Tusschen Nijl en Roocle Zee.
Achter de schermen
bij Buziau.
- f
orhare stilte.
De tocht door de woestijn begonnen.
rn7. «as keerde na vier dagen van zijn
ïfpnningstocht terug en nog dienzelfden
vcl a wouden we den tocht door de woestijn
aV0 on beginnen. Hij bracht de prettige
^■nt mee °dat de blokhut uitstekend te ge-
•tpn was, zoodat we het zonder tenten
npn stellen. Verder zou het mogelijk zijn
^°-twater en zelfs ijs van een Italiaansche
<kin\_ tonnpri. welke een 30 K.M. zuideliik
- - ons gebied lag.
on de markt van Luxor kochten we nu
een mand versche druiven, die in het
r'0S de voornaamste lekkernij zouden
/«V wel!« een 30 K.M. zuidelijk
van
op
cog 1
"aangezien de dadels nog niet rijp
vormen,Qm acjlt uur Werden de
'ords
tw^Fards" „aangeslagen" en konden we
u „ijn cultuurmonumenten, die ons
n Ctjjdsafgr°nd van bijkans 100 eeuwen
h dden doen staren' in een wolk van st<)f
de rug toewenden.
Een wel in de nabijheid van Luxor.
De personenauto met ons drieën, de gids
en de chauffeur ging voorop en de truck
bieek eenige honderden meters achter om
zich eveneens te kunnen oriënteeren en de
builen in de weg op de juiste wijze tijdig
te kunnen nemen. Onze gids had op het
rechtevoorspatbord plaats genomen en hield
zich slechts met één hand aan den dop van
den radiateur vast; ondanks de hevige schok
ken en capriolen van den wagen, waarbij wij
van onze plaatsen tegen elkaar botsten, wist
de Arabier op het spotbord zich zonder
eenige moeite te handhaven. We volgden
voorloopig het Nijldal naar het Noorden en
passeerden na-een kwartier de tempelruïnes
van Karnak, waarbij vooral de sphinxenallee
in het maanlicht een zeldzaam aspect, op
leverde, een uiting van koninklijke kunst en
macht,'die thans na bijna 40 eeuwen, nog
niets aan schoonheid heeft ingeboet. Even
stonden we stil om te genieten van dit fan
tastisch belichte beeldhouwwerk, maar het.
geluid van de ronkende Fordmotor (hoe
vreemd, ja anachronistisch klonk dat in deze
omgeving) riep ons terug. Verder ging het
over kleinige landwegen langs vele kleine
nederzettingen, die we in wolken van stof
hulden. Kronkelend liep de weg, die blijk
baar als irrigatiedam dienst deed in den
overstroomingstijd, door de thans kurkdroge
velden. Op belangrijke kruispunten en in de
dorpen stonden schildwachten met het ge
weer aan den schouder: waarschijnlijk fun
deren dezen als nachtwacht want we wer
den niet aangehouden. Bij Keneh ging het
nu van den Nijl af in Oostelijke richting
en tegelijk werd de weg. die tot nu toe be
rijdbaar was geweest, een afgrijselijke hin-
dèrnisbaan met zooveel kuilen en bulten, als
ze bij ons doorf de ergste „uitholling over
dwars" niet worden benaderd. Onze snel
heid daalde tot 10 K.M. per uur en som1;
waren de gaten zoo diep dat de wagen bijna
,.aan de grond" liep. Dit alles hebben we
voornamelijk te danken aan de machtige
positie der spoorwegen, die er voor zorgen
dat er niets aan wegenaanleg in Egypte
wordt gedaan: aldus hebben de spoorwegen
practisch het vervoermonopolie in het Nijl
dal. ook t.o.v. de binnenscheepvaart op de
rivier.
Jammer dat hieronder ook alle gebieden
moeten lijden, welke zonder spoorwegen zijn
en eveneens geen behoorlijke wegen krijgen.
Na enkele K.M. flink dooreengeschud te
zijn, kwamen we plotseling in het grijze zand
van de woestijn: tot hiertoe vloeide het Nijl-
water en kon de mensch van zijn werk op
het land leven. We passeerden oude vesting
werken en een zeer langgest.rekt dorp met
een hoofdstraat die nauwelijks breed ge
noeg voor de auto was. In snelle vaart ging
het om de scherpe hoeken en verschrikt
schoten hier en daar een paar nachtwachten
uit een nis naar voren. Het gebeurde n.l
wel eens dat men van de daken, die hier alle
plat zijn. bekogeld wordt met steenen e.d.
zonder dat men later kan vaststellen waar
de projectielen vandaan kwamen.
Eindelijk lieten we het laatste huis en de
laatste palmen achter ons en begon de ein-
delooze golvende zandverlatenheid, zonder
dieren en planten zonder water. Voor ons
uit liepen tientallen wagensporen van auto
mobielen, meest alle evenwijdig aan elkaar
soms echter ook zich verwijderend van el-
haar. Hier begon pas goed het werk van
den gids: het goede spoor en tevens den
besten zandgrond te volgen zoodat we zoo
weinig mogelijk blijven steken. Het terrein
herinnert als landschap aan de Larensche
hei. met dit verschil dat hier de boomen.
heide, landhuisjes etc. ontbreken. De eerste
50 K.M. tot LaGheta konden in betrekkelijk
vug tempo K«.n een 40 K.M. per uur worden
afgelegd. Slechts een paar maal zaten we
vast in rul zand en moesten uitstappen om
den wagen er uit te duwen. We passeerden-
een paar kameelkaravanen, die breede groe-
ven m het zand maken doordat de dieren
bij het naar voren brengen der pooten deze
m het zand sleepen: anderen kampeerden
°m een vuurtje, terwijl het maanlicht de
witte mantels van de mannen scherp deed
uitkomen en men onwillekeurig aan het
verhaal van AliBaba en de veertig roovers
herinnerd werd.
We reden over verschillende heuvelrug
gen, die meerendeels evenwijdig aan elkaar
nepen, totdat- we op een zoo'n hoogte in de
verte een paar lichtjes zagen flikkeren. Maar
ha geruimen tijd kwamen die lichtjes
mchterbij: men ziet zooveel verder in de
jroge woestijnlucht dan in Holland. We
kwamen aan de oase La Gheta, wara slechts
enkele poovere palmen groeien. Er staat
verder een aantal witgekalkte hutten, waar
«-a- een militaire post is gelegerd. Bij onze
aankomst vonden we alles in diepe rust; we
-en ra(fiateur opnieuw daar het
water tijdens het rijden snel verdampte en
rirtJa de benzineblikken met water uit de
fpvrp8 vvel. Onderwijl liep onze chauf-
niet zijn reispas tusschen de slapende
militairen rond, die op veldbedden in de open
lucht lagen. Hij vond den commandant ten
slotte, die verklaarde met rust gelaten te
willen worden; hij had niks met- reispassen
te maken. We stonden nog even te beraad
slagen en werden voor de eerste maal in
ons leven verrast door de absolute stilte om
ons heen en vanzelf gingen we fluisteren,
omdat onze stemmen zoo hinderlijk luid
klonken. Roerloos stonden de palmen en
bijna opdringend tikte het horloge in mijn
zak en vielen de laatste waterdruppels uit
de overlooppijp van den gevulden radiateur.
We besloten dat onze gids op de truck zou
wachten, aangezien wij nu verder niet meer
verkeerd konden rijden. Terwijl we start
klaar waren verscheen aan den Oostelijken
horizon een enkel fel lantaarnlicht en hoor
den we een aanhoudend gehamer als van
een specht in het bosch. Langzamerhand
ging dit geluid over in dat van een machine
geweer en niet zonder spanning wachtten
we het naderende licht af. Het bleek een
soort vrachtwagen, welke als bus dienst
deed, te zijn. De motor werkte slechts op
drie van de vder zuigers en had het laatste
uur al zonder koelwater geloopen. De chauf
feur en zijn passagiers, een aantal mijn
arbeiders, hadden veel schik in het geval en
wij niet minder. De radiateur werd weer met
water uit de wel gevuld, liep echter bijna
even snel weer leeg. Er werd eens extra ge-
vlotterd (veel benzine gegeven) om den
motor weer zijn zwaren plicht te laten
doen. Daartoe werd eerst den slinger er met
een hamer ingeslagen, aangezien hij anders
niet meer pakte. Nog eenige felle tikken kwa
men hierna, om de krukas in een losse stem
ming te brengen en toen werd er gedraaid
Oogenblikkelijk sloeg de motor aan en begon
het geratel opnieuw.
De slinger gierde nog even hard mee, tot
hij met een blikken knal in den grond ge
slagen werd. Alsof het tot den normalen
gang van zaken bij deze ritus van het motor
aanslaan behoorde, raapte de chauffeur het
werktuig dadelijk op en verdween er mee in
de cabine, welke geen voor- en zijruiten meer
vertoonde. Hij drukte een paar maal op het
gaspedaal, hetgeen een hartverscheurend
klepperen in den motor veroorzaakte en als
verzamelingssignaal voor de rondkuierende
passagiers bedoeld was. Met een akelig ge
huil van het overschakelen in de versnel
lingen reed het vehikel met zijn onschuldig
grinnekenden menschenlast de woestijn in
Op de Nijl bij Luxor.
Onder dit interessante bedrijf was er niet
een van de militadre slapers wakker gewor
den. Terwijl het geratel van de autobus
langzaam wegstierf, vervolgden wij onzen
tocht en daalde de absolute stilte weer over
La Gheta en zijn slapers onder den helderen
hemel.
TJ. DE VRIES.
Britsche liberalen tegen de
regeering.
Critiek op de bewapenings
uitgaven.
Gaat Henderson heen als voorzitter der
ontwapeningsconferentie?
LONDEN, 6 Maart (Reuter). Sir Her-
bert Samuel en de door hem geleide La
gerhuisfractie hebben voor de a.s. Maandai
beginnende defensie-debatten, de volgende
motie aangekondigd:
„Het Lagerhuis betreurt ten zeerste dat de
wijze, waarop de Britsche regeering de on
derhandelingen met de andere landen heeft
gevoerd, niet heeft geleid tot een grootere
zakerheid inzake het instandhouden van den
vrede, doch tot den eisch van aanzienlijk
grootere uitgaven voor de bewapening.
De Labour party zal eerst heden haar hou
ding bepalen.
Waarschijnlijk zal zij een soortgelijke mo
tie opstellen; Henderson is uitgenoodigd aan
de vergadering van de Labourfractie deel te
nemen.
Volgens de bladen zijn verscheidene radi
cale leden van de Labour van meening,
clat de inhoud van het Witboek een directe
krenking van ^lenderson beteekent, en dat hij
bij de debatten in het Lagerhuis zijn aftreden
als voorzitter van de Ontwapeningsconferen
tie bekend zal maken.
Nationaal Crisis Comité wordt
niet opgeheven.
Nood der tijden eischt voortzetting der
werkzaamheden.
Het Nationaal Crisiscomité deelt mede:
Het in enkele bladen verspreide bericht over
opheffing van het Nationaal Crisis Comité
mist allen grond. Het spreekt vanzelf, dat het
N C. C. niet als duurzame instelling bedoeld
is„ doch zoolang de "nood der tijden voort
zetting der werkzaamheden eischt, zal het
bestuur het uiterste verrichten om den taak
voort te zetten. Reeds wordt met alle ernst
gewerkt voor de campagne 19351936, waar
bij het comité vertrouwt, dat de medewerking
tot dusverre uit zoo ruimen kring betoond,
ook verder niet aan deze nationale instelling
zal worden onthouden.
Leider der N. I. R. A.-
commissie treedt af.
Arbeidsterrein wordt beperkt.
WASHINGTON, 6 Maart. Het Witte
Huis heeft medegedeeld, dat de voorzitter
der N.I.R.A.-commissie Williams, die in Sep
tember van het vorige jaar als opvolger van
generaal Johnson met de leiding der N.I.R.A.
belast werd, dezer dagen zal aftreden. Als
reden hiertoe wordt medegedeeld, dat Wil
liams zijn privé-zaken niet langer kan ver-
waarloozen. Tot 1933 was Williams president
van de Reynolds Tobacco Company en als
voorzitter der N.I.R A.-commissie werden
herhaaldelijk aanvallen op hem gedaan we
gens de code voor de sigarettenindustrie.
Binnenkort wordt ook het aftreden van
twee andere leden der N.I.R.A.-commissie
verwacht. Bovendien zal het arbeidsveld van
de N.I.R.A. aanzienlijk beperkt worden, zoo
dat nog slechts ongeveer een vierde van de
tegenwoordige industrie-codes zal blijven
bestaan, zoodat, zooals de Amerikaansche
bladen het uitdrukken, de Blauwe Adelaar,
het zinnebeeld van de N.I.R.A., zijn meeste
veeren verliest.
Senaatscommissie begint
haar onderzoek.
De financieele Senaatscommissie heeft,
gisteren oesioten vandaag te beginnen met
een diepgaand onderzoek naar de werking
van de nationale herstel-administratie. Als
eerste getuige zal Donald Richberg als lid var.
de uit zeven personen bestaande commissie
die met de leiding der N.I.R.A. is belast, wor
den gehoord. Richberg heeft het verzoek ge
kregen zioh te willen voorbereiden op een
uiteenzetting van de voorgestelde wijzigin
gen in de wetgeving, waarmee de Recovery-
Act zal worden uitgebreid. Gedetailleerde
plannen voor het verdere onderzoek zullen
door een sub-commissie worden uitgewerkt.
Onder alle malligheid geef
ik steeds weer den mensch".
Geen intrekking van
wetsontwerpen.
Geruchten tegengesproken.
Van de meest bevoegde zijde verneemt hei
Haagsch Corr. Bureau, dat het bericht, dat.
minister De Wilde aan de Kroon machtiging
heeft gevraagd om het wetsontwerp tot wij
ziging van de kieswet, de provinciale wet en
de gemeentewet in te trekken met de m-eeste
beslistheid kan worden tegengesproken.
DONDi
Veertig jaar lang probeeren de critici nu
al, onder woorden te brengen, waarin de
komische kracht ligt van Buziau. Hoe be
roemder hij werd, hoe meer ze hun hoofden
er over pijnigden. Buziau zal om die pogin
gen wel vaak geglimlacht hebben. Hij weet
beter dan wie ook. dat het hun nooit lukken
zal. Omdat hij het zelf ook niet zou kunnen
zeggen.... Het is alsof hij een toovermiddel
heeft gekregen, waarvan hij de uitwerking op
de menschen jaren lang heeft bestudeerd,
zoodat hij precies weet. hoe zij er op rea-
geeren. Maar daarom kent hij dat toover
middel nog niet. Hij weet alleen, dat hij 't in
zich heeft en dat het onfeilbaar werkt, Dat
het ieder mensch in de zaal. van den lucht-
hartigste tot den zwaarmoedigste dwingt,
zich aan hem en zijn heerlijke dwaasheid
over te geven in den zorgeloozen of van zor
gen bevrijdenden, gezond makenden lach.
Vrouwen Vredesgang 1935.
Men schrijft ons:
De naam Vrouwen Vredesgang zal de Vrou
wen-optocht voortaan dragen, die op initia
tief der Afd. Den Haag van den Algemeenen
Nederlandschen Vrouwen Vredebond, samen
met de gelijke afd. van den Internationalen
Vrouwenbond voor Vrede en Vrijheid, op
nieuw georganiseerd zal worden op 18 Mei, den
Volkenbondsdag.
Bereids is de toestemming hiertoe aan den
Burgemeester van Den Haag gevraagd, ter
wijl tevens alle moeite wordt gedaan een guns
tiger route te verkrijgen.
Wéér wordt gedemonstreerd énkel voor
Vrede.
Geen enkel onderdeel, hoe concreet, hoe
belangrijk ook, zal apart belicht worden. Iets
anders is, dat het feit dat bijna in alle landen
de begrootingen voor defensie zijn verhoogd
en aangenomen, en de onthullingen over de
particuliere wapenindustrie, ondanks de sue
cessen die de Volkenbond te boeken heeft,
allen zin geeft aan deze algemeene uiting van
Vredeswil der Vrouwen.
Wel wil men aan de Regeering, Volkenbond
en Internationaal Gerechtshof adressen doen
toekomen, over deze punten.
Elke vrouw, die mee wil werken de wereld
te bevrijden van oorlog, die haar aandeel bij
wil dragen, opdat geschillen tusschen de vol
ken, of bevolkingsgroepen onderling op geweld
looze wijze beslecht zullen worden is van gan-
scher harte welkom.
Weer zal de witte bloem het eenige symbool
van onzen Vredeswil zijn, weer zullen slechts
doeken met „Vrede" beteekend, aan deel
neemsters en toeschouwers ons doel duidelijk
kenbaar maken. Wéér zal zoo volkomen moge
lijk stilte in acht genomen worden, in het
vertrouwen, dat de harten en hoofden van al
len te dieper doordrongen zullen worden van
Vredes-wil.
De naam „Stille Rondgang" is vervallen,
waardoor aan de bezwaren, die verleden jaar
geopperd zijn, tegemoet is getreden.
Mede het feit, dat in Schotland, Frankrijk
en Transvaal ons voorbeeld reeds is gevolgd,
heeft ons doordrongen van het groote nut, en
doet ons vertrouwen, dat nog vele landen meer,
als 't kon denzelfden dag, Good Will Day, met
ons getuigen.
De organisatie is, als verleden jaar, in han
den van een Centraal Comité. Mevrouw Mr.
B. BakkerNort, Voorzitster, mevrouw G. J.
HeromaEnnen, mevrouw F. de KoeDe
Laat de Kanter, mevrouw Van Wulfften Pal-
theBroese van Groenou, bestuursleden,
vormen dat, tezamen met den heer W. A v.
Sonsbeek, Langendijkstraat 13, Haarlem, die
ook nu, als verleden jaar, de functies van se
cretaris-penningmeester zal bekleeden.
Uit leden der bovengenoemde Vrouwenbon
den, en andere sympathiseerende vereenigin-
gen of personen worden Plaatselijke Comité's
gevormd, die haar richtlijnen ontvangen van
het C. C. Zij trachten door vergaderingen,
huisbezoek, enz. velen te bewegen mee te gaan,
verzamelen geld, waarvan 20 pet. aan het C
C. (der bruto inkomsten) wordt afgestaan
Dat geld is o.a. ook noodig voor de Rels-
kassen, die gedeeltelijk bestemd zijn om haar,
die in ongunstige condities zijn (verre af
stand, werkloosheid, etc.) tegemoet te komen.
Het postgironummer is 96900, ten name van
W. A. v. Sonsbeek, secr.-perm.m. „Vrouwen
Vredesgang" 1935, Langendijkstraat 13, Haar
lem.
Gaarne worden daar giften voor de vele on
kosten Ingewacht, elke gave is van harte
welkom; van de Plaatselijke Comité's wordt
de eerste afdracht 31 Maart verwacht. De pen
ningmeester legt wekelijks verantwoording af
aan het C. C.
Het Plaatselijk Comité zorgt ook, dat het pu
bliek door de pers op de hoogte gehouden
wordt van de voornaamste feiten. De buiten-
landsche correspondenten der beide bonden
zullen in alle landen waar afd. of d.g. bonden
zijn, de zusterverenigingen animeeren 't
zelfde te doen als wij; verder besteden wij onze
krachten deze Nederlandsche betooging zoo
goed mogelijk te doen slagen.
Weer zal de foto van 't kindje van verleden
jaar als embleem .gebruikt worden op ons
drukwerk en affiches.
Vrouwen van Nederland, wat ons scheiden
moge, laten we één van wil getuigen, om ook
op deze wijze iets bij te dragen tot verwezen
lijking van een gelukkiger wereld voor ons,
maar vooral voor onze kinderen! aller kin
deren!
Een wereld, waarin nooit het geweld als
middel mag gebruikt worden, maar de ver
houdingen. nationaal en internationaal ge
regeld moeten worden, door recht, rede en
liefde.
A
7 MAART
Ijl
Het is merkwaardig, dat dit niet alleen bij
den eenen mensch vlugger gaat dan bij den
anderen, maar dat ook een geheele zaal den
eenen avond gauwer en hartelijker lacht dan
den andere. Vrijdagavond, bij de Amster-
damsche première in Carré, duurde het een
heelen tijd voor Buziau bij zichzelf kon zeg
gen, dat hij de zaal had: Zaterdagavond
brulde een uitverkocht huis al, toen hij al
leen nog maar had gekeken. Trouwens, wie
dat kijken van Buziau kent. weet wel, dat
dit meer dan genoeg kan zijn!
„Het première-publiek is altijd wat criti-
scher gestemd", zegt Buziau, als ik hem vraag
naar de oorzaak van dat opvallende ver
schil. Maar zeker zal hij toch wel meer heb
ben ondervonden, dat de eene zaal sneller
reageert dan de andere. De invloed van de
menschen op elkaar moet ook een belang
rijke factor zijn, want wie kan zijn mond
stijf dicht houden als hij overal om zich
heen hoort schateren? Misschien is voor Bu
ziau de voldoening nog grooter wanneer hij
ook een crïtisch publiek tenslotte voor zich
gewonnen heeft, maar een zaal vol goedlach-
sche menschen zal hij toch wel prefereeren.
Dat daarvan iets zeldzaam verwarmends kan
uitgaan, voel je het best, wanneer je met
een brandwacht, een paar tooneelknechts en
enkele artisten, die zoo dadelijk „op" moe
ten, tusschen de coulissen geruischloos staat
te schateren om de onweerstaanbare mallig
heid van dat mannetje met het clownsge
zicht op een paar pas afstand. Je hoort ieder
oogenblik de lachgolven aanrollen en weg
ebben en meer dan wanneer je één met de
zaal bent. valt het op, hoe mëesterlijk Buziau
daarbij leidt. Meen niet. dat hij ooit wat
zeggen zal voor het gelach is bedaard. Ge
loof ook niet. dat hij ooit wacht, tot ieder
een is uitgelachen en de zaal is verstomd.
„Als ik dat deed. den lach heelemaal laten
wegzakken, dan zou ik hem ook weer heele
maal naar boven moeten halen", zegt Bu
ziau, die het dadeïijk best heeft gevonden,
dat ik de nieuwe revue „Met vlag en wim
pel" eens van dichterbij kwam bekijken. Mis
schien was hij wel zoo bereidwillig omdat ik,
na een interview te hebben aangevraagd,
mondeling maar dadelijk zei, dat hij niets
hoefde te vertellenZijn opluchting, dat hij
niet alwéér hoefde te praten over het pop-
pentooneel uit zijn kinderjaren, over zijn
succes als Professor Rikiri bij Frits van
Haarlem, over de malle gevallen uit zijn tijd
onder de wapenen en over zijn huiselijk
leven „in de gezellige woning te Rijswijk"
was evident! En hij heeft me schitterend be
loond door me alles in zijn kleedkamer te
vertoonen. zich onder mijn oogen te schmin
ken en tenslotte nog gauw even voor mij
privé een serie monden ten beste te geven.
Zooals een pianist oefeningen doet om z'n
vingers los te maken, zoo drilt Buziau zijn
lippen. In bochten en achten spelen ze om
zijn groote, naar voren stekende tanden en
staan eindelijk stil in een breeden, aanste
kelijken grijns.
„Ook nog even de juffrouw uit de vrou
wenvergadering". heb ik hem gevraagd. En
Buziau trekt z'n lippen zoo ver mogelijk ach
teruit in z'n wangen; zijn tandenlach drukt
verwrongen en mal ijdelheid uit. co-
quetterie, aanstellerige preutschheid. Ik huil
bijna van het lachen en Buziau lacht harte
lijk mee. De aardigste lach is misschien wel
die van Buziau als Buziau
Natuurlijk hebben we toch gepraat. Zoo
tusschen de bedrijven door. wanneer op het
tooneel de dansende revue-meisjes haar be
koorlijkheden ten toon spreiden en Buziau
zich in enkele oogenblikken herscheppen
moet van een levensmoede-die-er-een-end
an-gaat-maken het knalgroene costuum
met het kleurige vest zorgt voor een uiterst
komische contrastwerking in de spreek
ster, die op een heerenvergadering een le
zing gaat houden over het onderwerp: Wat
is de vrouw? Het taf zij den bloesje wordt
maar vast onder de jas aangetrokken, de
bruine damespruik klaar gelegd, opdat hij
straks, gebukt achter zijn lessenaar op het
tooneel. in een oogwenk zijn meest succes
volle metamorphose kan volbrengen en on
der bulderend gelach als vrouwelijk redenaar
voor het front kan komen.
Op die bliksemsnelle changementen is al
les ingericht. Buziau's kleedster, een Italiaan
sche. die naar hij mij vertelt, vroeger als
variété-artiste in ons land veel succes heeft
gehad, weet, wat tempo is! Dat een paar
kleedingstukken aan elkaar vast zitten, zoo
dat hij er maar één hoeft aan te trekken, is
in de kleedkamer van Buziau iets heel ge
woons. Boord en das ként men er niet eens
afzonderlijk!
Toen ik kort voor het begin van de voor
stelling die kleedkamer binnenkwam, verrees
er een lange gedaante in kamerjas, waar
onder zijden dameskousen in avond ..schoen
tjes" uitstaken. „Mijn naam is Bood", sprak
deze ietwat vreemde figuur met ernstige
stem en ik slikte m'n lach weg omdat ik
zag, dat hij aan zijn beenen op dat oogen
blik totaal niet dacht. Het was de man -
nee, de vrouw, nee, toch de man die de
revue doorwandelt in telkens weer andere
antieke jurken met bijbehoorende hoedjes
en parasols en die met een Kenau-stem haar
(zijn?) ruzie-opmerkingen ten beste geeft.
„IJdel ben ik niet," zegt deze Bood later
tegen me, wanneer we tusschen de coulissen
staan. „Ik heb niet eens een spiegel". E>-
hij drukt een Queen Mary-hoedje zoo recht
mogelijk op z'n stugge mannenhoofd en
wandelt met fiere passen het tooneel op.
Andere wonderlijk uitgedoste figuren trek
ken aan mij voorbij. Een magere man in lan
ge zwarte jas met hoogen hoed en een stijf—
gestreken gezicht, die den heelen avond op
het tooneel vertelt en er lachstormen
mee verwekt! dat hij een-en-twintig kin-
de-ren heeft, heet Willy Walden, een naam,
die in het programma staat onder de beel
tenis van een knappen jongen man. Een
sheik en een paar bevallige haremdames, een
en al sluier en parels, zwerven rond, een sou
brette vraagt het telefoonnnummer van de
goedkoopste Amsterdamsche tax aan een
tooneelkneoht: zoo nu en dan moet je on zij
springen voor de getrainde beenen der oal-
letmeisjes, die 't tooneel afstormen en naar
boven rennen om zich weer te verkleeden.
Mevrouw Bouwmeester, die aan de touwtjes
trekt en al deze sierlijke poppetjes laat dan
sen, staat ook al te lachen als Buziau zijn
malligheden de zaal Ingooit. En hoe vaak
heeft zij hem nu al gezien en gehoord? Dat
bewijst het al weer: hii is onweerstaanbaar
Buziau.
Men moet hem b.v. zijn spelletje met den
hoogen hoed zien spelen, die op den grond ls
gevallen en telkens door zijn voet wordt weg
getrapt wanneer hii hem grijpen wil. Als dat
twee. drie keeren is gebeurd, stapt hij aan
alle kanten om den verraderlijken hoed heen,
meet met zün oogen. hoe hij hem het beste
te pakken kan krijgen. Hij buigt zich voor
over. strekt z'n hand uit. nog wat verder,
de heele zaal ziet den hoed al weer weg
vliegen, en raapt hem met een doodleuk
gezicht op. Naverteld is het voor geen tien
de deel zoo geestig als wanneer men het Bu
ziau ziet doen. Hij maakt er een stukje hu
mor van. dat ik niet licht zal vergeten.
Eén rol heeft hii in „met vlag en wimpel'*,
welke uit den blijden, lichten toon valt. Het
Is die van den ouden portier, waarmee hij
zijn meesterlijke dirigenten-imitatie opent
en sluit. Deze portier, een oud. geslagen
mensch, is eens een gevierd artist geweest
en nu. na veertig jaar, is er op zijn jubileum
dag niet eens een bloemetje. Men voelt da
delijk de bedoeling van Buziau. bij zijn ju
bileum te laten zien, dat het leven van een
revue-artlst ondanks succes en schoonen
schijn niet zoo mooi en gemakkelijk is. De
portier krijgt voor het laatst nog eens de ge
legenheid, in een oud glorienummer op te
treden en dat is dan de dirigenten-imitatie.
Wie Buziau in deze drie sterk-levende typee
ringen heeft gezien, voelt het als onwaar
schijnlijk, dat het zielige oude mannetje van
een portier dit nog zóó zou kunnen. Maar
Buziau is het er niet mee eens dat het on
waarschijnlijk zou zijn.
„Ik ken zelf dat gevoel toch ook", zegt hij.
„Dat je gebroken bent, maar je opzweept om
toch te spelen en dat je daarna in elkaar
zakt. Toen mijn ouders stierven, heb ik dat
leeren kennen." Uit alles wat hij over deze
rol zegt. blijkt hoe na zij hem aan het hart
ligt. Er is iets roerends in. dat een kunste
naar. die in het komische zoo ontzettend
veel geeft, nu juist aan deze eene, tragische
rol zoo sterk hangt en zoo graag heeft, dat
de menschen die mooi zullen vinden.
Prachtig gespeeld heeft hij den portier in
elk geval wel! Maar voor ons aller gevoel is
dit mannetje zoo mijlen ver verwijderd van
dien anderen veertigjarigen jubilaris, die op
19 Maart in Carré zal worden gehuldigd.
Wiens talent gelukkig nog geen schijn van
achteruitgang vertoont en dïe voor ons allen
is en blijft: de geniale schepper van het
komische.
„Onder alle malligheid geef ik steeds weer
den mensch" heeft Buziau tegen mij gezegd.
Wie in den spiegel, dien Buziau hem voor
hield. zichzelf heeft herkend, weet, hoe waar
dit is!
L. N.
De Bie tot 15 jaar veroordeeld
Vonnis van het Bossche gerechtshof.
DEN BOSCH, 6 Maart (V.D.) Het ge
rechtshof hier ter stede heeft heden arrest
gewezen in de zaak tegen P. de Bie, die door
de rechtbank te Den Bosch wegens doodslag
op G. de Bie. zijn neef, gepleegd op 8 Augus
tus 1933 te Berchem, was veroordeeld tot vijf
tien jaar gevangenisstraf.
De advocaat-generaal had twintig jaar ge
vangenisstraf geëischt. Het Hof veroordeelde
hem tot 15 jaar.
DEN BOSCH, 6 Maart. De uitspraak werd
bijgewoond door mr. H. Roobol, verdediger van
verdachte en enkele leden van de balie.
Een tiental personen was toegelaten op de
publieke tribune. Nadat de zitting was ge
opend, ving de president jhr. mr. E. van
Meeuwen aan met de voorlezing van het vol
ledig arrest, dat ongeveer drie kwartier duur
de. Het uitvoerig arrest behelsde de beslissing,
dat het vonnis der rechtbank wegens een for
meel gebrek werd vernietigd. Twee getuigen,
dr. Boele en van Uden waren n.l. niet door de
rechtbank gehoord, zonder dat in het vonnis
was vermeld, dat van hun verhoor was afge
zien.
De verdachte werd vrijgesproken van den
primair ten laste gelegden moora ei\ schuldig
verklaard aan doodslag. Deswege werd hij tot
vijftien jaar gevangenisstraf veroordeeld.
Autobestuurder na aanrijding
doorgereden.
Slachtoffer werd op slag gedood.
GELEEN. 6 Maart (V.D.) Hedennacht om
twaalf uur werd de ongeveer 40-jarige heer J.
Kusters, die met zijn echtgenoote met de fiets
aan de hand op het fietspad van den Rijks
straatweg onder de gemeente Geleen wandel
de, door een passeerende auto. bestuurd door
den heer B. uit Sittard, aangereden. De aan
rijding was zoo hevig, dat de man op slag werd
gedood. De autobestuurder is doorgereden,
doch werd in Maastricht aangehouden. De
auto was aan de voorzijde beschadigd.
Fraude bij Indische
irrigatiewerken.
Talrijke ambtenaren er bij hetrokkfn.
SOERABAJA, 6 Maart (Aneta). Volgens
een officieel rapport bij Gedeputeerde i van
Oost-Java ingediend, omtrent de fraude bij
de Irrigatiewerken te Pekalan, Sampean, is
bij de uitvoering van 's Lands-werken ruim
f 69.000 en bij de uitvoering van provinciale
werken ruim f 40.000 sedert 1925 verduisterd.
In dit rapport wordt opgemerkt, dat behal
ve deze „zichtbare" verduisteringen nog een
bedrag van tenminste f 20.000 op „onzicht
bare" wijze is verdwenen. Aangezien hierbij
vele ambtenaren op diverse manieren zijn
betrokken, stelt men voor de verduisterde be
dragen zooveel mogelijk op hen te verhalen,
terwijl toch tot vervolging zal worden overge
gaan.