Tusschen Nijl en Roocle Zee. Achter de schermen bij Buziau. - f orhare stilte. De tocht door de woestijn begonnen. rn7. «as keerde na vier dagen van zijn ïfpnningstocht terug en nog dienzelfden vcl a wouden we den tocht door de woestijn aV0 on beginnen. Hij bracht de prettige ^■nt mee °dat de blokhut uitstekend te ge- •tpn was, zoodat we het zonder tenten npn stellen. Verder zou het mogelijk zijn ^°-twater en zelfs ijs van een Italiaansche <kin\_ tonnpri. welke een 30 K.M. zuideliik - - ons gebied lag. on de markt van Luxor kochten we nu een mand versche druiven, die in het r'0S de voornaamste lekkernij zouden /«V wel!« een 30 K.M. zuidelijk van op cog 1 "aangezien de dadels nog niet rijp vormen,Qm acjlt uur Werden de 'ords tw^Fards" „aangeslagen" en konden we u „ijn cultuurmonumenten, die ons n Ctjjdsafgr°nd van bijkans 100 eeuwen h dden doen staren' in een wolk van st<)f de rug toewenden. Een wel in de nabijheid van Luxor. De personenauto met ons drieën, de gids en de chauffeur ging voorop en de truck bieek eenige honderden meters achter om zich eveneens te kunnen oriënteeren en de builen in de weg op de juiste wijze tijdig te kunnen nemen. Onze gids had op het rechtevoorspatbord plaats genomen en hield zich slechts met één hand aan den dop van den radiateur vast; ondanks de hevige schok ken en capriolen van den wagen, waarbij wij van onze plaatsen tegen elkaar botsten, wist de Arabier op het spotbord zich zonder eenige moeite te handhaven. We volgden voorloopig het Nijldal naar het Noorden en passeerden na-een kwartier de tempelruïnes van Karnak, waarbij vooral de sphinxenallee in het maanlicht een zeldzaam aspect, op leverde, een uiting van koninklijke kunst en macht,'die thans na bijna 40 eeuwen, nog niets aan schoonheid heeft ingeboet. Even stonden we stil om te genieten van dit fan tastisch belichte beeldhouwwerk, maar het. geluid van de ronkende Fordmotor (hoe vreemd, ja anachronistisch klonk dat in deze omgeving) riep ons terug. Verder ging het over kleinige landwegen langs vele kleine nederzettingen, die we in wolken van stof hulden. Kronkelend liep de weg, die blijk baar als irrigatiedam dienst deed in den overstroomingstijd, door de thans kurkdroge velden. Op belangrijke kruispunten en in de dorpen stonden schildwachten met het ge weer aan den schouder: waarschijnlijk fun deren dezen als nachtwacht want we wer den niet aangehouden. Bij Keneh ging het nu van den Nijl af in Oostelijke richting en tegelijk werd de weg. die tot nu toe be rijdbaar was geweest, een afgrijselijke hin- dèrnisbaan met zooveel kuilen en bulten, als ze bij ons doorf de ergste „uitholling over dwars" niet worden benaderd. Onze snel heid daalde tot 10 K.M. per uur en som1; waren de gaten zoo diep dat de wagen bijna ,.aan de grond" liep. Dit alles hebben we voornamelijk te danken aan de machtige positie der spoorwegen, die er voor zorgen dat er niets aan wegenaanleg in Egypte wordt gedaan: aldus hebben de spoorwegen practisch het vervoermonopolie in het Nijl dal. ook t.o.v. de binnenscheepvaart op de rivier. Jammer dat hieronder ook alle gebieden moeten lijden, welke zonder spoorwegen zijn en eveneens geen behoorlijke wegen krijgen. Na enkele K.M. flink dooreengeschud te zijn, kwamen we plotseling in het grijze zand van de woestijn: tot hiertoe vloeide het Nijl- water en kon de mensch van zijn werk op het land leven. We passeerden oude vesting werken en een zeer langgest.rekt dorp met een hoofdstraat die nauwelijks breed ge noeg voor de auto was. In snelle vaart ging het om de scherpe hoeken en verschrikt schoten hier en daar een paar nachtwachten uit een nis naar voren. Het gebeurde n.l wel eens dat men van de daken, die hier alle plat zijn. bekogeld wordt met steenen e.d. zonder dat men later kan vaststellen waar de projectielen vandaan kwamen. Eindelijk lieten we het laatste huis en de laatste palmen achter ons en begon de ein- delooze golvende zandverlatenheid, zonder dieren en planten zonder water. Voor ons uit liepen tientallen wagensporen van auto mobielen, meest alle evenwijdig aan elkaar soms echter ook zich verwijderend van el- haar. Hier begon pas goed het werk van den gids: het goede spoor en tevens den besten zandgrond te volgen zoodat we zoo weinig mogelijk blijven steken. Het terrein herinnert als landschap aan de Larensche hei. met dit verschil dat hier de boomen. heide, landhuisjes etc. ontbreken. De eerste 50 K.M. tot LaGheta konden in betrekkelijk vug tempo K«.n een 40 K.M. per uur worden afgelegd. Slechts een paar maal zaten we vast in rul zand en moesten uitstappen om den wagen er uit te duwen. We passeerden- een paar kameelkaravanen, die breede groe- ven m het zand maken doordat de dieren bij het naar voren brengen der pooten deze m het zand sleepen: anderen kampeerden °m een vuurtje, terwijl het maanlicht de witte mantels van de mannen scherp deed uitkomen en men onwillekeurig aan het verhaal van AliBaba en de veertig roovers herinnerd werd. We reden over verschillende heuvelrug gen, die meerendeels evenwijdig aan elkaar nepen, totdat- we op een zoo'n hoogte in de verte een paar lichtjes zagen flikkeren. Maar ha geruimen tijd kwamen die lichtjes mchterbij: men ziet zooveel verder in de jroge woestijnlucht dan in Holland. We kwamen aan de oase La Gheta, wara slechts enkele poovere palmen groeien. Er staat verder een aantal witgekalkte hutten, waar «-a- een militaire post is gelegerd. Bij onze aankomst vonden we alles in diepe rust; we -en ra(fiateur opnieuw daar het water tijdens het rijden snel verdampte en rirtJa de benzineblikken met water uit de fpvrp8 vvel. Onderwijl liep onze chauf- niet zijn reispas tusschen de slapende militairen rond, die op veldbedden in de open lucht lagen. Hij vond den commandant ten slotte, die verklaarde met rust gelaten te willen worden; hij had niks met- reispassen te maken. We stonden nog even te beraad slagen en werden voor de eerste maal in ons leven verrast door de absolute stilte om ons heen en vanzelf gingen we fluisteren, omdat onze stemmen zoo hinderlijk luid klonken. Roerloos stonden de palmen en bijna opdringend tikte het horloge in mijn zak en vielen de laatste waterdruppels uit de overlooppijp van den gevulden radiateur. We besloten dat onze gids op de truck zou wachten, aangezien wij nu verder niet meer verkeerd konden rijden. Terwijl we start klaar waren verscheen aan den Oostelijken horizon een enkel fel lantaarnlicht en hoor den we een aanhoudend gehamer als van een specht in het bosch. Langzamerhand ging dit geluid over in dat van een machine geweer en niet zonder spanning wachtten we het naderende licht af. Het bleek een soort vrachtwagen, welke als bus dienst deed, te zijn. De motor werkte slechts op drie van de vder zuigers en had het laatste uur al zonder koelwater geloopen. De chauf feur en zijn passagiers, een aantal mijn arbeiders, hadden veel schik in het geval en wij niet minder. De radiateur werd weer met water uit de wel gevuld, liep echter bijna even snel weer leeg. Er werd eens extra ge- vlotterd (veel benzine gegeven) om den motor weer zijn zwaren plicht te laten doen. Daartoe werd eerst den slinger er met een hamer ingeslagen, aangezien hij anders niet meer pakte. Nog eenige felle tikken kwa men hierna, om de krukas in een losse stem ming te brengen en toen werd er gedraaid Oogenblikkelijk sloeg de motor aan en begon het geratel opnieuw. De slinger gierde nog even hard mee, tot hij met een blikken knal in den grond ge slagen werd. Alsof het tot den normalen gang van zaken bij deze ritus van het motor aanslaan behoorde, raapte de chauffeur het werktuig dadelijk op en verdween er mee in de cabine, welke geen voor- en zijruiten meer vertoonde. Hij drukte een paar maal op het gaspedaal, hetgeen een hartverscheurend klepperen in den motor veroorzaakte en als verzamelingssignaal voor de rondkuierende passagiers bedoeld was. Met een akelig ge huil van het overschakelen in de versnel lingen reed het vehikel met zijn onschuldig grinnekenden menschenlast de woestijn in Op de Nijl bij Luxor. Onder dit interessante bedrijf was er niet een van de militadre slapers wakker gewor den. Terwijl het geratel van de autobus langzaam wegstierf, vervolgden wij onzen tocht en daalde de absolute stilte weer over La Gheta en zijn slapers onder den helderen hemel. TJ. DE VRIES. Britsche liberalen tegen de regeering. Critiek op de bewapenings uitgaven. Gaat Henderson heen als voorzitter der ontwapeningsconferentie? LONDEN, 6 Maart (Reuter). Sir Her- bert Samuel en de door hem geleide La gerhuisfractie hebben voor de a.s. Maandai beginnende defensie-debatten, de volgende motie aangekondigd: „Het Lagerhuis betreurt ten zeerste dat de wijze, waarop de Britsche regeering de on derhandelingen met de andere landen heeft gevoerd, niet heeft geleid tot een grootere zakerheid inzake het instandhouden van den vrede, doch tot den eisch van aanzienlijk grootere uitgaven voor de bewapening. De Labour party zal eerst heden haar hou ding bepalen. Waarschijnlijk zal zij een soortgelijke mo tie opstellen; Henderson is uitgenoodigd aan de vergadering van de Labourfractie deel te nemen. Volgens de bladen zijn verscheidene radi cale leden van de Labour van meening, clat de inhoud van het Witboek een directe krenking van ^lenderson beteekent, en dat hij bij de debatten in het Lagerhuis zijn aftreden als voorzitter van de Ontwapeningsconferen tie bekend zal maken. Nationaal Crisis Comité wordt niet opgeheven. Nood der tijden eischt voortzetting der werkzaamheden. Het Nationaal Crisiscomité deelt mede: Het in enkele bladen verspreide bericht over opheffing van het Nationaal Crisis Comité mist allen grond. Het spreekt vanzelf, dat het N C. C. niet als duurzame instelling bedoeld is„ doch zoolang de "nood der tijden voort zetting der werkzaamheden eischt, zal het bestuur het uiterste verrichten om den taak voort te zetten. Reeds wordt met alle ernst gewerkt voor de campagne 19351936, waar bij het comité vertrouwt, dat de medewerking tot dusverre uit zoo ruimen kring betoond, ook verder niet aan deze nationale instelling zal worden onthouden. Leider der N. I. R. A.- commissie treedt af. Arbeidsterrein wordt beperkt. WASHINGTON, 6 Maart. Het Witte Huis heeft medegedeeld, dat de voorzitter der N.I.R.A.-commissie Williams, die in Sep tember van het vorige jaar als opvolger van generaal Johnson met de leiding der N.I.R.A. belast werd, dezer dagen zal aftreden. Als reden hiertoe wordt medegedeeld, dat Wil liams zijn privé-zaken niet langer kan ver- waarloozen. Tot 1933 was Williams president van de Reynolds Tobacco Company en als voorzitter der N.I.R A.-commissie werden herhaaldelijk aanvallen op hem gedaan we gens de code voor de sigarettenindustrie. Binnenkort wordt ook het aftreden van twee andere leden der N.I.R.A.-commissie verwacht. Bovendien zal het arbeidsveld van de N.I.R.A. aanzienlijk beperkt worden, zoo dat nog slechts ongeveer een vierde van de tegenwoordige industrie-codes zal blijven bestaan, zoodat, zooals de Amerikaansche bladen het uitdrukken, de Blauwe Adelaar, het zinnebeeld van de N.I.R.A., zijn meeste veeren verliest. Senaatscommissie begint haar onderzoek. De financieele Senaatscommissie heeft, gisteren oesioten vandaag te beginnen met een diepgaand onderzoek naar de werking van de nationale herstel-administratie. Als eerste getuige zal Donald Richberg als lid var. de uit zeven personen bestaande commissie die met de leiding der N.I.R.A. is belast, wor den gehoord. Richberg heeft het verzoek ge kregen zioh te willen voorbereiden op een uiteenzetting van de voorgestelde wijzigin gen in de wetgeving, waarmee de Recovery- Act zal worden uitgebreid. Gedetailleerde plannen voor het verdere onderzoek zullen door een sub-commissie worden uitgewerkt. Onder alle malligheid geef ik steeds weer den mensch". Geen intrekking van wetsontwerpen. Geruchten tegengesproken. Van de meest bevoegde zijde verneemt hei Haagsch Corr. Bureau, dat het bericht, dat. minister De Wilde aan de Kroon machtiging heeft gevraagd om het wetsontwerp tot wij ziging van de kieswet, de provinciale wet en de gemeentewet in te trekken met de m-eeste beslistheid kan worden tegengesproken. DONDi Veertig jaar lang probeeren de critici nu al, onder woorden te brengen, waarin de komische kracht ligt van Buziau. Hoe be roemder hij werd, hoe meer ze hun hoofden er over pijnigden. Buziau zal om die pogin gen wel vaak geglimlacht hebben. Hij weet beter dan wie ook. dat het hun nooit lukken zal. Omdat hij het zelf ook niet zou kunnen zeggen.... Het is alsof hij een toovermiddel heeft gekregen, waarvan hij de uitwerking op de menschen jaren lang heeft bestudeerd, zoodat hij precies weet. hoe zij er op rea- geeren. Maar daarom kent hij dat toover middel nog niet. Hij weet alleen, dat hij 't in zich heeft en dat het onfeilbaar werkt, Dat het ieder mensch in de zaal. van den lucht- hartigste tot den zwaarmoedigste dwingt, zich aan hem en zijn heerlijke dwaasheid over te geven in den zorgeloozen of van zor gen bevrijdenden, gezond makenden lach. Vrouwen Vredesgang 1935. Men schrijft ons: De naam Vrouwen Vredesgang zal de Vrou wen-optocht voortaan dragen, die op initia tief der Afd. Den Haag van den Algemeenen Nederlandschen Vrouwen Vredebond, samen met de gelijke afd. van den Internationalen Vrouwenbond voor Vrede en Vrijheid, op nieuw georganiseerd zal worden op 18 Mei, den Volkenbondsdag. Bereids is de toestemming hiertoe aan den Burgemeester van Den Haag gevraagd, ter wijl tevens alle moeite wordt gedaan een guns tiger route te verkrijgen. Wéér wordt gedemonstreerd énkel voor Vrede. Geen enkel onderdeel, hoe concreet, hoe belangrijk ook, zal apart belicht worden. Iets anders is, dat het feit dat bijna in alle landen de begrootingen voor defensie zijn verhoogd en aangenomen, en de onthullingen over de particuliere wapenindustrie, ondanks de sue cessen die de Volkenbond te boeken heeft, allen zin geeft aan deze algemeene uiting van Vredeswil der Vrouwen. Wel wil men aan de Regeering, Volkenbond en Internationaal Gerechtshof adressen doen toekomen, over deze punten. Elke vrouw, die mee wil werken de wereld te bevrijden van oorlog, die haar aandeel bij wil dragen, opdat geschillen tusschen de vol ken, of bevolkingsgroepen onderling op geweld looze wijze beslecht zullen worden is van gan- scher harte welkom. Weer zal de witte bloem het eenige symbool van onzen Vredeswil zijn, weer zullen slechts doeken met „Vrede" beteekend, aan deel neemsters en toeschouwers ons doel duidelijk kenbaar maken. Wéér zal zoo volkomen moge lijk stilte in acht genomen worden, in het vertrouwen, dat de harten en hoofden van al len te dieper doordrongen zullen worden van Vredes-wil. De naam „Stille Rondgang" is vervallen, waardoor aan de bezwaren, die verleden jaar geopperd zijn, tegemoet is getreden. Mede het feit, dat in Schotland, Frankrijk en Transvaal ons voorbeeld reeds is gevolgd, heeft ons doordrongen van het groote nut, en doet ons vertrouwen, dat nog vele landen meer, als 't kon denzelfden dag, Good Will Day, met ons getuigen. De organisatie is, als verleden jaar, in han den van een Centraal Comité. Mevrouw Mr. B. BakkerNort, Voorzitster, mevrouw G. J. HeromaEnnen, mevrouw F. de KoeDe Laat de Kanter, mevrouw Van Wulfften Pal- theBroese van Groenou, bestuursleden, vormen dat, tezamen met den heer W. A v. Sonsbeek, Langendijkstraat 13, Haarlem, die ook nu, als verleden jaar, de functies van se cretaris-penningmeester zal bekleeden. Uit leden der bovengenoemde Vrouwenbon den, en andere sympathiseerende vereenigin- gen of personen worden Plaatselijke Comité's gevormd, die haar richtlijnen ontvangen van het C. C. Zij trachten door vergaderingen, huisbezoek, enz. velen te bewegen mee te gaan, verzamelen geld, waarvan 20 pet. aan het C C. (der bruto inkomsten) wordt afgestaan Dat geld is o.a. ook noodig voor de Rels- kassen, die gedeeltelijk bestemd zijn om haar, die in ongunstige condities zijn (verre af stand, werkloosheid, etc.) tegemoet te komen. Het postgironummer is 96900, ten name van W. A. v. Sonsbeek, secr.-perm.m. „Vrouwen Vredesgang" 1935, Langendijkstraat 13, Haar lem. Gaarne worden daar giften voor de vele on kosten Ingewacht, elke gave is van harte welkom; van de Plaatselijke Comité's wordt de eerste afdracht 31 Maart verwacht. De pen ningmeester legt wekelijks verantwoording af aan het C. C. Het Plaatselijk Comité zorgt ook, dat het pu bliek door de pers op de hoogte gehouden wordt van de voornaamste feiten. De buiten- landsche correspondenten der beide bonden zullen in alle landen waar afd. of d.g. bonden zijn, de zusterverenigingen animeeren 't zelfde te doen als wij; verder besteden wij onze krachten deze Nederlandsche betooging zoo goed mogelijk te doen slagen. Weer zal de foto van 't kindje van verleden jaar als embleem .gebruikt worden op ons drukwerk en affiches. Vrouwen van Nederland, wat ons scheiden moge, laten we één van wil getuigen, om ook op deze wijze iets bij te dragen tot verwezen lijking van een gelukkiger wereld voor ons, maar vooral voor onze kinderen! aller kin deren! Een wereld, waarin nooit het geweld als middel mag gebruikt worden, maar de ver houdingen. nationaal en internationaal ge regeld moeten worden, door recht, rede en liefde. A 7 MAART Ijl Het is merkwaardig, dat dit niet alleen bij den eenen mensch vlugger gaat dan bij den anderen, maar dat ook een geheele zaal den eenen avond gauwer en hartelijker lacht dan den andere. Vrijdagavond, bij de Amster- damsche première in Carré, duurde het een heelen tijd voor Buziau bij zichzelf kon zeg gen, dat hij de zaal had: Zaterdagavond brulde een uitverkocht huis al, toen hij al leen nog maar had gekeken. Trouwens, wie dat kijken van Buziau kent. weet wel, dat dit meer dan genoeg kan zijn! „Het première-publiek is altijd wat criti- scher gestemd", zegt Buziau, als ik hem vraag naar de oorzaak van dat opvallende ver schil. Maar zeker zal hij toch wel meer heb ben ondervonden, dat de eene zaal sneller reageert dan de andere. De invloed van de menschen op elkaar moet ook een belang rijke factor zijn, want wie kan zijn mond stijf dicht houden als hij overal om zich heen hoort schateren? Misschien is voor Bu ziau de voldoening nog grooter wanneer hij ook een crïtisch publiek tenslotte voor zich gewonnen heeft, maar een zaal vol goedlach- sche menschen zal hij toch wel prefereeren. Dat daarvan iets zeldzaam verwarmends kan uitgaan, voel je het best, wanneer je met een brandwacht, een paar tooneelknechts en enkele artisten, die zoo dadelijk „op" moe ten, tusschen de coulissen geruischloos staat te schateren om de onweerstaanbare mallig heid van dat mannetje met het clownsge zicht op een paar pas afstand. Je hoort ieder oogenblik de lachgolven aanrollen en weg ebben en meer dan wanneer je één met de zaal bent. valt het op, hoe mëesterlijk Buziau daarbij leidt. Meen niet. dat hij ooit wat zeggen zal voor het gelach is bedaard. Ge loof ook niet. dat hij ooit wacht, tot ieder een is uitgelachen en de zaal is verstomd. „Als ik dat deed. den lach heelemaal laten wegzakken, dan zou ik hem ook weer heele maal naar boven moeten halen", zegt Bu ziau, die het dadeïijk best heeft gevonden, dat ik de nieuwe revue „Met vlag en wim pel" eens van dichterbij kwam bekijken. Mis schien was hij wel zoo bereidwillig omdat ik, na een interview te hebben aangevraagd, mondeling maar dadelijk zei, dat hij niets hoefde te vertellenZijn opluchting, dat hij niet alwéér hoefde te praten over het pop- pentooneel uit zijn kinderjaren, over zijn succes als Professor Rikiri bij Frits van Haarlem, over de malle gevallen uit zijn tijd onder de wapenen en over zijn huiselijk leven „in de gezellige woning te Rijswijk" was evident! En hij heeft me schitterend be loond door me alles in zijn kleedkamer te vertoonen. zich onder mijn oogen te schmin ken en tenslotte nog gauw even voor mij privé een serie monden ten beste te geven. Zooals een pianist oefeningen doet om z'n vingers los te maken, zoo drilt Buziau zijn lippen. In bochten en achten spelen ze om zijn groote, naar voren stekende tanden en staan eindelijk stil in een breeden, aanste kelijken grijns. „Ook nog even de juffrouw uit de vrou wenvergadering". heb ik hem gevraagd. En Buziau trekt z'n lippen zoo ver mogelijk ach teruit in z'n wangen; zijn tandenlach drukt verwrongen en mal ijdelheid uit. co- quetterie, aanstellerige preutschheid. Ik huil bijna van het lachen en Buziau lacht harte lijk mee. De aardigste lach is misschien wel die van Buziau als Buziau Natuurlijk hebben we toch gepraat. Zoo tusschen de bedrijven door. wanneer op het tooneel de dansende revue-meisjes haar be koorlijkheden ten toon spreiden en Buziau zich in enkele oogenblikken herscheppen moet van een levensmoede-die-er-een-end an-gaat-maken het knalgroene costuum met het kleurige vest zorgt voor een uiterst komische contrastwerking in de spreek ster, die op een heerenvergadering een le zing gaat houden over het onderwerp: Wat is de vrouw? Het taf zij den bloesje wordt maar vast onder de jas aangetrokken, de bruine damespruik klaar gelegd, opdat hij straks, gebukt achter zijn lessenaar op het tooneel. in een oogwenk zijn meest succes volle metamorphose kan volbrengen en on der bulderend gelach als vrouwelijk redenaar voor het front kan komen. Op die bliksemsnelle changementen is al les ingericht. Buziau's kleedster, een Italiaan sche. die naar hij mij vertelt, vroeger als variété-artiste in ons land veel succes heeft gehad, weet, wat tempo is! Dat een paar kleedingstukken aan elkaar vast zitten, zoo dat hij er maar één hoeft aan te trekken, is in de kleedkamer van Buziau iets heel ge woons. Boord en das ként men er niet eens afzonderlijk! Toen ik kort voor het begin van de voor stelling die kleedkamer binnenkwam, verrees er een lange gedaante in kamerjas, waar onder zijden dameskousen in avond ..schoen tjes" uitstaken. „Mijn naam is Bood", sprak deze ietwat vreemde figuur met ernstige stem en ik slikte m'n lach weg omdat ik zag, dat hij aan zijn beenen op dat oogen blik totaal niet dacht. Het was de man - nee, de vrouw, nee, toch de man die de revue doorwandelt in telkens weer andere antieke jurken met bijbehoorende hoedjes en parasols en die met een Kenau-stem haar (zijn?) ruzie-opmerkingen ten beste geeft. „IJdel ben ik niet," zegt deze Bood later tegen me, wanneer we tusschen de coulissen staan. „Ik heb niet eens een spiegel". E>- hij drukt een Queen Mary-hoedje zoo recht mogelijk op z'n stugge mannenhoofd en wandelt met fiere passen het tooneel op. Andere wonderlijk uitgedoste figuren trek ken aan mij voorbij. Een magere man in lan ge zwarte jas met hoogen hoed en een stijf— gestreken gezicht, die den heelen avond op het tooneel vertelt en er lachstormen mee verwekt! dat hij een-en-twintig kin- de-ren heeft, heet Willy Walden, een naam, die in het programma staat onder de beel tenis van een knappen jongen man. Een sheik en een paar bevallige haremdames, een en al sluier en parels, zwerven rond, een sou brette vraagt het telefoonnnummer van de goedkoopste Amsterdamsche tax aan een tooneelkneoht: zoo nu en dan moet je on zij springen voor de getrainde beenen der oal- letmeisjes, die 't tooneel afstormen en naar boven rennen om zich weer te verkleeden. Mevrouw Bouwmeester, die aan de touwtjes trekt en al deze sierlijke poppetjes laat dan sen, staat ook al te lachen als Buziau zijn malligheden de zaal Ingooit. En hoe vaak heeft zij hem nu al gezien en gehoord? Dat bewijst het al weer: hii is onweerstaanbaar Buziau. Men moet hem b.v. zijn spelletje met den hoogen hoed zien spelen, die op den grond ls gevallen en telkens door zijn voet wordt weg getrapt wanneer hii hem grijpen wil. Als dat twee. drie keeren is gebeurd, stapt hij aan alle kanten om den verraderlijken hoed heen, meet met zün oogen. hoe hij hem het beste te pakken kan krijgen. Hij buigt zich voor over. strekt z'n hand uit. nog wat verder, de heele zaal ziet den hoed al weer weg vliegen, en raapt hem met een doodleuk gezicht op. Naverteld is het voor geen tien de deel zoo geestig als wanneer men het Bu ziau ziet doen. Hij maakt er een stukje hu mor van. dat ik niet licht zal vergeten. Eén rol heeft hii in „met vlag en wimpel'*, welke uit den blijden, lichten toon valt. Het Is die van den ouden portier, waarmee hij zijn meesterlijke dirigenten-imitatie opent en sluit. Deze portier, een oud. geslagen mensch, is eens een gevierd artist geweest en nu. na veertig jaar, is er op zijn jubileum dag niet eens een bloemetje. Men voelt da delijk de bedoeling van Buziau. bij zijn ju bileum te laten zien, dat het leven van een revue-artlst ondanks succes en schoonen schijn niet zoo mooi en gemakkelijk is. De portier krijgt voor het laatst nog eens de ge legenheid, in een oud glorienummer op te treden en dat is dan de dirigenten-imitatie. Wie Buziau in deze drie sterk-levende typee ringen heeft gezien, voelt het als onwaar schijnlijk, dat het zielige oude mannetje van een portier dit nog zóó zou kunnen. Maar Buziau is het er niet mee eens dat het on waarschijnlijk zou zijn. „Ik ken zelf dat gevoel toch ook", zegt hij. „Dat je gebroken bent, maar je opzweept om toch te spelen en dat je daarna in elkaar zakt. Toen mijn ouders stierven, heb ik dat leeren kennen." Uit alles wat hij over deze rol zegt. blijkt hoe na zij hem aan het hart ligt. Er is iets roerends in. dat een kunste naar. die in het komische zoo ontzettend veel geeft, nu juist aan deze eene, tragische rol zoo sterk hangt en zoo graag heeft, dat de menschen die mooi zullen vinden. Prachtig gespeeld heeft hij den portier in elk geval wel! Maar voor ons aller gevoel is dit mannetje zoo mijlen ver verwijderd van dien anderen veertigjarigen jubilaris, die op 19 Maart in Carré zal worden gehuldigd. Wiens talent gelukkig nog geen schijn van achteruitgang vertoont en dïe voor ons allen is en blijft: de geniale schepper van het komische. „Onder alle malligheid geef ik steeds weer den mensch" heeft Buziau tegen mij gezegd. Wie in den spiegel, dien Buziau hem voor hield. zichzelf heeft herkend, weet, hoe waar dit is! L. N. De Bie tot 15 jaar veroordeeld Vonnis van het Bossche gerechtshof. DEN BOSCH, 6 Maart (V.D.) Het ge rechtshof hier ter stede heeft heden arrest gewezen in de zaak tegen P. de Bie, die door de rechtbank te Den Bosch wegens doodslag op G. de Bie. zijn neef, gepleegd op 8 Augus tus 1933 te Berchem, was veroordeeld tot vijf tien jaar gevangenisstraf. De advocaat-generaal had twintig jaar ge vangenisstraf geëischt. Het Hof veroordeelde hem tot 15 jaar. DEN BOSCH, 6 Maart. De uitspraak werd bijgewoond door mr. H. Roobol, verdediger van verdachte en enkele leden van de balie. Een tiental personen was toegelaten op de publieke tribune. Nadat de zitting was ge opend, ving de president jhr. mr. E. van Meeuwen aan met de voorlezing van het vol ledig arrest, dat ongeveer drie kwartier duur de. Het uitvoerig arrest behelsde de beslissing, dat het vonnis der rechtbank wegens een for meel gebrek werd vernietigd. Twee getuigen, dr. Boele en van Uden waren n.l. niet door de rechtbank gehoord, zonder dat in het vonnis was vermeld, dat van hun verhoor was afge zien. De verdachte werd vrijgesproken van den primair ten laste gelegden moora ei\ schuldig verklaard aan doodslag. Deswege werd hij tot vijftien jaar gevangenisstraf veroordeeld. Autobestuurder na aanrijding doorgereden. Slachtoffer werd op slag gedood. GELEEN. 6 Maart (V.D.) Hedennacht om twaalf uur werd de ongeveer 40-jarige heer J. Kusters, die met zijn echtgenoote met de fiets aan de hand op het fietspad van den Rijks straatweg onder de gemeente Geleen wandel de, door een passeerende auto. bestuurd door den heer B. uit Sittard, aangereden. De aan rijding was zoo hevig, dat de man op slag werd gedood. De autobestuurder is doorgereden, doch werd in Maastricht aangehouden. De auto was aan de voorzijde beschadigd. Fraude bij Indische irrigatiewerken. Talrijke ambtenaren er bij hetrokkfn. SOERABAJA, 6 Maart (Aneta). Volgens een officieel rapport bij Gedeputeerde i van Oost-Java ingediend, omtrent de fraude bij de Irrigatiewerken te Pekalan, Sampean, is bij de uitvoering van 's Lands-werken ruim f 69.000 en bij de uitvoering van provinciale werken ruim f 40.000 sedert 1925 verduisterd. In dit rapport wordt opgemerkt, dat behal ve deze „zichtbare" verduisteringen nog een bedrag van tenminste f 20.000 op „onzicht bare" wijze is verdwenen. Aangezien hierbij vele ambtenaren op diverse manieren zijn betrokken, stelt men voor de verduisterde be dragen zooveel mogelijk op hen te verhalen, terwijl toch tot vervolging zal worden overge gaan.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1935 | | pagina 7