Het geheim van Lady Littenton De Kroonprins oan de Hidfctaz in ons land. In voile vaart vliegen de deelnemers over de baan. - Een moment uit de internationale motor- Een geweldige brand heeft te Nieuwaal bij Zaltbommel een zestal boerderijen met opslagplaatsen en scheren m cfe asoh wedstrijden welke op Woudenstein zijn gehouden ,egd Een kiJkje FEUILLETON. door ELSA KAISER. 20) Hij was zichtbaar verlegen en zeide met moeilijk bedwongen ergernis: ,Ik had u ook het liefste bij' onze feestelijkheden gezien, miss Forthik mis u altijd." Scherp antwoordde Alice: .Maar lady Jane mist mij niet mylord, zij heeft het duidelijk te kennen gegeven". „Ik smeek u miss Forth, rijdt u vandaag met ons uit?" vroeg hij. Ér was een onder drukte hartstochtelijke klank in zijn stem, die Alice deed ontroeren. Zij had spijt over haar zooeven scherp gegeven antwoord, maar het had haar geërgerd, dat hij niet den moed had gehad tegenover lady Jane voor zijn verlan gen uit te komen, wat beteekende dan zijn hef de voor haar? Lord Littenton zag haar aarzeling. „De rest neem ik op mij, alle eventualiteiten" zeide hij overredend. Dezen toon had Alice niet kun nen weerstaan en sedert was zij eiken mor gen met het paar uitgereden. Deze ritten wa- Een kwelling, omdat zij Claire zag naast hem, ren èn een kwelling èn een geluk voor haar. Claire die rechten op hem had als zijn toe komstige vrouw, maar de ritten waren haar een vreugde om het genot van het rijden. Claire was niet verheugd geweest, dat Alice de ritten medemaakte. Niet dat zij haar vrien din niet gaarne bij zich had, maar juist op deze morgenritten hoopte zij met Arthur al leen te zijn, om eindelijk de woorden van hem te hooren, die zij zoo gaarne hooren wilde, maar zijn gevoel voor haar scheen hem min der gewichtig dan zijn vriendschap met Alice. Arme Claire, bij hoopte al niet meer op de toekomst en op zijn liefde. „Dus een ma- riage de raison", dacht zij dof, „nu goed, ais me dan moet, ik heb toch zelf ook gewild en papa is tenmjimste gelukkig." Vandaag waren zij alle drie zwijgzaam, mis schien dachten zij aan het naderende feest en de officieele bekendmaking' van het huwe lijk. Bij Claire moest het echter iets anders zijn, want toen lord Littenton haar recht streeks in het gesprek betrok, scheen het alsof haar gedachten uit verre verten terugkeer den. Hij moest telkens zijn woorden herhalen en zweeg daarom ten laatste beleedïgd en somber. Toen zij na een uur rijden naar het kasteel terugkeerden, ging Clair's paard "plotseling in een scherpen galop over en vloog er met zijn berijdster vandoor. De anderen verloren haar uit het oog. Alce trok haar wenkbrauwen op, zij be greep haar vriendin niet. Grillen" zeide lord Arthur. „Kent u miss Claire van dezen kant?" „Neen mylord", antwoordde Alice kort. Maar inplaats van zijn bruid achterna te rijden, liet hij zijn paard stappen en zich naar haar overbuïgend, zeide hij vleiend „Het is heerlijk een oogenbnik met u alleen in het bosch te zijn, miss Forth." Het heete bloed schoot haar in het gezicht. „Wat meent u, mylord?" vroeg zij gesmoord. „Ja, gaf hij zwaarmoedig toe. „Neemt u mij niet kwalijk, miss Forth, men is zich zelf niet altijd meester en zegt dan iets dat beter was als het niet gezegd werd." „Ik heb u niets te vergeven" fluisterde zij. Zij had haar paard ingehouden en keek hem verlangend en teeder aan. Zijn oogen ver zonken in de hare en een kort oogenblik had den zij beiden alles om zich heen vergeten. Het was Alice die het eerste haar bezinning terug kreeg. „Mylord wij moeten Claire inha len." Hij volgde zwijgend. Vlak bij het kasteel haalden zij Claire in. Zij stond nu naast haar paard en hield den teugel over haar arm geslagen en was in een levendig gesprek met 'm tuinmansleerlmg ge wikkeld. Toen de twee ruiters naderden, zeide zij een beetje ademloos: „Ja dat 'komt ervan als men op een vreemd paard rijdt. Ik wilde eens even heerlijk galoppeeren en daar slaat het paard in een razend tempo over. Ik kon mij niet meer houden en toen kwam deze jonge man, die mij het leven gered heeft!" Lord Littenton was afgestegen. Er was niets aan zijn gezicht te zien en zelfs geen angst klonk in zijn stem over het gevaar waarin zijn bruid verkeerd had, toen hij koel be- heerscht zeide: „Ik dank u, wilt u zoo goed zijn de paarden naar den stal te brengen?" Terwijl hij Alice hielp bij het afstijgen, zeide hij tot zijn bruid: „Wij hadden toch samen een galop kunnen rijden als je dat gewild had! Ik verzoek je met je leven een beetje voorzichtiger om te gaan lieve Claire en voor de toekomst ook een beetje aan mij te denken het geheel maakte een tamelijk vreemden in druk". Claire lachte, zij scheen hem zijn woorden niet kwalijk te nemen. Den geheelen verderen dag bleef haar gezicht vxoolijk en zij lachte nu en dan verstolen HOOFDSTUK XVII. Alice ging naar haar 'kamer èn Claire vroeg niet of zij bij haar kwant. Ditmaal vond Alice het wel prettig eens een poosje al leen te zijn spoedig zou zij weder bij lady Angelique geroepen worden. Zij had zich nauwelijks verkleed of de kamenier van lady Angelique kwam haar al roepen. Het waren voor Alice de heerlijkste uren van den dag want haar vereering en liefde voor de vroegere meesteres van Littenton Castle nam hand over hand toe. Als ze bij lady A clique was, kwam zij tot rust en voelde b efde voor Arthur Littenton als een treurig ^eluk. Lady Angelique was niet alleen toen Alice bü haar werd. aangediend. Six Edward Doblin het type van de oud Engelschen aristocratie, hij was schatrijk, onafhankelijk en lady An- gelique's vereerder sedert jaren, hij volgde haar als een schaduw overal waar zij ging. Ook nu was hij haar weder, een paar dagen na haar aankomst op Castle Littenton, ge volgd. Alice die tamelijk vertrouwelijk met Vivian was, wist van haar, dat hij sedert den dood van lady Ajngelique's man haar voort durend met zijn aanzoeken vervolgd had. Altijd opnieuw wees de mooie vrouw hem af. Eindelijk berustte hij er in en bleef haar vriend, hij kon zonder haar niet leven. „Blijf rustig hier mijn lieve kind, noodigde lady Angelique, toen zij zag dat Alice zich we der bescheiden wilde terug trékken. „U stoort ons heelemaal niet." Sir Edward scheen van andere gedachten te zijn. Hij zweeg, zooals hij- altijd deed als er andere menschen bij waren. Onderhoudend was hij enkel als hij met lady Angelique al leen was. „Mijn huisdokter was weder hier" vertelde lady Angelique aan Alice, „hij wil dat ik zoo spoedig mogelijk naar het - Zuiden vertrek, mag ik met miss Claire praten of zij u aan mij wil afstaan?" Een oogenblik weifelde Alice. Het aanbod was zoo aanlokkend en het kostte al haar energie om het te weigeren. Maar zij wilde weg en eindelijk uit al de leugens en huiche larij loskomjen, zij verloor de achting voor zichzelf als zij deze vrouw -bleef bedriegen. „Ik kan miss Claire nu niet verlaten, my- lady", antwoordde zij moeilijk. „Zij heeft mij zoo juist nog gezegd, hoe moeilijk zij mij in de komende dagen kan missen." Het was de waarheid en lady Angelique deed geen verdere pogingen om Allee over te halen, wel zag zij er treurig en leb-urgcsteld uit. Het was ook Alice droevig te nu. wude nu nog eerst het vertrek van lady Angelique afwachten en dan zoo spoedig mogelijk Lit- t^ton_Castle veraten. Wel zou zij dan erg eenzaam zijn, maar er was geen andere keuze, Onwillekeurig huiverde Alice. Toen zij een paar uur later bij Claire bin nenkwam, vond zij deze in ernstig overleg met haar kamenier. Een menigte lappen, kan4 en lint lagen in het rond. Een blonde pruik slingerde op de tafel en een kostbaar kleed- van zijde en kant uit den tijd van Lodewijk XIV hing over den divan. Verwonderd -kwam Alice binnen en bekeek de uitstalling. „Ik heb in de krant gelezen, dat er in Looi den een gecostumeerd feest zal gehouden wor den dat enkel door dames mag bezocht wor den. Nu wou ik dolgraag weten hoe het daar toegaat Vandaag eerst ontdekte ik waarvoor zoo'n oud kasteel als dit nog nuttig zijn kam Ik héb boven in een oude zaal deze costuums gevonden, pruiken en allerlei andere dingen, allemaal van de voorvaderen van mijn brui degom. Wij moeten de costuums een beetje verstellen en schoonmaken en er twee beel dige markiezinnen in den tijd van Lodewijk XIV van samenstellen." „Twee?" vroeg Alice dom. „Natuurlijk twee, want u zult met mij méé gaan, miss Forth". Claire wierp haar vriendin' een snellen waarschuwenden blik toe, want de kamenier was nog steeds in de kamer. Claire wilde uit de kleeren precies twee gelijke costuums gemaakt hebben die niets, mochten verschillen zelfs de kleur niet. „Men. zal ons niet herkennen en ons verwisselen, wat vreeselijk leuk zal zijn", zeide Claire lachend. De kamenier beloofde alles op den bepaal den tijd gereed te hebben en vertrok met de kleeren. Toen de beide meisjes alleen waren, vroeg Alice. „Waarom wil je naar dat feest en waarom moeten wij precies eender gekleed ^aan?" „Omdat ik er schik in heb, Alice!" „En je bent zoo ineens op dit idee gekomen, vreemd hoor." .(Wordt vervolgd* Een kijkje tijdens de zeilwedstrijden tusschen Belgische- en Nederlandsche platbodemjachten, welke op het Hollandsch Diep en het Haringvliet zijn gehouden Op de Loosdrechtsche plassen hadden Tweeden Pinksterdag zeilwedstrijden ptaats, we» van hierboven een aardig moment De Kroonprins van de Hidj'aaz, Emier Sa'oed is Maandagavond in den Haag aangekomen tot het brengen van een kort bezoek aan ons land. De ontvangst aan het station door jhr. mr. G. C. J. van Reenen Op de Veka-baan te Amsterdam zijn Zondag de Holland België wielerwedstrijden gehouden. Een moment uit het rijk beladen programma

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1935 | | pagina 8