HET NIEUWE AVONDBLAD
20e JAARGANG No. 193
VRIJDAG 21 JUNI 1935
IJMUIDEP COURANT
ABONNEMENTEN: per week 10 ets., per maand
40 cents plus 2yz cents incasso, per kwartaal 1.20
plus 5 cents incasso, losse nummers 3 certs.
Kantoor: Kennemerlaan 42 - IJmuiden, Telef. 5301
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Uitgave Lourens Coster, Maatschappij voor Courantuitgaven en Algemeene Drukkerij N.V.
Directie: P. W. PEEREBOOM en ROBERT PEEREBOOM
ADVERTENTIëN: 1—5 regels f 0.75. Elke regel meer
15 ct. Bij abonnement belangrijke korting. Adverten
ties van Vraag en Aanbod 1-3 regels 25 ct., elke regel
meer 10 ct. Ingezonden mededeelingen dubbele prijs.
ALLE ADVERTENTIëN, OPGEGEVEN VOOR DIT BLAD, WORDEN KOSTELOOS OPGENOMEN IN DE NEVEN-EDITIE HET NIEUWE AVONDBLAD DE KENNEMER COURANT.
Alle abonnés van dit blad zijn, zoodra zij 14 dagen als zoodanig in de registers
zijn ingeschreven en verder op voorwaarden, die van tijd tot tijd gepubli
ceerd en ten kantore van dit blad gratis verkrijgbaar zijn, kosteloos ver
zekerd tegen de gevolgen van ongevallen voor de navolgende bedragen
ƒ2000.- bij algeheele invaliditeit; 600.- bij overlijden; ƒ400.- bij verlies van
een hand, voet of oog; ƒ250.- bij verlies van een duim; 150.- bij verlies van
een wijsvinger; 30.- bij breuk van boven- en/of onderarm; 30.- bij breuk
van boven- en/of onderbeen; 50.- bij verlies van een anderen vinger. Ten
gevolge van spoor-, tram- of autobusonge%ral; ƒ5000.- bij overlijden van man
en vrouw beiden; ƒ3000.- bij overlijden van den man alleen; ƒ2000.- bij
overlijden van de vrouw alleen. Opvarenden van visschers-, marine-vaar
tuigen enz. f 400.- bij verdrinkingsdood door ongeval tijdens de vaart,
tot een maximum van 2000.-. indien hetzelfde ongeval den dood van vijf
of meer abonnés mocht tengevolge hebben.
Alleen de abonné(e) zelf is verzekerd, behoudens het vermelde omtrent
spoor-, tram- of autobusongevallen. Polis is niet noodig. Uitkeeringen
krachtens deze verzekering worden gewaarborgd door de Nieuwe H.A.V.-
Bank te Schiedam.
Het Gevreesde Seizoen.
ïn dit, voor zoovêlen onzer, ergste seizoen
des jaars ik bedoel niet de lente en ook niet
den voor de deur staanden zomer, maar het
seizoen der examens mag de krant zich niet
van een woord van innig medegevoel ont
houden. Wij beseffen dat het erg is. Het is
niet prettig voor de examinatoren, maar het
is rondweg een beproeving voor de examinan
di, die wekenlang aan kwellingen, twijfels en
spanningen van griezeligen aard worden bloot
gesteld. In ..Overpeinzingen van een Exami
nandus" heeft „Groep X no. Y" eenige malen
in dit blad uiting gegeven aan de gevoelens
die hem bezielden, en de gewaarwordingen die
hem gewerden. Zijn sterk gevoel voor humor
heeft hem daarbij gesteund, en u zult hem
herkend hebben als een levend bewijs van de
waarheid, dat een nieuwe en betere Neder-
landsche humor gegroeid is sinds het oubolli
ge genre van Hildebrand.
Maar helaas.... niet velen zijn den humor
deelachtig. Er zijn er die er geheel of bijna ge
heel van gespeend zijn, en wat kan hun dan
nog tot verlichting strekken als zij in examine
verkeeren?
Er moge in deze stonde aan herinnerd wor
den dat zeer ernstige twijfel aan de waarde
der eindexamens van middelbare en „voorbe
reidend hoogere" scholen in den lande
heerscht. In onderwijskringen zelf wordt naar
tier zien in g van dit onderwijs en dus ook
van zijn finale krachtmetingen gesnakt. In
dit blad zijn professorale, rectorale, directo-
rale meeningen van dezen aard onomwonden
tot uiting gekomen.
Ik zou me kunnen voorstellen dat. als zij
er den tijd nog voor konden vinden, de hui
dige eindexaminandi zich met een petitie tot
de regeering zouden wenden waarin zij. in
naam der humaniteit en van het zelf-leeren-
denken en het zelf-leeren-werken, voor hun
opvolgers een Nieuwe Koers vroegen. Maar
kan men van hen vergen dat zij, in dezen
"toestand verlceerend, den tijd. vinden en het
medegevoel ontwikkelen om zich voor het lot
van volgende generaties te interesseeren? Voe
len zij zich niet tegen den muur staan, met
het vuurpeloton der examinatoren op twaalf
pas afstands vóór hen, gereed om zijn nood
lottig vragen-salvo op hen te lossen? Voelen
fcij zich daarbij niet bovendien begluurd door
de soms koude, soms slaperige, op hun best
meewarige blikken van gecommitteerden
precies weet je, met slechts achttien jaar men-
'schenkennis,toch nooit wat je aan ze hebt?
Professor Slotemaker de Bruine is in deze
dagen Minister van Onderwijs ad interim.
Let wel: ad interim. Waarnemer van het
opper-beul-schap over het examenseizoen. Zou
hij tenvolle beseffen wat er onder zijn inte-
rimaat geschiedt? Zou hij nooit, 's nachts
wakker liggend als hem dat ooit overkomt
een griezelig visioen krijgen van al die dui
zenden examenslachtoffers, die in denzelfden
Juninacht den slaap niet kunnen vatten om
dat zij 'm zoo gereden hebben op scheikunde,
of 'm zoo knijpen voor Grieksch, of met wan
hopige inspanning huil goniometrie liggen
na-te-repeteeren?
Zou de professor met den nationaal-ver-
maarden baard en de twee ministeries in zijn
machtige hand ooit realiseeren dat al deze
slapelooze nachten, al die kwellingen en
tobberijen, met huilende en snikkende meis
jes incluis, geschieden in zijn (waarnemen-
den) naam? En zou dit opperhoofd van het
examenseizoen dan niet eens, als zijn depar
tement van Sociale Zaken hem er den tijd
toelaat, een nieuw en beter M. O.- en Gym
nasium-plannetje op touw kunnen zetten?....
gedreven als hij zou kunnen worden door
Naastenliefde. Humaniteit, Verantwoorde
lijkheidsbesef en tenslotteZakelijke
Overwegingen.
Ik weet zeker dat het stellen van deze
vraag weerklank zal vinden in de harten van
tallooze huidige en toekomstige examinandi.
En als de Professor in zijn interimaat er geen
tijd voor moet kunnen vinden ofschoon dit
toch wel bij uitstek een sociale zaak is, en hij
er dus ook aan zijn andere schrijftafel aan zou
mogen werken don zou hij misschien kun
nen bevorderen dat er eindelijk een nieuwe
Minister van Onderwijs komt die deze zaak
nu eens krachtig aanpakt. Er is meer te ver
eenvoudigen dan de spelling. Er zijn belang
rijker dingen te vereenvoudigen. En Marchant
is nu toch weg, dus er komt gelegenheid voor
iets anders: voor een nieuw en ditmaal een
veelbeteekenend „Niet zoo maar zo!"
R. P.
IJMUIDEN
De uitvoer van tong.
Kleine exporteurs in een moeilijk parket.
Zooals wij in ons blad van Woensdag reeds
hebben gemeld, zullen ten opzichte van het uit
reiken van erkenningen als exporteur van
tong als basis worden aangenomen de jaren
19251930. Aan de exporteurs is inmiddels
door de Visscherij-Centrale verzocht opgave
te doen van hun exporten in genoemd tijdvak
naar die landen, welke den invoer van visch
hebben gecontingenteerd.
Voor de groote firma's, die er een volledige
boekhouding op na houden levert dit verzoek
geen moeilijkheden op; zij toch kunnen zon
der bezwaren hun export in genoemde jaren
aan toon en en opgeven. Anders is het echter
met de kleine firma's, die lang niet alle meer
in het bezit zijn van de voor deze opgave
noodige gegevens. Voor deze firma's zal het
moeilijk, zoo niet onmogelijk zijn over ge
noemde jaren hun export op te geven, zoodat
de kans groot is, dat zij achter het net vis-
sehen. ._i
De debatvergadering
N. S. B.A.-R.
Ook in het Gebouw voor Chr. Belangen te
beluisteren?
Zooals wij reeds hebben gemeld, bestaat er
voor de debatvergadering N.S.B.—A.R. met als
sprekers de heeren Van Geelkerken en Bijle-
veld zulk een groote belangstelling, dat er
velen teleurgesteld moeten worden. Thans ver
nemen wij, dat van A.R. zijde pogingen in het
werk gesteld worden om met behulp van tele
foon en luidsprekers het mogelijk te maken,
het gesprokene in een ander gebouw te be
luisteren en wel in het Gebouw voor Christe
lijke Belangen, waarvoor echter de mede
werking van P.T.T. noodig is.
Indien deze pogingen slagen, zullen onge
veer 1500 personen de debatten kunnen volgen.
VAN HET CONCOURS.
Het fanfare-corps Wilhelmina, dat deelge
nomen heeft aan het muziekconcours te Beem-
ster, behaalde in de eerste afdeeling fanfare
met 264 punten een 2en prijs.
De jury bestond uit de heeren A. L. Haze-
broek, Joh. Schuitmaker en F. Bicknese.
V erkiezings ver gadering
Chr.-Hist. Unie.
In het Herv. vereenigingsgebou'w Kal ver
straat, heeft gisteravond een openbare ver
gadering der Chr. Hist, Unie piaats gehad.
De vergadering werd met een kort woord ge
opend door den heer R. de Boer. Als eerste
spreker trad op de heer J. J. Delfos uit Haar
lem. Spreker begon te wijzen op den geest,
waarvan men de uitstorting op het Pinkster
feest herdenkt. Deze geest brengt leven. Deze
geest moet het geheele leven doortrekken.
Waar die niet is, is de dood. Deze geest moet
ook zijn in de verkiezing voor den gemeen
teraad. De verkiezing voor den gemeente
raad, zeide spreker is even gewichtig als die
der Tweede Kamer. Aan het hoofd der ge
meente staat een gemeenteraad. Uitvoerig
stond spreker hierbij stil en wees op de
macht van den gemeenteraad. Vervolgens
wees spreker op de verplichting die op de
Chr. Hist. Kiezers rust. Het gaat hierbij, zei-
de hij, om te kiezen, een gemeenteraad voor
den tijd vain vier jaren. In dezen malaise tijd
staat men geregeld voor verrassingen. De
ellendige toestand kan de oorzaak zijn dat
er voor de gemeenten moeilijke tijden kun
nen ontstaan, daarom is het noodig te kie
zen mannen die weten te handelen.
Spreker roemde het krachtige bestuur van
de gemeente Velsen, vooral onder wijlen Bur
gemeester Rambonnet, waar de autonomie
der gemeente bewaard is gebleven waarom
spreker de aanwezigen opwekte om degenen
te kiezen die zich krachtig betoond hebben
in de afgeloopen vier jaren. Een woord van
hulde werd hierbij gericht aan het adres van
den wethouder Dunnebier.
Evenals voor vier jaren komt nu ook de
Chr. Hist. Unie tot de kiezers, niet met be
loften omdat men niet weet wat de toe
komst zal brengen. Het is geen tijd van op
timisme, maar eerder voor pessimisme zon
der zelf pessimist te zijn. Dit doet daarom
dan ook kiezen mannen, die hun hulp ver
wachten van den Almachtige wiens geest
alles moet door trekken, ook de mannen die
de gemeente moeten leiden. Het gaat bij deze
verkiezing, volgens spreker, over centralisa
tie of decentralisatie, het beginsel der Chr.
Hist. Unie is de zelfstandigheid van een ge
meente. Deze zelfstandigheid moet bewaard
worden, waarom spreker met klem er op
aan drong er voor te zorgen dat straks de
candidates, der Chr. Hist. Unie worden ge
kozen.
Als tweede spreker trad op de heer A. ten
Broeke, die herinnerde aan de woorden van
den leider der N.S.B. toen deze gevraagd
werd of ook hij aan de gemeenteraadsverkie
zing zou deelnemen waarop deze antwoord
de: ..ik wensch den herfst van den gemeen
teraad niet mee te maken". Dit was, zeide
de heer ten Broeke. een woord waarop wij
acht hebben te geven. Alles heeft zijn be
stemden tijd. Den zomertijd van den gemeen
teraad hebben wij meegemaakt. De tijd is
gekomen om offers te brengen, Al de ver
tegenwoordigde partijen in den raad weten
dit. In plaats van dit te v/Lllen doen, gaan
sommigen dezer het oorlogspad op. De tijd
der versobering is gekomen. Hierbij besprak
de heer ten Broeke de positie der gemeente,
welker financieele positie nooit uitstekend
is geweest. Het ging als met een jongen die
steeds uit de kleeren groeit, en de ouders
steeds weer voor financieele onkosten
plaatst. Trots dit ging het in onze gemeente
vooruit en werd net financieel vertrouwen
naar buiten versterkt. Thans is er een neer
gaande lijn. Nu zijn er zich christelijk aan
dienende partijen, zooals de C.D.U., die nu
een verkeerde richting inslaan. De C.D.U. die
tracht, waar thans alle kracht noodig is, ver
brokkeling te brengen. De Chr. Hist. Unie
verkondigt geen nieuwe beginselen, maar
wil de beproefde beginselen van recht en
gerechtigheid uitdragen.
Na afloop van de rede van den heer ten
Broek werd gelegenheid gegeven tot het
stellen van vragen. Gevraagd werd naar de
welvaart in de Scandinavische landen, waar
van de S.D.A.P. steeds gewag maakt. De
heer Delfos die een tijd lang in Zweden ver
toefd heeft, beantwoordde deze vraag op een
uitvoerige wijze. Hierbij komende op de
vraag over de ontwapening der Scandina
vische landen zeide de heer Delfos, dat als
Nederland op een gelijken voet als deze
landen bewapend zou zijn, gezien de positie
van ons land, vergeleken bij die der Noor-
sche landen, ons land viermaal meer bewa
pend zou moeten zijn.
Nadat de heer de Boer eenige woorden van
dank tot beide sprekers had gericht werd de
vergadering gesloten.
Vergadering Oud-Kath.
Kiesvereeniging.
Spr. pastoor Van Kleef.
Voor de propagandavergadering, welke de
Oud-Katholieke Kiesvereeniging in het Ge
bouw voor Chr. Belangen belegd had, be
stond zeer groote belangstelling.
Als spreker trad op de ZeerEerw. heer B.
A. van Kleef O.K. pastoor te Egmond, die
met een korte rede van het O.K. gemeente
raadslid, den heer G. Heijkoop, bij het publik
ingeleid werd.
Rede pastoor van Kleef.
Pastoor van Kleef had zich tot onderwerp
gekozen: „Beginsel en Taak", een rede die
hem verre van gemakkelijk viel, volgens spr
Omdat er in dit crisisjaar met zooveel tam
tam door andere, grootere partijen propa
ganda voor hun principes gemaakt werd.
dikwijls met. zulke verdoolde en bekorende
leuzen, dat velen op een dwaalsporo geraken.
Zij komen dan onder de vanen van hen.
wier invloed verderfelijk is voor ons OX. ge
loof, zegt spr.
Eigenlijk moest een vergadering als deze
geheel overbodig zijn. Wanneer het in de
Ö.K. kerk zoo gesteld was als het behoorde
te zijn en een ieder lid een waarachtig Chris
ten, behoefde er geen propagandarede van
spr. te zijn. Omdat elk O-K. op de partij van
zijn richting en zijn kerk behoort te stem
men.
Helaas is het wel noodig, er zijn ondere
spr.'s geloofsgenooten velen, die het met de
inmenging van de O.K. kerk in politieke
zaken niet eens zijn. Er is onder hen een
zeker verzet gerezen tegen zulk een bemoeie
nis.
Aan den eenen kant wil men de geeste
lijken zien als menschen, die van derge
lijke „listige" dingen absoluut geen verstand
hebben. Ze zijn zoo argeloos, ze staan im
mers niet in het yolle leven. Doch juist de
geestelijkheid staat nader bij het openbare
loven dan men wel zou denken. Een geeste
lijke ziet uit hoofde van zijn ambt. de nooden
van dezen tijd iederen dag bij iedereen en
meer en meer beseft hij dus dat, het een ab
solute eisch voor de kerk is, dat hij zich op
maatschappelijk terrein gaat bewegen. De
geestelijkheid heeft ontzaggelijk veel voor de
mensehheid ook op sociaal gebied gedaan
Spr. geeft hiervan meerdere voorbeelden
van R.K. en Protestantsche geestelijken.
Een ander bezwaar, dat de opposanten te
berde brengen is, dat kerk en politiek niet
samen mogen gaan; ieder heeft zijn eigen
terrein. Een alliantie is verderfelijk zegt
men. En dar is wel eens reden toe geweest,
omdat de kerk in de geschiedenis dikwijls de
slippendraagster der politiek geweest is, en
dat is dan zeker vaak geen verheffend beeld
geweest, zegt spreker. Vroeger zeide men:
de kerk laat den mensch in zijn politieke
opvattingen volkomen vrij. Dit is een stand
punt. betoogt pastoor van Kleef met klem,
dat thans absoluut onhoudbaar gebleken is.
Dit is een idee, hetwelk als totaal verouderd
behoort te gelden. De kerk kan zich thans die
luxe niet meer veroorloven, omdat haar
eigen voortbesaan bedreigd wordt. Mee-
doogenloos worden door ons verworpen die
partijen, welke de Kerk óf openlijk óf ver
kapt bestrijden. En daarom gaat Zij in den
strijd; en strijdt voor Christus!
Ons geloof is tot een coulisse-geloof, een
christelijk-getinte franje geworden, omdat
wij voortdurend ons zelfvertrouwen hebben
ondermijnd; we hebben ons tot een ten doode
opgeschreven tak der Christenheid laten ver
worden, roept spr. uit.
Goddank komt er kentering, komt er een
ontwaken, ook hier te IJmuiden. Wij moeten
beseffen dat wij Christenen mee moeten
bouwen aan het Koninkrijk Gods, ook hier
op aarde! Er moet weer komen activeering
van onze gemeente, wij moeten óók ons
leekenapostolaat hebben. Wij priesters zegt
spr., kunnen het immers niet alleen af.
Meer en meer mogen we tot onze ver
heugenis bemerken, dat men ons niet meer
voor een vermolmd, beschimmeld kerkje aan
ziet. Wij zijn immers precies zooveel waard
als wij ons zelf taxeeren. Moge het bekende
gezegde nog meer tot u doordringen, betoogt
spr., dat Gij van u zelf zegt: Christen is mijn
naam. Oud-Katholiek mijn bijnaam!
Spr. hoopt dat uit die opleving een eens
gezinde Oud-Kath. Kerk hernieuwd geboren
mocht worden; daarom geve een ieder zijn
of haar stem aan de O.K. partij.
Een hartelijk applaus volgde op spr's rede.
Een eigen vakorganisatie
De heer Jac. Blok vraagt of het niet mo
gelijk was tot een eigen vakorganisatie te
komen. De meeste O.K. arbeiders zijn mo
dern georganiseerd, doch verafschuwen den
gang naar „dat Marxistische huis", zooals spr
het uitdrukt.
Pastoor van Kleef zegde gaarne zijn hulp
toe, doch wil het initiatief hiertoe niet
nemen. Dat moet van de O.K van IJmuiden
zelf uitgaan.
En toch zeide spr. kom ik misschien
met datzelfde plan binnenkort toch nog wel
naar hier, maar thans mag ik daar niet
meer over zeggen! (applaus)
Pastoor Rinkel sprak daarna o.m. nog een
woord ter opwekking van vergaderingbezoek.
ook voor andere organisaties waar men lid
van is. Neemt actief deel aan het vereeni-
gingsleven en werkt raadt spr. aan.
De Oud-Kath. Zangvereeniging Crescendo
onder directie van Joh. Tol. zong een aantal
mooie -liederen, waarvoor haar door den
heer Heijkoop aan het slot van den avond
dank gebracht werd.
De heer Heijkoop besprak nog in korte
trekken de door de O.K. raadsfractie te vol
gen gemeentepolitiek, die uitsluitend geba
seerd is op het algemeen belang in den ruim-
sten zin des woords genomen en gezien.
De bijeenkomst werd daarna gesloten met
het zingen van een tweetal coupletten van
Gezang 118.
Tragisch ongeval bij duiker-
werk.
Ondeskundigheid en
ongeschikt materiaal de
oorzaak?
Duitscli duiker gestikt na eenige minuten
onder water te zijn geweest.
Gistermiddag omstreeks 5 uur is de
28-jarige Hubert Albitz, afkomstig uit
Hamburg, die sedert eenigen tijd in
een logement alhier verblijf hield,
terwijl hij in een duikerspak dook bij
een botter, die een paar jaar geleden
op de Noorderpier was gestooten en
daarna gezonken, op een tragische
wijze om het leven gekomen.
Ieder, die iets weet van de vele gevaren,
welke den duiker, wanneer hij zich in zijn
duikerspak onder water bevindt, bedreigen,
zal van verbazing de handen ineenslaan wan
neer hij hoort op welke wijze de menschen,
die vermoedelijk hebben willen onderzoeken
of er zich aan boord van het visschersscheepje,
dat nu al sedert eenige jaren tegen de blok
ken van de Noorderpier ligt, iets van hun ga
ding was te vinden, te werk zijn gegaan.
Twee Duitschers, waaronder het. slachtoffer
hadden zelf een duikerpak vervaardigd en zij
zouden eens probeeren, of er iets mee te be
reiken was. Met een klein open visschersbootje
de IJM 360, toebehoorende aan den heer A.
van W. alhier en geassisteerd door dezen en
nog een ingezetene onzer plaats, begaven zij
zich naar het wrak van den botter. Albitz
werd in het duikerpak gestoken en spoedig
ging hij te water. Een van de voornaamste
werkzaamheden bij het duiken is het toedie
nen van zuurstof. Er mag niet te veel en ook
niet te weinig in den helm van den duiker
worden gepompt en daarom worden voor dit
nauwkeurige werkje betrouwbare luchtpompen
gebezigd, bediend door geroutineerde pompers.
Deze menschen hadden echter zulk
een pomp niet. De benoodigde zuurstof
verschafte men zich uit een zuurstof-
flesch, die rechtstreeks op de slang
van het duikerpak werd aangesloten.
De gevolgen van deze handelwijze bleven
niet uit. Nauwelijks was Albitz onder water of
het bleek, dat er iets niet orde was. Spoedig
had men hem weer boven water gehaald. De
helpers merkten tot hun grooten schrik, dat
hij geen teekenen van leven meer gaf. Onmid
dellijk werd de helm van het pak losge
schroefd en, terwijl zoo spoedig mogelijk de
terugtocht werd aanvaard, begonnen twee
mannen kunstmatige ademhaling toe te pas
sen, echter zonder dat dit eenig succes ople
verde. Zoodra het motorbootje aan een der
steigers was aangekomen, was dr. van der
Kooi aanwezig die het werk voortzette. Nadat
deze bijna een uur alle mogelijke pogingen in
het werk had gesteld om het leven van den
ongelukkige te redden, moest hij deze helaas
opgeven zonder dat hij hierin was geslaagd.
Ondanks dat Albitz slechts korten tijd onder
water was geweest, bleek de man reeds over
leden te zijn.
Zijn lijk werd naar het politiebureau over
gebracht. Al het gebezigde materiaal werd in
beslag genomen.
Het parket van Haarlem arriveerde later
om een onderzoek in te stellen.
Het slachtoffer laat een vrouw en eenige
kinderen achter, die in Hamburg wonen.
Openbare vergadering der
S. D. A. P.
In de kleine zaal van Thalia vond Donder-
avond een openbare vergadering plaats van
de S.D.A.P. die druk bezocht was.
De voorzitter, de heer H. Hennink wijdde
eenige woorden aan de tot nu toe bekende
uitslagen der Raadsverkiezingen, uit welken
uitslag spreker afleidde, dat de S.D.A.P. den
terugslag, ontstaan door het gebeurde met de
Zeven Provinciën te boven Ls gekomen. In de
gemeenten, waarvan de uitslag thans bekend
is, steeg het aantal zetels door de S.D.A.P. be
haald met 82 op 953. De regeeringspartijen
verloren op de 2842 zetels er niet minder dan
216 of 8%. De mededeeeling van den voorzit
ter, dat de S.D.A.P. in den Haag niet 15 zetels,
zooals men eerst meende, doch 17 zetels had
veroverd, dus een winst van 3 zetels, ontlokte
een luid applaus.
Als eerste spreker trad op de heer J. v. d.
Veer. Van zijn rede plaatsten wij reeds eerder
een verslag evenals van die van den tweeden
spreker den heer W. F. Visser. Beide sprekers
hielden een uitvoerig betoog over de in onze
gemeente door de meerderheid gevoerde poli
tiek en hekelden de aanpassingspolitiek van
de regeering-Colijn. Zij wekten de aanwezigen
op. bij de verkiezing van den Raad hun stem
uit te brengen op de lijst der S.D.A.P.
De heer Visser wees in het slot van zijn be
toog op het belang voor de arbeiders van het
behoud der democratie. In Duitschland be
staat geen organisatie van arbeiders meer die
zich kan verdedigen tegen de aanvallen der
werkgevers. Het resultaat; het aantal arbei
ders dat minder dan 16 M. verdient was in
1934 sedert 1929 gestegen van 45 tot 58%, de
groep van 16 tot 30 Mark steeg van 17 tot 32%,
de groep boven 30 Mark daalde van 38 tot 20%.
Tijdens de pauze werden door P.A.L.V.U.
eenige tableaux van anti-militaristische strek
king vertoond.
Mevr. BarbiersSeelemeyer die daarna het
woord voerde verwees naar de vertoonde ta
bleaux. „Wat moeten wij doen?" waren de
woorden in het laatste tableau gesproken. Deze
vraag zeide spreekster, geldt ook voor ons. Het
antwoord is zoo belangrijk omdat er voor de
wereld zooveel van afhangt. Wij, sociaal-de
mocraten zijn niet, zooals zekere extremisten
zoo spoedig met het antwoord klaar. Waarom
was dit antwoord zoo moeilijk? Omdat wij
weten dat het niet zoo gemakkelijk is te zeg
gen: „dat doen we", omdat er nog zoo veie
verdwaasden zijn die zich laten opzweepen
door het militarisme. We voelen, dat het niet
zoo gemakkelijk is zeide zij als toen wij zon
gen: „De wereld aan ons".
We kunnen alles wat in ons land gebeurt,
niet losmaken van het groote wereldgebeuren.
Spreekster wees op den ellendigen toestand in
vele gezinnen, op de gevallen van ondervoe
ding, In vele landen gaat men inzien dat die
„gehate sociaal-democratie" gaat bewijzen
dat er een andere politiek, een politiek van op
bouw mogelijk is. Er wordt dc draak gestoken
met het „plan van den ai-beid", maar dit plan
van den arbeid geeft antwoord op de vraag:
„Wat moeten wij doen?"
In die plaatsen, waar de sociaal democratie
het sterkst was. was het verzet het sterkst.
Men moet beseffen dat wat wij nu bezig zijn
te verdedigen, het leven zelf is. Er is gezegd
dat de fascisten niet aan de verkiezing deel
nemen. Spreekster verzocht, de namen van
de candidaten der Neutrale Partij eens goed
te bekijken. Wellicht vinden zij daar eenige
bekende namen onder. (Gelach).
In een gloedvol betoog wees spreekster op de
vele misstanden in de maatschappij. „Wij bou
wen aan de toekomst is het devies der S.D.A.P.
In zijn slotwoord betreurde de voorzitter
het. dat er door het late uur geen gelegenheid
tot debat is. Hij zeide, dat hiertoe a.s. Maan
dag in de vergadering in het gebouw „De
Daad" volop gelegenheid zal worden gegeven.
IJMUIDER REDDINGSBRIGADE.
Hedenavond 8 uur zal op het strand een
oefening worden gehouden voor de werkende
leden. Deze oefening geldt als vóóroefening
voor de demonstratie, die zal worden gehouden
bij de a.s. opening van het Gebouw der Bri
lde.
Den leden, die willen bijdragen tot het wel
slagen der demonstratie, wordt dringend ver
zocht aanwezig te zijn.
VELSEN
HET NIEUWE PROGRAMMA VAN „DE PONT".
Rondom een Miilioen" en „Het
huis der droomen".
Op een Zaterdagmorgen juist voor slui
tingstijd der banken krijgt Léon Saval. die
werkzaam is op een groot notariskantoor, de
opdracht om een bedrag van 5 miilioen francs
te gaan storten op een hypotheekbank. Bij de
bank aangekomen worden de loketten juist
gesloten en Léon kan zijn geld niet kwijt
raken. De notaris is met zijn familie reeds
voor een weekend naar buiten getrokken en
Léon durft het groote bedrag niet mee te
nemen naar zijn eigen kamer. Om met het geld
in zijn zak tot Maandagmorgen rond te moe
ten loopen, bevalt Léon heelemaal niet en ten
slotte trekt hij de stoute schoenen aan en
neemt een kamer in het duurste hotel der
stad en laat het bedrag van 5 miilioen in de
hotelsafe opbergen.
Al spoedig omgeeft hem de nimbus van den
zonderlingen millionnair, die met 5 miilioen
aan baar in zijn zak rondreist. Iedereen slooft
zich uit voor hem, van den directeur tot den
jongsten piccolo toe. Voor hij tot bezinning is
gekomen is hij op de duurste kamer geïnstal
leerd en heeft men hem eeregast gemaakt
voor een weldadigheidssoirée. Rechts en links
wordt hij aangesproken door twijfelachtige
mannen en vrouwen, die terwille van zijn geld
zijn gezelschap zoeken. Léon interesseert zich
echter slechts voor één vrouw: een Gravin,
die in werkelijkheid echter slechts een manne
quin is van het modehuis Gallivart. Even
meent Léon in haar het meisje te herkennen,
waarmede hij 's morgens voor de bank een af
spraakje heeft gemaakt voor den vrijen Za
terdagmiddag, een afspraakje waaraan hij
zich nu niet heeft kunnen houden. Erg zeker
is hij ondertusschen van zijn zaak niet.
Het leven van een millionnair is zwaar en
doodmoe tuimelt Léon 's avonds in zijn bed.
Eerst heeft hij echter nog een erg opdringe
rige juffrouw af moeten slaan en een strijd
moeten opnemen tegen drie.
Den volgenden Zondag zullen Léon en de
Gravin samen een bezoek brengen aan de
renbanen. De Gravin, alias Lilly de manne
quin, dient echter als een lokvogel voor den
fabrikant Meyer, die met den gewaanden
millionnair in contact wil komen, teneinde
van hem geld los te krijgen om zijn slecht-
gaande fabriek weer op gang te brengen. Lilly
en Léon, die beiden een valsche rol spelen,
voelen zich niet erg op hun gemak in eikaars
gezelschap. Het wordt echter al direct beter,
wanneer zij het mondaine gedoe van de ren
banen ontvluchten en de rest van den middag
gaan doorbrengen in een kleinen theetuin
buiten de stad. Nieuwe moeilijkheden doen
zich echter voor, wanneer de „millionnair"
moet bekennen geen geld meer te hebben. Hij
heeft namelijk den laatsten cent van zijn niet
te groot maandsalaris uitgegeven. Veront
waardigd ontvlucht hem de „Gravin", die
meent door hem bedrogen te zijn.
Natuurlijk komt alles op z'n pootjes terecht.
Léon krijgt een mooie betrekking en ten slotte
ook Lilly.
Ook de tweede hoofdfilm „Het huis der
droomen" een verhaal vol spanning en ver
rassingen en vol fraaie natuurbeelden is een
bijzondere attractie van het programma.