HET NIEUWE AVONDBLAD
20a JAARGANG No. 176
IJMU
VR IJ D AC 31 MEI 1935
ER COURANT
ABONNEMENTEN: per week 10 ets.,per maand
40 cents plus 2y2 cents Incasso, per kwartaal ƒ1.20
plus 5 cents incasso, losse nummers 3 cents.
Kantoor: Kennemerlaan 42 - IJmuiden, Telef. 5301
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Uitgave Lourens Coster, Maatschappij voor Courantuitgaven en Algemeene Drukkerij N.V.
Directie: P. W. PEEREBOOM en ROBERT PEEREBOOM
ADVERTENTIëN: 15 regels ƒ0.75. Elke regel moer
15 ct. Bij abonnement belangrijke korting. Adverten
ties van Vraag en Aanbod 1-3 regels 25 ct., elke regel
meer 10 ct. Ingezonden mededeelingen dubbele prijs.
ALLE ADVERTüjJNTiëN, OPGEGEVEN VOOR DIT BLAD, WORDEN KOSTELOOS OPGENOMEN IN DE NEVEN-EDITIE HET NIEUWE AVONDBLAD DE KENNEMER COURANT.
Alle abonnés van dit blad zijn, zoodra zij 14 dagen als zoodanig in de registers
zijn ingeschreven en verder op voorwaarden, die van tijd tot tijd gepubli
ceerd en ten kantore van dit blad gratis verkrijgbaar zijn, kosteloos ver
zekerd tegen de gevolgen van ongevallen voor de navolgende bedragen
ƒ2000.- bij algeheele invaliditeit; 600.- bij overlijden; 400.- bij verlies van
een hand, voet of oog; 250.- bij verlies van een duim; 150.- bij verlies van
een wijsvinger; 30.- bij breuk van boven- en/of onderarm; 30.-bij breuk
van boven- en/of onderbeen; ƒ50.- bij verlies van een anderen vinger. Ten
gevolge van spoor-, tram- of autobusongeval; ƒ5000.- bij overlijden van man
en vrouw beiden; ƒ3000.- bij overlijden van den man alleen; ƒ2000.- bij
overlijden van de vrouw alleen. Opvarenden van visschers-, marine-vaar
tuigen enz. ƒ400.- bij verdrinkingsdood door ongeval tijdens de vaart,
tot een maximum van 2000.-, indien hetzelfde ongeval den dood van vijf
of meer abonnés mocht tengevolge hebben.
Alleen de abonné(e) zelf is verzekerd, behoudens het vermelde omtrent
spoor-, tram- of autobusongevallen. Polis is niet noodig. Uitkeeringen
krachtens deze verzekering worden gewaarborgd door de Nieuwe H.A.V.-
Bank te Schiedam.
IJMUIDEN
Opening tentoonstelling
„Rijpere Jeugd".
Waardeerende woorden van burgemeester
Kwint voor het werk der vereeniging.
Onder zeer groote belangstelling vond gis
teravond in de voormalige school B aan de
Bothastraat de opening plaats van de door de
Vereeniging ter behartiging van de belangen
der Rijpere Jeugd georganiseerde tentoonstel
ling van werkstukken van de cursisten van
het eerste cursusjaar. Burgemeester Kwint
toonde zijn persoonlijke belangstelling voor
het werk der vereeniging door zich bereid te
verklaren, de tentoonstelling te willen ope
nen.
Het was eivol in de beide schoollokalen waar
de werkstukken stonden uitgestald, toen de
voorzitter der vereeniging de heer R. Verbeek
van Santpoort de aanwezigen in het bijzonder
•burgemeester Kwint, en den heer P. Bosman,
wethouder, voor Sociale Aangelegenheden,
welkom heettte. Uit de aanwezigheid van
den burgemeester en den heer Bosman leidde
hij af. dat niet alleen door de burgerij maar
ook door het gemeentebestuur aandacht op
het werk der vereeniging wordt gevestigd. Hij
is er dan ook van ovcertuigd, dat het gemeen
te bestuur het werk der vereeniging waar
deert. We weten allen, dat de maatschappe
lijke toestand van dien aard is, dat het werk
noodig is. Naast de voldoening over het re
sultaat meende spreker te mogen wenschen
dat het werk niet verder uitgebreid behoeft
te worden. Hij hoopte, op den moreéten steun
van het gemeentebestuur te mogen rekenen.
Daarna zette de heer Verbeek de aanleiding
tot de oprichting van de vereeniging uiteen.
Dit geschiedde in verband met een door mej.
Van Asperen van der Velde over „Ons Huis"
gehouden lezing op een ouderavond, waarin
zij het werk der vereeniging uiteenzette.
Het doel van de tentoonstelling, zeide spre
ker. is de belangstelling voor het werk op te
wekken en om te laten zien wat op de cur
sussen door de jongens en meisjes is gemaakt.
De hoofdzaak van de cursussen is echter het
contact met de leiders, het werk is het
middel om de kinderen te trekken.. Het aan
tal leden is echtear voor een gemeente van
45.000 zielen veel te gering. Dit moest min
stens 500 zijn in plaats van 125. Spreker
dankte het tentoonstellingscomioté voor het
vele werk en den burgemeester voor zijn be
reidwilligheid de ten toons teling te openen.
Burgemeester Kwint zeide met zeer veel
genoegen gehoor te hebben gegeven aan de
uitnoodiging, de tentoonstelling te openen. Hij
dankte het bestuur der vereeniging namens
het gemeentebestuur voor het voortreffelijke
werk voor de jongens in de gemeente ver
richt.
In het bijzonder dankte de burgemeester de
leiders der cursussen, die zulk een mooi re
sultaat hebben bereikt. In de statuten had
spreker gelezen, dat tot de rijpere jeugd wor
den gerekend de kinderen van 12 jaar en
ouder. Dus, zeide spreker, wij allen behooren
tot de rijpere jeugd. Hij dankte het bestuur
voor dit compliment (gelach). Maar alles in
de wereld is relatief, dus ook het jong zijn.
Spreker vond het zeer goed, dat er contact is
tusschen de leiders en de jeugd. Voor het werk
van de vereeniging geldt in het bijzonder
het: wie de jeugd heeft, heeft de toekomst.
De vereeniging leert de jeugd de eien of andere
liefhebberij en hij acht dit daarom van be
lang, omdat het werk aan de kinderen ge
leerd, van belang is voor de toekomstige huis
gezinnen.
Tenslotte overhandigde de burgemeester
den voorzitter een enveloppe, bevattende twee
namen voor het fraaie zeiljacht, dat als prijs
voor de verloting beschikbaar is gesteld. Een
van de namen is een moeilijke, de tweede
zeer gemakkelijk zeide de burgemeester. Als
de eerste niet geraden wordt is hij de win
naar die den tweede geraden heeft. Hierna
verklaarde de burgemeester de tentoonstelling
voor geopend.
Een groot aantal belangstellenden heeft
daarna de tentoonstelling bezichtigd.
Het werk van de jongens en meisjes dwingt
respect af. Alle tentoongestelde werkstukken
getuigen van den ernst waarmed de jeugdige
knutselaars gewerkt hebben. Vooral voor den
zeiljachtbouw was vanzelfsprekend veel ani
mo. De hierbij geplaatste foto laat zien, dat
een heele vloot zeiljachten van stapel is ge-
loopen.
Wij willen tenslotte nog vermelden, dat de
tentoonstetlling hedenavond, Zaterdagmiddag
en Zaterdagavond geopend is.
OM HET DAMKAMPIOENSCHAP VAN
NOORD -HOLLAND
De D.CJJ.'er Laros kampioen 3e klas.
Deze week speelde het lid van D. C. IJ.
Laros in Zaandam zijn partij om het kam
pioenschap 3e klas van Noord-Holland, welke
partij op fraaie wijze door den IJmuidenaar
gewonnen werd, waardoor hij den kam
pioenstitel veroverde.
Suijk slaagde er zoo waar nog in zijn
partij tegen B. May van Zaandam, die voor
hem als verloren beschouwd werd, in remise
te eindigen. Zaterdagmiddag zal de tweede
partij gespeeld worden.
EINDEXAMEN R H. B. S.
Naar wij vernemen zal het mondelinv
eindexamen der R.H.B.S. alhwsr jjiaats vin
den op 5, 6, 8, 9, 10'en 11 JuÜ.
Vijf en twintig jaar bij het
onderwijs.
MEJ. C. J. DALHUIJZEN.
Morgen herdenkt mej. C. J. Dalhuijzen,
onderwijzeres aan de Insingerschool den dag,
dat zij 25 jaar bij het onderwijs' werkzaam
is.
Mejuffrouw Dalhuijzen is geboren in
Wanswerd (Friesland) waar haar vader Ned.
Hervormd predikant was. Zij genoot haar op
leiding als onderwijzeres in Leeuwarden.
Haar eerste betrekking als onderwijzeres
kreeg zij in het Friesche dorpje Wouters-
woude, waar zij vijf jaar werkzaam is ge
weest Daarna kreeg zij een aanstelling op
een Christelijke school in Katwijk. Ook hier
bleef zij vijf jaar. Ongeveer 15 jaar geleden
werd zij benoemd als onderwijzeres aan de
Insingerschool, waar zij thans nog met op
gewektheid haar werk verricht.
Het zal mejuffrouw Dalhlijzen op den dag
van haar jubileum zeker niet aan bewijzen
van sympathie ontbreken.
Inbraak in de Emmaschool.
Er schijnt zich in onze plaats of in onze
omgeving een categorie inbrekers op te
houden, die het in het bijzonder op scholen
gemunt heeft. Na de R. H. B. S. en de In
singerschool is thans de Emmaschool het
arbeidsveld van deze heeren geweest. Dit
bezoek heeft plaats gehad in den nacht van
Dinsdag op Woensdag.
Klaarblijkelijk heeft men eerst getracht,
door het uitsnijden van een vensterruit in
het leslokaal 5 te komen Dit schijnt niet
gelukt te zijn. In klasse 3 had men meer
succes. Hier werd eveneens een glasruit uit
gesneden of- stukgeslagen, waarna een raam
kon worden opengemaakt.
Uit alles bleek, dat de dader(s) een grondig
onderzoek heeft (hebben) ingesteld. In de
kamer van het schoolhoofd is het schrijf
bureau opengebroken. In dit lokaal werden
uit een kast twee zendingsbusjes met eeni-
gen inhoud meegenomen. In andere kamers
en lokalen werden eveneens kasten en les
senaars opengebroken. Hier was de buit
eveneens gering. Er wordt slechts een doosje
met wat kleingeld vermist. Door een raam
in lokaal 7 is (zijn) de bezoeker(s) weer
verdwenen.
Door de voorzichtigheid van het school
hoofd den heer K. J. Noij is den inbreker (s)
een flinke buit ontgaan. De heer Noij had n.l.
Dinsdagmiddag het maandsalaris voor het
onderwijzend personeel ontvangen. Hij liet
het geld, een aanzienlijk bedrag, echter niet
op school achter, doch borg het op een veilige
plaats in zijn woning. Het is niet onmogelijk
dat de inbrekers het op dit geld gemunt-
hadden. Het geld was echter in veilige
haven
VELSEN
HET NIEUWE PROGRAMMA VAN DE PONT.
Twee bijzondere films.
De bioscoop De Pont heeft in haar nieuwe
programma twee bijzondere films: „Liliom"
en „Das Lied vom Glück"
In „Liliom" is de titelrol in handen van
den beroemden Franschen kunstenaar Char
les Boyer; in „Das Lied vom Glück" treden
o.a. op de tenor Herbert Ernst Groh en Paul
Kemp.
De geschiedenis van Liliom vroolijke
kwant, onbezorgd, lui, met alle fouten die
zijn beroep medebrengt, doch met een goed
hart speelt zich voor het grootste deel af
in de bedwelmende en realistische atmosfeer
van een kermis.
Liliom is de spulleman van de draaimolen,
welke bekend staat onder den hoogdravenden
naam „L'Hippo-Palace" €n het eigendom
is van Mme. Moscat. Hij is een flinke, stevit
gebouwde kerel en heeft zeer veel succes bij
de jongedames, waardoor hij de jaloersch-
heid opwekt van de nog steeds zeer levens
lustige Madame Moscat, die zelf buitenge
woon op haar ondergeschikte gesteld is.
Op een Zondag maakt Liliom twee jonge
meisjes, Julie en Marie, in „L'Hippo-Palace''
het hof. Madame Moscat, gealarmeerd, pro
beert haar twee gevaarlijke mededingsters
uit den draaimolen te verwijderen, doch
Liliom neemt het voor de meisjes op.
Madame Moscat is hierover zoo woe
dend, dat zij hem op staanden voet ontslaat.
Liliom trekt zich er echter weinig van aan
en verlaat opgewekt met zijn beide bescher-
melingetjes de draaimolen.
Onder het wandelen vraagt hij hen plot
seling of zij geld hebben, doch als zij zeggen,
geen sou te bezitten, laat hij Marie in den
steek en gaat verder met Julie.
De fluitjes van de politie, die iemand ach
tervolgt, komen dan de idylle tusschen Liliom
en zijn nieuwste verovering verstoren. De
inspecteur herkent Liliom en wil Julie in
bescherming nemen tegen dezen verleider
die alleen probeert veroveringen te maken
bij de dames, om hen later geld af te persen
Doch Julie, reeds onder den indruk van de
charmes van Liliom, weigert de bescherming
die de politie haar aanbiedt.
De twee geliefden besluiten nu te gaan
samenleven. Zij nemen hun intrek in den
OPENING TENTOONSTELLING RIJPERE JEUGD.
Bestuur, tentoonstellnigscomité en leiders poseerden voor onzen fotograaf.
Tweede van rechts (staande) burgemeester Kwint; le van links (zittend)
wethouder Bosman.
De zeil vloot; een -aantal fraaie werkstukken, van de jeugdige cursisten.
woonwagen van een tante van Liliom,
Madame Menoux, die een fotokraampje
exploiteert waarmede zij de kermissen af
reist. Julie belast zich met de zorg voor het
huishouden, terwijl Liliom een leventje van
nietsdoen leidt. Hij begint echter reeds weer
terug te verlangen naar het prettige, zorge-
looze baantje dat hij had in „L'Hippo-
Palace".
Hij komt een paar nachten niet thuis, be
jegent zijn levensgezellin ruw en bezoekt ge
regeld een zekeren Alfred, een doortrapten
schurk, die van alle markten thuis is.
Madame Moscat, die sinds het vertrek van
Liliom haar draaimolen steeds achteruit
heeft zien gaan, stelt alles in het werk om
haar ouden spullenbaas weer terug te krij
gen. In het eerst heeft Liliom er geen ooren
naar, doch ten laatste worden haar pogin
gen beloond.
Wanneer Liliom Julie mededeelt dat hij
haar gaat verlaten om weer naar Madame
Moscat terug te gaan, vertelt zij hem dat
zij een baby verwacht. Dit nieuws vervult
Liliom met groote vreugde en hij zegt Ma
dame Moscat dat zij niet meer op hem be
hoeft te rekenen.
Het enthousiasme van Liliom bekoelt ech
ter spoedig. Hij komt tot de conclusie, dat
hij niet de middelen bezit om zijn kind een
goede opvoeding te geven en te avontuur
lijk om een vaste betrekking te zoeken,
neemt hij het vorostel van Alfred aan,
om ergens een goeden slag te slaan.
Er wordt besloten dat zij den kassier van
een fabriek zullen overvallen en berooven
op den dag dat hij het geld voor de loonen
van de arbeiders van de bank heeft gehaald.
Het tweetal spreekt af, dat de overval zal
plaats hebben bij een viaduct waar hun
slachtoffer zeker langs moet komen. Om op
eventueele weerstand van den kassier voor
bereid te zijn, haalt Alfred Liliom over, het
mes bij zich te steken, dat zij aan Madame
Menoux ontstolen hebben. Na nog eenige
tegenwerpingen tegen een dergelijke mis
daad te hebben geopperd, laat Liliom zich
toch bepraten.
Wanneer de kassier bij het viaduct komt,
houdt Liliom hem aarzelend aan. Alfred
springt te hulp, doch de kassier trekt zijn
revolver en houdt zijn aanranders onder be
dwang tot de politie konït. Alfred ziet echter
kans te ontvluchten en Liliom probeert hem
te volgen, doch wanneer hij zich omringd
ziet door agenten, brengt hij zichzelf rade
loos van angst een steek met het mes toe.
WERK VOOR JEUGDIGE WERKLOOZEN.
Naar wij vernemen zullen a.s. Maandag 24
jeugdige werkloozen onder toezicht van de
Nederl. Heide Maatschappij voorloopig voor
den tijd van drie maanden worden tewerk
gesteld op de landgoederen Beeckesteyn en
Waterland om op deze landgoederen werk
zaamheden te verrichten zooals dat tevoren
door een 9-tal op Duin en Kriudberg is ge
schied. Het is bekend, dat deze landgoederen
zich in een slechten staat bevinden doordat
zij niet onderhouden werden. Dit betreft
vooral het landgoed Beeckesteyn waar heel
veel aan op te knappen is.
De jeugdige werkloozen. die dit werk ver
richten werken 6 1/2 uur per dag en ontvangen
een vergoeding van f 2.50 per week. Hiervoor
wordt niets afgetrokken van den steun van
de vaders, zoodat het geheele bedrag aan het
werklooze gezin ten goede komt.
DE BRANDWEER RUKT UIT.
Niet naar den brand, maar naar
het zilveren huwelijksfeest van den
opper-brandmeester.
Woensdagavond rukte de volledige beman
ning van den brandweerauto uit, ditmaal ech
ter niet om een brand te blusschen, maar om
den opperbrandmeester, den heer K. Luiting
en diens echtgenoote te complimenteeren ter
gelegenheid van hun zilveren huwelijksfeest,
ten hunnen huize werden de heer L. en me
vrouw Luiting namens de manschappen gefe
liciteerd door den heer J. Schilp, waarbij het
echtpaar een fraaie ets werd overhandigd.
Het spreekt vanzelf, dat deze attentie door
den heer en mevrouw Luiting zeer op prijs
werd gesteld.
In Hotel de Prins werd het feest nog eeni-
gen tijd voortgezet.
DRIEHUIS
Het ongeval op den
Hagelingerweg.
De bestuurder van het motor
rijwiel Jacobs ook overleden.
Droevige plechtigheid op „De Biezen".
De heer F. J. Jacobs, de bestuurder van het
motorrijwiel, die j.l. Zondag op den Hagelin
gerweg zulk een ernstig ongeval veroorzaakte
is Woensdagmiddag 4 uur zonder tot bewust
zijn te zijn gekomen, aan de gevolgen over
leden.
De heer Jacobs woonde ongeveer 5 jaar in
IJmuiden, na voordien eenigen tijd in Haar
lem te hebben gewoond. Hij was 39 jaar ou''
geboren in Vosselaer (België) en laat een
vrouw en vijf kinderen van 14 tot 4 jaar achter.
Mevrouw Jacobs is Woensdagmiddag op
eigen verzoek uit het Antonius Ziekenhuis
ontslagen; ofschoon zij van de bij het ongeluk
bekomen verwondingen nog niet genezen is.
wilde zij in verband met den dood van haar
man naar huis.
Omtrent den toestand van de beide andere
slachtoffers, den heer Handgraaf en Gonnie
Schoon luiden de berichten gunstiger, zoodat
er gegronde hoop op hun herstel bestaat.
Het onderzoek.
Omtrent het onderzoek in deze droevige
zaak vernemen we, dat de motorrijder J., die
ongeveer een jaar in 't bezit van motor en
rijbewijs was dus niet 14 dagen, zooals wij
al hoorden vertellen al eenige dagen een
zuster wachtende was uit België. Met deze
had hij afgesproken, dat ze hem zou opbellen
wanneer ze in Haarlem gearriveerd zou zijn.
Bij onderzoek is komen vast te staan, dat na
mens haar dit inderdaad geschied is door een.
ambtenaar van de Nederl. Spoorwegen. Nau
welijks had J. van de aankomst van zijn zus
ter gehoord, of hij greep zijn motor om naar
Haarlem te gaan. niet vermoedende, dat zijn
groote haast zulke droevige gevolgen zou
hebben.
Dat er zeer hard door J. gereden is, is on-
omstootelijk komen vast te staan. Een oogge
tuige, die het ongeval van a—z zag afspelen,
sprak zelfs van 100 K.M. per uur. Dit moge in-
tusschen wat overdreven zijn, er blijkt uit deze
schatting echter overduidelijk, dat de snel
heid in deze bocht, waarop bovendien een weg
van rechts, waarvan het verkeer dus even
tueel „voorrang" moest worden verleend, uit
liep, onverantwoordelijk is geweest.
De teraardebestelling van Jan
Oostewaal.
Onder buitengewoon groote belangstelling
werd Woensdagmiddag op „De Biezen" ter-
aarde besteld het stoffelijk overschot van den
10-jarigen Jan Oostewaal, die Zondag j.l. on
der zulke droevige omstandigheden om het
leven kwam. Hij werd grafwaarts gedragen
door leden van den N.A.S.B., terwijl tal van
Jonge Pieter Jellen-kameraadjes en zijn klas-
segenootjes om de groeve stonden geschaard.
De kist was gedekt met de Jonge Pieter Jellen-
vlag en een schat van bloemen.
Nadat de kist in de groeve was neergelaten,
trad Prof. Dr. G. A. v. d. Bergh van Eysinga,
naar voren, om als volgt te spreken:
„Morgen zullen wij Hemelvaart vieren en
nu staan wij op den doodenakker aan een
versch gedolven graf, waarin een kind ter
ruste wordt gelegd, het zooveelstc slachtoffer
van het verkeer. Reeds wanneer het had ge
golden het snelverkeer, dat nuttig kan zijn
voor de samenleving, zouden wij het vreeselijk
hebben gevonden, maar thans vinden wij het
nog vreeselijker, nu lichtzinnigheid, brood
dronkenheid en overmoed den openbaren weg
maakten tot een plaats, die zelfs op zijn be
schutte gedeelten onveilig voor oud en jong
bleek te zijn.
Als godsdienstige menschen zien wij echter
in hetgeen gebeurd is, niet enkel en alleen het
toeval, de schuld van zondige menschen, maar
als Christenen weten wij ook, dat God regeert.
Morgen zullen wij Hemelvaart vieren en de
dagen, die achter u liggen, ouders, zijn de
dagen van uw hellevaart geweest, want waren
het geen helsche oogenblikken, die gij hebt
moeten doorleven, toen uw kind, nadat het
gezond en vroolijk en in feestelijke stemming
was uitgegaan, dood weder keerde in uw huis?
Ik las in een oude geloofsbelijdenis van de
Duitsche Luthersche Kerk, dat de nedervaart
ter helle dit beteekent, dat Jezus Christus in
den hof van Gethsémané, ter neer gebogen,
alle angsten en vreezingen der menschheid
heeft doorstaan. Welnu, alle angsten, welke
gij als ouders kondt ondervinden, ze zijn u
niet gespaard gebleven. En toch zeg ik, dat
wij morgen aan den dag, ja, heden reeds.
Hemelvaart vieren, omdat Jezus door zijn
hellevaart den Hemelvaart heeft bewerkt.
Inderdaad het zijn helsche oogenblikken van
berouw en van droefenis en van verslagenheid.
Het is een hellevaart, die u tegen uw zin wordt
opgelegd. Maai- weet dan, dat de hellevaart
voor Gods kinderen de voorbode is van de He
melvaart. Want Christus trekt U omhoog uit
uw menschelijk lijden. Uw kind is ter aarde
geworpen, uw kind zal onder de aarde worden
gestopt en toch is uw kind verhoogd. Ziet gij 't
niet aan de honderden om u heen. die getui
gen zijn van uw droefheid, maar die ook deelen
in uw groot verlies? Zou er ooit bij 't leven
van uw kind hem zooveel eer zijn bewezen als
in dezen stond? En dat is in beeld en gelijke
nis van de waarheid, dat wat wij vernedering
en ondergang noemen in het wezen der din
gen verheffing en verheerlijking kan zijn.
Uw kind zal niet meer bij u zijn, maar het
is veilig bewaard in God. En wanneer de ge
dachte aan deze dagen en aan dit plechtig uur
in uw verder leven op u afkomt, moge gij dan
beseffen, dat die Eene blijft, ook als alles ons
ontvalt. Rust zacht en God zegene U!
Namens den Nederl. Arb. Sportbond sprak
het hoofdbestuurslid, de heer Broekman. Deze
zeide een plicht te vervullen, die hem zwaar
viel, nu hij stond aan 't graf van een men-
schenkir.d, voor wie de poort van 't leven nog
nauwelijks was opengegaan. Uw smart, ouders,
treft ons allen. Ik heb uw Jan niet gekend, ik
heb hem nooit de hand op het hoofd gelegd,
maar ik heb mij van hem laten vertellen en
ik heb zijn beeltenis gezien en daaruit de con
clusie getrokken, dat hij was een frissehe,
flinke, Hollandsche jongen, van wien wa* te
maken was geweest.
Moge de wetenschap, dat duizenden Jonge
Pieter Jellen aan hun kameraadje denken, U
tot troost zijn!
Namens het personeel van School F sprak
de klasseonderwijzer, de heer J. Prakken. Deze
richtte een waarschuwing tot de kinderen om,
wanneer ze, groot geworden, ook een motor
rijtuig zouden besturen, toch vooral voorzich
tig te zijn. „Jan, we zullen je niet vergeten",
zeide hij verder.
Namens de familie sprak Prof. Dr. G. A.
v. d. Bergh van Eysinga een dankwoord, om
tens'^tte rr^ V* van
den har te. ij ken wensch aat degenen die
momenteel nog worstelden met de gevolgen
van de aanrijding, in de maatschappij zouden
mogen terugkeeren.
Diep onder den indruk verlieten de honder
den vervolgens den doodenakker.