur. Pleiter concludeert tot
niet-ontvankelijkverklaring van het verzoek
tot tusschenkomst. al kan deze kwestie het
Witte Kruic wemi? inte^e^eeren.
De Rechtbank zal op 5 Februari a.s. op het
incidenteel verzoek beslissen.